Terug
Gepubliceerd op 06/05/2024

2024_CBS_03782 - Omgevingsvergunning - OMV_2023125087. Pervijzestraat 33. District Berchem - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 03/05/2024 - 09:00 fysiek
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tatjana Scheck, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Verontschuldigd

Nabilla Ait Daoud, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2024_CBS_03782 - Omgevingsvergunning - OMV_2023125087. Pervijzestraat 33. District Berchem - Goedkeuring 2024_CBS_03782 - Omgevingsvergunning - OMV_2023125087. Pervijzestraat 33. District Berchem - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023125087

Gegevens van de aanvrager:

mevrouw Katleen Van Den Steen met als adres Pervijzestraat 33 te 2600 Antwerpen en de heer Peter Bracke met als adres Pervijzestraat 33 te 2600 Antwerpen

Ligging van het project:

Pervijzestraat 33 te 2600 Berchem (Antwerpen)

Kadastrale percelen:

afdeling 22 sectie A nr. 299L7

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          20/03/2009: vergunning (3432#4114) voor het verbouwen van een eengezinswoning;

-          14/04/2006: vergunning (3223#180) voor het verbouwen van een woning;

-          16/10/1928: toelating (961#10198) voor het bouwen burgerhuis.

 

Vergunde toestand  

-          functie:

  • eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • hoofdbouw van 2 bouwlagen onder zadeldak met een bouwdiepte van 8,56 m;
  • aanbouw van 1 tot 2 bouwlagen onder een plat dak met een bouwdiepte van 14,95 m perceelsbreed op het gelijkvloers en langs de rechter perceelsgrens op de eerste verdieping;
  • dakkapel in het voorste en achterste dakvlak:
    • onder de dakkapellen een vrije hoogte van 2,2 m;
    • dakkapellen circa 40 cm terugspringend ten opzichte van de voorgevellijn;
  • tuinberging in de achtertuin van 12,00 m²;
  • kroonlijsthoogte van 7,83 m en nokhoogte van 10,58 m;

-          gevelafwerking:

  • voorgevel in rode gevelsteen met segmentboogvormige venster- en deuropeningen;
  • buitenschrijnwerk in geanodiseerd aluminium;
  • plint en dorpels in blauwe hardsteen;
  • dakbedekking in donkergrijze dakpannen;
  • kroonlijst en dakkapellen in geanodiseerd aluminium.
     

Bestaande toestand

-          bestaande toestand wijkt af van de vergunde toestand.

 

Nieuwe toestand

-          functie:

  • eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • hoofdbouw van 2 bouwlagen onder zadeldak met een bouwdiepte van 8,62 m;
  • aanbouw van 1 tot 2 bouwlagen onder een plat dak met een bouwdiepte van 14,86 m perceelsbreed op het gelijkvloers en 15,00 m langs de rechter perceelsgrens op de eerste verdieping;
  • dakkapellen in het voorste en achterste dakvlak:
    • onder de dakkapellen een vrije hoogte van 2,16 m;
    • dakkapellen tot op de gevels (circa 23 ten opzichte van voorgevellijn);
  • tuinberging in de achtertuin van 4,68 m²;
  • kroonlijsthoogte van 7,83 m en nokhoogte van 10,58 m;
  • massieve tuinmuren als voortzetting van de scheimuren tot circa 2,4 m voorbij de achtergevellijn met een hoogte van respectievelijk circa 2,8 en circa 2,7 m;

-          gevelafwerking:

  • voorgevel in ongewijzigde rode gevelsteen;
  • buitenschrijnwerk in lichtgrijs aluminium;
  • kroonlijst en dakkapellen in donkergrijze beplating;

-          inrichting:

  • achterterras van 12,96 m².

 

Inhoud van de aanvraag

-          slopen en nieuwbouw van de achterbouw;

-          uitbreiden van het volume:

  • oprichten van een grotere achterbouw;
  • dakkapellen die groter zijn dan deze van de vergunde toestand; 

-          wijzigen van de scheimuren en tuinmuren;

-          isoleren van de achtergevel en scheimuren;

-          wijzigen van de voorgevel;

-          doorvoeren van interne constructieve werken.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

Er werden geen externe adviezen gevraagd.

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Water

8 december 2023

18 december 2023

 

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater).
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

  • artikel 6 Harmonie en draagkracht:
    • de grotere dakkapellen zijn niet in harmonie met de omgeving waar dakuitbouwen van deze schaal niet kenmerkend zijn;
    • de materialisatie van de dakkapel in de voorgevel en de kroonlijst is niet in harmonie met het referentiebeeld van de omgeving en het totaalbeeld van de voorgevel, waar een lichte kleurstelling kenmerkend is;
  • artikel 15 In- en uitsprongen aan dakende dakkapel in de voorgevel beslaat circa 1/3de van het dakoppervlak en bevindt zich onderaan tot boven op de voorgevel. De grotere dakkapel is niet in verhouding tot het totale dak, waardoor de schuine dakvorm onvoldoende herkenbaar blijft;
  • artikel 19 Tuinafsluitingenter hoogte van de achtergevel worden de tuinmuren verhoogd tot een hoogte van respectievelijk links circa 3,85 m (volgens achtergeveltekening) en rechts circa 2,8 m. Tuinmuren in de achtertuin mogen maximaal 2,60 m hoog zijn;
  • artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren:
    • het is niet duidelijk of de scheimuur met de rechter aanpalende ter hoogte van de nieuwe achterbouw is voorzien van een opstand van minstens 0,30 m ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak;
    • de enkelvoudige scheimuur rechts is onvoldoende dik om constructiedelen te mogen dragen. Voor enkelvoudige scheimuren geldt dat: ze steeds een minimale dikte van 0,18 meter hebben. Scheidingsmuren met een grotere dikte mogen constructie-onderdelen dragen voor zover ze de perceelsgrens niet overschrijden en er een minimale dikte van 0,18 overblijft;
  • artikel 39 Infiltratie- en buffervoorzieningenhet is niet duidelijk of het terras wordt aangelegd in een helling van 1 à 2 % richting de onverharde bodem zodat het op natuurlijke wijze in de bodem kan infiltreren;
  • artikel 41 Kenmerken aansluiting van de leidingen met het openbaar rioolstelsel:  de aansluiting van de verticale hemelwaterafvoer in de voorgevel werd niet opgetekend. Dit moet aangesloten worden in overeenstemming met punt twee van dit artikel.

 

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening:

Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het project is gelegen in een zone met een kleine pluviale overstromingskans (T1000) onder toekomstig (2050) klimaat (score B).

Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).

Het project is niet gelegen in een signaalgebied.

Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

(Kijk de score van uw project na op (https://www.waterinfo.be/informatieplicht)

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag heeft betrekking tot een grondgebonden eengezinswoning, gelegen in woongebied. De functie blijft ongewijzigd.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvraag betreft het uitbreiden van het bouwvolume en het wijzigen van de interne indeling van de woning.

 

De achterbouwen worden afgebroken en vervangen door een nieuwe achterbouw met links 1 bouwlaag en rechts 2 bouwlagen. De bouwdiepte van de nieuwe achterbouw is slechts circa 10 centimeter dieper dan de vergunde achterbouw. De hoogte van het gelijkvloerse deel rechts is circa 55 cm hoger tot dakrandhoogte van circa 3,5 m. De hoogte van het linker deel is circa 30 cm hoger tot een dakrandhoogte van circa 6,2 meter. Het volume van de nieuwe achterbouw sluit voldoende aan bij de omgeving.

 

Het gelijkvloers van de woning wordt heringericht waarbij een doorzontypologie voorzien wordt. Bovendien wordt de nieuwe achtergevel maximaal beglaasd en wordt er ter hoogte van de keuken een dakraam voorzien. Dit heeft een gunstige invloed op de daglichttoetreding van de woning.

 

Visueel-vormelijke elementen

De nieuwe dakkapellen bevinden zich meer naar voor ten opzichte van de gevels, waardoor deze visueel veel meer aanwezig zijn en veel grootschaliger ogen. Toch zijn deze langs de binnenzijde minder hoog met een verlaagde vrije hoogte tot gevolg. Bovendien werden de vaste delen rondom de ramen van de dakkapellen veel massiever uitgevoerd, waardoor de dakkapel in de voorgevel nog meer opvalt. Dit heeft een ongunstige invloed op het gevelbeeld.

 

Zowel de kroonlijst als de dakkapel in de voorgevel werden in donkergrijs plaatmateriaal afgewerkt. Dit sluit onvoldoende aan bij de context van de omgeving waar alle kroonlijsten een witte kleurstelling hebben en ook de enige andere dakkapel een lichte kleurstelling heeft.

 

De wijzigingen aan de dakkapellen en de gewijzigde kroonlijst bovenaan de voorgevel dienen uitgesloten te worden uit de vergunning. Dit dient hersteld te worden naar de laatst vergunde toestand.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De wijzigingen aan de dakkapellen worden uitgesloten uit de vergunning.

2. De wijzigingen aan de kroonlijst bovenaan de voorgevel worden uitgesloten uit de vergunning.

3. De tuinmuren moeten verlaagd worden tot een maximale hoogte van 2,6 meter.

4. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van: een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand.

5. De dikte van de enkelvoudige scheimuur moet voorzien worden in overeenstemming met artikel 34 van de bouwcode.

6. Het terras moet aangelegd worden in een helling van 1 % tot 2 % richting de onverharde tuin.

7. De hemelwaterafvoer in de voorgevel moet intern aangesloten worden in overeenstemming met artikel 41 §2 van de bouwcode.

8. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

21 september 2023

Volledig en ontvankelijk

8 december 2023

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit

6 februari 2024

 

Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit

6 mei 2024

Verslag GOA

25 april 2024

Naam GOA

Cynthia Steurs

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. De wijzigingen aan de dakkapellen worden uitgesloten uit de vergunning.

2. De wijzigingen aan de kroonlijst bovenaan de voorgevel worden uitgesloten uit de vergunning.

3. De tuinmuren moeten verlaagd worden tot een maximale hoogte van 2,6 meter.

4. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van: een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand.

5. De dikte van de enkelvoudige scheimuur moet voorzien worden in overeenstemming met artikel 34 van de bouwcode.

6. Het terras moet aangelegd worden in een helling van 1 % tot 2 % richting de onverharde tuin.

7. De hemelwaterafvoer in de voorgevel moet intern aangesloten worden in overeenstemming met artikel 41 §2 van de bouwcode.

8. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.