Terug
Gepubliceerd op 29/01/2024

2024_CBS_00499 - Omgevingsvergunning - OMV_2023144261. Anselmostraat 57. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 26/01/2024 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2024_CBS_00499 - Omgevingsvergunning - OMV_2023144261. Anselmostraat 57. District Antwerpen - Goedkeuring 2024_CBS_00499 - Omgevingsvergunning - OMV_2023144261. Anselmostraat 57. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023144261

Gegevens van de aanvrager:

Karolien Nizet met als adres Kapelstraat 78 te 3550 Heusden-Zolder en mevrouw Lucas Vanassche met als adres Sterstraat 30 te 2018 Antwerpen

Ligging van het project:

Anselmostraat 57 te 2018 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 10 sectie K nr. 2760R7

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          10/11/1899: toelating (1899#1791) voor het opbouwen van twee huizen;

-          29/03/2019: vastgesteld bouwkundig erfgoed:

https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/6422

 

Vergunde toestand

-          eengezinswoning;

-          3 bouwlagen onder zadeldak in gesloten bebouwing;

-          bepleisterde en beschilderde voorgevel met houten buitenschrijnwerk.

 

Bestaande toestand

-          gedecapeerde voorgevel in rode baksteen.

Nieuwe toestand

-          intern verbouwde eengezinswoning;

-          aanleg van een inpandig dakterras vooraan;

-          isoleren van achtergevels en daken;

-          voorgevel in rode baksteen met wit geschilderd, houten buitenschrijnwerk en balustrades in zwart staal.

Inhoud van de aanvraag

-          wijzigen van de voorgevel;

-          wijzigen van de scheimuren;

-          doorvoeren van interne constructieve werken; 

-          aanleggen van een inpandig dakterras.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

Er werden geen externe adviezen gevraagd.

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg

15 november 2023

12 december 2023

 

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de binnenstad van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Leien en de Kleine Ring.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater).
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • Artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren: de scheidingsmuren van de platte daken van de achterbouw bezitten geen opstand van minimaal 30 cm ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).

Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).

Het project is niet gelegen in een signaalgebied.

Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

(Kijk de score van uw project na op (https://www.waterinfo.be/informatieplicht)

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag wenst een eengezinswoning te verbouwen. De functie blijft inpasbaar in de omgeving.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

Naast interne, constructieve werken die een beter ruimtegebruik beogen, voorziet de aanvraag ook in het verbeteren van het energetisch comfort. Zowel het zadeldak als de dakconstructie van de achterbouw worden na-geïsoleerd. De verhoging van de nokhoogte en de scheimuren ter hoogte van het bouwvolume achteraan die hierdoor ontstaat, blijft beperkt tot maximaal 0,20 m en heeft bijgevolg geen bijkomende negatieve gevolgen voor de bezonning van de naastgelegen percelen.  

De voorbouw met drie bouwlagen onder zadeldak en entresol met 2 bouwlagen aan de rechterperceelhelft blijven in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening van de plaats.

 

Visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten

In het zadeldak vooraan wordt een inpandige buitenruimte gemaakt. Omwille van de inventarisatie als bouwkundig erfgoed werd advies ingewonnen van de stedelijke dienst Monumentenzorg. Dit advies laat zich als volgt lezen:

 

“De aangevraagde ingrepen omvatten een totaalrenovatie van de woning. De wijzigingen werden voorafgaand aan de aanvraag besproken met de stedelijke dienst Monumentenzorg.

De herinrichtingswerken binnenin en de aanpassing van de achterbouw hebben geen onaanvaardbare impact op de aanwezige erfgoedwaarde en kunnen gunstig geadviseerd worden vanuit oogpunt monumentenzorg.

Gelet op de erfgoedwaarde van de voorgevel, worden een aantal voorwaarden opgelegd m.b.t. de vernieuwing van het schrijnwerk. Zowel de inkomdeur als de ramen, dienen uitgevoerd te worden in geschilderd hout naar historisch model. Detailtekeningen zijn voorafgaand aan de bestelling ter goedkeuring voor te leggen aan de stedelijke dienst Monumentenzorg.

De aanvraag omvat eveneens de plaatsing van een inpandig terras aan de voorzijde. Een dakenlandschap is sterk bepalend voor een historische stad en wordt voornamelijk ervaren vanop een hoogte. Zuivere dakvormen zijn daarom belangrijke erfgoedelementen.

Om die reden trachten we nieuwe doorbrekingen van daken maximaal te beperken en het risico op storende precedenten te vermijden. Daar waar een onaanvaardbaar tekort aan buitenruimte bestaat, zal een afweging moeten worden gemaakt (erfgoed vs. woonkwaliteit) en kan er beslist worden om een opening toe te staan. Bij voorkeur gebeurt dit aan de achterzijde van het pand (beperkte erfgoedwaarde) om de voorzijde van het waardevolle ensemble niet te schaden.”

 

Vanuit stedenbouwkundig oogpunt wordt het advies van de dienst Monumentenzorg bijgetreden. 

Het terras in het zadeldak aan de voorzijde tast het dakenlandschap aan en wordt in navolging van het advies monumentenzorg van de vergunning uitgesloten.

Bijkomend wordt opgemerkt dat de voorgevelbepleistering verwijderd werd. Ook deze handeling wordt van de vergunning uitgesloten.

De voorwaarden m.b.t. het buitenschrijnwerk worden bij de vergunning opgenomen en de inpandige buitenruimte wordt uitgesloten zodat het advies monumentenzorg als gunstig gelezen kan worden.

 

De achtergevel wordt na-geïsoleerd waarbij het hoofdvolume afgewerkt wordt in gevelpleister. Het aanbouwvolume achteraan wordt afgewerkt in wit geschilderde beton gecombineerd met wit aluminium buitenschrijnwerk. De aanpassing van de raamopeningen in de achtergevel vormen tevens een eerlijke vertaling van de achterliggende woonfunctie. De voorgestelde materialen passen in de stedelijke context en zijn omgeving.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Opgemerkt wordt dat niet overal voldoende opstand is om brandoverslag te vermijden conform artikel 34 van de bouwcode. In voorwaarden wordt opgenomen om een brandvrije strook te voorzien.

 

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de aanvraag aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De inpandige buitenruimte in de voorzijde van het zadeldak wordt uit de vergunning gesloten.

2. Het schrijnwerk in de voorgevel dient uitgevoerd te worden in geschilderd hout naar historisch model. Typedetails zijn voorafgaand aan de bestelling af te stemmen met de stedelijke dienst Monumentenzorg.

3. Het gedeelte van het plat dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van een dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).

4. Het gedeelte van het hellend dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van dakisolatie die valt onder brandreactie klasse A1 of A2 (EN 13501-1) of de plafondzijde te beschermen is met een materiaal met brandwerendheid van minimaal EI60.

5. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

6. Het verwijderen van de voorgevelbepleistering wordt van de vergunning uitgesloten.


Standpunt college

Het college sluit zich gedeeltelijk aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar. De omgevingsambtenaar adviseert, in navolging van het advies monumentenzorg, om het terras in het zadeldak aan de voorzijde uit te sluiten van vergunning. Zuivere dakvormen zijn belangrijke erfgoedelementen en het dakterras zou het dakenlandschap aantasten.

Buitenruimten zijn zeer belangrijk voor de woon- en leefkwaliteit binnen een bouwblok en maken het wonen in de stad aantrekkelijker. In dit specifiek dossier heeft het bijkomende dakterras een grote toegevoegde meerwaarde. De bestaande stadstuin is namelijk oostelijk gericht, met minder zonlichttoetreding en snellere afkoeling als gevolg. Dit wordt ook aangehaald door de aanvrager in zijn aanvraagnota. Vandaar de keuze om het inpandig terras aan voorzijde, westelijk gericht, in te planten om zo alsnog een lichtrijke buitenruimte te creëren. Het college onderschrijft deze toegevoegde meerwaarde met betrekking tot de woonkwaliteit.

Daarnaast blijkt uit de plannen dat de kroonlijst niet doorbroken wordt en de dakstructuur langs beide kanten 1 meter doorloopt. De verandering in uitzicht van het dakenlandschap is dan ook nauwelijks zichtbaar vanop het straatniveau. Vanuit erfgoedoogpunt vindt het college het in dit dossier belangrijker om meer in te zetten op het pleisterwerk en het schrijnwerk in de voorgevel.

Gelet op de toegevoegde meerwaarde van de buitenruimte en de beperkte impact hiervan op het straatbeeld, oordeelt het college dat het desbetreffende dakterras in aanmerking komt voor vergunning.

Om die reden schrapt het college de geadviseerde uitsluiting.


Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

27 oktober 2023

Volledig en ontvankelijk

15 november 2023

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit

14 januari 2024

 

Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit

13 februari 2024

Verslag GOA

18 januari 2024

Naam GOA

Katrijn Apostel

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich gedeeltelijk aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. Het schrijnwerk in de voorgevel dient uitgevoerd te worden in geschilderd hout naar historisch model. Typedetails zijn voorafgaand aan de bestelling af te stemmen met de stedelijke dienst Monumentenzorg.

2. Het gedeelte van het plat dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van een dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).

3. Het gedeelte van het hellend dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van dakisolatie die valt onder brandreactie klasse A1 of A2 (EN 13501-1) of de plafondzijde te beschermen is met een materiaal met brandwerendheid van minimaal EI60.

4. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

5. Het verwijderen van de voorgevelbepleistering wordt van de vergunning uitgesloten.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.