Terug
Gepubliceerd op 24/06/2024

2024_CBS_05254 - Omgevingsvergunning - OMV_2024018367. Van Erstenstraat 94. District Deurne - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 21/06/2024 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tatjana Scheck, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2024_CBS_05254 - Omgevingsvergunning - OMV_2024018367. Van Erstenstraat 94. District Deurne - Goedkeuring 2024_CBS_05254 - Omgevingsvergunning - OMV_2024018367. Van Erstenstraat 94. District Deurne - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2024018367

Gegevens van de aanvrager:

de heer Beniamin Monderer met als contactadres Van Leriusstraat 3 te 2018 Antwerpen

Ligging van het project:

Van Erstenstraat 94 te 2100 Deurne (Antwerpen)

Kadastrale percelen:

afdeling 32 sectie B nr. 983R24

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          27/12/2023: statusrapport (20231227);

-          10/9/1956: toelating (627#17336) voor een verbouwing;

-          12/3/1937: toelating (329#14339) voor het bouwen van een huis;

 

Vergunde toestand

-          functie: eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • 2 bouwlagen met plat dak; 
  • bouwdiepte van het hoofdvolume van 8,18 m;
  • bouwdiepte van de aanbouw links tot 11,82 m en rechts tot 14 m;

-          gevelafwerking:

  • parement in roodbruine gevelsteen;
  • gelijkvloers in wit geschilderde gevelsteen;
  • schrijnwerk in pvc wit;
  • plint in blauwe hardsteen;

-          inrichting: tuin.

 

Bestaande toestand

overeenkomstig de vergunde toestand, uitgezonderd van de verhardingen, het tuinhuis en de voorzetrolluiken.

 

Nieuwe toestand

-          functie: eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • 2 bouwlagen met een asymmetrisch hellend dak; 
  • bouwdiepte: ongewijzigd;
  • dakterras op plat dak van de gelijkvloerse aanbouw;

-          gevelafwerking:

  • parement in roodbruine gevelsteen;
  • gelijkvloers in wit geschilderde gevelsteen;
  • schrijnwerk in pvc wit;
  • plint in blauwe hardsteen;
  • voorzetrolluiken;

-          inrichting: tuin.

 

Inhoud van de aanvraag

-          uitbreiden van het volume;

-          wijzigen van de dakvorm;

-          wijzigen van de voorgevel;

-          wijzigen van de scheimuren;

-          plaatsen van een terras op de eerste verdieping;

-          doorvoeren van interne constructieve werken.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

Er werden geen externe adviezen gevraagd.

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Water

3 mei 2024

21 mei 2024

 

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Hemelwaterverordening 2023.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening hemelwater op volgend punt:

  • Het perceel heeft een oppervlakte van minder dan 120 m2 waardoor het plaatsen van een infiltratievoorziening niet verplicht is. Er wordt binnen de aanvraag een ondergrondse infiltratievoorziening geplaatst.
     

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be).
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 6 Harmonie en draagkracht

De voorzetrolluiken tegen de voorgevel zijn niet in harmonie met de bestaande gevel, noch met de omgeving.

  • artikel 24 Minimale lichtinval en minimale luchttoevoer:

De lichtdoorlatende oppervlakte van de dakvlakvensters bedraagt minder dan 10 % van de vloeroppervlakte van de slaapkamer onder het zadeldak. Bovendien bevinden beide vensters zich meer dan 2 meter boven het loopvlak van de ruimte.

  • artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren:

De scheidingsmuur met de rechterbuur heeft ter hoogte van de achterbouw geen opstand van minstens 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening:

Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
Programmatorische Aanpak Stikstof: overeenkomstig het stikstofdecreet, het nieuwe beoordelingskader voor alle aanvragen die stikstofemissies veroorzaken, in werking getreden op 23 februari 2024.
Op basis van de toepassing van het stikstofdecreet kan geoordeeld worden dat voorliggende aanvraag een verkeersdragend of een verkeersgenererend project is. Het beoordelingskader uit het decreet is dus van toepassing.

Er werd geen impactscore berekening aan het dossier toegevoegd. Na onderzoek kan echter in alle redelijkheid worden geconcludeerd dat de impactscore voor dit project de drempelwaarde van 1% niet overschrijdt. De opmaak van een passende beoordeling van de effecten van stikstofdepositie via de lucht ten aanzien van SBZ-H is niet vereist.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).

Het project is gelegen in een zone met een kleine pluviale overstromingskans (T1000) onder toekomstig (2050) klimaat (score B).
Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).

Het project is niet gelegen in een signaalgebied.

Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

(Kijk de score van uw project na op (https://www.waterinfo.be/informatieplicht)
 

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
 

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en is daarmee in harmonie met de kenmerkende woonfuncties in de Van Erstenstraat.

 

Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid

Voorliggende aanvraag beoogt de uitbreiden van de eengezinswoning door de optopping van het hoofdvolume. Het nieuwe zadeldak is asymmetrisch opgebouwd. Langs de voorzijde volgt het dakvlak het gabarit van de rechterbuur tot aan de nok. Aan de achterzijde is het dakvlak schuiner voorzien omdat de bouwdiepte minder diep reikt dan die van de rechterbuur.

 

De rechts aanpalende woning wordt gekenmerkt door de aanwezigheid van een hellend dak zodat de voorgestelde dakvorm hierop aansluit.

 

Het bestaande tuinhuis tegen de linker en achterste perceelsgrens en de bestaande verhardingen in de achtertuin worden afgebroken. De tuinzone wordt volledig groen en onverhard aangelegd. De ontpitting en ontharding van het perceel komt het binnengebied ten goede. 

 

Visueel-vormelijke elementen

Tegen de voorgevel werden voorzetrolluiken aangebracht. Deze rolluiken zijn niet duidelijk weergegeven op de gevelaanzichten van de nieuwe toestand waardoor het niet duidelijk is of ze bewaard blijven.

De voorzetrolluiken zijn niet in harmonie met de bestaande gevel, noch met de omgeving waardoor de aanvraag strijdig is met artikel 6 van de bouwcode. De rolluiken worden daarom uitgesloten uit de vergunning.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De slaapkamer die wordt ingericht onder het nieuwe zadeldak voldoet niet aan artikel 24 van de bouwcode. De lichtdoorlatende oppervlakte van ramen moet minstens 10 % van de oppervlakte van de ruimte bedragen. Dakvlakramen in schuine daken mogen alleen meegeteld worden indien ze zich tussen de 1 en 2 meter boven het loopvlak van de ruimte bevinden.

Beide dakvlakvensters bevinden zich hoger dan 2 meter waardoor de ruimte van onvoldoende licht en lucht wordt voorzien. Bovendien is er door de hoge plaatsing van de vensters geen uitzicht naar buiten mogelijk.

Voldoende daglichttoetreding, gecombineerd met uitzicht en voldoende ventilatie van de woning met verse lucht zijn basisvoorwaarden voor de gezondheid van de bewoners en voor een minimum verblijfskwaliteit van elke woning. Dit geldt eens te meer voor de nieuwe optopping.

Om die reden wordt als voorwaarde voor vergunning opgelegd om de vensters binnen de zone van 1 tot 2 meter van het vloeroppervlak van de slaapkamer te plaatsen en ze groter uit te voeren zodat de lichtdoorlatende oppervlakte minstens 10 % van de vloeroppervlakte van de slaapkamer bedraagt.

 

Op het platte dak van de aanbouw wordt een dakterras aangelegd. Aan de rechterzijde bevindt het terras zich gedeeltelijk naast de hoger opgaande scheidingsmuur met de buur of houdt het een afstand van 1,90 meter tot de rechter perceelsgrens. Langs de linkerzijde wordt een afstand bewaard van slechts 1,69 meter tot de linker perceelsgrens. Hierdoor kunnen storende zichten worden gecreëerd op het aanpalende eigendom. Net als aan de rechterzijde dient het terras ook aan de linkerzijde een afstand te bewaren van minstens 1,90 meter tot de linker perceelsgrens. Dit wordt opgenomen als voorwaarde voor vergunning.

 

De dakstructuur van de aanbouw wordt vernieuwd en het dak wordt op de zone die wordt aangelegd als dakterras na, voorzien als groendak. De scheidingsmuur ter hoogte van de rechter perceelsgrens heeft geen opstand van minstens 0,30 meter ten opzichte van het vernieuwde dakvlak. Dit is strijdig met artikel 34 van de bouwcode. Van dit voorschrift kan met het oog op het voorkomen van brandoverslag niet zonder meer afgeweken worden. Als voorwaarde voor vergunning wordt opgelegd om het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuur die geen opstand heeft van minimaal 0,30 meter, te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 0,30 meter breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand.

 

Bij de werken wordt het ondergrondse rioolstelsel gescheiden aangelegd en wordt een hemelwaterput met een inhoud van 5.000 liter geplaatst. In de tuinzone wordt ook een ondergrondse infiltratievoorziening voorzien. Omwille van de beperkte tuinzone wenst de aanvrager een afwijking te bekomen op het plaatsen van een wadi. Gezien het perceel een oppervlakte heeft die minder bedraagt dan 120 m2 moet echter geen infiltratievoorziening geplaatst worden.

 

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de woning aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2. De dakvlakvensters in het zadeldak moeten geplaatst worden binnen een zone van 1 tot 2 meter boven het loopvlak van de slaapkamer, waarbij de lichtdoorlatende oppervlakte van de vensters samen minstens 10 % van de oppervlakte van de slaapkamer moet bedragen, conform artikel 24 van de bouwcode.

3. Het dakterras dient ook aan de linkerzijde een afstand te bewaren van minstens 1,90 meter tot de linker perceelsgrens.

4. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 0,30 meter breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand.

5. De voorzetrolluiken tegen de voorgevel worden uitgesloten uit de vergunning.

 

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

11 maart 2024

Volledig en ontvankelijk

3 mei 2024

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum

2 juli 2024

Verslag GOA

11 juni 2024

Naam GOA

Katrine Leemans

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2. De dakvlakvensters in het zadeldak moeten geplaatst worden binnen een zone van 1 tot 2 meter boven het loopvlak van de slaapkamer, waarbij de lichtdoorlatende oppervlakte van de vensters samen minstens 10 % van de oppervlakte van de slaapkamer moet bedragen, conform artikel 24 van de bouwcode.

3. Het dakterras dient ook aan de linkerzijde een afstand te bewaren van minstens 1,90 meter tot de linker perceelsgrens.

4. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 0,30 meter breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand.

5. De voorzetrolluiken tegen de voorgevel worden uitgesloten uit de vergunning.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.