Terug
Gepubliceerd op 29/04/2024

2024_CBS_03546 - Omgevingsvergunning - OMV_2023156845. Berkenlaan 2. District Wilrijk - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 26/04/2024 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tatjana Scheck, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Verontschuldigd

Bart De Wever, burgemeester

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur
2024_CBS_03546 - Omgevingsvergunning - OMV_2023156845. Berkenlaan 2. District Wilrijk - Goedkeuring 2024_CBS_03546 - Omgevingsvergunning - OMV_2023156845. Berkenlaan 2. District Wilrijk - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een verzoek tot bijstelling van vergunningsvoorwaarden ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023156845

Gegevens van de aanvrager:

de heer Shah Swapnil Dineshchandra met als adres Berkenlaan 2 te 2610 Wilrijk (Antwerpen)

Ligging van het project:

Berkenlaan 2 te 2610 Wilrijk (Antwerpen)

Kadastrale percelen:

afdeling 42 sectie B nr. 218P

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van het verzoek:

bijstellen van een opgelegde voorwaarde in vergunning OMV_2023061876

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          23/01/1937: toelating (238#4729) voor landhuis;

-          15/09/2023: vergunning (OMV_2023061876) voor het uitbreiden en verbouwen van een vrijstaande woning;

-          29/03/2019: vastgesteld bouwkundig erfgoed:

https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/11545

 

Vergunde en bestaande toestand

-          Opgelegde voorwaarde artikel 2 nr.5 dossier OMV_2023061876:

  • alle handelingen, werken of wijzingen met betrekking tot het bestaande toegangsbordes worden, behoudens het herstellen van de oorspronkelijke materialisatie, uitgesloten van de vergunning.

 

Nieuwe toestand

-          volwaardige trappenpartij voorzien van een blauwe tegel in keramiek;

-          ondergrondse fietsenberging ter hoogte van de oorspronkelijke inkomtravee.

Inhoud van de aanvraag 

-          verzoek tot schrappen van de opgelegde voorwaarde nr. 5 dossier OMV_2023061876.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

Er werden geen externe adviezen gevraagd.

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg

22 december 2023

6 maart 2024

 

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

Het verzoek ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)


De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.

 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)


De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)


De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)


De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 21 Minimale hoogte van ruimten:

de fietsenberging heeft een hoogte van 1,87 m < 2,20 m.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.


Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).

 

Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd. Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd. Het project is niet gelegen in een signaalgebied. Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

 

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)


De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))


Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag betreft het bijstellen van voorwaarde nr. 5 van de eerder afgeleverde vergunning met kenmerk OMV_2023061876 en omvat geen functiewijziging. De functionele inpasbaarheid blijft dus gegarandeerd.

 

Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid en cultuurhistorische aspecten

In de aanvraag OMV_2023061876 werd het bestaand toegangsbordes naar de voordeur uitgebreid naar de straatzijde. Op het niveau van de kelder werd onder het bordes een fietsenberging ingericht. Door deze ingreep werd de trap aan het toegangsbordes niet langer toegankelijk, waardoor de voordeur niet bereikbaar was. Gezien het pand opgenomen is op de inventaris vastgesteld bouwkundig erfgoed, werd in het kader van aanvraag OMV_2023061876 advies opgevraagd bij de stedelijke dienst Monumentenzorg. Hun advies omtrent het toegangsbordes luidde als volgt: “Als voorwaarde wordt opgelegd om een volwaardige trappartij te voorzien ter hoogte van de oorspronkelijke inkomtravee. We begrijpen dat deze toegangsdeur niet langer de functie van hoofdinkom zal dragen, maar historisch gezien was dit wel zo. Door de deur volledig onbereikbaar te maken, ontstaat een vreemd zicht dat afbreuk doet aan de oorspronkelijke opzet van het ontwerp en de grandeur van de initiële inkompartij en inkomhal.”

Dit advies werd vanuit stedenbouwkundig oogpunt bijgetreden en bij de beoordeling van aanvraag werden alle handelingen, werken of wijzigingen met betrekking tot het bestaande toegangsbordes, behoudens het herstellen van de oorspronkelijke materialisatie, uitgesloten van de vergunning.

 

Voorliggende aanvraag omvat het bijstellen van deze opgelegde voorwaarde. In deze aanvraag wordt het toegangsbordes aangepast waardoor de trappartij toegankelijk wordt en de voordeur bereikbaar. In het kader van huidige aanvraag werd opnieuw advies opgevraagd bij de stedelijke dienst Monumentenzorg. Dit keer is hun advies gunstig. Vanuit stedenbouwkundig oogpunt wordt het gewijzigde toegangsbordes dan ook gunstig geadviseerd. De hoogte van de fietsenberging is beperkt tot 1,87 m. Gezien het feit dat de fietsen vanuit de kelder in de fietsenparking gestald kunnen worden, wordt de afwijking op de minimale hoogte van de ruimte (bouwcode, artikel 21) toegestaan.

 

De voorwaarden bij de omgevingsvergunning OMV_2023061876 worden bijgesteld:

voorwaarde nr. 5 betreffende het toegangsbordes wordt geschrapt. De overige voorwaarden van de beslissing blijven ongewijzigd behouden.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen.

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening verzoek

28 november 2023

Volledig en ontvankelijk

22 december 2023

Start openbaar onderzoek

3 januari 2024

Einde openbaar onderzoek

1 februari 2024

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit

5 april 2024

 

Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit

5 mei 2024

Verslag GOA

22 april 2024

Naam GOA

Cynthia Steurs

 

Onderzoek

Het verzoek werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

3 januari 2024

1 februari 2024

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Artikel 3

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.