Volgens artikel 3 van de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties (GAS-wet), kan de gemeenteraad voor een aantal overtredingen uit het Strafwetboek, sancties voorzien. Dit geldt voor inbreuken bedoeld in artikelen 398, 448 en 521, derde lid, Strafwetboek (artikel 3,1° GAS-wet) en voor inbreuken bedoeld in de artikelen 461, 463, 526, 534bis, 534ter, 537, 545, 559,1°, 561, 1° 563,2° en 3° en 563bis van het Strafwetboek (artikel 3, 2° GAS-wet) en in artikel 18 van de wet van 10 november 2006 betreffende de openingsuren in handel, ambacht en dienstverlening voor wat betreft de voorafgaande vergunning die kan worden opgelegd bij gemeentelijk reglement.
De gemeenteraad opteerde er sedert de invoering van gemeentelijke administratieve sancties voor, om enkel inbreuken op de artikelen 526 (beschadigen van graven en monumenten), 534bis (graffiti), 534ter (beschadigen van onroerende eigendommen), 537 (beschadigen van bomen), 545 (dempen, vernielen, verplaatsen, verwijderen van diverse afsluitingen), 559, 1° (beschadigen van roerende eigendommen), 561, 1° (nachtlawaai), 563, 2° (beschadigen van stedelijke of landelijke afsluitingen) en 563, 3° (feitelijkheden of lichte gewelddaden) en 563bis (onherkenbaar openbaar verschijnen) uit het Strafwetboek strafbaar te stellen met administratieve sancties, zoals bepaald in artikel 711 en volgende van de code van gemeentelijke politiereglementen (laatste wijziging 21 mei 2024).
Werden niet mee opgenomen in de code van gemeentelijke politiereglementen: artikel 461 en 463 (diefstal), artikel 398 (opzettelijke slagen en verwondingen), artikel 448 (beledigingen) en artikel 521, 3° (beschadigen van rijtuigen, wagons en motorvoertuigen) uit het Strafwetboek.
Op 14 december 2015 (jaarnummer 706) bekrachtigde de gemeenteraad het protocol met de procureur des Konings over de gemeentelijke administratieve sancties voor gemengde inbreuken.
Gelet op de goedkeuring van de wet van 11 december 2023 tot wijziging van de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties, van de Nieuwe Gemeentewet en van de wet van 15 mei 2007 tot instelling van de functie van gemeenschapswacht, tot instelling van de dienst gemeenschapswachten en tot wijziging van artikel 119bis van de Nieuwe Gemeentewet, in werking vanaf 1 januari 2024, kan nu ook voor de volgende inbreuken in een administratieve sanctie worden voorzien: artikelen 284 en 286 (zegelverbreking) en artikel 18 van de wet van 10 november 2006 betreffende de openingsuren in handel, ambacht en dienstverlening voor wat betreft de voorafgaande vergunning die kan worden opgelegd bij gemeentelijk reglement.
Uit overleg met politie, parket en stad bleek dat het wenselijk is om de volgende inbreuken mee op te nemen in een nieuw protocolakkoord: artikelen 284, 286 en 521, 3e lid van het Strafwetboek en artikel 18 van de wet van 10 november 2006 betreffende de openingsuren in handel, ambacht en dienstverlening voor wat betreft de voorafgaande vergunning die kan worden opgelegd bij gemeentelijk reglement.
Artikel 23 van de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties (de GAS-wet).
Artikel 23 § 1 van de Wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties:
Met betrekking tot de in artikel 3 bedoelde inbreuken, kan de gemeenteraad een protocolakkoord dat gesloten werd tussen de bevoegde procureur des Konings en het college van burgemeester en schepenen of het gemeentecollege, bekrachtigen.
Voor de gemengde inbreuken waarop volgens de code van gemeentelijke politiereglementen administratieve sancties kunnen worden opgelegd, geldt, bij gebreke aan protocolakkoord, dat de procureur des Konings over een termijn van twee maanden beschikt om de sanctionerend ambtenaar in te lichten dat er een opsporingsonderzoek of een gerechtelijke onderzoek werd opgestart, vervolging werd ingesteld, dan wel dat hij oordeelt het dossier te moeten seponeren bij gebrek aan toereikende bezwaren. Deze mededeling doet de mogelijkheid vervallen voor de sanctionerend ambtenaar om een administratieve geldboete op te leggen. De sanctionerend ambtenaar kan geen administratieve geldboete opleggen of een alternatieve maatregel voorstellen voor het verstrijken van deze termijn. Na het verstrijken van deze termijn, kunnen de feiten enkel administratiefrechtelijk worden bestraft, tenzij de procureur des Konings voor het verstrijken van termijn heeft laten weten dat hij geen gevolg aan de feiten zal geven.
In het protocol verbindt de procureur des Konings zich ertoe deze inbreuk niet te vervolgen en wordt overeengekomen dat de sanctionerend ambtenaar het verstrijken van de termijn van twee maanden niet meer moet afwachten. Dit betekent dat de sanctionerend ambtenaar vanaf de ontvangst van het afschrift van het proces-verbaal de GAS-procedure kan opstarten. Hij zal dus geen mededeling van de procureur des Konings moeten afwachten.
Verder wordt in het protocol bepaald dat sommige gemengde inbreuken enkel in aanmerking komen voor behandeling door de sanctionerend ambtenaar, wanneer ze gepaard gaan met:
Er is verder een regeling voorzien voor een met een gemengde inbreuk samenhangende inbreuk die niet voor administratieve sancties in aanmerking komt of tot een gerechtelijke vrijheidsberoving heeft geleid. In dat geval is de toepassing van de procedure van de GAS-wet uitgesloten.
Het nieuwe protocolakkoord treedt in werking op 15 oktober 2024. Het voorgaande protocolakkoord zal vanaf deze datum worden opgeheven.
De gemeenteraad keurt het protocol met de procureur des Konings over de gemeentelijke administratieve sancties voor gemengde inbreuken goed.
De gemeenteraad beslist het voorgaande protocolakkoord goedgekeurd op 14 december 2015 (jaarnummer 706) op te heffen met ingang van 15 oktober 2024.