Terug
Gepubliceerd op 06/05/2024

2024_CBS_03815 - Omgevingsvergunning - OMV_2023163391. Frans Van Dunlaan ZN. District Wilrijk - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 03/05/2024 - 09:00 fysiek
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tatjana Scheck, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Verontschuldigd

Nabilla Ait Daoud, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2024_CBS_03815 - Omgevingsvergunning - OMV_2023163391. Frans Van Dunlaan ZN. District Wilrijk - Goedkeuring 2024_CBS_03815 - Omgevingsvergunning - OMV_2023163391. Frans Van Dunlaan ZN. District Wilrijk - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023163391

Gegevens van de aanvrager:

BVBA B&L PROJECTS met als adres Rode Dreef 29 te 2110 Wijnegem

Ligging van het project:

Frans Van Dunlaan ZN te 2610 Wilrijk (Antwerpen)

Kadastrale percelen:

afdeling 42 sectie C nr. 232G12

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

bouwen van een meergezinswoning met 3 woongelegenheden

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          07/12/2023: weigering (OMV_2023041288) voor het bouwen van een meergezinswoning met 3 woongelegenheden.

 

Geacht vergunde en bestaande toestand

-          braakliggend terrein.

 

Nieuwe toestand

-          functie:  wonen – meergezinswoning met 3 woongelegenheden:

  • 1 duplex drieslaapkamerappartement;
  • 1 tweeslaapkamerappartement;
  • 1 duplex tweeslaapkamerappartement;

-          bouwvolume:

  • gesloten bebouwing van 3,5 bouwlagen met een zadeldak;
  • nokhoogte van 15,13 m;
  • kroonlijsthoogte van 11,05 m;
  • ruime dakkapel aan de voorzijde;
  • terrassen aan de achterzijde op de gelijkvloerse, eerste en derde verdieping;
  • uitkragende balkons aan de voorzijde op de eerste en tweede verdieping;

-          gevelafwerking:

  • voorgevel in roodkleurige baksteen en zwart aluminium schrijnwerk;
  • plint en gevelbanden in beton;
  • kroonlijst in zwart aluminium;
  • dakkapel in donker aluminium plaatmateriaal;

-          inrichting:

  • open, onbebouwde, ruimte van 80 m²;
  • half-verzonken bouwlaag met aan de achterzijde een verzonken terras;
  • 2 trappen aan de achterzijde die het verzonken terras en terras van het verhoogd gelijkvloers verbinden met de tuin.

Inhoud van de aanvraag

-          bouwen van een meergezinswoning met 3 woongelegenheden;

-          wijzigen van de scheidingsmuren.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Agentschap Wegen en Verkeer - District Antwerpen

19 februari 2024

1 maart 2024

Voorwaardelijk gunstig

Aquafin

19 februari 2024

16 april 2024

Voorwaardelijk gunstig

Fluvius System Operator

19 februari 2024

6 maart 2024

Voorwaardelijk gunstig

Hulpverleningszone Brandweer zone Antwerpen

19 februari 2024

11 maart 2024

Voorwaardelijk gunstig

Proximus

19 februari 2024

19 maart 2024

Voorwaardelijk gunstig

 

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering

19 februari 2024

20 februari 2024

Stadsontwikkeling/ Mobiliteit

19 februari 2024

26 februari 2024

Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Vergunningen Milieu

19 februari 2024

21 februari 2024

 

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Hemelwaterverordening 2023.
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 6 Harmonie en draagkracht: De uitkragende balkons aan de voorgevel zijn niet kenmerkend in de omgeving.
  • artikel 10 Inplanting, bouwhoogte en bouwdiepte: De bouwdiepte van het terras aan de achtergevel op niveau +0,5 overschrijdt de kenmerkende bouwdiepte van de omgeving.
  • artikel 16 Technische uitsprongen: Alle technische installaties worden bij voorkeur inwendig in het gebouw ondergebracht. De zonnepanelen en de warmtepompen worden voorzien op het platte dak van de uitbouw.
  • artikel 40 Privaat gescheiden rioolstelsel en afvoerleidingen: De RWA en DWA mogen niet worden samengevoegd, het gescheiden rioolstelsel dient ook gescheiden te worden aangeboden aan de straat.
  • artikel 41 Kenmerken aansluiting van de leidingen met het openbaar rioolstelsel:

§1. Er worden geen toezichtsputten voorzien op privaat perceel zo dicht mogelijk bij de perceelsgrens.
§2. Het is niet duidelijk of de aansluiting van de RWA-afvoerbuis met het ondergrondse rioolstelsel inpandig wordt uitgevoerd.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).

Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).

Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).

Het project is niet gelegen in een signaalgebied.

Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

(Kijk de score van uw project na op (https://www.waterinfo.be/informatieplicht)

 

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

De omgeving van de Frans Van Dunlaan wordt gekenmerkt door zowel eengezinswoningen, meergezinswoningen als handelspanden. Het voorzien van een meergezinswoning is dan ook functioneel inpasbaar in de omgeving.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

Het gabarit van de bebouwing sluit aan bij deze van de rechter gebuur. De bouwdiepten, behoudens deze van het terras van +0,5, zijn kenmerkend in de omgeving. Het verhoogd terras bevindt zich buiten de kenmerkende bouwdiepte en is strijdig met artikel 10 van de bouwcode.

 

Volgens de aangeleverde tekeningen bevindt het verhoogde terras op +0,5 zich langs de linker zijde naast de bestaande hoger opgaande scheidingsmuur met de linker aanpalende die circa 2,25 m boven de terrasvloer uitkomt. Het opgetekende gabarit langs deze zijde stemt echter niet overeen met het scheimuurprofiel volgens de laatst gekende vergunning van het aanpalende perceel. Het vergunde gabarit heeft namelijk een hoogte van maximaal 3,40 m ten opzichte van het maaiveld in plaats van de 4,20 m volgens voorliggende aanvraag. Daarnaast wordt ook opgemerkt dat het opgetekende profiel van de bestaande toestand qua hoogte en verhouding niet overeen lijkt te stemmen met hetgeen te zien is op de aangeleverde foto’s. Om een hoogteverschil van 1,90 m te bekomen tussen de terrasvloer van het verhoogd terras en de vergunde scheimuur zou een ophoging noodzakelijk zijn. Het verder ophogen van de scheidingsmuren voorbij een bouwdiepte van 15 m kan echter niet worden toegestaan. Het terras dient daarom ook als langs de linker zijde gedeeltelijk een voldoende grote afstand te bewaren tot de perceelsgrenzen.

 

De technieken worden voorzien op het platte dak van de uitbouw. Dit is strijdig met de uitgangsprincipes van artikel 16 van de bouwcode, waarbij de technische installaties bij voorkeur inwendig in het gebouw worden voorzien. Gelet op het ruime bouwvolume dat reeds wordt gerealiseerd in verhouding tot de omliggende panden, en de aanwezigheid van een terras in het achterste dakvlak, wordt geoordeeld dat de zonnepanelen moeten worden voorzien op de schuine dakvlakken. De voorziene plaatsing van de warmtepompen is aanvaardbaar gelet op de positionering op voldoende afstand van de buren.

 

Visueel-vormelijke elementen

De voorgevel wordt gerealiseerd in rood gevelmetselwerk op een plint in beton en met buitenschrijnwerk in zwarte aluminium. Het voorgestelde materiaalgebruik past binnen de omgeving en is aanvaardbaar.

 

Op de eerste en tweede verdieping worden tegen de voorgevel uitkragende balkons geplaatst voor elke raamopening. Uitkragende terrassen aan de voorzijde zijn niet kenmerkend voor de omgeving en daardoor strijdig met artikel 6 van de bouwcode. Een beperkte uitkraging is aanvaardbaar in functie van een architecturaal accent.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Om het wooncomfort van een woning te bewaken is het belangrijk dat het aantal slaapkamers in verhouding staat met het aantal beschikbare vierkante meters leefruimte per bewoner. Dit is niet het geval in appartement 02.

Bijgevolg zal worden opgelegd de kleinste slaapkamer van dit appartement te voorzien als bureauruimte.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 3 parkeerplaatsen.

 

De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding en/of functiewijziging.

Er worden 3 appartementen voorzien.

Bij projecten tot 5 wooneenheden is de parkeernorm 1.

De werkelijke parkeerbehoefte is 3 x 1 = 3 parkeerplaatsen.

 

De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.

 

Voorliggende aanvraag heeft betrekking op een pand met een perceelsbreedte van minder dan of gelijk aan 8 m. Volgens artikel 12, §3, 1° (Levendige plint) van de bouwcode is een toegangspoort voor een autobergplaats niet toegelaten.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 3.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 3.

Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 3 plaatsen.

 

 

Fietsvoorzieningen:

De fietsparkeerbehoefte bedraagt 10 (1 x (3+1) + 2 x (2+1)). Op de half ondergrondse verdieping wordt een fietsenberging met 10 fietsstalplaatsen ingericht die bereikbaar is via een helling. Dit is aanvaardbaar op voorwaarde traptreden te voorzien op de helling om gemakkelijker boven te geraken.

 

Het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer is als voorwaardelijk gunstig opgeladen in het Omgevingsloket, maar het is een gunstig advies zonder voorwaarden. Om die reden kunnen geen voorwaarden uit dit advies overgenomen worden.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De uitkraging van de balkons aan de voorgevel 20 cm te voorzien in plaats van 60 cm.

2. De bouwdiepte van het terras aan de achtergevel op niveau +0,5 aan de linkerzijde te beperken tot 1,15 m over een breedte van 0,85 m.

3. De zonnepanelen te voorzien op de schuine dakvlakken.

4. Het rioolsysteem te voorzien conform de bepalingen van artikel 40 en 41 van de bouwcode.

5. Traptreden te voorzien op de helling naar de fietsenberging.

6. De kleinste slaapkamer van appartement 02 te voorzien als bureauruimte.

7. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.

8. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

9. De voorwaarden in het advies van Aquafin na te leven.

 

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

19 december 2023

Volledig en ontvankelijk

19 februari 2024

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit

19 april 2024

 

Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit

19 mei 2024

Verslag GOA

26 april 2024

Naam GOA

Wim Van Roosendael

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. De uitkraging van de balkons aan de voorgevel 20 cm te voorzien in plaats van 60 cm.

2. De bouwdiepte van het terras aan de achtergevel op niveau +0,5 aan de linkerzijde te beperken tot 1,15 m over een breedte van 0,85 m.

3. De zonnepanelen te voorzien op de schuine dakvlakken.

4. Het rioolsysteem te voorzien conform de bepalingen van artikel 40 en 41 van de bouwcode.

5. Traptreden te voorzien op de helling naar de fietsenberging.

6. De kleinste slaapkamer van appartement 02 te voorzien als bureauruimte.

7. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.

8. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

9. De voorwaarden in het advies van Aquafin na te leven.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.