Op 22 september 2017 dienden mevrouw Missaoui Assia en mevrouw Akhandaf Yasmina een verzoekschrift tot staking in bij de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen op grond van het Gelijkenkansendecreet (overeenkomstig artikel 29 van het decreet van 10 juli 2008 houdende een kader voor het Vlaamse gelijkekansen- en gelijkebehandelingsbeleid )en de Antidiscriminatiewetgeving (overeenkomstig artikel 20 van de wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie)
Eiseressen stelden dat het verbod op het dragen van boerkini's (bedekkende zwemkledij) in het stedelijk zwembad Plantin Moretus te Borgerhout een (in)directe discriminatie uitmaakt op grond van geloof of levensbeschouwing. Zij vorderden tevens dat artikel 416 van de Antwerpse Politiecodex buiten toepassing diende te worden gelaten, en wensten de staking te horen bevelen van het verbod op het dragen van bedekkende zwemkledij die omwille van religieuze redenen wordt gedragen in het zwembad Plantin Moretus.
Bij collegebesluit van 6 oktober 2017 (jaarnummer 8814) werd Meester Bart Martel van het advocatenkantoor Eubelius aangesteld als raadsman van de stad aangezien dit kantoor over een zeer grondige expertise in anti-discriminatiewetgeving, publiek recht en mensenrechten beschikt. Dit dossier werd aangegeven bij Ethias verzekeringen en de kosten en erelonen voor deze procedure werden door Ethias ten laste genomen.
De zaak werd ingeleid op 10 oktober 2017 en de zaak werd gepleit op 15 november 2018. Bij vonnis van 18 december 2018 werd de vordering van eiseressen afgewezen en werd de stad in haar gelijk gesteld.
Eiseressen gingen in beroep op 1 februari 2019 bij het hof van beroep te Antwerpen. De zaak werd gepleit op 12 oktober 2020. Het arrest van 23 november 2020 bevestigde de uitspraak van de rechtbank van eerste aanleg waardoor de stad opnieuw in haar gelijk werd gesteld. Het arrest werd betekend op 4 februari 2021.
Eiseressen tekenden geen cassatieberoep aan maar zij trokken wel naar het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM). Hiermee werd de zaak aangespannen tegen de Belgische staat en werd de klacht geformuleerd als een fout van de staat die dergelijke regelgeving toelaat op haar grondgebied. Eubelius nam contact op met de federale overheid, om het standpunt dat namens de Belgische Staat werd ingediend volledig te doen aansluiten bij het eerder standpunt dat door de stad Antwerpen was ingenomen.
Hiervoor werden onder meer volgende prestaties verricht:
Ethias laat in februari 2023 weten dat zij geen tussenkomst kunnen verlenen voor wat betreft de procedure voor het EHRM aangezien de polis enkel de burgerlijke en strafrechtelijke verdediging waarborgt.
De prestaties werden geleverd en de factuur werd opgemaakt voor de periode van 08/04/2024 tot en met 28/05/2024 conform de initiële afspraken en dient bijgevolg te worden voldaan.
Aangezien dit bedrag nog niet werd vastgelegd werd een correctiebestelling op 2SBS090101A00000 aan de hand van bestelbon 4505166799 opgemaakt.
Volgens artikel 297 §1 van het Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 beslist het college van burgemeester en schepenen tot het optreden in rechte namens de gemeente.
Dienstnota bestellen en betalen stad, districten en OCMW van 17/12/2018.
Met het collegebesluit van 23 november 2018 (jaarnummer 10339) werden de principes bestellen en goedkeuren voor de stad aangepast.
Het college keurde onder meer goed om – met ingang van 1 januari 2019 – de bevoegdheid tot het goedkeuren van correctiebestellingen en te betalen bedragen namens de stad als volgt te regelen (bedragen exclusief btw):
Het college keurt de correctiebestelling 4505166799 goed voor een bedrag van 13.817,86 EUR inclusief btw aan Eubelius CVBA, met ondernemingsnummer 0460 946 968.
Omschrijving | Bedrag | Boekingsadres | Bestelbon |
Eubelius CVBA Ondernemingsnummer: 0460946968 | 13.817,68 EUR inclusief btw | budgetplaats: 5162500000 | 4505166799 |