Er werd bij de deputatie een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend. De aanvraag wordt behandeld volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet. De deputatie verzoekt het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om:
- een openbaar onderzoek te houden;
- advies uit te brengen.
Het college verleende op 9 juli 2021 en op 8 oktober 2021 (na een wijzigingsverzoek) een voorwaardelijk gunstig advies.
Na een proefperiode van 2 jaar werd deze hervergunningsprocedure terug opgestart. De deputatie verzoekt het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar opnieuw om:
- een openbaar onderzoek te houden;
- advies uit te brengen.
Projectnummer: | OMV_2021051974 |
Gegevens van de aanvrager: | zie exploitant |
Gegevens van de exploitant: | NV Evonik Antwerpen (0406183144) met als adres Tijsmanstunnel-West z/n te 2040 Antwerpen |
Ligging van het project: | Tijsmanstunnel-West z/n te 2040 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 18 sectie F nrs. 114C, 114D, 114H, 114K, 114M, 114F, 114R, 114N, 117R, 117S, 117F, 117D en 117T |
waarvan: |
|
- 20210329-0039 | afdeling 18 sectie F nrs. 114C, 114D, 114F, 114K, 114H, 114M, 114N en 114R (EVONIK/ACA-eenheid) |
- 20171024-0008 | afdeling 18 sectie F nrs. 114C, 114H, 117R, 114D, 114R, 114F, 114K, 114M en 114N (EVONIK/UT-BIO-eenheid) |
- 20170801-0004 | afdeling 18 sectie F nrs. 114K, 114M, 114N, 114R, 114C, 117R, 114D, 114F en 114H (EVONIK/UT-eenheid) |
- 20210406-0022 | afdeling 18 sectie F nrs. 114R, 114F, 114K, 114M, 114N, 114H, 114C en 114D (EVONIK/AC-eenheid) |
- 20210407-0010 | afdeling 18 sectie F nrs. 114H, 114C, 114D, 114R, 114F, 114K, 114M en 114N (EVONIK/AO-eenheid) |
- 20180905-0003 | afdeling 18 sectie F nrs. 114R, 114F, 114K, 114M, 114N, 114H, 114C en 114D (EVONIK/B-eenheid) |
- 20190403-0017 | afdeling 18 sectie F nrs. 114H, 114C, 114D, 114R, 114F, 114K, 114M en 114N (EVONIK/FK-HK-eenheid) |
- 20210407-0062 | afdeling 18 sectie F nrs. 114R, 114F, 114K, 114M, 114N, 114H, 114C en 114D (EVONIK/HKCS-eenheid) |
- 20210407-0085 | afdeling 18 sectie F nrs. 114H, 114C, 114D, 114R, 114F, 114K, 114M en 114N (EVONIK/MC-eenheid) |
- 20210408-0009 | afdeling 18 sectie F nrs. 114C, 114H, 114D, 114R, 114F, 114K, 114M en 114N (EVONIK/ME-1-eenheid) |
- 20200519-0058 | afdeling 18 sectie F nrs. 114R, 114F, 114K, 114M, 114N, 114H, 114C en 114D (EVONIK/ME-2-eenheid) |
- 20210408-0062 | afdeling 18 sectie F nrs. 114R, 114F, 114K, 114M, 114N, 114H, 114C en 114D (EVONIK/OX-eenheid) |
- 20210409-0036 | afdeling 18 sectie F nrs. 114H, 114C, 114D, 114R, 114F, 114K, 114M en 114N (EVONIK/PACM-eenheid) |
- 20190123-0028 | afdeling 18 sectie F nrs. 114R, 114F, 114K, 114M, 114N, 114H, 114C en 114D (EVONIK/SL-eenheid) |
- 20210412-0011 | afdeling 18 sectie F nrs. 114H, 114C, 114D, 114N, 117F, 114R, 114F, 114K, 117D en 114M (EVONIK/Centrale Opslag) |
- 20180907-0054 | afdeling 18 sectie F nrs. 114K, 117S, 117D, 114M, 114C, 114H, 114D, 114F, 117T, 114N en 114R (EVONIK/andere diensten) |
Vergunningsplichten: | exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten |
Voorwerp van de aanvraag: | Chemisch bedrijf, hernieuwing na verandering door wijziging en uitbreiding |
Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Voorgeschiedenis
Stedenbouwkundige voorgeschiedenis
Er zijn verscheidene stedenbouwkundige vergunningen gekend, te beginnen bij de stedenbouwkundige vergunning (18/52265/B/ - 1969831040) verleend door het college op 10 juli 1969 voor een schakelpost. De laatst verleende vergunning betreft een omgevingsvergunning (OMV_2023018964) verleend door de deputatie op 31 augustus 2023 voor het bouwen van een 150 kV-stroomstation.
De inrichting is vanuit stedenbouwkundig oogpunt hoofdzakelijk vergund.
Voorgeschiedenis milieu
Bij Ministerieel Besluit van 14 september 2022 verleende de omgevingsminister aan Evonik Antwerpen nv een omgevingsvergunning op proef (termijn van 2 jaar) voor de hervergunning.
Inhoud van de aanvraag
Het voorwerp van de aanvraag betreft de hernieuwing van de vergunning na een proefperiode van 2 jaar.
Aangevraagde rubriek(en)
Zie Bijlage rubriekentabellen_2021051974.
Aangevraagde bijstelling bijzondere milieuvoorwaarden uit vergunning of meldingsakte
EVONIK/UT-BIO-eenheid
1. | Bij te stellen voorwaarde: Diverse bijzondere lozingsnormen van het geloosde afvalwater.
Voorgesteld alternatief/aanvulling: De aanvrager wenst de bestaande bijzondere lozingsnormen van het geloosde afvalwater uit de lopende vergunning te behouden.
|
2. | Bij te stellen voorwaarde: De maximale lozingstemperatuur van 30°C van brakwater mag verhoogd worden tot maximaal 35°C bij een buitentemperatuur van 25°C of meer of bij een koelwaterinname met een temperatuur van 20°C of meer.
Voorgesteld alternatief/aanvulling: De aanvrager wenst deze bijzondere milieuvoorwaarde te behouden.
|
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 24 en 42 van het Omgevingsvergunningsdecreet heeft het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar de bevoegdheid advies uit te brengen voor de vergunningsaanvragen op haar grondgebied waarvoor de deputatie, de Vlaamse regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar de bevoegde overheid is, tenzij:
Het college heeft op 17 november 2017 (jaarnummer 2017_CBS_08858) beslist om de adviesbevoegdheid op te nemen.
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Haven van Antwerpen-Brugge, subadvies milieu | 26 mei 2021 | 24 juni 2021 | Voorwaardelijk gunstig |
Haven van Antwerpen-Brugge, subadvies milieu | 13 september 2021 | 30 september 2021 | Voorwaardelijk gunstig |
Haven van Antwerpen-Brugge, subadvies milieu | 24 januari 2022 | 22 februari 2022 | Geen advies |
Haven van Antwerpen-Brugge, subadvies milieu | 17 juni 2022 | 23 juni 2022 | Voorwaardelijk gunstig |
Haven van Antwerpen-Brugge, subadvies milieu | 22 mei 2024 | 13 juni 2024 | Gunstig |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het goed is gelegen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Afbakening zeehavengebied Antwerpen (GRUP) (Besluit van de Vlaamse regering van 30 april 2013), binnen de afbakeningslijn.
De gebieden binnen de afbakeningslijn behoren tot het zeehavengebied Antwerpen.
Met uitzondering van de deelgebieden waarvoor in dit plan voorschriften werden vastgelegd, blijven de op het ogenblik van de vaststelling van dit plan bestaande bestemmings- en inrichtingsvoorschriften onverminderd van toepassing.
Het goed is volgens voornoemd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voornamelijk bestemd als Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven.
Zulk gebied is bestemd om te functioneren als Vlaams havengebied als onderdeel van de haven van Antwerpen. Het is bestemd voor zeehavengebonden en zeehavengerelateerde industriële en logistieke activiteiten en distributie-, opslag- en overslagactiviteiten die gebruikmaken van en aangewezen zijn op de zeehaveninfrastructuur.
Alle handelingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming en voor de exploitatie van de haven en de bedrijven zijn toegelaten.
Daartoe worden ook de volgende werken, handelingen, voorzieningen, en wijzigingen gerekend:
- de aanleg en het onderhoud van infrastructuur die nodig is voor de toegankelijkheid of voor verbindingen langs de waterzijde en langs de landszijde;
- het laguneren of op een andere wijze bergen of verwerken van baggerspecie.
Daarnaast is de ontwikkeling, het herstel en de instandhouding van tijdelijke ecologische infrastructuur toegelaten.
In het gebied zijn eveneens gebouwen of lokalen voor bewakingspersoneel toegelaten.
In het gebied zijn kantoorgebouwen niet toegelaten, tenzij ze noodzakelijk zijn voor en een inherent onderdeel zijn van de exploitatie van haven en industriële activiteiten. De bestaande kantoorgebouwen kunnen behouden blijven binnen het bestaande bouwvolume op het moment van definitieve vaststelling van dit gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. Uitbreidingen zijn niet toegelaten.
Het goed is volgens voornoemd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan in het zuiden eveneens bestemd als Gebied voor verkeers- en vervoersinfrastructuur.
Dit gebied is bestemd voor verkeers- en vervoersinfrastructuur en aanhorigheden.
In dit gebied zijn alle handelingen toegelaten voor de aanleg, het functioneren of aanpassing van die verkeers- en vervoersinfrastructuur en aanhorigheden. Daarnaast zijn alle handelingen met het oog op de ruimtelijke inpassing, buffers, ecologische verbindingen, kruisende infrastructuren, leidingen, telecommunicatie infrastructuur, lokaal openbaar vervoer, lokale dienstwegen en paden voor niet-gemotoriseerd verkeer toegelaten.
Daarnaast is de ontwikkeling, het herstel en de instandhouding van ecologische infrastructuur toegelaten. Een deel van het gebied voor verkeers- en vervoersinfrastructuur aan de R2 wordt ingericht met ecologische infrastructuur. Deze ecologische infrastructuur moet eveneens voldoen aan de voorwaarden van landschappelijke inpassing.
Na aanleg van de infrastructuur kunnen voor het gedeelte van de zone dat voorlopig niet werd benut, de voorschriften van de naastliggende bestemming toegepast worden.
Het goed is tevens gelegen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Liefkenshoek spoortunnel (Besluit van de Vlaamse regering van 9 mei 2008). Over het goed loopt volgens voornoemd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan een overdruk met als aanduiding Gebied voor ongelijkvloerse verkeers- en vervoersinfrastructuur.
In het gebied, aangeduid met deze overdruk, zijn alle werken, handelingen en wijzigingen toegelaten voor de aanleg, het functioneren en de aanpassing van de ongelijkvloerse verkeers- en vervoersinfrastructuur en aanhorigheden. Daarnaast zijn werken, handelingen en wijzigingen in functie van de ruimtelijke inpassing, ecologische verbindingen, kruisende infrastructuren en leidingen toegelaten.
De in grondkleur aangegeven bestemming is van toepassing voor zover de aanleg, het functioneren en de aanpassing van verkeers- en vervoersinfrastructuur niet in het gedrang wordt gebracht.
Naast de aanleg van voornoemde ongelijkvloerse spoorinfrastructuur kunnen volgende werken, handelingen, voorzieningen, inrichtingen en functiewijzigingen toegelaten worden:
- Maatregelen die betrekking hebben op de geluids- en lichtbuffering, de veiligheid, integraal waterbeheer, het herstel of de realisatie van ecologische verbindingen,
- Het verplaatsen en bundelen van nutsleidingen.
De aanvraag dient beoordeeld te worden aan de hand van de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan.
De aanvraag is in overeenstemming met de bestemming en de voorschriften van de gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen.
Voor een straal van 500 meter rond het goed is het eerstvermelde GRUP tevens van toepassing. Hier gelden volgende bestemmingsvoorschriften:
- Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven;
- Gebied voor verkeers- en vervoersinfrastructuur voor de Scheldelaan, de Tijsmanstunnel West en de R2;
- Zone voor permanente ecologische infrastructuur ‘met medegebruik’ aan de overzijde van de Scheldelaan;
- overdruk Verbinding voor fietsers evenwijdig met de R2;
- overdrukken Hoogspanningsleiding, Leidingstraat en Gebied voor ongelijkvloerse verkeers- en vervoersinfrastructuur.
Binnen de straal van 500 meter is tevens het GRUP Liefkenshoek spoortunnel van toepassing (Besluit van de Vlaamse regering van 9 mei 2008). Volgens dit GRUP loopt er over het goed een overdruk met als aanduiding Gebied voor ongelijkvloerse verkeers- en vervoersinfrastructuur.
Binnen de straal van 500 meter is eveneens het GRUP Hoogspanningslijn Lillo – Zandvliet van toepassing (Besluit van de Vlaamse regering van 2 oktober 2009). Volgens dit GRUP is een zone tussen de Scheldelaan en de Tijsmanstunnel, ten zuiden van het goed, bestemd als Gebied voor gemeenschaps- en openbare nutsvoorzieningen.
Binnen de straal van 500 meter is verder nog het GRUP Hoogspanningslijn Zandvliet – Lillo – Liefkenshoek van toepassing (Besluit van de Vlaamse regering van 1 juli 2016). Volgens dit GRUP loopt een overdruk ten zuiden van de R2, met als aanduiding Hoogspanningsleiding. Aan beide zijden van de hoogspanningsleiding is een zone aangeduid met als overdruk Gebied met overdruk gebruiksbeperkingen.
Tot slot is buiten de afbakeningslijn, ten westen van het goed, het gewestplan Antwerpen nog van toepassing met als bestemmingen Bestaande Hoogspanningsleiding, Bestaande afzonderlijke leidingen, Bijzonder natuurgebied (NH), Natuurgebied met wetenschappelijke waarde of natuurreservaten (R), Gebieden voor dagrecreatie, Parkgebieden en Woongebieden met cultureel, historische en/of esthetische waarde.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
De ingedeelde inrichting of activiteit is vanuit stedenbouwkundig oogpunt hoofdzakelijk vergund. Er lijken geen stedenbouwkundige handelingen gepaard te gaan met het beoogde project. De aanvraag is verenigbaar met de ruimtelijke context van het havengebied waarbinnen deze aanvraag is gesitueerd. Er is geen bezwaar vanuit stedenbouwkundig oogpunt.
Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen en activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu
Evonik Antwerpen is gevestigd aan de Scheldelaan en is gespecialiseerd in de vervaardiging van producten voor een brede waaier aan toepassingen. Zo worden onder meer grondstoffen voor de productie van siliconen voor de elektro- en communicatie-industrie geproduceerd. Producten worden ook gebruikt als bindmiddel in drukinkten, verven en lakken, en als grondstoffen voor autobanden, bleekmiddelen en milieuvriendelijke herbiciden.
Bij ministrieel besluit van 14 september 2022 verleende de omgevingsminister aan Evonik Antwerpen een omgevingsvergunning op proef met een termijn van 2 jaar voor de hervergunning van een chemische site. Als voorwaarde werden destijds verschillende studies opgelegd. Bijvoorbeeld het uitvoeren van monitoringscampagnes van de emissies van diverse parameters, zoals PFAS, SO2 en NOx, zodat er doelgerichte verwijderingstechnieken voorgesteld kunnen worden cfr. de BBT principes.
Momenteel is er een hervergunningsaanvraag lopende, waarvoor er een nieuw project-MER werd opgesteld.
De hervergunning betreft in hoofdzaak het verder zetten van de huidige activiteiten. Er zijn een beperkt aantal bijkomende activiteiten gepland:
- plaatsen van een bijkomende opslagtank ACA en bijkomende verladingen (ACA-eenheid);
- uitbreiden concentratiebereik van sommige opslagtanks met H2O2 (AO-eenheid);
- KOH-leiding tussen B-eenheid en ME-eenheid;
- buteen-butaan-scheiding (OX-eenheid);
- opslagcontainer voor grond- en hulpstoffen in vaten/IBC’s/kanisters (OX-eenheid);
- verdere opzuivering van organosilanen van het PTC-proces (SL-eenheid);
- PTS-STC-scheiding (SL-eenheid);
- uitbreiding opslagcapaciteiten (centrale opslagplaatsen).
Aangezien er reeds een vergunning op proef afgeleverd werd, handelt dit advies louter over de wijzigingen of aanvullingen ten opzichte van de vorige aanvraag.
In de vorige aanvraag werden door het college volgende voorwaarden opgelegd:
De aanpassingen van het project-MER hebben voornamelijk betrekking op:
Het belangrijkste focuspunt in de herziening van de project-MER is het onderzoek naar maatregelen die de emissie verminderen op vlak van verzuring en vermesting.
De aanvrager voerde een monitoring uit van de temperatuur van het geloosde koelwater en bekeek de impact hiervan. Hieruit kan geconcludeerd worden dat in de worst-casesituatie, gebaseerd op maximaal gemeten waarden, de temperatuur van het Kanaaldok met 0,9 °C zou stijgen na volledige menging. Bij een maximaal vergunde situatie zou de temperatuurstijging neerkomen op 2,7 °C. Er worden geen significante effecten op het visbestand verwacht door deze temperatuursstijging. De voorwaarde die hierop van toepassing was, dient aldus niet overgenomen te worden.
De aanvrager voerde bijkomend nog een geurstudie uit, waarin onderzocht wordt welke verwijderingsrendementen behaald worden met de actiefkoolfilter op de buffertank van de waterzuiveringsinstallatie. De resultaten hiervan worden op heden nog omgezet door het bedrijf Olfascan. Evonik meldt dat de klachten over geurhinder enorm gedaald zijn door het in werking treden van de actiefkoolfilter. De voorwaarde die hierop van toepassing was dient aldus niet overgenomen te worden.
De aanvrager verklaart dat de akoestisch impact van de nog geplande installaties als verwaarloosbaar kan beschouwd worden. Het totale, te hervergunnen, specifieke geluid van Evonik geeft geen relevante overschrijdingen van de milieukwaliteitsnormen. Naar het zuidwesten (de bewoning te Lillo) is de impact van Evonik als verwaarloosbaar te beschouwen tijdens de dagperiode en als beperkt negatief tijdens de avond- en nachtperiode. Dit is echter enkel in worst-casesituaties met continue wind vanuit het oosten. In meer gemiddelde condities vlakt dit uit en is de impact als verwaarloosbaar te beschouwen. Naar het westen en noordwesten (natuurgebied Galgenschoor) is de impact van Evonik als verwaarloosbaar te beschouwen. Als milderende maatregel legt het bedrijf voor om bij vervanging van installaties steeds de geluidsvermogenniveau’s in acht te nemen. De voorwaarde die hierop van toepassing was dient aldus niet overgenomen te worden.
Er werd sinds vorige vergunningsaanvraag een indicatief onderzoek uitgevoerd naar de haalbaarheid en reductiepotentieel van enkele milderende maatregelen betreffende verzurende en vermestende emissies. Bij de beoordeling van de kosteneffectiviteit werd ook afgestapt van de indicatieve eenheidsreductieprijzen zoals opgenomen in het VlaamseLuchtbeleidsplan 2030 (dat thans ook in herziening is). Zo wordt inzake NOx een maatregel als niet kosteneffectief beschouwd wanneer de eenheidsreductiekost hoger ligt dan 20 euro/kg. Volgende milderende maatregelen worden voorgesteld:
De kosteneffectiviteit en het reductiepotentieel van de milderende maatregelen werd diepgaander uitgewerkt. De aanvrager engageert zich tot het uitvoeren van maatregelen 1 tot 7. De voorwaarde omtrent de SCR-installatie van de recuperatieketels kan aldus vervallen.
Om tegemoet te komen aan de opgelegde bijzondere voorwaarden voerde de aanvrager een bronnenonderzoek uit naar PFAS in het afvalwater. Bronnen van aangetoonde PFAS waren de bodemsaneringen (verontreinigd opgepompt grondwater), het gecapteerd dokwater en leidingwater. Na het tijdelijk stopzetten van de bodemsaneringen nam de concentratie in het effluent naar de Schelde reeds af. Hierna werd duidelijk dat verdere concentratie van PFAS in het effluent kan gerelateerd worden aan verhoogde concentraties PFAS in het gecapteerde dokwater, dit uitgezonderd één unieke situatie waar dat niet het geval was. De worst case impact inzake PFOS wordt als aanvaardbaar beoordeeld. De Wezer tool stelt een jaargemiddelde lozingsnorm van 17,8 ng/l voor. De voorwaarde die hierop van toepassing was dient aldus niet overgenomen te worden. Het advies van het havenbedrijf wijst er wel terecht op dat er een noodzaak is om de situatie blijven op te volgen en een continu monitoringsprogramma uit te werken, waarbij continu wordt geëvalueerd of er een noodzaak voor waterzuivering is.
Het is aan de vergunningverlenende overheid om, op basis van alle onafhankelijk uitgebrachte deskundige adviezen, tot een gemotiveerde en integrale beslissing te komen.
Advies van het college
Gunstig advies te verlenen voor de aanvraag tot omgevingsvergunning onder volgende voorwaarde.
Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden
1. Het lozen van bedrijfsafvalwater dient periodiek gecontroleerd te worden op minstens de kwantificeerbare PFAS-componenten opgenomen in het WAC_IV_A_025. |
Procedurestap | Datum |
Ontvangst adviesvraag | 22 mei 2024 |
Start 1e openbaar onderzoek | 29 mei 2021 |
Einde 1e openbaar onderzoek | 27 juni 2021 |
Start laatste openbaar onderzoek | 23 mei 2024 |
Einde laatste openbaar onderzoek | 21 juni 2024 |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste adviesdatum | 21 juni 2024 |
De aanvraag werd onderworpen aan 4 openbare onderzoeken.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
29 mei 2021 | 27 juni 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 |
18 september 2021 | 17 oktober 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 |
22 juni 2022 | 21 juli 2022 | 0 | 0 | 0 | 2 |
23 mei 2024 | 21 juni 2024* |
(*) op moment van schrijven van dit verslag was dit openbaar onderzoek nog niet afgerond. De evaluatie van eventuele bezwaren dient te gebeuren door de vergunningverlenende overheid.
Informatievergadering
Over de aanvraag werd een informatievergadering georganiseerd op 29 mei 2024. Het verslag van de informatievergadering werd bezorgd aan de vergunningverlenende overheid.
Het college beslist een gunstig advies, zoals geformuleerd in de argumentatie, te geven op de aanvraag, onder volgende voorwaarde.
Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden
1. Het lozen van bedrijfsafvalwater dient periodiek gecontroleerd te worden op minstens de kwantificeerbare PFAS-componenten opgenomen in het WAC_IV_A_025. |