2024_CBS_00221 - Omgevingsvergunning - OMV_2023107230. Hertstraat 5. District Deurne - Goedkeuring

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

Relevante voorgeschiedenis

-     18/11/2022: verslag Kwaliteitskamer Architectuur;

-     02/09/2022: verslag Kwaliteitskamer Architectuur;

-     29/03/2019: vaststelling als bouwkundig erfgoed:
https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/214946; 

-     02/12/1943: toelating (1402#732) voor het vergroten van de bergplaats.

Geacht vergunde toestand

-     functie: bedrijvigheid (brouwerij);

-     bouwvolume: 

• ensemble van vier gebouwdelen: voormalige maïserie met voorbouw, voormalige laadvloeren, voormalige eesttoren en voormalige mouterij; 
• gemiddeld 4 bouwlagen met een schuin dak met uitzondering van de voormalige eesttoren (plat dak); 
• volledig bebouwd perceel, uitkomend op een gedeelde binnenplaats van circa 215 m²;

-     gevelafwerking: 

• gevels in rode baksteen, deels wit gekaleid ter hoogte van de binnenplaats;
• schrijnwerk in hout en staal;
• enkele gesloten gevelopeningen;
• gevelaccenten in betonnen of stalen lateien en decoratieve gevelankers;
• voorgevel Hertstraat met speklagen in gele baksteen en decoratief gevelmetselwerk;
• toegangspoort naar gedeelde binnenplaats.

Bestaande toestand

De bestaande toestand verschilt van de geacht vergunde toestand. Het gebouw krijgt een nieuwe invulling, een beschrijving van de bestaande toestand is dus niet relevant.
 

Nieuwe toestand

Overeenkomstig met de geacht vergunde toestand met volgende wijzigingen of aanvullingen:

-     functie: gebouw voor gemeenschapsvoorzieningen en dienstverlenende activiteiten;

-     bouwvolume: 

• ensemble van vier gebouwdelen; 
• gemiddeld 4 bouwlagen met een schuin dak met uitzondering van de voormalige eesttoren (plat dak); 
• nieuwe raamopeningen en gesloten raamopeningen;
• nieuwe patioruimte;
• interne constructieve verbouwingen;
• gedeelde binnenplaats van circa 215 m²;

-     gevelafwerking: 

• nieuwe raamopeningen en gesloten raamopeningen voorzien van houten schrijnwerk in monumentengroene kleur. Deuropeningen in muntgroene kleur.

Inhoud van de aanvraag

-     wijzigen van de functie van bedrijvigheid naar gemeenschapsvoorzieningen en dienstverlenende activiteiten;

-     wijzigen van de voorgevels; 

-     wijzigen van de scheimuren (maken van openingen); 

-     doorvoeren van interne constructieve werken.

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Inhoud van de aanvraag

Milieutechnisch omvat de aanvraag de exploitatie van polyvalente zalen en warmtepompen.

Aangevraagde rubriek(en)
 

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

Adviezen

Externe adviezen

Interne adviezen

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het bijzonder plan van aanleg BPA Deurne Dorp, goedgekeurd bij ministerieel besluit van 26 juni 2007. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: zone voor private tuinen-art. 12, zone voor bijzondere gebouwtypes-art. 9, zone voor bijgebouwen-art. 6 en zone voor wegenis-art. 4.1.

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Bijzondere plannen van aanleg (BPA's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan en het bijzonder plan van aanleg.

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-     Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-     Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgende punten:

• artikel 12 Draaicirkel en doorgangshoogte:
  in alle publiek toegankelijke delen dient voor een vrije en vlakke draairuimte te worden gezorgd. In de workshopruimte op de 3de verdieping is een hoogteverschil op te merken dat niet wordt overbrugd met een helling. Als dezelfde faciliteiten kunnen worden aangeboden op de rest van de verdieping dat over dezelfde vloerpas beschikt, dan vormt dit geen belemmering;
• artikel 19 Hellingen:
  op de plannen staan verschillende hellingen opgetekend, het hellingspercentage is niet bij elke helling af te leiden wegens het ontbreken van voldoende vloerpassen. De hellingen die worden voorzien moeten dan ook voldoen aan de bepalingen van dit artikel;
• artikel 24 Draairuimte:
  er dient voor en achter elke toegang of deur tussen 2 publiek toegankelijke ruimtes een vrije en vlakke draaicirkel te worden voorzien van 1,50 m. Op niveau 3, 5 is aan de lift slechts een draairuimte van 1,4 m voorzien;
• artikel 25 Vrije en vlakke wand- en vloerbreedte naast deur:
  naast de krukzijde van de deur dient een vrije en vlakke wand- en vloerbreedte te worden voorzien van 0,50 m. Aan de lift/ trappenhal, ter hoogte van verdieping 2, 3 is de opstelruimte slechts 0,45 cm. Op de gelijkvloerse verdieping is deze slechts 0,22 cm.

Algemene bouwverordeningen

-     Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-     Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

• artikel 21 Minimale hoogte van ruimten:
  de minimale plafondhoogte voor verblijfsruimten bedraagt 2,60 m. 
  op de gelijkvloerse, eerste en tweede verdieping zijn de ruimtes lager;
• artikel 26 Afvalverzameling:
  functies anders dan wonen, dienen een afvalberging te hebben van minstens 4 m² en voorzien van verluchting. Op de plannen is geen afvalberging terug te vinden;
• artikel 44 Vetafscheiders en olieafscheiders:
  horeca-inrichtingen, bedrijven en instellingen waar voedsel wordt verwerkt zijn verplicht om hun afvalwater via vetafscheiders te lozen. Deze vetafscheider dient dus te worden voorzien indien er voedsel wordt verwerkt in de buurtbar.

Sectorale regelgeving

-     MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving besluit de toegevoegde project-MER-screeningsnota dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn. De nota wordt aanvaard.
 

-     Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit). 
Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd. 
Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd. 
Het project is niet gelegen in een signaalgebied. 
Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.
 

-     Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
 

-     Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009. 
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag betreft de renovatie en herbestemming van de voormalige brouwerij De Ridder. De herbestemming streeft een invulling met een maatschappelijke meerwaarde na waarbij de focus op zorg, educatie, buurtversterking en lokaal ondernemerschap ligt. 

Het voormalige brouwerij-ensemble bestaat uit zes gebouwdelen: gebouwdeel A (schuur), gebouwdeel B (bolster), gebouwdeel C (maïserie met voorbouw), gebouwdeel D (voormalige laadvloeren), gebouwdeel E (voormalige eesttoren) en gebouwdeel F (voormalige mouterij). De schuur en de bolster werden in een eerdere aanvraag herbestemd tot centrum voor geestelijke gezondheidszorg (OMV_2022143448). Voorliggende aanvraag omvat de vier andere gebouwdelen. Om voldoende te kunnen inspelen op de veranderende maatschappelijke noden, worden de gebouwdelen niet geconcipieerd met een vast programma maar wordt getracht een voldoende flexibel programma op te stellen om in te spelen op wisselende ruimtevragen. De activiteiten die in de gebouwdelen worden ondergebracht worden beschouwd als gemeenschapsvoorzieningen en dienstverlenende activiteiten gericht op de versterking van de buurt. Gezien de ligging in het kleinschalig woonweefsel van Deurne-Dorp dienen de activiteiten verenigbaar te zijn met het omliggende woongebied. Om de maatschappelijke focus te bewaken worden de ruimten waarin de activiteiten zich kunnen ontplooien in gemeenschappelijk beheer gehouden.

Het gelijkvloers van gebouwdeel D en E omvat de ontvangstbalie van het gebouw. Hier wordt tevens een buurtbar en een co-workruimte ingericht waardoor het als ontmoetingsplek kan fungeren. Het gelijkvloers, de eerste en tweede verdieping van gebouwdeel F bieden plaats aan diverse soorten ateliers voor lokaal ondernemerschap. Op de verdiepingen van bouwdelen C, D en E en de derde verdieping van gebouwdeel F komen zorgkantoren, vergaderruimtes, buurtruimtes, klaslokalen, enzovoort. De ruimtes zullen beschikbaar gemaakt worden voor meerdere gebruikers en kunnen voor een specifiek tijdslot gereserveerd worden. Ze staan ter beschikking voor zowel de vaste gebruikers van het gebouw als voor externen.

De aanvraag werd voorgelegd aan de stedelijke dienst Ondernemen en Stadsmarketing / Business en Ondernemen. Zij geven volgend voorwaardelijk gunstig advies: “Het hele project past binnen de visie van de beleidsnota ruimtelijke economie inzonderheid het aspect verweving van functies waar deze aanvraag een mooie illustratie van is. Daar er ook een recafunctie voorzien wordt waarvoor mogelijk ook een horecavergunning vereist is, wordt voor het dossier een voorwaardelijk gunstig advies gegeven.”

Het advies wordt bijgetreden.

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De contour van de bestaande bebouwing blijft behouden. De dakrand van bouwdeel E wordt licht verhoogd naar analogie met de oorspronkelijke toestand. Het dak wordt toegankelijk gemaakt en ingericht als gedeelde buitenruimte. In het midden van het dak wordt een frivole opbouw voorzien die een herinnering vormt aan de grote schouw van de voormalige eesttoren. In de nieuwe situatie signaleert de opbouw het gebouwencomplex naar de omgeving toe. Aan het gebouw C wordt een balkon voorzien. In gebouwdeel F wordt een patio voorzien die grenst aan de tuin van een aanpalend perceel. Om maximale lichtinval te kunnen creëren in het project zonder inkijk in de tuin van de aanpaler worden lamellen voorzien. In de muren op de perceelsgrenzen van gebouwdeel C worden enkele raamopeningen aangebracht. Deze raamopeningen kijken uit op de daken van aangrenzende gebouwen en veroorzaken bijgevolg geen noemenswaardige privacyhinder.

De keldervloer wordt uitgebroken en verlaagd zodat een volwaardige gebruiksruimte ontstaat met onder meer een grote fietsenberging. De smalle steeg ten noorden van het project die uitgeeft op de Hertstraat, wordt voorzien van een fietshelling naar deze kelder.

De hoofdtoegang van het gebouwencomplex gebeurt via een binnenstraat vanuit de Hertstraat. De binnenstraat vormt de ruimtelijke ruggengraat van de site, zoals het ook fungeerde toen de brouwerij nog in werking was. Waar de brouwerij nood had aan een volledig verharde binnenkoer, wordt in het nieuwe ontwerp gezocht naar een samengaan van de historische verharding en vergroening. Een scherp omlijnd vlak in kasseibestrating laat plaats voor begroeiing langs de gevels. Ter hoogte van de Hertstraat zorgen vergrote raamgehelen op het gelijkvloers voor een directe relatie met het nieuwe programma.

De schaal en het ruimtegebruik van de aanvraag zijn verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening.

Visueel-vormelijke elementen

Naast een grondige restauratie wordt een nieuwe gelaagdheid toegevoegd aan het gebouw met een sobere, hedendaagse architectuurtaal die accordeert met de uitstraling van het bestaande ensemble. Deze tijdslaag laat zich lezen in het toevoegen van balkons, een passerelle, een dakterras, evacuatietrappen en een aantal aangepaste gevelopeningen. De nieuwe gevelelementen worden uitgewerkt in een groene kleur die refereert naar de oorspronkelijke groene kleur van het schrijnwerk. Op bepaalde plekken worden oorspronkelijke raamopeningen hersteld. Op andere plekken worden nieuwe openingen aangebracht. Deze nieuwe openingen worden onderscheiden van de oorspronkelijke door een afwijkende uitwerking naar vorm en door lateien in beton waarbij de kleur ton sur ton met het metselwerk is.

Cultuurhistorische aspecten

De aanvraag werd ter advies voorgelegd aan de stedelijke dienst Stadsontwikkeling/Onroerend Erfgoed/Monumentenzorg. Zij geven voorwaardelijk gunstig advies: “De aangevraagde werken hebben betrekking op de voormalige brouwerijgebouwen aan de Hertstraat in Deurne, opgenomen in de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed. De indrukwekkende stoombierbrouwerij werd gebouwd op het einde van de 19de eeuw door de gebroeders De Ridder.

Voorliggende aanvraag omvat de renovatie en herbestemming van de bouwdelen C tot F tot een mix van kantoren, ateliers, horeca-ruimte, educatieve lokalen, workshopruimtes en fietsenberging. De opmaak van het aanvraagdossier werd van kortbij opgevolgd door de stedelijke dienst Monumentenzorg en gebeurde ook in samenspraak met de kwaliteitskamer. De geplande ingrepen houden voldoende rekening met de randvoorwaarden die vooraf werden opgemaakt en kunnen globaal gunstig worden geadviseerd vanuit historisch standpunt.

Met betrekking tot het historisch geïnspireerde schrijnwerk, wordt opgelegd om de typedetails voorafgaandelijk aan de bestelling ervan, ter goedkeuring voor te leggen aan de stedelijke dienst Monumentenzorg.”

Het advies wordt bijgetreden en de gestelde voorwaarde wordt aan de vergunning gekoppeld.

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De interne hoogtes in de verschillende gebouwdelen variëren sterk. In gebouwdeel F ligt de interne hoogte overwegend lager dan 2,60 meter. Dit is strijdig met artikel 21 van de bouwcode. Het betreft echter een waardevol inventarispand. Om de kwaliteit van de ruimtes te verbeteren wordt er gewerkt met een vide, een patio en nieuwe gevelopeningen voor meer ruimtelijkheid, natuurlijke lichtinval, luchttoevoer en zicht naar buiten. Gezien de erfgoedwaarde van de gebouwdelen en de voorgestelde oplossingen, wordt hierop een afwijking van de bouwcode toegestaan.

In de aanvraag worden over de verschillende verdiepingen en in de kelder enkele bergingen voorzien. Er wordt echter geen specifieke afvalberging aangeduid (bouwcode, artikel 26). Er dient een afgescheiden ruimte voor afvalberging ingericht te worden van minstens 4 m² en voorzien van verluchting. Dit moet als voorwaarde aan de vergunning worden gekoppeld.

Op het gelijkvloers wordt een kleinschalige buurtbar ingericht. Het is nog onduidelijk of hier ook voedsel zal worden verwerkt. Artikel 44 van de bouwcode stelt echter dat plaatsen waar voedsel wordt verwerkt, de verplichting geldt om het afvalwater via een vetafscheider te lozen. Dit moet in voorwaardelijke wijs als voorwaarde aan de vergunning worden gekoppeld.

De aanvraag werd ter advies voorgelegd aan de stedelijke dienst Stadsontwikkeling/Publieke Ruimt (SW/PR). Zij geven voorwaardelijk gunstig advies: “De bouwheer zal voor de werken contact opnemen met Stadsontwikkeling – Dienst Beheer en Onderhoud, Postadres aangetekende zending: Grote Markt 1, 2000 Antwerpen, tel. 03 338 84 07,

herstellingopenbareruimte@antwerpen.be, betreffende opmaak plaatsbeschrijving en herstellingen openbaar domein na afloop van de bouwwerken. Meer informatie vindt u op:

https://www.antwerpen.be/nl/info/52d5052439d8a6ec798b4a7e/schade-aan-openbaar-domein-of-aanpassing-na-werken”

Het advies wordt bijgetreden. De voorwaarden worden aan de vergunning gekoppeld.

De aanvraag werd onderzocht op de overeenstemming met de verordening toegankelijkheid. Er worden enkele afwijkingen vastgesteld. De aanvrager geeft zelf aan in de beschrijvende nota dat maximaal rekening werd gehouden met de regelgeving maar dat vanuit een optimale verhouding tussen erfgoed-, gebruiks- en belevingswaarde van het gebouwencomplex enkele afwijkingen worden gevraagd. De motivatie tot afwijking vanuit een optimale verhouding tussen erfgoed-, gebruiks- en belevingswaarde wordt redelijk geacht en kan worden bijgetreden.

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

Fietsvoorzieningen

Er wordt een ruime fietsenstalling voorzien voor 190 fietsen. Een deel van deze fietsen wordt ter beschikking gesteld voor ’t Speelscholeke (100 stalplaatsen) en als buurtfietsenstalling in beheer door Mobiliteit en Parkeren Antwerpen (20 gewone stalplaatsen en 2 voor bakfietsen).

De aanvraag werd ter advies voorgelegd aan de stedelijke dienst Mobiliteit. Zij geven voorwaardelijk gunstig advies: 

-     “Er moet een bedrijfsvervoerplan opgemaakt worden, in samenspraak met de stad Antwerpen, om personeel en bezoekers zoveel mogelijk met duurzame modi naar de site te laten komen. 

-     Er moeten gesprekken opgestart worden met instellingen/bedrijven (bijvoorbeeld Colruyt, District Deurne, andere) met eigen parkings in functie van het bekomen van parkeerplaatsen voor personeel en bezoekers van de site.

-     Indien fase 2 van de ontwikkeling (deel van BV De Ridders) waar de fietsenstalling in vervat zit, niet gelijktijdig opgeleverd is met fase 1 van Andante, moet er een (tijdelijke) fietsenstalling voorzien worden die al kan gebruikt worden door de bezoekers van Andante.  Op die manier is er steeds continuïteit van het fietsaanbod op de site voor de functies die reeds in uitbating gegaan zijn.

-     Om personeel aan te moedigen om met de fiets naar het werk te komen, is het wenselijk om douchefaciliteiten te voorzien die rechtstreeks toegankelijk zijn vanuit de fietsenstalling.”

Het advies wordt bijgetreden. De voorwaarden moeten aan de vergunning worden gekoppeld.

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

De geothermische warmtepomp bevindt zich in lokaal -00.12 (kelderniveau). Alle delen van de warmtepomp worden in deze ruimte opgesteld. De meegeleverde technische fiche is slechts een mogelijk voorbeeld van een warmtepomp; het exacte type warmtepomp zal op een later tijdstip worden bepaald. De totale geïnstalleerde drijfkracht (som van de compressorvermogens) zal hoe dan ook steeds maximaal 60 kW bedragen.

Vanuit het beheer van het gebouw worden enkele ruimtes beschikbaar gemaakt voor meerdere gebruikers. Deze plekken hebben geen vaste huurder en zullen voor een specifiek tijdslot gereserveerd worden. Ze zijn zowel te huren door de vaste gebruikers van het gebouw, als door gebruikers van buitenaf. De vaste gebruikers van het gebouw (gebruikers van kantoren, school en ateliers) kunnen deze flexibel inzetbare ruimtes gebruiken als break-out ruimtes, vergaderruimtes, workshopruimtes, ruimte voor presentaties en/ of recepties. Het gezamenlijk gebruik van deze ruimtes verhoogt het efficiënt ruimtegebruik van het gebouw.

Tegelijkertijd staan deze ruimtes ook ter beschikking voor gebruik van buitenaf. In dit geval geven plekken ruimte aan bv. buurt-overleg, yoga-lessen, avond-onderwijs, sporadische expo, enzovoort. Zoals gesteld is de concrete exploitant op heden nog niet bekend. Gezien het onlosmakelijk verband met de stedenbouwkundige handelingen worden de zalen nu reeds aangevraagd.

De ingedeelde inrichtingen of activiteiten zijn louter en alleen in de derde klasse ingedeeld, de exploitatie ervan is dus meldingsplichtig.

Er wordt voldaan aan artikel 5.4.3, §3 van het DABM betreffende verbods- en afstandsregels.

De gemelde exploitatie is meldingsplichtig en niet verboden.

Advies aan het college

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.

2. Om personeel aan te moedigen om met de fiets naar het werk te komen, is het wenselijk om douchefaciliteiten te voorzien die rechtstreeks toegankelijk zijn vanuit de fietsenstalling.

3. Typedetails van het historisch geïnspireerde schrijnwerk dienen, voorafgaand aan de bestelling ervan, ter goedkeuring worden voorgelegd aan de stedelijke dienst Monumentenzorg.

4. Er moet een afgescheiden ruimte voor afvalberging ingericht worden van minstens 4 m² en voorzien van verluchting.

5. Indien de buurtbar voedsel zal verwerken, dan dient het afvalwater geloosd te worden via een vetafscheider.

6. De bouwheer zal voor de aanvang van de werken contact opnemen met Stadsontwikkeling – Dienst Beheer & Onderhoud, postadres aangetekende zending: Grote Markt 1, 2000 Antwerpen, tel. 03 338 84 07, herstellingopenbareruimte@antwerpen.be, betreffende opmaak plaatsbeschrijving en herstellingen openbaar domein na afloop van de bouwwerken. Meer informatie: https://www.antwerpen.be/nl/info/52d5052439d8a6ec798b4a7e/schade-aan-openbaar-domein-of-aanpassing-na-werken.

7. Er moet een bedrijfsvervoerplan opgemaakt worden, in samenspraak met de stad Antwerpen, om personeel en bezoekers zoveel mogelijk met duurzame modi naar de site te laten komen.

8. Er moeten gesprekken opgestart worden met instellingen/bedrijven (bijvoorbeeld Colruyt, District Deurne, andere) in de nabije omgeving en met een eigen parking, in functie van het bekomen van parkeerplaatsen voor personeel en bezoekers van de site.

9. Indien fase 2 van de ontwikkeling (deel van BV De Ridders) waar de fietsenstalling in vervat zit, niet gelijktijdig opgeleverd is met fase 1 van Andante, moet er een (tijdelijke) fietsenstalling voorzien worden die al kan gebruikt worden door de bezoekers van Andante.  Op die manier is er steeds continuïteit van het fietsaanbod op de site voor de functies die reeds in uitbating gegaan zijn.

Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Aan het college wordt voorgesteld de ingedeelde inrichtingen of activiteiten te akteren.

Geadviseerde rubriek(en)

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten