Op 12 september 2014 (jaarnummer 9058) keurde het college het proefproject Lageweg goed. Het projectgebied Lageweg kadert in Labo XX en de actualisatie van het strategisch Ruimtelijk Structuurplan Antwerpen (s-RSA). Het proefproject laat toe om in te zetten op een alternatief proces, waarbij de verschillende actoren en de daaruit voortkomende coalities een mogelijk intelligente aanpak bieden om vernieuwing te brengen in de site en een instrumentarium aan te bieden voor de verdichtingsaanpak van de 20ste-eeuwse gordel.
Op 22 januari 2016 (jaarnummer 480) keurde het college de gunning van het bestek GAC/2015/3065 goed (bestek raamovereenkomst voor de opmaak van milieueffectenrapporten, ruimtelijke veiligheidsrapporten en gemeentelijke uitvoeringsplannen).
Op 24 november 2017 (jaarnummer 9978) keurde het college de projectdefinitie van het masterplan voor de Lageweg goed. De projectdefinitie is de opgave voor het ontwerpbureau dat het masterplan de Lageweg zal opmaken.
Op 29 januari 2018 (jaarnummer 69) keurde de gemeenteraad de intentie tot opmaak van het RUP 'Gebied de Lageweg' en de begrenzing van het RUP goed. De fase planvorming is gestart. De uitgangspunten zijn om de bestaande bedrijven te behouden en de leegstaande bedrijfsgebouwen in te zetten om de dynamiek in het gebied te houden en te verbeteren.
Op 12 juni 2020 (jaarnummer 05198) keurde het college de proces- en startnota voor het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) 'de Lageweg', met Algplan_ID RUP_11002_214_60008_00001, district Hoboken, goed.
Voorliggende opdracht betreft een bijkomende opdracht aan het studiebureau Sweco Belgium nv in kader van het plan-MER en RUP, en dus een wijziging aan de eerdere opdracht die werd gegund aan Sweco Belgium nv op 7 februari 2020 (2020_CBS_01304) ten bedrage van 168.916 euro incl. BTW met bestelbonnummer 4005381608.
Art. 38/1 van het Koninklijk besluit tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten dat stelt:
“Een wijziging mag zonder nieuwe plaatsingsprocedure worden doorgevoerd, voor door de oorspronkelijke opdrachtnemer te verrichten aanvullende werken, leveringen of diensten die noodzakelijk zijn geworden en die niet in de oorspronkelijke opdracht waren opgenomen, indien de verandering van opdrachtnemer:
1° niet mogelijk is om economische of technische redenen, zoals wanneer de aanvullende goederen of diensten uitwisselbaar of interoperabel moeten zijn met bestaande uitrusting, diensten of installaties die in het kader van de oorspronkelijke opdracht zijn verworven; en
2° tot aanzienlijk ongemak of een aanzienlijke kostenstijging zou leiden voor de aanbesteder.
De prijsverhoging die het gevolg is van de wijziging mag evenwel niet hoger zijn dan vijftig procent van de waarde van de oorspronkelijke opdracht. Indien er verscheidene opeenvolgende wijzigingen worden doorgevoerd, geldt deze beperking voor de waarde van elke wijziging. Dergelijke opeenvolgende wijzigingen mogen niet worden gebruikt om de wetgeving inzake overheidsopdrachten te omzeilen. Het onderhavige lid is niet van toepassing op de opdrachten die worden geplaatst door aanbestedende entiteiten die activiteiten uitoefenen in de sectoren water, energie, vervoer en postdiensten als bedoeld in titel III van de wet.”
Artikel 56 §3, 4° van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 stelt dat het college van burgemeester en schepenen bevoegd is voor het voeren van de plaatsingsprocedure, de gunning en de uitvoering van overheidsopdrachten.
“Dienstnota bestellen en betalen stad Antwerpen, districten en OCMW van 17 december 2018.
Met het collegebesluit van 23 november 2018 (jaarnummer 10339) werden de principes bestellen en goedkeuren voor de stad Antwerpen aangepast.
Het college keurde onder meer goed om, met ingang van 1 januari 2019, de bevoegdheid tot het goedkeuren van correctiebestellingen en te betalen bedragen namens de stad als volgt te regelen (bedragen exclusief btw):
De opdracht wordt gegund aan Sweco Belgium nv, de oorspronkelijke opdrachtnemers, op grond van de uitzonderingsregels zoals bepaald in art. 38/1 van het Koninklijk besluit tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten. Immers, de opdrachtnemer beschikt over aanzienlijke relevante voorkennis bij het dossier die zij hebben opgebouwd gedurende hun opdracht. Het plan-MER en RUP worden door hen opgemaakt en kan pas vervolledigd worden op basis van het bijkomende onderzoek. Het bijkomend studiewerk is dus essentieel in het vervolledigen van hun opdracht. Enkel zij beschikken over de relevante data. Het aanstellen van een andere opdrachtnemer zou daarom leiden tot aanzienlijk hogere kosten doordat er heel wat kennis en data opnieuw verzameld zou moeten worden. Het bijkomende onderzoek moet daarnaast inpasbaar zijn binnen de producten die opgemaakt worden in kader van de oorspronkelijke opdracht. Deze producten kunnen immers pas vervolledigd worden op basis van het bijkomende onderzoek.
De offerte voor het bijkomend onderzoek bedraagt 45.571,12 EUR incl btw. De timing en de latere problemen met de offerte hebben gemaakt dat deze correctiebon moet opgemaakt worden.
Het college keurt de correctiebestelling voor het bijkomend onderzoek - wijziging opdracht opmaak RUP en plan-MER Lageweg, gegund op 7 februari 2020 (jaarnummer 2020_CBS_01304) - ten bedrage van 45.571,12 EUR incl. BTW aan Sweco Belgium BV, Arenbergstraat 13-1, 1000 Brussel goed.
Het college keurt de vastlegging van bestelbon 4005587945 voor een bedrag van 45.571,12 euro inclusief btw aan SWECO Belgium BV (ondernemingsnummer NBE0405647664) goed.
Het college keurt de wijziging van opdracht goed.
De financieel directeur verleent zijn visum en regelt de financiële aspecten als volgt:
Omschrijving | Bedrag | Boekingsadres | Bestelbon |
Integrale waterstudie Lageweg | 45.571,12 euro inclusief btw | budgetplaats:5152000000 budgetpositie:214 functiegebied: 2WNS020201A00000 subsidie:SBT11342 fonds: INTERN begrotingsprogramma: 2SA050610 budgetperiode:2400 | 4005587945 |