Terug
Gepubliceerd op 12/01/2024

2024_DRWI_00010 - District Wilrijk - Advies op ontwerp Regionaal Mobiliteitsplan Vervoerregio Antwerpen - Goedkeuring

districtsraad Wilrijk
do 11/01/2024 - 20:00 raadzaal districtshuis Wilrijk
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Kristof Bossuyt, voorzitter van de districtsraad; Hans Ides, districtsschepen; Robert Moens, districtsschepen; Linda Verlinden, districtsschepen; Werner Theuns, districtsraadslid; Martine Depauw, districtsraadslid; Magda Biesemans, districtsraadslid; Alexandra D'Archambeau, districtsschepen; Lien Moens, districtsraadslid; Youssef Boubker, districtsraadslid; Peggy Deckx, districtsraadslid; Monique Mahieu, districtsraadslid; Els Vanderelst, districtsraadslid; Xeno Wauters, districtsraadslid; Philippe Kussé, districtsraadslid; Marleen Verbruggen, districtsraadslid; Werner De Gres, districtsraadslid; Omar Al Jouaidi, districtsraadslid; Luc Eliaerts, districtsraadslid; Frida Boeykens, districtsraadslid; Wim Walschaerts, districtsraadslid; Marwan Morowa, districtsraadslid; Julie De Vos, districtssecretaris; Ine Van de kerkhove, waarnemend districtssecretaris

Afwezig

Dirk Avonts, districtsraadslid; Azeddine Hayani, districtsraadslid

Verontschuldigd

Eric Huijbrechts, districtsraadslid

Secretaris

Julie De Vos, districtssecretaris

Voorzitter

Kristof Bossuyt, voorzitter van de districtsraad
2024_DRWI_00010 - District Wilrijk - Advies op ontwerp Regionaal Mobiliteitsplan Vervoerregio Antwerpen - Goedkeuring 2024_DRWI_00010 - District Wilrijk - Advies op ontwerp Regionaal Mobiliteitsplan Vervoerregio Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

In 2017 sloten de Vlaamse overheid, de stad Antwerpen, het Havenbedrijf Antwerpen en de burgerbewegingen stRaten-generaal, Ademloos en Ringland het zogenaamde “Toekomstverbond voor de bereikbaarheid en leefbaarheid”. Doel van dit verbond is om samen een bereikbare en leefbare Antwerpse regio te realiseren. Het toekomstverbond kent vijf onderdelen, waaronder het realiseren van een verschuiving in de gezamenlijke vervoerswijzekeuze (modal shift) in de vervoerregio Antwerpen. 

In het toekomstverbond wordt overeengekomen om tegen 2030 minstens 50 procent van alle verplaatsingen in de regio te laten gebeuren met de fiets, trein, tram, bus, taxi, waterbus, deelsystemen, enz. De wijze waarop deze doelstelling moet gerealiseerd worden, wordt uitgewerkt in het “Routeplan 2030”, het regionale mobiliteitsplan voor de vervoerregio Antwerpen. 

In juni 2017 kwam de vervoerregioraad Antwerpen een eerste maal samen. Alle lokale besturen binnen de vervoerregio zijn vertegenwoordigd in de vervoerregioraad, inclusief de districten van stad Antwerpen.

Op 27 juni 2018 keurde de vervoerregioraad de Visienota voor het Routeplan 2030 goed. Hierin wordt een gemeenschappelijke missie geformuleerd, aangevuld met een samenhangende visie op de toekomstig mobiliteitsontwikkeling. De visie is opgebouwd rond 10 ambities die samen de strategische doelstellingen vormen van het beleidsplan.

Op 27 september 2023 keurde de vervoerregioraad het ontwerp van het Routeplan 2030 voorlopig goed, bestaande uit de plannota, gebiedsgerichte nota’s, actieplan en evaluatiekader. 

Op 20 december 2023 werd een gemeenschappelijke themacommissie georganiseerd waarin het 'Ontwerp Regionaal Mobiliteitsplan Vervoerregio Antwerpen' werd toegelicht aan de gemeenteraad en de districtsraden met het oog op advisering.

Juridische grond

Artikel 8 §1 van het Decreet over basisbereikbaarheid bepaalt dat de vervoerregioraad verantwoordelijk is voor het voorbereiden, opmaken, opvolgen, evalueren en, in voorkomend geval, herzien van het regionaal mobiliteitsplan.

Regelgeving: bevoegdheid

Artikel 138 van het Decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat de districtsraad een algemene adviesbevoegdheid heeft voor alle aangelegenheden die betrekking hebben op het district.

Argumentatie

Op basis van een uitgebreid onderzoeks- en afstemmingstraject met alle partners die betrokken zijn in de vervoerregioraad Antwerpen, stelde het Vlaams gewest (departement Mobiliteit en openbare werken (MOW)) een ontwerp van Regionaal Mobiliteitsplan op voor de vervoerregio Antwerpen.

Dit ontwerp wordt voor advies voorgelegd aan de lokale besturen die deel uitmaken van de Vervoerregio Antwerpen.

Beleidsdoelstellingen

9 - Decentralisatie
2WIL01 - 7 unieke en diverse wijken, samen één bruisend Wilrijk
8 - Sterk bestuurde stad
2SBS02 - Decentralisatie
2 - Leefbare en mobiele stad
2LMS01 - Mobiliteit

Besluit

De districtsraad wilrijk beslist:

Artikel 1

De districtsraad adviseert met betrekking tot het ontwerp Regionaal Mobiliteitsplan van de Vervoerregio Antwerpen en ontwerp plan-MER.

Artikel 2

De districtsraad merkt op dat het voor een succesvolle verschuiving naar alternatieve vervoersmodellen essentieel is dat er een lange termijn beleid op mobiliteit wordt opgemaakt. 

Hierbij vraagt de districtsraad om extra aandacht en regelmatige terugkoppeling over de stand van zaken en de plannen van onderstaande in het vervolgproces. 

Op niet-limitatieve wijze: 

Districtentram;

Wilrijk beschouwt dit momenteel louter als een visie en niets meer. Het voorgestelde tracé in de huidige plannen, hoewel naar verluidt indicatief, roept aanzienlijke bedenkingen op. Vanaf deze visie concreter uitgewerkt wordt, dient het district hier vanaf het vroegst mogelijk stadium bij betrokken te worden. 

Tram naar UA/UZA (via A12);

Het is voor Wilrijk erg belangrijk dat UA/UZA goed bereikbaar blijft. Er ligt nog geen concreet traject voor. Een tramroute doorheen het centrum van Wilrijk is hiervoor absoluut geen optie. Enkel een traject via de Boomsesteenweg, met afslag via de Krijgslaan richting het Universiteitsplein kan een optie bieden. Het lijkt evident dat een traject via de A12 voor de meest vlotte doorstroming zorgt. 

Toekomst viaduct A12;

District Wilrijk blijft aandringen op een spoedige realisatie van de ondertunneling van de A12 waardoor het viaduct verdwijnt.

Behoud buslijnen (waaronder bus 22);

Wij stellen voor om buslijnen alleen in te korten of op te heffen als er afdoende aantoonbaar bewezen geschikte alternatieven beschikbaar zijn. Het is dus zeer belangrijk om hierbij te benadrukken dat duidelijk moet blijken dat deze alternatieven afdoende geschikt zijn, alvorens over te gaan tot het inkorten of afschaffen van een buslijn. Zonder deze alternatieven kan er wat ons betreft geen enkele sprake zijn van het inkorten of afschaffen van buslijnen.

Het is van groot belang dat de buslijnen die de drie nabije ziekenhuizen aandoen behouden blijven: een vlotte bereikbaarheid van het Middelheim, Sint-Augustinus en UZA moet gegarandeerd blijven.
Daarnaast moeten ook de verschillende dienstencentra op Wilrijks grondgebied vlot bereikbaar zijn met een vaste buslijn, wat onder meer van groot belang is voor de ouderen. 

Het is cruciaal dat hierbij alle betrokkenen, zowel jong en oud als mobiel en minder mobiel blijvend betrokken worden.  

Hoppin;

Het Hoppin-systeem met flexhaltes moet voldoende garantie bieden op een vlot en klantvriendelijk gebruik van het openbaar vervoer voor iedereen. 

  • Meer overstappen en meer vervoersmodi combineren mag niet leiden tot veel langere reistijden of veel meer complexe reisroutes. 
  • Bovendien moet er naast een gebruiksvriendelijke app voldoende garantie zijn op een goed bereikbare telefooncentrale, die bereikbaar is overeenkomstig de vigerende dienstregeling.

De realisatie van een tangentiële fietsring, de FR03, doorheen de zuidrand van Antwerpen. 

Algemeen
Het is cruciaal bij een lange termijn visie als deze dat alle betrokkenen, jong en oud, mobiel en minder mobiel, meegenomen worden in dit proces. 

Bij de opmaak van het vervoerplan werden belangenorganisaties betrokken. Het is absoluut belangrijk om dit te blijven doen en bovendien info – en participatie van reizigers en gebruikers actief mee op te nemen. 

Dit strategisch visiedocument mag niet leiden tot een sluipende besluitvorming/ processie van Echternach. De concrete operationalisering van het bestaande tram – en busnetwerk moet minstens eerst ter discussie worden voorgelegd aan de vervoerregioraad. 

Artikel 3

Dit besluit wordt overgemaakt aan de Vervoerregio Antwerpen.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.

Bijlagen

  • 0_20231220_gezamenlijke_themacommissie.pdf