Terug
Gepubliceerd op 17/06/2024

2024_CBS_05055 - Omgevingsvergunning - OMV_2023162358. Weerstandersstraat 35. District Ekeren - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 14/06/2024 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tatjana Scheck, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Verontschuldigd

Koen Kennis, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2024_CBS_05055 - Omgevingsvergunning - OMV_2023162358. Weerstandersstraat 35. District Ekeren - Goedkeuring 2024_CBS_05055 - Omgevingsvergunning - OMV_2023162358. Weerstandersstraat 35. District Ekeren - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2023162358

Gegevens van de aanvrager:

mevrouw Anneleen Onzea met als adres Weerstandersstraat 35 te 2180 Antwerpen en de heer Pim Dequecker met als adres Weerstandersstraat 35 te 2180 Antwerpen

Ligging van het project:

Weerstandersstraat 35 te 2180 Ekeren (Antwerpen)

Kadastrale percelen:

afdeling 35 sectie F nr. 138E2

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

renoveren en uitbreiden van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          11/03/2021: PV 11002_2021_13766_VPV voor het wijzigen en uitbreiden van het  bouwvolume op de gelijkvloerse verdieping;

-          01/01/1995: vergunning (872#2821) voor veranda - 7.7.95;

-          23/08/1967: vergunning (803#2378) voor vergroten van de werkplaats.

 

Vergunde toestand

-          functie:

  • wonen - eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • 2 bouwlagen met zadel dak; 
  • vertande bouwdiepte 16,88 m – 14,00 m;
  • hoogte hoofdbouw 12,57 m, hoogte achter aanbouw 6,60 m,

hoogte veranda 2,42 m – 3,00 m

-          gevelafwerking:

  • polychroom metselwerk, kleur lichtgrijs in combinatie met lichtgroen;
  • houten schrijnwerk;
  • plint arduin;

-          inrichting:

  • voor- en achtertuin.

 

Bestaande toestand

-          functie:

  • wonen - eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • 2 bouwlagen met zadel dak; 
  • vertande bouwdiepte 20,00 m – 14,00 m;
  • hoogte hoofdbouw 12,57 m, hoogte achter aanbouw 6,60 m,

aanbouw aan achterbouw 3,10 m, hoogte veranda 2,42 m – 3,00 m

-          gevelafwerking:

  • polychroom metselwerk, kleur lichtgrijs in combinatie met lichtgroen;
  • houten schrijnwerk, kleur grijs;
  • plint arduin;

-          inrichting:

  • verharde voortuin, achtertuin met verharding, terras;
  • tuinhuis in achtertuin, hoogte 2,50 m.

 

Nieuwe toestand

-          functie:

  • wonen - eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • 2 bouwlagen met zadel dak; 
  • vertande bouwdiepte 20,00 m – 14,00 m;
  • hoogte hoofdbouw 12,57 m, hoogte achter aanbouw 6,60 m,

aanbouw aan achterbouw 3,10 m, hoogte veranda 2,42 m – 3,00 m

-          gevelafwerking:

  • polychroom metselwerk, kleur lichtgrijs in combinatie met lichtgroen;
  • houten schrijnwerk, kleur grijs;
  • plint arduin;

-          inrichting:

  • verharde voortuin, achtertuin met verharding, terras;
  • tuinhuis in achtertuin, oppervlakte 12m², hoogte 2,50 m.

Inhoud van de aanvraag

-          uitbreiden van het volume;

-          wijzigen van de scheimuren;

-          wijzigen van de interne indeling met doorvoeren van interne constructieve werken;

-          bouwen van een tuinhuis in achtertuin;

-          aanleggen van verharding.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Mariaburg, goedgekeurd op 26 februari 2018. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: artikel 1: zone voor wonen (wo1).

 

(Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het ruimtelijk op volgend(e) punt(en):

-          Artikel 1 Zone voor wonen – tuin: de verhardingen in de achtertuin zijn niet in een waterdoorlatend materiaal. Het aandeel bebouwing en verharding in de achtertuin is te groot. De voortuin is volledig verhard aangelegd, terwijl enkel strikt noodzakelijke verhardingen (toegangspad, pad palend aan bebouwing) zijn toegestaan.

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Hemelwaterverordening 2023.
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be).
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

  • Artikel 19 Tuinafsluitingen: de haag in de voortuin is hoger dan 1 m;
  • artikel 21 Minimale hoogte van ruimten: de achter aanbouw aan de keuken heeft slechts een vrije hoogte van 2,40 m.
  • artikel 24 Minimale lichtinval en minimale luchttoevoer: de lichtdoorlatende oppervlakte van de dakvlakramen – gemeten tussen de 1,00 m en 2,00 m bedraagt slechts ¼ van de vereiste oppervlakte.
  • artikel 27 Open ruimte: de voortuin is zo goed als volledig verhard, waar enkel een toegangspad van 1,50 m en een pad palend aan de bebouwing is toegestaan;
  • artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren: aan het platte dak ontbreekt de opstand van minimaal 0,30 m.


Sectorale regelgeving

-          MER-screening:

Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).

Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).

Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

(Kijk de score van uw project na op (https://www.waterinfo.be/informatieplicht)

 

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

-          Programmatorische Aanpak Stikstof: overeenkomstig het stikstofdecreet, het nieuwe beoordelingskader voor alle aanvragen die stikstofemissies veroorzaken, in werking getreden op 23 februari 2024.
Op basis van de toepassing van het stikstofdecreet kan geoordeeld worden dat voorliggende aanvraag een verkeersdragend of een verkeersgenererend project is. Het beoordelingskader uit het decreet is dus van toepassing. Er werd geen impactscore berekening aan het dossier toegevoegd. Na onderzoek kan echter in alle redelijkheid worden geconcludeerd dat de impactscore voor dit project de drempelwaarde van 1% niet overschrijdt. De opmaak van een passende beoordeling van de effecten van stikstofdepositie via de lucht ten aanzien van SBZ-H is niet vereist.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en is daarmee in harmonie met de kenmerkende woonfuncties in de omgeving.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

In huidige aanvraag wordt de vergunde woning behouden en aangevuld met een uitbreiding aan de bestaande achterbouw op de gelijkvloerse verdieping tot een bouwdiepte van 20 m. Voor voorliggend type van rijbebouwing is een gemiddelde bouwdiepte van 17 m gebruikelijk. Het volume heeft een bouwdiepte van 14 m aan de rechterzijde en een bouwdiepte van 20 m aan de linkerzijde waardoor de voorgestelde bouwdiepte verenigbaar is met de goede ruimtelijke ordening. Gelet op de kroonlijsthoogte van het bijkomend volume wordt geoordeeld dat de schaduwhinder naar het aanpalend perceel beperkt is.

 

Het volume van het aangevraagde tuinhuis kan eveneens aanvaard worden. De gevraagde oppervlakte van 12 m² is gebruikelijk voor een bergruimte bij een eengezinswoning. De aanpalende percelen hebben ook een tuinhuis achteraan het perceel op gelijkaardige afstanden van de perceelsgrenzen.

 

Met betrekking tot de verhardings- en bebouwingsgraad in de tuin is de aanvraag in strijd met de bepalingen van het RUP. Zoals bepaald in het RUP kan bij een tuin groter dan 60 m² bebouwing en verharding worden aangelegd met een maximum van 1/3de van de totale tuinoppervlakte. De oppervlakte van de tuin in voorliggende aanvraag heeft een oppervlakte van circa 96 m², er kan dus 32 m² verhard en bebouwd worden. Aangezien het aangevraagde tuinhuis een oppervlakte heeft van 12 m² moet de verharding van het terras beperkt worden tot een oppervlakte van 20 m². Dit wordt opgelegd als voorwaarde bij vergunning.

 

Tot slot is ook de verhardingsgraad in de voortuin in strijd met de bepalingen van het RUP. Conform artikel 1.1 van het RUP mag de voortuin enkel verhard worden met strikt noodzakelijke toegangen. Voor voorliggende aanvraag betreft dit enkel een toegangspad naar de voordeur met een maximale breedte van 1,5 m en een verharding voor het stallen van de fietsen. Aangezien de woning 3 slaapkamers heeft moeten er volgens artikel 29 van de bouwcode 4 fietsstalplaatsen voorzien worden en is dus een verharde oppervlakte van 6 m² mogelijk. Dit wordt opgelegd als voorwaarde bij vergunning.

 

Mits voldaan aan de gestelde voorwaarden is de aanvraag in overeenstemming met de schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid van de plaats.

 

Visueel-vormelijke elementen

Door het uitbreiden van de aanbouw op de perceelsgrens ontstaat een nieuwe scheidingsmuur. Als voorwaarde bij vergunning wordt opgelegd dat het de verplichting van de aanvrager is dat de nieuwe scheidingsmuur aan de zijde van de buren esthetisch, kwalitatief en volgens de regels van de kunst afgewerkt moet worden. De materialen van de overige gevels zijn in overeenstemming met de stedelijke context van het perceel.

 

Daarnaast wordt opgemerkt dat de haag in de voortuin in strijd is met artikel 19 van de bouwcode waarin bepaald wordt dat voortuinen afgesloten moeten worden met een haag tot een maximale hoogte van 1 m. Dit wordt eveneens opgelegd als voorwaarde bij vergunning.

 

Mits voldaan aan de gestelde voorwaarden is de aanvraag in overeenstemming met de visueel-vormelijke aspecten.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De nieuwe aanbouw is in strijd met artikel 21 van de bouwcode. De vrije hoogte in deze ruimte bedraagt slechts 2,40 m. Van dit artikel kan een afwijking toegestaan worden aangezien het aansluitend volume vergund werd met een vrije hoogte van 2,40 m.

 

Voor het inrichten van een verblijfsruimte onder het zadeldak moet de aanvraag in overeenstemming zijn met artikel 24 van de bouwcode. Dit is niet het geval. Als voorwaarde bij vergunning wordt opgelegd dat de dakvlakvensters vergroot moeten worden in overeenstemming met de bepalingen van artikel 24.

 

Tot slot wordt opgemerkt dat de dakopstand van de scheidingsmuren niet overal 0,3 m bedraagt. Als voorwaarde bij vergunning wordt opgelegd dat de aanvraag moet voldoen aan artikel 34 van de bouwcode.

 

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de woning aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).

3. De oppervlakte van het terras in de achtertuin moet beperkt worden tot 20 m².

4. De verharding in de voortuin moet beperkt worden tot een toegangspad met een maximale breedte van 1,5 m en een halfverharding voor het stallen van fietsen met een maximale oppervlakte van 6 m².

5. De nieuw opgerichte scheidingsmuur moet langsheen de buren esthetisch, kwalitatief en volgens de regels van de kunst afgewerkt worden.

6. De haag in de voortuin moet in hoogte beperkt worden tot 1 m.

7. De dakvlakramen van de tweede verdieping moeten vergroot worden zodat voldaan wordt aan artikel 24 van de bouwcode.

 

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

26 februari 2024

Volledig en ontvankelijk

13 maart 2024

Start openbaar onderzoek

21 maart 2024

Einde openbaar onderzoek

19 april 2024

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum

26 juni 2024

Verslag GOA

7 juni 2024

Naam GOA

Gerd Cryns

 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

21 maart 2024

19 april 2024

0

0

0

1

 

Bespreking van de bezwaren

Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werd 1 bezwaarschrift ingediend, dat zich als volgt laat samenvatten:

  • Schaduwhinder: de bezwaarindiener stelt dat het licht, zon en de openheid in de aanpalende tuin wordt weggenomen door de aanbouw.
    • Beoordeling: Voor voorliggend type van rijbebouwing is een gemiddelde bouwdiepte van 17 m gebruikelijk. Het volume heeft een bouwdiepte van 14 m aan de rechterzijde en een bouwdiepte van 20 m aan de linkerzijde waardoor de voorgestelde bouwdiepte verenigbaar is met de goede ruimtelijke ordening. De voorgestelde bouwhoogte is gebruikelijk bij een aanbouw met een hoogte van 1 bouwlaag. Dit bezwaar is ongegrond.
  • Geurhinder: de bezwaarindiener stelt dat door de locatie van de uitlaat van de keuken uitlaat er hinderlijke geuren zijn op de naastgelegen percelen.
    • Beoordeling: Artikel 35 van de bouwcode legt afstandsregels vast voor het plaatsen van uitlaten voor alle gassen om de hinder voor de omwonenden maximaal te beperken. De aanvraag is in overeenstemming met de opgelegde voorwaarden. Dit bezwaar is ongegrond.
  • Visueel-vormelijk: de bezwaarindiener stelt dat de aanbouw niet werd afgewerkt waardoor de snelbouwstenen zichtbaar zijn.
    • Beoordeling: Dit bezwaar wordt bijgetreden. Bij het oprichten van een nieuwe scheidingsmuur moet de bouwheer de nieuwe scheidingsmuur esthetisch, kwalitatief en volgens de regels van de kunst afwerken zodat de aanvraag geen visuele hinder veroorzaakt voor de aanpalende. Dit wordt opgelegd als voorwaarde bij vergunning.


Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij:

 

-          de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt;

-          het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

 

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

2. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).

3. De oppervlakte van het terras in de achtertuin moet beperkt worden tot 20 m².

4. De verharding in de voortuin moet beperkt worden tot een toegangspad met een maximale breedte van 1,5 m en een halfverharding voor het stallen van fietsen met een maximale oppervlakte van 6 m².

5. De nieuw opgerichte scheidingsmuur moet langsheen de buren esthetisch, kwalitatief en volgens de regels van de kunst afgewerkt worden.

6. De haag in de voortuin moet in hoogte beperkt worden tot 1 m.

7. De dakvlakramen van de tweede verdieping moeten vergroot worden zodat voldaan wordt aan artikel 24 van de bouwcode.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.