Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2024028254 |
Gegevens van de aanvrager: | mevrouw Evelyne Schauw met als adres Jakob Smitsstraat 27 te 2140 Borgerhout (Antwerpen) |
Ligging van het project: | Jakob Smitsstraat 27 te 2140 Borgerhout (Antwerpen) |
Kadastrale percelen: | afdeling 26 sectie B nr. 877D4 |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | verbouwen van een eengezinswoning met voorgevelwijziging en uitbreiding achterbouw. |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 14/03/2019: vastgesteld bouwkundig erfgoed:
https://id.erfgoed.net/aanduidingsobjecten/97706;
- 01/01/1948: toelating (179#290) voor een verbouwing.
Vergunde toestand
- functie:
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- inrichting:
Bestaande toestand
- functie ongewijzigd;
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- inrichting:
Nieuwe toestand
- functie en bouwvolume conform bestaand;
- gevelafwerking:
Inhoud van de aanvraag
- wijzigen van een eengezinswoning;
- uitbreiden van het volume;
- wijzigen van de voor- en achtergevel;
- wijzigen van de scheimuren.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Er werden geen externe adviezen gevraagd.
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg | 14 mei 2024 | 14 juni 2024 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Hemelwaterverordening 2023.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening hemelwater op volgende punten:
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be).
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
- Stedenbouwkundige lasten: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening ‘Stedenbouwkundige lasten’ (verder genoemd verordening stedenbouwkundige lasten), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 29 april 2024.
(De verordening stedenbouwkundige lasten kan u raadplegen via “https://www.antwerpen.be/nl/overzicht/vergunningen/regelgeving”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de verordening stedenbouwkundige lasten.
Sectorale regelgeving
- MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).
Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).
Het project is niet gelegen in een signaalgebied.
Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.
(Kijk de score van uw project na op (https://www.waterinfo.be/informatieplicht)
- Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
- Programmatorische Aanpak Stikstof: overeenkomstig het stikstofdecreet, het nieuwe beoordelingskader voor alle aanvragen die stikstofemissies veroorzaken, in werking getreden op 23 februari 2024.
Op basis van de toepassing van het stikstofdecreet kan redelijkerwijs geoordeeld worden dat voorliggende aanvraag noch een verkeersdragend noch een verkeersgenererend project is. Het beoordelingskader uit het decreet is dus niet van toepassing en de opmaak van een passende beoordeling (artikel 32 decreet) is niet vereist.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De gelijkvloerse verdieping wordt perceelbreed uitgebreid tot een bouwdiepte van 8,66 meter, met achteraan nog een luifel met een bijkomende diepte van circa 0,6 meter. De schaal van deze uitbreiding sluit voldoende aan bij de context van de onmiddellijke omgeving.
Cultuurhistorische aspecten
Gelet op de erfgoedwaarde werd het advies van de stedelijke dienst Monumentenzorg gevraagd. Hieruit volgde volgende beoordeling: “Cultuurhistorische waardestelling
De aanvraag heeft betrekking op een rijwoning gelegen in de Nationale Werf Borgerhout opgericht na de WOII door o.a. architect Renaat Braem. Ze telt twee bouwlagen onder plat dak met een overkragende houten, wit geschilderde kroonlijst op consoles (aangepast – momenteel ingepakt onder pvc kroonlijst). Een strakke bikleurige bakstenen voorgevel met een parament van bruine gevelsteen (Cobricam) voor de gelijkvloerse verdieping en gele gevelsteen voor de eerste verdieping. Men gebruikte voor het metselwerk van het pand de zgn. Dudok-voeg. De bakstenen zijn zodanig gemetseld, dat er diepliggende horizontale voegen ontstaan, terwijl de verticale voeg in feite gelijk ligt met de oppervlakte van de steen. Niet duidelijk of het originele voegwerk momenteel nog aanwezig is. Alle rechthoekige vensteropeningen in de voorgevel waren oorspronkelijk ingevuld met houten, wit geschilderde blokvensters met rechthoekige onderverdelingen. Het buitenschrijnwerk werd vervangen door buitenschrijnwerk met gewijzigde indeling. Voor de constructie werd gebruik gemaakt van beton en baksteen.
Oorspronkelijk koos Braem voor eengezinswoningen met een diepte van 6 m, zowel op de gelijkvloerse als de eerste verdieping. Het merendeel van de gebouwen in dit bouwblok werd in het verleden reeds achteraan uitgebreid.
Het pand in kwestie heeft een beeldbepalende stadslandschappelijke waarde in de Jakob Smitstraat. Het behoort tot de authentieke bebouwing. Dezelfde vorm en structuur als moment van ontstaan zijn nog afleesbaar. Bovendien werd het pand samen met de overige panden als reeks opgetrokken.
Afweging
Men wenst het bestaande schrijnwerk te vervangen. In de voorgevel wordt geopteerd voor nieuwe houten schrijnwerk naar oorspronkelijk model (witte houten blokramen). In de achtergevel opteert men voor pvc met een andere indeling. Tevens wordt deze aanvraag aangegrepen om de beperkte uitbouw op het gelijkvloers te regulariseren.
Het vervangen van het schrijnwerk in de voorgevel naar oorspronkelijk model (witte houten blokramen) wordt ten zeerste gewaardeerd. Het zal de beeldwaarde van het pand opnieuw versterken. Vanuit dat oogpunt zou het ook een meerwaarde zijn indien de oorspronkelijke houten kroonlijst, indien nog aanwezig, van zijn pvc omkasting wordt ontdaan of op termijn wit wordt geschilderd. In de Nationale werf wordt de erfgoedwaarde voornamelijk gedefinieerd door de beeldwaarde van het geheel.
Het schrijnwerk in de achtergevel kan ingevuld schrijnwerk worden zoals voorzien. Ook de regularisatie van de aanbouw is aanvaardbaar. Bijna alle panden in de straat zijn reeds uitgebreid op 0 en vaak ook op +1.
Op basis van bovenstaande argumentatie wordt over deze aanvraag een voorwaardelijk gunstig advies uitgebracht.
Voorwaarde
Detailtekeningen van het schrijnwerk in de voorgevel terug te koppelen voor productie (dit traject loopt momenteel).
Suggestie
De oorspronkelijke houten kroonlijst, indien nog aanwezig, van zijn pvc omkasting wordt ontdaan of op termijn wit wordt geschilderd.”
Vanuit stedenbouwkundig oogpunt wordt het advies van Monumentenzorg integraal bijgetreden. De voorwaarde om de detailtekeningen voor productie terug te koppelen aan de dienst Monumentenzorg zal opgenomen worden.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. De detailtekening van het schrijnwerk in de voorgevel, voor de productie, met de stedelijke dienst Monumentenzorg terug te koppelen.
2. Een hemelwaterput en een infiltratievoorziening te voorzien conform de bepalingen van de hemelwaterverordening.
3. Het rioolstelsel gescheiden aan te leggen in overeenstemming met artikel 40 en 41 van de bouwcode.
4. Het supprimeren van de septische put wordt uitgesloten van vergunning.
5. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van: dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).
6. De gelijkvloerse verblijfsruimtes te voorzien van een vrije hoogte van minimaal 2,6 meter.
7. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 26 februari 2024 |
Volledig en ontvankelijk | 14 mei 2024 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 13 juli 2024 |
Verslag GOA | 25 juni 2024 |
Naam GOA | Wim Van Roosendael |
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd. Er werden geen standpunten, opmerkingen of bezwaren ingediend tijdens de openbaarmaking.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. De detailtekening van het schrijnwerk in de voorgevel, voor de productie, met de stedelijke dienst Monumentenzorg terug te koppelen.
2. Een hemelwaterput en een infiltratievoorziening te voorzien conform de bepalingen van de hemelwaterverordening.
3. Het rioolstelsel gescheiden aan te leggen in overeenstemming met artikel 40 en 41 van de bouwcode.
4. Het supprimeren van de septische put wordt uitgesloten van vergunning.
5. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van: dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).
6. De gelijkvloerse verblijfsruimtes te voorzien van een vrije hoogte van minimaal 2,6 meter.
7. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.