Terug
Gepubliceerd op 15/04/2024

2024_CBS_03133 - Omgevingsvergunning - OMV_2023089548. Jos Smolderenstraat 73-75A. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 12/04/2024 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tatjana Scheck, schepen; Karin De Craecker, waarnemend algemeen directeur

Afwezig

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Karin De Craecker, waarnemend algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2024_CBS_03133 - Omgevingsvergunning - OMV_2023089548. Jos Smolderenstraat 73-75A. District Antwerpen - Goedkeuring 2024_CBS_03133 - Omgevingsvergunning - OMV_2023089548. Jos Smolderenstraat 73-75A. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023089548

Gegevens van de aanvrager:

NV TRIPLE LIVING met als adres Michel De Braeystraat 55 te 2000 Antwerpen

Gegevens van de exploitant:

NV TRIPLE LIVING (0829278932) met als adres Michel De Braeystraat 55 te 2000 Antwerpen

Ligging van het project:

Jos Smolderenstraat 73-75A te 2000 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 11 sectie L nr. 3917A3

waarvan:

 

-     20230628-0046

afdeling 11 sectie L nr. 3917A3 (milieuluik Blok 23)

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen, exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorwerp van de aanvraag:

Nieuw Zuid Blok 23 (striga 4): het bouwen van een meergezinswoning met handelsgelijkvloers en de exploitatie van warmtepompen

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Inhoud van de aanvraag 

-     bouwen van een meergezinswoning met handelsgelijkvloers;

-     bouwen van een ondergrondse parking.


Relevante voorgeschiedenis

-     23/04/2021: vergunning (OMV_2020135751) voor bouwen van een meergezinswoning met handelsgelijkvloers;

-     07/10/2016: vergunning (20161175) voor technische werken binnen de wijk Nieuw Zuid meer bepaald de aanvraag wegenisvergunning voor fase 2 (striga 3-4-5) + regulariseren wijzigingen op AN1/B/P/20135602;

-     29/01/2014: vergunning (20135602) voor het uitvoeren van infrastructuurwerken op de site van ‘Antwerpen Nieuw Zuid’.

 

Vergunde/vergund geachte toestand

-     vervallen vergunning.

 

Huidige toestand

-     braakliggend terrein. 

 

Gewenste toestand

-     functie: meergezinsgebouw met handelsgelijkvloers:

  • gelijkvloers: 4 autonome handelunits (detailhandel) met een vloeroppervlakte van:

-     unit 1: 97,32 m²;

-     unit 2: 62,89 m²;

-     unit 3: 96,03 m²;

-     unit 4: 115,58 m².

  • 54 nieuwe woningen:

-     12 eenslaapkamerappartementen met een netto vloeroppervlakte van circa 54 m²;

-     28 tweeslaapkamerappartementen met een netto vloeroppervlakte van circa 62 m² (12), 64 m² (12), 74 m² (2) en 80 m² (2);

-     14 drieslaapkamerappartementen met een netto vloeroppervlakte van circa 86 m² (12) en 90 m² (2);

-     bouwvolume: 

  • open bebouwing;
  • 8 bouwlagen met plat dak;
  • 49,30 m breed en 14,38 m diep (excl. buitenruimtes/winterterrassen aan voor- en achterzijde van telkens 2,42 m diep), totale bouwdiepte van 19,22 m;
  • kroonlijsthoogte van 28,83 m;

-     gevelafwerking: 

  • witte betonpanelen- en elementen;
  • rasterstructuur aan voor- en achtergevel met betonnen kolommen op het gelijkvloers en houten kolommen op de verdiepingen;
  • houten en aluminium buitenschrijnwerk;
  • metalen balustrades.

-     inrichting: 

  • gelijkvloerse fietsenberging voor 12 fietsen en 5 buitenmaatse fietsen;
  • 1 ondergrondse bouwlaag met een vloeroppervlakte van circa 2.708 m² in functie van:

-     privatieve bergingen;

-     lokalen voor nutsvoorzieningen;

-     fietsenberging voor 162 fietsen;

-     75 autoparkeerplaatsen.

 

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

 

Voorgeschiedenis

Voorliggend project maakt volgens het Masterplan deel uit van striga 4. De blokken in striga 0-3 werden reeds (grotendeels) vergund en deels gerealiseerd.

 

Inhoud van de aanvraag

De aanvraag omvat de bouw en exploitatie van Blok 23 (striga 4), een meersgezinswoning met een commercieel gelijkvloers en ondergrondse parkeergarage in de wijk “Nieuw Zuid” te 2000 Antwerpen.

 

Aangevraagde rubriek(en)
 

Rubriek

Omschrijving

Gevraagd voor

3.2.2°a)

het lozen van meer dan 600 m³/jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan;

7.214,40 m³/jaar

16.3.2°a)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW.

41,80 kW

 

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Aquafin

28 november 2023

9 februari 2024

Voorwaardelijk gunstig

De Vlaamse Waterweg - Afdeling Regio Centraal

28 november 2023

5 februari 2024

Geen advies

Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken - ASTRID

28 november 2023

19 december 2023

Voorwaardelijk gunstig

Fluvius System Operator

28 november 2023

3 januari 2024

Voorwaardelijk gunstig

Hulpverleningszone Brandweer zone Antwerpen

28 november 2023

22 januari 2024

Voorwaardelijk gunstig

Politiezone Antwerpen/ Centrale Preventie

 

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

 

Politiezone Antwerpen/ Verkeerspolitie

 

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

 

Proximus

28 november 2023

8 januari 2024

Voorwaardelijk gunstig

Vlaamse Milieumaatschappij (VMM)  - Advies lucht – stedenbouwkundig aspect

28 november 2023

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

 

Water-link

28 november 2023

9 februari 2024

Voorwaardelijk gunstig

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

VESPA

28 november 2023

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie

28 november 2023

15 december 2023

Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering

28 november 2023

6 december 2023

Stadsbeheer/ Groen en Begraafplaatsen

28 november 2023

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

Stadsbeheer/ Stadsreiniging/ sorteerstraatjes

28 november 2023

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

Stadsontwikkeling/ Mobiliteit

28 november 2023

5 december 2023

Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Ruimtelijke Planning/ SOK

28 november 2023

28 november 2023

Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Water

28 november 2023

19 december 2023

Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Archeologie

28 november 2023

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

Stadsontwikkeling/ Publieke Ruimte

28 november 2023

7 december 2023

 

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Nieuw Zuid, goedgekeurd op 17 juli 2014. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: artikel 1 zone voor centrumfuncties (ce1).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan op volgende punten:

-     artikel 1.2.4.2 Private buitenruimte en collectieve buitenruimte:
Verhardingen in tuinen zijn enkel toegestaan in functie van een toegangspad of een terras met een maximale diepte van 3 meter gemeten vanaf de gevel;

-     artikel 1.2.6 Parkeren en stallen:
De toegangen tot de ondergrondse parkings moeten zowel voor auto’s als voor voetgangers inpandig worden voorzien. 

De uitloper van de helling is niet volledig inpandig.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-      Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater).
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.

-     Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgende punten:

  • artikel 21 Verticale plateauliften:
    §1. Liften in een afgesloten koker moeten minstens liften zijn van het type 2 zoals omschreven in de EN 81-70. Liften van het type 2 meten 1,40 m x 1,10 m.
    De netto afmetingen van de lift zijn volgens de aangeleverde plannen 1 m x 1,55 m. 
  • artikel 22: Toegangen en deuropeningen – algemene bepalingen:
    de vleugels van de dubbele toegangsdeuren tot de handelsruimte(s) en de gelijkvloerse fietsenstalling zijn slechts 0,90 m breed, waardoor bij het openen van slechts één enkele vleugel geen vrije doorgangsbreedte van minimaal 0,90 m kan gewaarborgd worden, tenzij de dubbele toegangsdeuren automatisch geopend zouden worden;

 

Algemene bouwverordeningen

-     Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-     Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.

 

Sectorale regelgeving

-     MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving besluit de toegevoegde project-MER-screeningsnota dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn. De nota wordt aanvaard.

-     Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit). 
Het voorliggende project is geheel gelegen in een zone waarvoor De Vlaamse Waterweg aangewezen is als adviesinstantie.

Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd (score A). 

Het project is gelegen in een zone met een kleine fluviale overstromingskans (T1000) onder huidig klimaat (score C).

Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

-     Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021. 

-     Archeologienota: overeenkomstig artikel 5.4.1 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 moet aan bepaalde aanvragen een archeologienota worden toegevoegd waarvan akte werd genomen 
Van de archeologienota werd akte genomen door het agentschap Onroerend Erfgoed op 22 november 2020.
De nota toont gemotiveerd aan dat er geen verder archeologisch onderzoek moet plaatsvinden.

-     Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009. 
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is van toepassing op de aanvraag. De aanvraag is hiermee in overeenstemming.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Context

De aanvraag betreft een herneming van de aanvraag die in de zitting van het college van burgemeester en schepen op 23 april 2021 werd vergund. De start der werken van het vergunde project werd niet ingegeven in het Omgevingsloket binnen de twee jaar na de inwerkingtreding van de vergunning met als gevolg dat de vergunning vervallen is. De stedenbouwkundige handelingen in voorliggende aanvraag zijn exact dezelfde als in de eerder verleende vergunning.

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag voor het meergezinsgebouw met handelsgelijkvloers maakt deel uit van de realisatie van het stadsontwikkelingsgebied Nieuw Zuid. De functies zijn conform de stedenbouwkundige voorschriften van het RUP Nieuw Zuid en zijn verenigbaar met de aanwezige functies van de reeds gerealiseerde ontwikkelingen in deze nieuwe stadswijk. Het handelsgelijkvloers wordt eveneens gunstig geadviseerd door de stedelijke dienst Ondernemen en stadsmarketing: “De aanvraag omvat een nieuwbouw in het kader van de grootschalige herontwikkeling van Nieuw Zuid. Dit gebouw staat langsheen de centrale weg doorheen Nieuw Zuid en heeft in de gelijkvloerse plint dan ook een kleinschalig handelsgeheel met 4 winkelunits. De totale oppervlakte van de units bedraagt minder dan 400 m² netto handelsoppervlakte; aldus een kleinhandelsvergunning voor het handelsgeheel niet nodig. De units zijn elk kleiner dan 150 m² bruto, wat in de lijn ligt van de goedgekeurde Beleidsnota Detailhandel 2020 (zone voor verspreide bewinkeling, type 2). Op die manier wordt een basis winkel/horeca-aanbod gecreëerd in deze nieuwbouwwijk.”

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvraag betreft de realisatie van Blok 23 uit het masterplan Nieuw Zuid. Het masterplan stelde een U-vormig gebouw voor rond een binnentuin. De zuidelijke zijde van deze binnentuin wordt afgeboord door Blok 26, een langwerpig kantoorgebouw. Het masterplan werd voor deze 2 blokken herzien, tijdens de fase van het ontwerpend onderzoek van voorliggende aanvraag. De aanpassingen betekenen een vereenvoudiging van het masterplan. Blok 23 wordt teruggebracht tot een langwerpig volume dat in het westen een pleinwand vormt naar een stedelijk plein langs de Jos Smoldersstraat, de hoofdas van de wijk, en in het oosten naar een tuinplein met appelboomgaard. Door het gebouw terug te brengen van een U-vormig volume naar een rechthoekig volume, worden ook Blok 20 en Blok 24 op dit tuinplein betrokken. Blok 26 zal worden ingekort waardoor het parkgebied dieper de woonwijk kan binnendringen. Deze nieuwe configuratie werd toegelicht aan de Kwaliteitskamer en voorwaardelijk gunstig beoordeeld. Deze nieuwe configuratie zal ook moeten doorwerken in het ontwerp van de nog niet ontwikkelde strigae. Zo zal Blok 29 gesupprimeerd moeten worden en Blok 28 verlengd en uitgelijnd moeten worden op de flankerende Blok 26. Dit zal moeten worden afgetoetst bij de beoordeling van de betreffende aanvraag.

 

Het meergezinsgebouw bestaat uit 8 bouwlagen. De twee langse gevels van het gebouw bevatten wintertuinen op de verdiepingen. Op het gelijkvloers worden de wintertuinen weggelaten. Hierdoor ontstaat een publiek toegankelijke colonnade die toegang geeft tot de verschillende commerciële ruimtes.

 

Het tuinplein is privaat, gezien de ligging op de private ondergrondse parking, maar wordt als publiek toegankelijk gebied ingezet. Parallel en aansluitend aan het rechthoekige volume van het meergezinsgebouw wordt aan het tuinplein een verharde strook voorzien van circa 5 meter die doorloopt onder de colonnade tot tegen de gelijkvloerse gevel. De aanvraag wijkt hiermee af van het RUP Nieuw Zuid dat stelt dat verhardingen in de tuinen slechts toegelaten zijn tot een diepte van 3 meter gemeten vanaf de gevel. (RUP Nieuw Zuid, artikel 1.2.4.2). De bebouwde oppervlakte van Blok 23 wordt echter danig teruggeschroefd ten opzichte van het masterplan, dat de basis voor het RUP vormde. Hierdoor ontstaat een royaal tuinplein. De verharde strook langs het gebouw staat in verhouding tot het tuinplein en vormt een gemotiveerde afwijking van de stedenbouwkundige bepalingen van het RUP Nieuw Zuid.

 

In de noordoostelijke hoek van het gebouw is de inrit tot de ondergrondse parkeergarage voorzien. In aanloop naar deze inrit wordt de verharding buiten het gebouw reeds in een helling van 4% gelegd over een lengte van 2 meter. De aanvraag wijkt hiermee af van de voorschriften van het RUP (RUP Nieuw Zuid, artikel 1.2.6). De voorschriften stellen dat de toegangen tot de ondergrondse parking volledig inpandig moeten voorzien worden. De helling blijft op privatief terrein en voorbij de helling wordt nog een strook verharding van 2 meter op privatief terrein voorzien. Er is voldoende ruimte om zonder niveauverschil rondom het gebouw te lopen. De afwijking kan worden toegestaan.

 

De aanvraag werd ter advies voorgelegd aan de stedelijke dienst Stadsontwikkeling/Publieke Ruimte. Zij geven gunstig advies: “Het omgevende nieuw openbaar domein (buiten deze aanvraag) wordt aangelegd volgens al vergunde infrastructuur, Indien er toch aanpassingen zijn in functie van voorliggende aanvraag dienen deze voorgelegd en besproken te worden met studiebureau (ARA) en uitvoerder (VERHELST). In dit over te dragen openbaar domein worden geen ondergrondse privatieve zones (putten, leidingen) voorzien.”

 

De schaal en het ruimtegebruik van de aanvraag zijn verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening.

 

Visueel-vormelijke elementen

De aanvraag is visueel inpasbaar in de omgeving. Tijdens het ontwerpproces werd het project meermaals voorgelegd aan de Kwaliteitskamer, die het gunstig adviseerde.

 

Het gebouw wordt opgetrokken uit een CLT-houtstructuur in combinatie met gevelelementen in prefab beton en houten schrijnwerk in natuurkleur. De balustrades worden uitgewerkt in een fijnmazig strekmetaal. De inkomzones worden uitgewerkt als royale lobby’s met gedetailleerde brievenbussen en zitbanken waarbij de kasseien als bestratingsmateriaal van het openbaar domein worden doorgetrokken tot in de lobby.

 

Bodemreliëf

De aanvraag werd voorgelegd aan de stedelijke dienst archeologie. Zij geven voorwaardelijk gunstig advies: 

-     “De bouwheer meldt 2 weken voor aanvang de start van de werken aan de stedelijke dienst archeologie en nodigt deze uit voor een startvergadering (archeologie@antwerpen.be);

-     De bouwheer nodigt de dienst archeologie (archeologie@antwerpen.be) uit voor een startvergadering waarin de praktische kant en de noodzaak van eventueel toevalsvondst en/ of onderzoek wordt geduid;

-     De bouwheer laat werfcontroles toe door stadsarcheologen;

-     De bouwheer maakt voor bouwblok 26 een nieuwe specifieke archeologienota op. De toegevoegde archeologienota wordt enkel voor bouwblok 23 gekoppeld aan deze aanvraag.”

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De aanvraag beoogt een aanvaardbare mix van appartementen met één, twee en drie slaapkamers. Toch is de verhouding tussen de vloeroppervlakte van de leefruimte en het aantal slaapkamers in bepaalde appartementen eerder beperkt. Anderzijds beschikken alle appartementen over een ruim winterterras. Bovendien is de draagstructuur van het gebouw en de planschikking van de appartementen dusdanig georganiseerd dat het samenvoegen van appartementen flexibel kan georganiseerd worden. De realiteit wijst uit dat deze aanpak in het stadsontwikkelingsproject Nieuw Zuid vaak gebeurt waardoor de verhouding tussen vloeroppervlakte tussen de leefruimte en het aantal slaapkamers in een meergezinsgebouw potentieel hoger ligt dan in de aanvraag. Het mag echter niet de bedoeling zijn om het aantal appartementen in de aanvraag in de toekomst nog verder op te delen. Dit moet als voorwaarde aan de vergunning worden gekoppeld.

 

De aanvraag werd ter advies voorgelegd aan: 

-     Astrid Veiligheidscommissie. Zij merken op dat indoordekking aanwezig moet zijn gezien de oppervlakte van de ondergrondse parking. Hun advies wordt integraal toegevoegd aan de vergunning.  

-     De stedelijke dienst Stadsontwikkeling/Omgeving/Water. Zij geven gunstig advies: “Het perceel is onbebouwd en heeft een score C. Er wordt een kleine kans op fluviale overstromingen in het huidig klimaat gemodelleerd nabij/op het perceel. Er is geen kans op pluviale overstromingen. De aangevraagde werken hebben geen verlies aan overstromingsvolume tot gevolg en zullen de schade als gevolg van overstromingen niet vergroten.” 

 

Uit lezing van de plannen wordt afgeleid dat de aanvraag mogelijks afwijkt van de gewestelijke verordening toegankelijkheid op artikel 21 en 22. Het project moet in overeenstemming zijn met deze verordening. Dit moet als voorwaarde aan de vergunning worden gekoppeld.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 67 parkeerplaatsen.

De parkeerbehoefte wordt bepaald op het nieuw bouwen van een meergezinswoning met handelsgelijkvloers. Het gaat om Blok 23 op Nieuw Zuid. Er worden 54 appartementen voorzien en een handelsgelijkvloers.

 

-     40 appartementen tussen 60 m² en 90 m² met parkeernorm 1,2 dus 40 x 1,2 = 48;

-     14 appartementen > 90 m² met parkeernorm 1,35 dus 14 x 1,35 = 18,9

 

De handelsfuncties op het gelijkvloers hebben elk een kleine oppervlakte waardoor er geen parkeerbehoefte bepaald worden. De oppervlakte van alle handelsfuncties is kleiner dan 500 m².

 

De werkelijke parkeerbehoefte is 67.

 

De plannen voorzien in 75 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Er worden 75 parkeerplaatsen voorzien in een ondergrondse parking.

Uit de bijgevoegde parkeerboekhouding kan afgeleid worden dat er voldoende parkeerplaatsen voorzien worden en dat er voor striga 4 een positief saldo is van 63 parkeerplaatsen. En in het geheel van de hele site is er positief saldo van 87 parkeerplaatsen.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 75.

Dit aantal is toereikend.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus niet van toepassing.

 

 

Fietsenstalplaatsen:

Er moeten voor de 54 appartementen 164 fietsstalplaatsen voorzien worden:

- 12 appartementen met 1 slaapkamer = 12 x 2 (1 slaapkamer + 1 extra) = 24

- 28 appartementen met 2 slaapkamers = 28 x 3 (2 slaapkamers + 1 extra) = 84

- 14 appartementen met 3 slaapkamers = 14 x 4 (3 slaapkamers + 1 extra) = 56

 

Voor de handelsfuncties (samen 424 m²) moeten er 3 fietsstalplaatsen voorzien worden (0,60/100 m²).

 

Er worden op het gelijkvloers 12 fietsstalplaatsen voorzien en 5 plaatsen voor buitenmaatse fietsen.

In de parking worden 162 fietsstalplaatsen voorzien die te bereiken zijn via een fietstrap.

 

De fietstrap moet voorzien worden van een fietsgoot. Dit moet als voorwaarde aan de vergunning worden gekoppeld.

 

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

 

Volgende ingedeelde inrichtingen of activiteiten (IIOA’s) zullen aanwezig zijn in de exploitatiefase en worden aangevraagd:

-     het lozen van huishoudelijk afvalwater (van de commerciële ruimtes);

-     het gebruik van warmtepompen voor verwarming en sanitair warm water.

Beide rubrieken zijn in de derde klasse ingedeeld.

 

De watergekoelde warmtepompen werken met het koelmiddel R410A wat een Global Warming Potential (GWP) van 2088 heeft. De exploitant wordt gevraagd te bekijken of het mogelijk is in dit nieuwe gebouw een meer milieuvriendelijk koelmiddel te gebruiken met een lagere GWP en niet onderhevig aan uitfasering. Deze warmtepompen worden in de kelder geplaatst.

 

De luchtgekoelde warmtepompen werken met het milieuvriendelijke koudemiddel R290 dat een GWP van 3 heeft. Deze warmtepompen worden op het dak van het gebouw geplaatst. De exploitant wordt erop gewezen dat er te allen tijde dient voldaan te worden aan de milieukwaliteitsnormen voor geluid in openlucht zoals opgenomen in Vlarem II.

 

Daarnaast zullen ook volgende niet-ingedeelde technische installaties worden voorzien:

-     een hoogspanningscabine (transformator met vermogen van 650 kVA);

-     een CO-ventilator (15.000 m³/uur);

-     een regenwaterrecuperatieunit;

-     een drukverhogingsinstallatie;

-     een BEO-veld met 17 boringen tot een diepte van 125 m (dieptecriterium = 150 m) die voorziet in de warmtevraag van het gebouw daar er geen beroep meer kan worden gedaan op het warmtenet van de verbrandingsoven van Wilrijk.

 

Onder het gebouw wordt een ondergrondse parkeergarage voorzien met stalplaatsen voor 75 wagens. Volgens de exploitant zal hiervoor geen bemaling noodzakelijk zijn.

 

De vergunningverlenende overheid is verplicht om een advies in te winnen bij het Agentschap Onroerend Erfgoed als de vergunningsaanvraag betrekking heeft op ingedeelde inrichtingen of activiteiten in of aan een beschermde archeologische site, een beschermd monument, een beschermd cultuurhistorisch landschap of een beschermd stads- of dorpsgezicht (decreet van 12 juli 2013 betreffende het onroerend erfgoed artikel 6.4.4§3). Dat is hier niet het geval.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

  1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.
  1. Er moet een indoorradiodekking voorzien worden.
  1. De bouwheer meldt 2 weken voor aanvang de start van de werken aan de stedelijke dienst Archeologie en nodigt deze uit voor een startvergadering (archeologie@antwerpen.be).
  1. De bouwheer nodigt de dienst Archeologie (archeologie@antwerpen.be) uit voor een startvergadering waarin de praktische kant en de noodzaak van eventueel toevalsvondst en/ of onderzoek wordt geduid.
  1. De bouwheer laat werfcontroles toe door stadsarcheologen.
  1. De bouwheer maakt voor bouwblok 26 een nieuwe specifieke archeologienota op. De toegevoegde archeologienota wordt enkel voor bouwblok 23 gekoppeld aan deze aanvraag.
  1. Het aantal wooneenheden mag binnen het huidige volume niet verder toenemen.
  1. Het project moet in overeenstemming zijn met artikel 21 en 22 van de gewestelijke verordening toegankelijkheid.
  1. De fietstrap moet voorzien worden van een fietsgoot.
  1. Er moeten 75 nuttige autostaanplaatsen gerealiseerd worden.
  1. Per 10 autostalplaatsen dient er telkens één elektriciteitsvoorziening voorzien te worden ten behoeve van elektrische oplaadpunten voor wagens.
  1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Mits voldaan wordt aan de voorgestelde vergunningsvoorwaarden, is deze aanvraag in overeenstemming met de VLAREM wetgeving. Vanuit milieutechnisch oogpunt wordt positief advies gegeven de vergunning te verlenen.

 

Geadviseerde rubriek(en)

 

Rubriek

Omschrijving

Geadviseerd voor

3.2.2°a)

het lozen van meer dan 600 m³/jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan;

7.214,40 m³/jaar

16.3.2°a)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW.

41,80 kW

 

Lasten

Artikel 75 van het Omgevingsvergunningendecreet bepaalt dat de vergunningverlener lasten bij vergunningen kan opleggen.

 

De last kan de vorm aannemen van een louter financiële last of een realisatie in natura door de ontwikkelaar. In elk geval kan ingespeeld worden op maatschappelijke noden en behoeften op buurt- en wijkniveau. Het is aan de vergunningverlenende overheid om te bepalen of een louter financiële last aan de ontwikkelaar wordt opgelegd of een realisatie in natura door de ontwikkelaar wordt geëist. De inkomsten voor de stad van lasten moeten vanuit de regelgeving een expliciete bestemming krijgen met een link in de nabijheid van het project. Bij beslissing van de lasten moet dit meteen vastgelegd worden. Het kaderbesluit van 9 maart 2018 (jaarnummer 2203) legde de principes voor de lasten vast.

 

De stedenbouwkundige lasten voor het volledige projectgebied Nieuw-Zuid werden vastgelegd in een overeenkomst stedenbouwkundige lasten voorgelegd aan de gemeenteraad op 26 mei 2014 (jaarnummer 455), gewijzigd en/of aangevuld in een eerste en tweede addendum op deze overeenkomst, respectievelijk voorgelegd aan de gemeenteraad op 30 maart 2015 (jaarnummer 164) en op 24 april 2017 (jaarnummer 239).

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

21 augustus 2023

Volledig en ontvankelijk

28 november 2023

Start openbaar onderzoek

8 december 2023

Einde openbaar onderzoek

6 januari 2024

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit

12 maart 2024 

Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit

10 juni 2024

Verslag GOA

4 april 2024

Naam GOA

Axel Devroe en Bieke Geypens

 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

8 december 2023

6 januari 2024

0

0

0

1

 

Bespreking van de bezwaren

  1. Geluidsoverlast en afname zonlicht: Het bezwaar dat de aanvraag geluidsoverlast en een afname van zonlicht met zich meebrengt in het gebouw aan de overzijde van de Jos Smolderenstraat;
    Beoordeling: Het bezwaar is ongegrond. De aanvraag kadert binnen de realisatie van het stadsontwikkelingsproject Nieuw Zuid. De bouwmogelijkheden voor het stadsontwikkelingsproject werden juridisch vastgelegd in het RUP Nieuw Zuid dat een vertaling vormt van een masterplan. De aanvraag voldoet aan de visie van het masterplan en de voorschriften van het RUP Zuid.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij:

 

-     de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt;

-     het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

 

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

  1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie strikt na te leven.
  1. Er moet een indoorradiodekking voorzien worden.
  1. De bouwheer meldt 2 weken voor aanvang de start van de werken aan de stedelijke dienst Archeologie en nodigt deze uit voor een startvergadering (archeologie@antwerpen.be).
  1. De bouwheer nodigt de dienst Archeologie (archeologie@antwerpen.be) uit voor een startvergadering waarin de praktische kant en de noodzaak van eventueel toevalsvondst en/ of onderzoek wordt geduid.
  1. De bouwheer laat werfcontroles toe door stadsarcheologen.
  1. De bouwheer maakt voor bouwblok 26 een nieuwe specifieke archeologienota op. De toegevoegde archeologienota wordt enkel voor bouwblok 23 gekoppeld aan deze aanvraag.
  1. Het aantal wooneenheden mag binnen het huidige volume niet verder toenemen.
  1. Het project moet in overeenstemming zijn met artikel 21 en 22 van de gewestelijke verordening toegankelijkheid.
  1. De fietstrap moet voorzien worden van een fietsgoot.
  1. Er moeten 75 nuttige autostaanplaatsen gerealiseerd worden.
  1. Per 10 autostalplaatsen dient er telkens één elektriciteitsvoorziening voorzien te worden ten behoeve van elektrische oplaadpunten voor wagens.
  1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

 

De vergunning omvat thans volgende rubriek(en):

 

Rubriek

Omschrijving

Gecoördineerd

3.2.2°a)

het lozen van meer dan 600 m³/jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan;

7.214,40 m³/jaar

16.3.2°a)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW.

41,80 kW

 

 

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.