Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2023133392 |
Gegevens van de aanvrager: | BV ElectraBeLux met als adres Maliestraat 50 te 1050 Elsene |
Ligging van het project: | Luithagen-Haven 4 te 2030 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 17 sectie F nr. 632/2_ |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | Plaatsen van een elektriciteitscabine en electrapolen |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 23/08/2019: vergunning (OMV_2019063563) voor de regularisatie van een restaurant;
- 30/09/2016: weigering (HVN/B/20161608) voor de regularisatie van een restaurant;
- 16/05/2012: vergunning (HVN/B/20121601) voor de regularisatie van een restaurant;
- 18/12/2009: weigering (HVN/2009/B/0178) voor een volume-uitbreiding en gevelrenovatie;
- 15/10/1992: vergunning (HV/1992/B/18/80210-92/108) voor de verbouwing en uitbreiding van een restaurant.
Vergunde toestand
Op de site bevindt zich een restaurant. Rondom het restaurant is een asfaltverharding aanwezig die ingericht is als parking.
Bestaande toestand
De bestaande toestand is in overeenstemming met de vergunde toestand.
Nieuwe toestand
- functie:
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- inrichting:
Inhoud van de aanvraag
- plaatsen van een transformatorcabine;
- plaatsen van twee electrapolen met camera, display en verlichting.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Haven van Antwerpen - Brugge (Port of Antwerp - Bruges) - Terreinen | 1 december 2023 | 26 december 2023 | Gunstig |
Hulpverleningszone Brandweer zone Antwerpen | 1 december 2023 | 20 december 2023 | Voorwaardelijk gunstig |
Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) - Watertoets | 1 december 2023 | 13 december 2023 | Voorwaardelijk gunstig |
Water-link | 1 december 2023 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
|
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het goed is gelegen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (GRUP) Afbakening zeehavengebied Antwerpen (Besluit van de Vlaamse regering van 30 april 2013), binnen de afbakeningslijn.
De gebieden binnen de afbakeningslijn behoren tot het zeehavengebied Antwerpen.
Met uitzondering van de deelgebieden waarvoor in dit plan voorschriften werden vastgelegd, blijven de op het ogenblik van de vaststelling van dit plan bestaande bestemmings- en inrichtingsvoorschriften onverminderd van toepassing.
Het goed is volgens voornoemd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan bestemd als Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven.
Zulk gebied is bestemd om te functioneren als Vlaams havengebied als onderdeel van de haven van Antwerpen. Het is bestemd voor zeehavengebonden en zeehavengerelateerde industriële en logistieke activiteiten en distributie-, opslag- en overslagactiviteiten die gebruikmaken van en aangewezen zijn op de zeehaveninfrastructuur.
Alle handelingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming en voor de exploitatie van de haven en de bedrijven zijn toegelaten.
Daartoe worden ook de volgende werken, handelingen, voorzieningen, en wijzigingen gerekend:
- de aanleg en het onderhoud van infrastructuur die nodig is voor de toegankelijkheid of voor verbindingen langs de waterzijde en langs de landszijde;
- het laguneren of op een andere wijze bergen of verwerken van baggerspecie.
Daarnaast is de ontwikkeling, het herstel en de instandhouding van tijdelijke ecologische infrastructuur toegelaten.
In het gebied zijn eveneens gebouwen of lokalen voor bewakingspersoneel toegelaten.
In het gebied zijn kantoorgebouwen niet toegelaten, tenzij ze noodzakelijk zijn voor en een inherent onderdeel zijn van de exploitatie van haven en industriële activiteiten. De bestaande kantoorgebouwen kunnen behouden blijven binnen het bestaande bouwvolume op het moment van definitieve vaststelling van dit gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. Uitbreidingen zijn niet toegelaten.
De aanvraag dient beoordeeld te worden aan de hand van de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan.
De aanvraag is in overeenstemming met de bestemming en de voorschriften van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.
Voor een straal van 500 meter rond de aanvraag is het voormelde GRUP tevens van toepassing. Hier gelden volgende bestemmingsvoorschriften:
- Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven;
- Grensgebied met het grootstedelijk gebied – omgeving Noorderlaan;
- Gebied voor verkeers- en vervoersinfrastructuur voor de Noorderlaan;
- overdruk Bouwvrije strook ten oosten van de aanvraag;
- overdruk Hoogspanningsleiding op circa 300 meter ten oosten van de aanvraag.
Op circa 200 meter ten oosten van de aanvraag is binnen de afbakening van het grootstedelijk gebied Antwerpen, bepaald in het gelijknamig gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan, het gewestplan Antwerpen nog van toepassing, met als bestemmingen Bufferzone (overdruk T), Bestaande snelverkeerswegen en – voor de A12 – Bestaande autosnelweg.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
De verordening hemelwater is volgens de aanvrager niet van toepassing op de aanvraag aangezien het hemelwater op eigen terrein in de onverharde zone ten westen van de cabine kan infiltreren. Dit is echter enkel het geval indien de verharding waarop het hemelwater valt, in helling ligt richting de groenzone. Anders dienen dakgoten en leidingen voorzien te worden zodat het hemelwater wel richting de groenzone afwatert om in overeenstemming te zijn met de gewestelijke hemelwaterverordening.
Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag. Er wordt wel een oplaadpunt voorzien dat toegankelijk is voor mensen met een beperkte mobiliteit.
Sectorale regelgeving
MER-screening:
Bij de beslissing over de volledig- en ontvankelijkheid is beslist dat de aanvraag geen betrekking heeft op een project als vermeld in bijlage I, II of III van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 houdende vaststelling van de categorieën van projecten, onderworpen aan milieueffectrapportage (milieueffectrapport). Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het voorliggende project is gelegen in een zone waarvoor de Vlaamse Milieumaatschappij aangewezen is als adviesinstantie. Dit advies is voorwaardelijk gunstig.
Het project is gelegen in een zone met een kleine pluviale overstromingskans (T1000) onder toekomstig (2050) klimaat (score B).
Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).
Het project is niet gelegen in een signaalgebied.
Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt. Uit het ingewonnen advies blijkt wel dat een voorwaarde opgelegd moet worden om negatieve effecten van een mogelijke overstroming te beperken. Volgende voorwaarde zal integraal overgenomen worden:
- De waterschadegevoelige infrastructuur moet beveiligd worden tot een peil van 6 mTAW (= circa 30 cm boven het huidige maaiveld).
Archeologienota: overeenkomstig artikel 5.4.1 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 moet aan bepaalde aanvragen een archeologienota worden toegevoegd waarvan akte werd genomen
Het voorliggende project heeft een oppervlakte kleiner dan 5.000 m² waardoor een archeologienota waarvan akte is genomen niet van toepassing is.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
Op de parking van een bestaand restaurant, gelegen in de industriezone Luithagen, worden vier oplaadpunten voor elektrische voertuigen voorzien. Hiervoor worden twee laadpalen met bijhorende electrapolen en een transformatorcabine geplaatst.
De twee laadpalen worden centraal tussen de vier parkeerplaatsen geplaatst. Naast de laadpalen worden electrapolen voorzien. Dit zijn vrijstaande constructies die de beschikbaarheid van de laadpaal weergeven en die voorzien zijn met een display, een camera en verlichting. De electrapolen hebben een hoogte van vier meter.
De laadpalen worden aangesloten op een prefabcabine met een beperkte oppervlakte van circa 11,41 m² (3,5 meter x 3,26 meter) en een hoogte van 2,76 meter.
De constructies staan in functie van het uitbreiden van het netwerk van snelladers en zijn functioneel inpasbaar in de industriële omgeving.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De aanvraag is in overeenstemming en verenigbaar met de ruimtelijke context van het havengebied waarbinnen deze aanvraag is gesitueerd. De nieuwe constructie is beperkt qua omvang en wordt geplaatst op reeds bestaande en vergunde verharding waardoor geen extra ruimte wordt ingenomen.
Visueel-vormelijke elementen
De electrapolen worden uitgevoerd in zwart. De cabine betreft een prefabcabine die afgewerkt is met een groene bepleistering (RAL 6003).
Deze materialen en kleuren zijn aanvaardbaar in deze industriële omgeving.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Gezien de aard van de aanvraag, werd het advies ingewonnen van de Brandweerzone Antwerpen. Dit advies is voorwaardelijk gunstig. De voorwaarden en opmerkingen uit dit advies, met het oog op de brandveiligheid, kunnen integraal aan deze vergunning worden gehecht.
Er werd advies ingewonnen bij de Haven van Antwerpen-Brugge als gebiedsbeheerder. Dit advies is gunstig.
Wegens de nabijheid van een waterleiding werd advies gevraagd aan Water-link. Zij hebben echter geen tijdig advies uitgebracht. De aanvrager is wettelijk verplicht om voor de start van de werken een KLIP-aanvraag in te dienen.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
De aanvraag genereert geen bijkomende parkeerbehoefte en geen significante toename van het aantal verkeersbewegingen. Er gaan wel zes parkeerplaatsen voor niet-elektrische personenwagens verloren. Er blijven op het terrein van het restaurant 127 parkeerplaatsen bestaan. Er is voldoende ruimte aanwezig op het terrein om de nodige (organisatorische) acties te ondernemen met het oog op een vlotte interne verkeersdoorstroming, opdat er geen hinder op de openbare weg ontstaat.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. Indien de verharding waarop het hemelwater valt niet in helling ligt richting de groenzone, dienen dakgoten en leidingen richting de groenzone voorzien te worden.
2. De waterschadegevoelige infrastructuur moet beveiligd worden tot een peil van 6 mTAW (= circa 30 cm boven het huidige maaiveld).
3. De voorwaarden en opmerkingen uit het advies van de Brandweerzone Antwerpen dienen strikt nageleefd te worden.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 27 oktober 2023 |
Volledig en ontvankelijk | 1 december 2023 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit | 30 januari 2024
|
Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit | 29 februari 2024 |
Verslag GOA | 15 januari 2024 |
Naam GOA | Katrine Leemans |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. Indien de verharding waarop het hemelwater valt niet in helling ligt richting de groenzone, dienen dakgoten en leidingen richting de groenzone voorzien te worden.
2. De waterschadegevoelige infrastructuur moet beveiligd worden tot een peil van 6 mTAW (= circa 30 cm boven het huidige maaiveld).
3. De voorwaarden en opmerkingen uit het advies van de Brandweerzone Antwerpen dienen strikt nageleefd te worden.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.