Er werd bij de deputatie een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend. De aanvraag wordt behandeld volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
De deputatie verzoekt het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om:
- een openbaar onderzoek te houden;
- advies uit te brengen.
Projectnummer: | OMV_2024021122 |
Gegevens van de aanvrager: | zie exploitant |
Gegevens van de exploitant: | BASF INTEROX H2O2 PRODUCTION (0880410503) met als adres Ransbeekstraat 310 te 1120 Brussel |
Ligging van het project: | Scheldelaan 600 te 2040 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 20 sectie A nr. 5V2 |
waarvan: |
|
- 20170623-0013 | afdeling 20 sectie A nr. 5V2 (BASF Interox H2O2 (HP40)) |
Vergunningsplichten: | exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten |
Voorwerp van de aanvraag: | Productie-eenheid voor waterstofperoxide, horende bij een chemisch bedrijf: veranderen door uitbreiding |
Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Voorgeschiedenis
Stedenbouwkundige voorgeschiedenis
- 28/04/2006: stedenbouwkundige vergunning (HV/2006/B/0007 – 2006100007) voor het bouwen van de HP-installatie (H600 HPPO).
Historiek
Op 23 maart 2006 verleende de deputatie van de provincie een milieuvergunning voor een productie-installatie voor waterstofperoxide, voor een termijn verstrijkend op 23 maart 2026. Nadien werden nog diverse vergunningen verleend voor veranderingen.
Inhoud van de aanvraag
Het voorwerp van de aanvraag betreft een uitbreiding aan diverse opslagrubrieken voor gevaarlijke stoffen.
Aangevraagde rubriek(en)
Aangevraagde rubriek(en) BASF Interox H2O2 (HP40)
Rubriek | Omschrijving | Gevraagd voor |
7.11.2°e) | De fabricage van: (Er kan een overlapping zijn met de deelrubrieken van rubriek 7, 13 en 38. Onder fabricage in de zin van deze rubriek wordt verstaan de fabricage van de stoffen of groepen van stoffen, vermeld in deze rubriek, op industriële schaal door chemische of biologische omzetting.) van niet-metalen, metaaloxiden of andere anorganische verbindingen, zoals calciumcarbide, silicium, siliciumcarbide, titaandioxide | Wijziging van het concentratiebereik van 40% H2O2-oplossing naar 40-49% |
7.12.1°a) | chemische installatie voor de productie van organische chemicaliën met een productiecapaciteit van 100.000 ton per jaar of meer; | Wijziging van het concentratiebereik van 40% H2O2-oplossing naar 40-49% |
7.12.2°c) | chemische industrie voor de productie van bestrijdingsmiddelen en farmaceutische producten, verven en vernissen, elastomeren en peroxiden: inrichtingen voor de productie van elastomeren, verven, vernissen of peroxiden met een productiecapaciteit van 100.000 ton per jaar of meer; | Wijziging van het concentratiebereik van 40% H2O2-oplossing naar 40-49% |
7.2. | geïntegreerde chemische inrichtingen bestemd voor de fabricage van: organische basischemicaliën; anorganische basischemicaliën; fosfaat, stikstof of kaliumhoudende meststoffen; basisproducten voor gewasbescherming en van biociden; farmaceutische basisproducten met een chemisch of biologisch procédé; explosieven; | Wijziging van het concentratiebereik van 40% H2O2-oplossing naar 40-49% |
7.6.2° | fabricatie van organische en anorganische peroxiden, met een jaarcapaciteit: van meer dan 10 ton; | Wijziging van het concentratiebereik van 40% H2O2-oplossing naar 40-49% |
17.2.2. | VR-plichtige inrichting waar gevaarlijke producten in hoeveelheden die gelijk zijn aan of groter zijn dan de hoeveelheid, vermeld in bijlage 5, deel 1 en 2, kolom 3, bij dit besluit, aanwezig zijn, in voorkomend geval gebruikmakend van de sommatieregel, vermeld in noot 4 bij bijlage 5, deel 1 en deel 2 (hogedrempel Seveso-inrichting) | +19 ton |
17.3.4.3° | bijtende vloeistoffen en vaste stoffen - opslagplaatsen voor vloeistoffen en vaste stoffen op basis van etikettering gekenmerkt door het gevarenpictogram GHS05 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 100 ton; | +130,08 ton |
17.3.6.3° | opslagplaatsen voor schadelijke vloeistoffen en vaste stoffen, op basis van etikettering gekenmerkt door het gevarenpictogram GHS07, met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer 100 ton; | +130,08 ton |
17.3.8.3° | opslagplaatsen voor het aquatisch milieugevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen (gevarenpictogram GHS09) met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 200 ton. | +19 ton |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 24 en 42 van het Omgevingsvergunningsdecreet heeft het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar de bevoegdheid advies uit te brengen voor de vergunningsaanvragen op haar grondgebied waarvoor de deputatie, de Vlaamse regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar de bevoegde overheid is, tenzij:
Het college heeft op 17 november 2017 (jaarnummer 8858) beslist om de adviesbevoegdheid op te nemen.
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Haven van Antwerpen-Brugge, subadvies milieu | 2 april 2024 | 30 april 2024 | Gunstig |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het goed is gelegen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (GRUP) Afbakening zeehavengebied Antwerpen (Besluit van de Vlaamse regering van 30 april 2013), binnen de afbakeningslijn.
De gebieden binnen de afbakeningslijn behoren tot het zeehavengebied Antwerpen.
Met uitzondering van de deelgebieden waarvoor in dit plan voorschriften werden vastgelegd, blijven de op het ogenblik van de vaststelling van dit plan bestaande bestemmings- en inrichtingsvoorschriften onverminderd van toepassing.
Het goed is volgens voornoemd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan bestemd als Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven.
Zulk gebied is bestemd om te functioneren als Vlaams havengebied als onderdeel van de haven van Antwerpen. Het is bestemd voor zeehavengebonden en zeehavengerelateerde industriële en logistieke activiteiten en distributie-, opslag- en overslagactiviteiten die gebruikmaken van en aangewezen zijn op de zeehaveninfrastructuur.
Alle handelingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming en voor de exploitatie van de haven en de bedrijven zijn toegelaten.
Daartoe worden ook de volgende werken, handelingen, voorzieningen, en wijzigingen gerekend:
- de aanleg en het onderhoud van infrastructuur die nodig is voor de toegankelijkheid of voor verbindingen langs de waterzijde en langs de landszijde;
- het laguneren of op een andere wijze bergen of verwerken van baggerspecie.
Daarnaast is de ontwikkeling, het herstel en de instandhouding van tijdelijke ecologische infrastructuur toegelaten.
In het gebied zijn eveneens gebouwen of lokalen voor bewakingspersoneel toegelaten.
In het gebied zijn kantoorgebouwen niet toegelaten, tenzij ze noodzakelijk zijn voor en een inherent onderdeel zijn van de exploitatie van haven en industriële activiteiten. De bestaande kantoorgebouwen kunnen behouden blijven binnen het bestaande bouwvolume op het moment van definitieve vaststelling van dit gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. Uitbreidingen zijn niet toegelaten.
De aanvraag dient beoordeeld te worden aan de hand van de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan.
De aanvraag is in overeenstemming met de bestemming en de voorschriften van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.
Voor een straal van 500 meter rond de aanvraag is het voormelde GRUP tevens van toepassing. Hier gelden volgende bestemmingsvoorschriften:
* Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven;
* Gebied voor verkeers- en vervoersinfrastructuur voor de Scheldelaan;
* overdrukken Leidingstraat en Hoogspanningsleiding parallel aan de Scheldelaan;
* Zone voor permanente ecologische infrastructuur voor het gebied ten noorden van de Scheldelaan.
Binnen de straal van 500 meter is verder nog het GRUP Hoogspanningslijn Zandvliet – Lillo – Liefkenshoek van toepassing (Besluit van de Vlaamse regering van 1 juli 2016). Volgens dit GRUP loopt een overdruk ten noorden van het terrein met als aanduiding Hoogspanningsleiding. Aan beide zijden van de hoogspanningsleiding is een zone aangeduid met als overdruk Gebied met overdruk gebruiksbeperkingen.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
De ingedeelde inrichting of activiteit is vanuit stedenbouwkundig oogpunt hoofdzakelijk vergund. Er zijn geen vergunningsplichtige stedenbouwkundige handelingen aangevraagd. De aanvraag is verenigbaar met de ruimtelijke context van het havengebied waarbinnen deze aanvraag is gesitueerd. Er is geen bezwaar vanuit stedenbouwkundig oogpunt.
Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen en activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu
Er wordt met voorliggende aanvraag een wijziging doorgevoerd aan de opslag van de geproduceerde waterstofperoxideoplossing. Men wenst de concentratie van het geproduceerde waterstofperoxide te wijzigen van 40% H2O2 naar een concentratiebereik van 40 tot 49%. Dit heeft een effect op rubrieken 7.2, 7.6, 7.11 en 7.12. De productiecapaciteit wijzigt niet in deze aanvraag, deze blijft behouden op 280.000 ton waterstofperoxide per jaar.
Verder wijzigt de gevarenindeling van de AQ-oplossing (tank TK110), waardoor deze nu wel als Seveso-geklasseerd wordt gezien. Om deze reden wijzigt de hold-up van de Seveso-stoffen en wordt rubriek 17.2 aangevraagd.
De beoogde concentratiewijzigingen (40 tot 49%) van de waterstofperoxideoplossingen hebben ook een effect op de opslaghoeveelheden (rubriek 17.3). Deze wijzigingen werden eveneens geïntegreerd in het omgevingsveiligheidsrapport (OVR). Er wordt in het OVR besloten dat deze inrichting geen noemenswaardige bijdrage levert aan de externe mensrisico’s en milieurisico’s van de BASF-site.
Het is aan de vergunningverlenende overheid om, op basis van alle onafhankelijk uitgebrachte deskundige adviezen, tot een gemotiveerde en integrale beslissing te komen.
Advies van het college
Gunstig advies te verlenen voor de aanvraag tot omgevingsvergunning.
Geadviseerde rubriek(en)
Rubriek | Omschrijving | Geadviseerd voor |
7.2. | geïntegreerde chemische inrichtingen bestemd voor de fabricage van: organische basischemicaliën; anorganische basischemicaliën; fosfaat, stikstof of kaliumhoudende meststoffen; basisproducten voor gewasbescherming en van biociden; farmaceutische basisproducten met een chemisch of biologisch procédé; explosieven; (inrichting BASF Interox H2O2 (HP40)); | Wijziging van het concentratiebereik van 40% H2O2-oplossing naar 40-49% |
7.6.2° | fabricatie van organische en anorganische peroxiden, met een jaarcapaciteit: van meer dan 10 ton; (inrichting BASF Interox H2O2 (HP40)); | Wijziging van het concentratiebereik van 40% H2O2-oplossing naar 40-49% |
7.11.2°e) | De fabricage van: (Er kan een overlapping zijn met de deelrubrieken van rubriek 7, 13 en 38. Onder fabricage in de zin van deze rubriek wordt verstaan de fabricage van de stoffen of groepen van stoffen, vermeld in deze rubriek, op industriële schaal door chemische of biologische omzetting.) van niet-metalen, metaaloxiden of andere anorganische verbindingen, zoals calciumcarbide, silicium, siliciumcarbide, titaandioxide (inrichting BASF Interox H2O2 (HP40)); | Wijziging van het concentratiebereik van 40% H2O2-oplossing naar 40-49% |
7.12.1°a) | chemische installatie voor de productie van organische chemicaliën met een productiecapaciteit van 100.000 ton per jaar of meer; (inrichting BASF Interox H2O2 (HP40)); | Wijziging van het concentratiebereik van 40% H2O2-oplossing naar 40-49% |
7.12.2°c) | chemische industrie voor de productie van bestrijdingsmiddelen en farmaceutische producten, verven en vernissen, elastomeren en peroxiden: inrichtingen voor de productie van elastomeren, verven, vernissen of peroxiden met een productiecapaciteit van 100.000 ton per jaar of meer; (inrichting BASF Interox H2O2 (HP40)); | Wijziging van het concentratiebereik van 40% H2O2-oplossing naar 40-49% |
17.2.2. | VR-plichtige inrichting waar gevaarlijke producten in hoeveelheden die gelijk zijn aan of groter zijn dan de hoeveelheid, vermeld in bijlage 5, deel 1 en 2, kolom 3, bij dit besluit, aanwezig zijn, in voorkomend geval gebruikmakend van de sommatieregel, vermeld in noot 4 bij bijlage 5, deel 1 en deel 2 (hogedrempel Seveso-inrichting) (inrichting BASF Interox H2O2 (HP40)); | +19 ton |
17.3.4.3° | bijtende vloeistoffen en vaste stoffen - opslagplaatsen voor vloeistoffen en vaste stoffen op basis van etikettering gekenmerkt door het gevarenpictogram GHS05 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 100 ton; (inrichting BASF Interox H2O2 (HP40)); | +130,08 ton |
17.3.6.3° | opslagplaatsen voor schadelijke vloeistoffen en vaste stoffen, op basis van etikettering gekenmerkt door het gevarenpictogram GHS07, met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer 100 ton; (inrichting BASF Interox H2O2 (HP40)); | +130,08 ton |
17.3.8.3° | opslagplaatsen voor het aquatisch milieugevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen (gevarenpictogram GHS09) met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 200 ton; (inrichting BASF Interox H2O2 (HP40). | +19 ton |
Procedurestap | Datum |
Ontvangst adviesvraag | 28 maart 2024 |
Start openbaar onderzoek | 6 april 2024 |
Einde openbaar onderzoek | 5 mei 2024 |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste adviesdatum | 17 mei 2024 |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
6 april 2024 | 5 mei 2024 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Informatievergadering
Over de aanvraag werd een informatievergadering georganiseerd op 15 april 2024. Het verslag van de informatievergadering werd bezorgd aan de vergunningverlenende overheid.
Het college beslist een gunstig advies, zoals geformuleerd in de argumentatie, te geven op de aanvraag.