Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2024011128 |
Gegevens van de aanvrager: | de heer André Wens met als adres Schotensteenweg 64 te 2960 Brecht |
Ligging van het project: | Rijnkaai 150 te 2000 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 7 sectie G nrs. 126/11C en 126/8_ |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | oprichten van een tijdelijk paviljoen voor een periode van 3 jaar met als functie 'dagrecreatie' |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 22/06/2023: vergunning door deputatie (20222000) voor het wijzigen van de hoofdfunctie bedrijvigheid (opslagloods) naar dagrecreatie voor een periode van vijf jaar (voor de naastgelegen loods op Rijnkaai 150).
Vergunde toestand
- braakliggende Scheldekaai naast het vastgesteld bouwkundig erfgoed ‘Hangar 29 met meerpalen van de Red Star Line’.
Nieuwe toestand
- tijdelijke eventruimte voor 3 jaar en tevens de locatie voor de zomerbar Bocadero;
- betonnen funderingsplaat van 14 cm dik na het wegnemen van de kasseien;
- rechthoekig, vrijstaand paviljoen van 2 bouwlagen onder plat dak;
- gelijkvloerse ruimte met vide plus bergruimtes en sanitair;
- dakterras bereikbaar via een externe trap;
- gevels in natuurkleurig hout met invullingen in glas en donkerbruin thermisch hout, buitentrap in staal;
- fietsparking tegen de gevel van de naastgelegen hangar.
Inhoud van de aanvraag
- slopen/verwijderen van de kasseien ter plekke;
- oprichten van een tijdelijke eventruimte in de vorm van een rechthoekig paviljoen;
- inrichten van de functie dagrecreatie.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
De Vlaamse Waterweg - Afdeling Regio Centraal | 19 februari 2024 | 9 april 2024 | Ongunstig |
Hulpverleningszone Brandweer zone Antwerpen | 19 februari 2024 | 18 maart 2024 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Autonoom gemeentebedrijf voor vastgoed en stadsprojecten in Antwerpen (VESPA) | 25 maart 2024 | 8 april 2024 |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie | 19 februari 2024 | 28 februari 2024 |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering | 19 februari 2024 | 20 februari 2024 |
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit | 19 februari 2024 | 28 februari 2024 |
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit | 20 maart 2024 | 2 april 2024 |
Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Vergunningen Milieu | 19 februari 2024 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Archeologie | 19 februari 2024 | 29 maart 2024 |
Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg | 19 februari 2024 | 27 februari 2024 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Rijnkaai 2.0, goedgekeurd op . Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: artikel 2: zone voor centrumfuncties (ce) en artikel 1: zone voor publiek domein (pu).
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een gemengd gemeenschapsvoorzienings- en dienstverleningsgebied. De gebieden die als gemengd gemeenschapsvoorzienings- en dienstverleningsgebied zijn aangeduid, zijn bestemd voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen evenals voor dienstverleningsbedrijven of inrichtingen in verband met haven en scheepvaart.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan Rijnkaai 2.0.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Hemelwaterverordening 2023.
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening toegankelijkheid.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening voetgangersverkeer.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):
Sectorale regelgeving
- MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het voorliggende project is geheel gelegen in een zone waarvoor De Vlaamse Waterweg aangewezen is als adviesinstantie.
Het project is gelegen in een zone met een kleine pluviale overstromingskans (T1000) onder huidig klimaat (score C).
Het project is gelegen in een zone met een kleine fluviale overstromingskans (T1000) onder huidig klimaat (score C).
Het project is niet gelegen in een signaalgebied.
Na onderzoek blijkt het project waarschijnlijk schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt
(Kijk de score van uw project na op (https://www.waterinfo.be/informatieplicht)
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag voorziet in het oprichten van een tijdelijk paviljoen met als functie dagrecreatie. Hiervoor werd het advies ingewonnen van de stedelijke dienst Ondernemen en Stadsmarketing – Business en Innovatie. Het advies leest als volgt:
“De aanvraag voorziet in een tijdelijke paviljoen constructie voor evenementen. Het zal bestaan uit een stevige constructie met dakterras.
De aanvraag past binnen de beleidsvisie horeca voor tijdelijke evenementen en als nightlife locatie.
Aandachtspunt is wel dat er voor het dakterras geen (elektronisch versterkte) muziekactiviteiten worden voorzien om overlast voor de omgeving te vermijden. Voor de nieuwe horecafunctie is er ook een horecavergunning vereist.
Daarom wordt er voor het dossier een voorwaardelijk gunstig advies gegeven
Vanuit stedenbouwkundig oogpunt wordt dit voorwaardelijk gunstig advies bijgetreden en worden volgende voorwaarden in de vergunning opgenomen:
- uitsluiting van (elektronisch versterkte) muziekactiviteiten op het dakterras;
- er is een horecavergunning vereist.
Mits rekening met deze voorwaarden te houden, past de aanvraag binnen de beleidsvisie horeca voor tijdelijke evenementen en als nightlife locatie.
Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid
De aanvraag omvat het plaatsen van een tijdelijk paviljoen ten noorden van Hangar 29. Het paviljoen wordt ingeplant tussen hangar 29 en de Kattendijksluis en bevindt zich in de in het RUP Rijnkaai aangeduide zone “Ce”. De constructie is hoofdzakelijk zichtbaar langs de zijde van de rivier en vanaf de Rijnkaai, komende vanuit het noorden. De Waagnatie, ook gekend als Hangar 29, doet dienst als buffer.
Visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten
Het paviljoen wordt opgetrokken in een lichte houten structuur met invullingen in glas en metaal. Zoals vermeld in het RUP is de verschijningsvorm van dit paviljoen afgestemd op de omgeving die zich hier hoofdzakelijk door de grote loods kenmerkt.
De eenvormigheid van het volume in voorliggende aanvraag biedt garantie om een rommelige indruk te vermijden (opslag,…), de zone af te baken en draagt het tijdelijk karakter van het paviljoen uit, wat ten zeerste geapprecieerd wordt.
Voorliggend voorstel doet bovendien geen afbreuk aan het karakter van Hangar 29.
Ook het advies van de stedelijke dienst Monumentenzorg leest gunstig:
“De plaatsing van een tijdelijk paviljoen op de onbebouwde ruimte naast Hangar 29 heeft geen onaanvaardbare impact op de erfgoedwaarde van de historische bebouwing. Vanuit oogpunt monumentenzorg is er geen bezwaar.”
Dit gunstig advies wordt vanuit stedenbouwkundig oogpunt bijgetreden.
De voorliggende aanvraag is bijgevolg visueel inpasbaar in de directe omgeving.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De aanvraag betreft een omgevingsaanvraag voor het plaatsen van een tijdelijk duurzaam en circulair paviljoen voor een periode van 3 jaar.
De Waagnatie is momenteel in concessie gegeven door AG-Vespa en deze concessie loopt nog voor een periode van 3 jaar. Na deze periode is er geen zekerheid dat de huidige concessie al dan niet verlengd kan/zal worden.
Bij het verlenen van de concessie werd een aanvulling en uitbreiding van de Waagnatieloods gevraagd om tijdelijke evenementen die momenteel verspreid op het terrein plaatsvinden te groeperen. Dit om tegemoet te komen aan de vele bezwaren van omwonenden met betrekking tot deze tijdelijke evenementen.
Mede om die reden wordt een tijdelijke vergunning van 3 jaar aangevraagd voor de realisatie van het paviljoen.
Vanwege de lopende conscessie werd ook advies bij AG-Vespa opgevraagd. Dit advies leest als volgt:
“AG Vespa geeft gunstig advies op deze omgevingsaanvraag:
In de plannen is een beperkte ruimte opgenomen, zonder direct toegang naar buiten. Voorgaande horeca events rekenden op containers op het openbaar domein, maar zonder voldoende beheer (ophaling en ledigen) geeft dit overlast voor de buurt en voor het openbaar domein.”
Dit gunstig advies wordt vanuit stedenbouwkundig oogpunt bijgetreden.
De Vlaamse Waterweg levert een voorlopig ongunstig advies af. Dit is voornamelijk te wijten aan onduidelijkheden met betrekking hoe de voorliggende aanvraag compatibel is met de voorziene stabilisatiewerken van de kaaien. Het advies leest als volg:
“Voorlopig ongunstig advies gelet op:
De Vlaamse Waterweg nv staat echter wel open voor verder overleg met alle betrokken partijen om de haalbaarheid van mogelijke oplossingen af te toetsen.”
Er wordt dan ook geadviseerd om contact met de Vlaamse Waterweg op te nemen om hierin duidelijkheid te scheppen en de werken op elkaar af te stemmen.
Er wordt geen septische put voorzien (bouwcode, art. 43). Dit wordt mee in de voorwaarden bij de vergunning opgenomen.
Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de aanvraag aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
De aanvraag betreft het bouwen van een tijdelijk paviljoen voor een periode van 3 jaar met als functie dagrecreatie.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 0 parkeerplaatsen.
De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding en/of functiewijziging. Deze tijdelijke dynamische eventruimte wordt gedurende de periode van de concessie (nog 3 jaar) tevens de locatie van de zomerbar Bocadero. Zowel het gelijkvloers als de mezzanine hebben geen vaste functie. Het betreft een gebouw bestemd voor recreatie en wordt opgetrokken als een polyvalent gebouw.
Gezien het tijdelijk karakter moeten geen bijkomende parkeerplaatsen voorzien worden.
De werkelijke parkeerbehoefte is 0
|
De plannen voorzien in 66 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
Aansluitend aan de afbraak van afdak 28A werd de vrijgekomen ruimte op de kaaivlakte voorzien als parkeerzone op het maaiveld. Een deel van deze zone is in gebruik als publieke rotatieparking uitgebaat door MPA en een ander deel van deze zone wordt gebruikt voor het personeels- en bezoekers parkeren voor de Waagnatieloods (o.a. parkeren door standhouders). Op de parking ter hoogte van de Waagnatieloods is ruimte voorzien voor het parkeren van 66 auto’s waarvan 7 parkeerplaatsen voor andersvaliden. De parking is afsluitbaar van de kaaizone d.m.v. een bareel. In overleg met Waagnatie kan de parking gebruikt worden door bezoekers van het Paviljoen. Er wordt bijkomend voorzien in een Shuttle dienst van en naar de buurtparkings en het Paviljoen.
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0. Dit aantal is toereikend.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus niet van toepassing.
|
Ontsluiting/bereikbaarheid:
Voor de ontsluiting van de Waagnatie voor gemotoriseerd verkeer wordt gebruik gemaakt van de opening in de waterkering net zuidelijk van het kruispunt Rijnkaai x Londen-Amsterdamstraat. Deze ontsluiting wordt gedeeld met de rotatieparking van MPA. De voertuigen rijden via een met jerseys afgebakende rijweg langs de rotatieparking over de kaaivlakte en bereiken zo de Waagnatieloods.
Fietsvoorzieningen:
Er moeten voldoende fietsenstallingen voorzien worden.
Voor personeel moet voor 1/3 van de werknemers die tegelijk aanwezig zijn een afgesloten en overdekte fietsenstalling voorzien worden.
Voor de bezoekers moet voor 1/2 een fietsenstalling voorzien worden.
Er worden 2 fietsenstallingen voor bezoekers ingericht voor in totaal 29 fietsen.
Deze moeten uitgebreid kunnen worden indien nodig.
Laden en lossen:
De draaicirkels voor de afgebakende rijweg langs de MPA-parking zijn afgestemd op het reguliere laden en lossen.
Voor laden en lossen voor exceptioneel vervoer en bijzonder transport, kan gebruik gemaakt worden van de helling over de waterkering in het noorden van de kaaivlakte bedoeld voor hulpdiensten en dienstvoertuigen van de stad en De Vlaamse Waterweg nv.
De dienst Mobiliteit geeft advies met volgende voorwaarden:
- Shuttle dienst van en naar de publieke parkings in de buurt.
- Opmaak evenementenvervoersplannen.
Vanuit stedenbouwkundig oogpunt wordt het advies bijgetreden en worden deze voorwaarden bij de vergunning opgenomen.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.
2. De in de beoordeling opgenomen voorwaarden van de stedelijke dienst Ondernemen en Stadsmarketing – Business en Innovatie moeten nageleefd worden.
3. De in de beoordeling opgenomen voorwaarden van de dienst Mobiliteit moeten nageleefd worden.
4. Er moet een septische put voorzien worden conform de bepalingen van artikel 43 van de bouwcode.
5. De handelingen waarvoor vergunning is verleend, mogen niet langer dan 3 jaar na de datum waarop de huidige vergunning een definitief en niet langer voor administratief beroep vatbaar karakter verkrijgt (= duur van de huidig lopende concessie), in stand blijven. Na het verstrijken van de geldigheidsduur van de vergunning moet de begunstigde het terrein herstellen in de staat waarin het zich bevond vóór de tenuitvoerlegging van de vergunning van bepaalde duur.
6. Voor de start van de werken moet er contact worden opgenomen met de Vlaamse Waterweg.
7. De uitbating mag de geplande stabilisatiewerken aan de Kaaimuur op geen enkele wijze belemmeren.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 31 januari 2024 |
Volledig en ontvankelijk | 19 februari 2024 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 19 april 2024 |
Verslag GOA | 27 maart 2024 |
Naam GOA | Axel Devroe |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.
2. De in de beoordeling opgenomen voorwaarden van de stedelijke dienst Ondernemen en Stadsmarketing – Business en Innovatie moeten nageleefd worden.
3. De in de beoordeling opgenomen voorwaarden van de dienst Mobiliteit moeten nageleefd worden.
4. Er moet een septische put voorzien worden conform de bepalingen van artikel 43 van de bouwcode.
5. De handelingen waarvoor vergunning is verleend, mogen niet langer dan 3 jaar na de datum waarop de huidige vergunning een definitief en niet langer voor administratief beroep vatbaar karakter verkrijgt (= duur van de huidig lopende concessie), in stand blijven. Na het verstrijken van de geldigheidsduur van de vergunning moet de begunstigde het terrein herstellen in de staat waarin het zich bevond vóór de tenuitvoerlegging van de vergunning van bepaalde duur.
6. Voor de start van de werken moet er contact worden opgenomen met de Vlaamse Waterweg.
7. De uitbating mag de geplande stabilisatiewerken aan de Kaaimuur op geen enkele wijze belemmeren.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.