Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2024003344 |
Gegevens van de aanvrager: | BVBA QUERCUS met als adres Dijkstraat(WEE) 23 te 2880 Bornem |
Ligging van het project: | IJzerlaan 28 te 2060 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 7 sectie G nr. 48G3 |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | oprichten van een meergezinswoning met 12 studentenkamers, een kamerwoning en een appartement |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 25/08/2023: weigering (20231243) voor het oprichten van een meergezinswoning met 12 studentenkamers, een kamerwoning en een appartement;
- 25/03/2022: vergunning (20213905) voor het oprichten van een pand met een winkel- en kantoorruimte plus 4 appartementen en 2 studentenkamers;
- 13/01/2000: vergunning (86#8724274) voor het uitbreiden van een bedrijfsruimte;
- 23/10/1959: vergunning (18#39883) voor verbouwingswerken.
Vergunde en bestaande toestand
- volume van 4 bouwlagen onder plat dak in gesloten bebouwing;
- kantoor met bovenliggende woning.
Nieuwe toestand
- nieuwbouw meergezinswoning met 12 studentenkamers, een kamerwoning en een duplex tweeslaapkamer appartement met dakterras;
- 8 bouwlagen onder plat dak in gesloten bebouwing;
- gelijkvloerse, gemeenschappelijke keuken, fietsenberging;
- ondergrondse technische ruimtes, bergingen en sanitair;
- perceel volledig bebouwd;
- voorgevel in een bruingrijs genuanceerde gevelsteen met buitenschrijnwerk in bronskleurig aluminium op een plint in bronskleurig, aluminium panelen.
Inhoud van de aanvraag
- slopen van de bestaande bebouwing;
- oprichten van een woongebouw met 1 wooneenheid, 12 studentenkamers en één kamer voor niet-studenten.
- wijzigen van de functie;
- wijzigen van de voorgevel;
- wijzigen van de scheimuren.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Agentschap Wegen en Verkeer - District Antwerpen | 1 februari 2024 | 2 februari 2024 | Geen advies |
Aquafin | 1 februari 2024 | 14 mei 2024 | Voorwaardelijk gunstig |
De Vlaamse Waterweg - Afdeling Regio Centraal | 1 februari 2024 | 2 april 2024 | Geen advies |
Fluvius System Operator | 1 februari 2024 | 6 februari 2024 | Voorwaardelijk gunstig |
Hulpverleningszone Brandweer zone Antwerpen | 1 februari 2024 | 19 maart 2024 | Voorwaardelijk gunstig |
Proximus | 1 februari 2024 | 27 februari 2024 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering | 1 februari 2024 | 3 februari 2024 |
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit | 1 februari 2024 | 16 februari 2024 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Dam-West, goedgekeurd op 6 januari 2011. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: zone voor wonen-art. 1.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan Dam-West op volgende punten:
- Artikel 1.02 Inrichting §2.1 bouwdiepte: Het terrein wordt volledig bebouwd in plaats van minstens 30% onbebouwd te laten. Een uitzondering kan in dit geval toegelaten worden omdat het gelijkvloers geen woonbestemming heeft.
- Artikel 1.02 Inrichting §2.2 bouwhoogte: de bruto vloeroppervlakte van de bouwlaag boven de kroonlijst bedraagt meer dan 60% van de bruto vloeroppervlakte van de onderliggende bouwlaag. (61 m² ten opzichte van 99 m²).
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Hemelwaterverordening 2023.
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):
Sectorale regelgeving
- MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Effecten op de biodiversiteit: overeenkomstig het stikstofdecreet, het nieuwe beoordelingskader voor alle aanvragen die stikstofemissies veroorzaken, in werking getreden op 23 februari 2024.
Op basis van de toepassing van het stikstofdecreet kan redelijkerwijs geoordeeld worden dat voorliggende aanvraag noch een verkeersdragend of een verkeersgenererend project is. Het beoordelingskader uit het decreet is dus van niet toepassing en een passende beoordeling (artikel 32 decreet) is bijgevolg niet vereist.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het voorliggende project is geheel gelegen in een zone waarvoor De Vlaamse Waterweg aangewezen is als adviesinstantie.
Het project is gelegen in een zone met een kleine pluviale overstromingskans (T1000) onder huidig klimaat (score C).
Het project is gelegen in een zone met een kleine fluviale overstromingskans (T1000) onder huidig klimaat (score C).
Het project is niet gelegen in een signaalgebied.
Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.
(Kijk de score van uw project na op (https://www.waterinfo.be/informatieplicht)
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
Het perceel is volledige bebouwd. Omdat er geen open ruimte op het perceel voorzien wordt, is de voorliggende aanvraag strijdig met het RUP en bouwcode.
Het betreft echter een zeer klein perceel met een gemiddelde diepte van 12 m waardoor een afwijking toegestaan kan worden.
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag is in overeenstemming met de bestemmingsvoorschriften. De directe omgeving bestaat uit een mix van een- en meergezinswoningen en handelshuizen. Het beoogde woongebouw, bestaande uit 12 studentenkamers, 1 kamer voor niet studenten en 1 duplexappartement, is functioneel inpasbaar in de omgeving.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Vanuit stedenbouwkundig oogpunt kan ingestemd worden met het volume zoals voorgesteld. Het gebouw bevindt zich naast het geïnventariseerd hoekpand ‘Bitterpeeën’ en sluit links aan bij het profiel van de aanpalende, hoger opgaande bebouwing.
In de volumetrie van het gebouw links werd reeds de aanzet gegeven tot een afbouw van de kroonlijsthoogte als overgang naar het lagere geïnventariseerde hoekpand.
Hierdoor telt het gebouw 5 bouwlagen op de rooilijn met daarboven 3 terugspringende bouwlagen. Om de overgang met het lagere hoekpand verzachten worden de 3 hoogste bouwlagen ook terugspringend ten opzichte van de zijdelingse perceelgrens voorzien.
De laatst verleende vergunning uit 2022 (20213905) met quasi identiek volume werd voorgelegd aan de kwaliteitskamer die dit gunstig adviseerde.
Deze volumetrische benadering impliceert evenwel dat er boven de kroonlijst meer volume voorzien wordt dan wat het RUP vooropstelt.
Het totale volume blijft echter binnen het hier toegelaten maximale volume waardoor een afwijking toegestaan kan worden.
Vanuit stedenbouwkundig oogpunt kan ingestemd worden met het programma zoals voorgesteld. Er wordt een goede mix voorzien waarbij de kamers en de woning op zich voldoende groot zijn. Bovendien is het positief dat er naast de 12 studentenkamers ook een grotere kamer is voor niet-studenten en een appartement, waardoor studenten na het afstuderen in een vertrouwde omgeving kunnen blijven wonen.
Visueel-vormelijke elementen
Voor de nieuwe gevelafwerking wordt een grijs-bruin genuanceerde gevelsteen voorgesteld in combinatie met bronskleurig aluminium schrijnwerk.
De voorgestelde materialisatie is aanvaardbaar gezien de stedelijke context van het gebouw.
Bij de uitwerking van de gevels is voldoende aandacht besteed aan de geveldetaillering en geleding zodat het nieuwe gebouw zich integreert in de bestaande omgeving.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Voorliggend pand komt boven het hoekpand en de achterliggende bebouwing uit.
De bestaande scheidingsmuur met het lagere hoekpand wordt niet opgetrokken. In de plaats hiervan wordt er op eigen perceel een nieuwe muur met een dikte van 20 cm voorzien; naast de bestaande scheidingsmuur. Dit getuigt niet van een duurzaam ruimtegebruik. Het is aangewezen en gebruikelijk dat de bestaande scheidingsmuur wordt opgetrokken.
Een afwijking op deze algemene regel is uitzonderlijk te beargumenteren aangezien het naastliggende pand een inventarispand betreft waarvan het niet wenselijk is om dit te slopen, noch verder op te toppen. De kans dat de bestaande scheimuur in de toekomst zal worden verhoogd is dan ook zeer klein.
Strijdig met het burgerlijk wetboek worden er ramen voorzien in de scheidsmuur achteraan.
Ook de brandladder bevindt zich op het aanpalende perceel.
In beginsel mag de vergunningverlenende overheid geen rekening houden met burgerrechtelijke aspecten bij het beoordelen van aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning. Anderzijds doet een stedenbouwkundige vergunning deze rechten niet teniet en ontslaat de titularis van de vergunning niet om het nodige bouwrecht te bekomen. Indien zou blijken dat de aanvraag strijdig is met een contractuele verbintenis, dan blijft de vergunning onwerkzaam.
Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de aanvraag aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 3 parkeerplaatsen.
De parkeerbehoefte wordt bepaald op de nieuwbouw. Er worden 13 kamerwoningen ingericht en 1 zelfstandig appartement: - 1 appartement tussen 60m² en 90m² met parkeernorm 1,2 = 1,2 - 13 kamerwoningen met parkeernorm 0,15/kamer = 1,95 De werkelijke parkeerbehoefte is 3 (1.2 + 1.95 = 3.15)
|
De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 0.
De berekende parkeerbehoefte van het nieuwe project kan verminderd worden met het aantal parkeerplaatsen van de laatst vergunde toestand dat reeds afgewenteld werd op het openbaar domein. Dit op voorwaarde dat realisatie niet mogelijk is. Het gebouw dat gesloopt wordt bestaat uit een kantoor- en winkelruimte met 1 bovenliggend appartement. Er waren 3 parkeerplaatsen voor deze functies beschikbaar. Het gebouw voldeed dus in eigen parkeerbehoefte.
Het aantal parkeerplaatsen van de laatst vergunde toestand dat reeds afgewenteld werd op het openbaar domein is 0. Bijgevolg er geen parkeerbehoefte uit de vergunde toestand in mindering gebracht worden.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 3 plaatsen.
|
Fietsvoorzieningen
Voor de kamers en het appartement moeten 16 fietsenstallingen voorzien worden.
- 13 kamerwoningen : 13 x 1 = 13;
- 1 appartement met 2 slaapkamers : 1 x 3 = 3.
Er moeten 16 fietsenstallingen voorzien worden.
Er wordt een gemeenschappelijke fietsenstalling ingericht op het gelijkvloers voor 10 fietsen.
De dienst mobiliteit geeft advies met volgende voorwaarden:
- De fietsenstalling moet voldoende groot zijn om 16 fietsen te kunnen stallen volgens de inrichtingsprincipes uit de bouwcode.
Het advies van de dienst mobiliteit wordt bijgetreden.
Om alsnog tot een gunstig advies te komen wordt in voorwaarden bij de vergunning opgenomen dat 8 fietsenstallingen dubbellaags voorzien moeten worden.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.
2. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
3. De voorwaarden uit het bijgevoegde advies van Fluvius moeten nageleefd worden.
4. De voorwaarden uit het bijgevoegde advies van Proximus moeten nageleefd worden.
5. Conform het advies mobiliteit moeten 8 fietsenstallingen dubbellaags voorzien worden zodat er minimaal 16 fietsen gestald kunnen worden.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 12 januari 2024 |
Volledig en ontvankelijk | 1 februari 2024 |
Start openbaar onderzoek | 13 februari 2024 |
Einde openbaar onderzoek | 13 maart 2024 |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste beslissingsdatum zonder noodbesluit | 16 mei 2024
|
Uiterste beslissingsdatum met noodbesluit | 15 juni 2024 |
Verslag GOA | 23 mei 2024 |
Naam GOA | Axel Devroe |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
13 februari 2024 | 13 maart 2024 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.
2. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
3. De voorwaarden uit het bijgevoegde advies van Fluvius moeten nageleefd worden.
4. De voorwaarden uit het bijgevoegde advies van Proximus moeten nageleefd worden.
5. Conform het advies mobiliteit moeten 8 fietsenstallingen dubbellaags voorzien worden zodat er minimaal 16 fietsen gestald kunnen worden.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.