Terug
Gepubliceerd op 23/12/2024

2024_CBS_09845 - Omgevingsvergunning - OMV_2024115186. Alfons Schneiderlaan 166. District Deurne - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 20/12/2024 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Johan Klaps, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Elisabeth van Doesburg, schepen; Erica Caluwaerts, schepen; Tatjana Scheck, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2024_CBS_09845 - Omgevingsvergunning - OMV_2024115186. Alfons Schneiderlaan 166. District Deurne - Goedkeuring 2024_CBS_09845 - Omgevingsvergunning - OMV_2024115186. Alfons Schneiderlaan 166. District Deurne - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2024115186

Gegevens van de aanvrager:

de heer Kaay Rotty met als adres Alfons Schneiderlaan 166 bus 001 te 2100 Antwerpen en mevrouw Laura Horemans met als adres Alfons Schneiderlaan 166 bus 001 te 2100 Antwerpen

Ligging van het project:

Alfons Schneiderlaan 166 te 2100 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 30 sectie A nr. 502H32

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

omvormen van de functie op de gelijkvloerse verdieping van handel naar wonen en herinrichten van de bovenliggende wooneenheden

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          07/06/2018: vergunning deputatie na weigering (20173033) voor het vermeerderen en verbouwen van het aantal woongelegenheden van 1 naar 2 appartementen;

-          13/07/2007: vergunning (20072361) voor het aanleggen van een terras;

-          09/02/1978: vergunning (19784035) voor verbouwingswerken.

 

Vergunde toestand

-          functie: meergezinswoning met gelijkvloerse handelszaak en 2 woonentiteiten.

-          bouwvolume:

  • 3 bouwlagen met plat dak; 
  • bouwdiepte 16 m;
  • aanbouw linkerzijde van 2 bouwlagen;
  • terrassen achteraan rechterzijde op verdieping 1 en 2;

-          gevelafwerking:

  • wit kleurige steenstrips met donker aluminium buitenschrijnwerk;
  • pvc buitenschrijnwerk gelijkvloerse verdieping;
  • poort naar inpandige garage.

 

Bestaande toestand

-          functie: meergezinswoning met 3 woonentiteiten.

-          bouwvolume:

  • 3 bouwlagen met plat dak; 
  • bouwdiepte 16 m;
  • aanbouw linkerzijde van 2 bouwlagen;
  • terrassen achteraan rechterzijde op verdieping 1 en 2;

-          gevelafwerking:

  • bruine gevelsteen en lichtgrijze crepi;
  • zwart aluminium buitenschrijnwerk gelijkvloerse verdieping;
  • wit pvc buitenschrijnwerk op de verdiepingen;
  • poort naar inpandige garage.
     

Nieuwe toestand

-          functie: meergezinswoning met 3 woonentiteiten.

-          bouwvolume:

  • 3 bouwlagen met plat dak; 
  • bouwdiepte 16 m;
  • aanbouw linkerzijde van 2 bouwlagen;
  • terrassen achteraan rechterzijde op verdieping 1 en 2;

-          gevelafwerking:

  • bruine gevelsteen en licht grijze crepi;
  • zwart aluminium buitenschrijnwerk gelijkvloerse verdieping;
  • wit pvc buitenschrijnwerk op de verdiepingen;
  • poort naar inpandige garage.

 

Inhoud van de aanvraag

-          vermeerderen van het aantal woongelegenheden van 2 naar 3;

-          wijzigen van de functie gelijkvloerse verdieping van handel naar wonen;

-          voorzien van interne verbouwingswerken;

-          wijzigen van de voorgevel;

-          wijzigen van de scheimuren.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Fluvius System Operator

31 oktober 2024

4 november 2024

Geen advies

Hulpverleningszone Brandweer zone Antwerpen

31 oktober 2024

4 december 2024

Voorwaardelijk gunstig

 

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies

Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie

31 oktober 2024

8 november 2024

Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering

31 oktober 2024

31 oktober 2024

Stadsontwikkeling/ Mobiliteit

31 oktober 2024

14 november 2024

 

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Hemelwaterverordening 2023.
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Publiciteit: het besluit van de Vlaamse regering van 12 mei 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening voor publiciteitsinrichtingen.
(De verordening publiciteit kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Gewestelijke publiciteitsverordening 2023).
De gewestelijke publiciteitsverordening is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 25 maart 2024 en in werking getreden op 15 juli 2024. 
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

  • Artikel 10 Daglichttoetreding, uitzicht en minimale luchttoevoer:
    het raam van de slaapkamer op de tweede verdieping heeft een glasoppervlak van ca. 0,7 m²
  • Artikel 18 Stabiliteit en scheidingsmuren:
    • er is geen enkelvoudige scheidingsmuur voorzien bij het terras op het gelijkvloers. Deze dient uitgevoerd te worden in massief ongeperforeerd materiaal en een minimale dikte te hebben van 18 cm;
    • de scheidingsmuren hebben geen opstand van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak;
  • Artikel 20 daken:
    de nieuwe daken dienen te worden aangelegd als groendak (voorwaarde vergunning 2017).

 

-          Stedenbouwkundige lasten: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening ‘Stedenbouwkundige lasten’ (verder genoemd verordening stedenbouwkundige lasten), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 29 april 2024.

(De verordening stedenbouwkundige lasten kan u raadplegen via https://www.antwerpen.be/nl/overzicht/vergunningen/regelgeving).

De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de verordening stedenbouwkundige lasten.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
 

-          Programmatische Aanpak Stikstof: overeenkomstig het stikstofdecreet, het nieuwe beoordelingskader voor alle aanvragen die stikstofemissies veroorzaken, in werking getreden op 23 februari 2024.
Op basis van de toepassing van het stikstofdecreet kan redelijkerwijs geoordeeld worden dat voorliggende aanvraag een verkeersdragend of een verkeersgenererend project is. Het beoordelingskader uit het decreet is dus van toepassing. De berekende impactscore is kleiner dan of gelijk aan 1%. De opmaak van een passende beoordeling van de effecten van stikstofdepositie via de lucht ten aanzien van SBZ-H is niet vereist.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).

Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).

Het project is niet gelegen in een signaalgebied.

Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

(Kijk de score van uw project na op (https://www.waterinfo.be/informatieplicht)

 

-          Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

Voorliggende aanvraag betreft het wijzigen van de gelijkvloerse handelsfunctie in een meergezinswoning naar een woongelegenheid. De woonfunctie is in harmonie met de kenmerkende functies in de omgeving.

 

Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid

De werken blijven voornamelijk binnen het bestaande en vergunde volume. Op het gelijkvloers wordt een appartement ingericht in plaats van de handelsfunctie, wat het aantal woongelegenheden op 3 brengt. De bovenliggende wooneenheden zijn heringericht.

 

Op de eerste verdieping werd een terras voorzien achteraan het gebouw. De bestaande houten schutting wordt vervangen door een scheimuur tot 1,90 m hoogte. Het terras en de afscheiding zijn ruimtelijk inpasbaar, veroorzaken geen hinder naar de aanpalenden en vergroten de woonkwaliteit van het appartement.

Op de plannen van het gelijkvloers staat geen scheimuur getekend, maar deze is wel zichtbaar op de foto’s. Alle scheimuren moeten uitgevoerd worden in massief en ongeperforeerd materiaal en moeten een dikte hebben van minimaal 18 cm. De zichtbaar blijvende onderdelen van de scheidingsmuur moeten volwaardig en volgens de regels der kunst afgewerkt worden.

Dit wordt opgelegd in de voorwaarden bij de vergunning.

 

In de achtertuin is meer verharding dan de toegestane 20 % volgens artikel 23 van de bouwcode. Er wordt in voorwaarden opgelegd dat de tuin maximaal groen en onverhard moet ingericht worden zoals beschreven in artikel 23 van de bouwcode, met een maximale verharding van 20 %. Halfverhardingen zoals kiezels worden ook beschouwd als verhardingen.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

Er wordt vastgesteld dat de vrije hoogte op de tweede verdieping slechts 2,52 m bedraagt, waar dit volgens de plannen van de vergunde toestand 2,65 m was. Volgens artikel 9 van de bouwcode moeten verblijfsruimtes een minimale vrije hoogte hebben van 2,60 m.

De vrije hoogte van 2,52 meter biedt echter voldoende woonkwaliteit en is aanvaardbaar.  

 

Artikel 10 van de bouwcode bepaalt dat elke verblijfsruimte openingen moet hebben voor de toetreding van daglicht en het bieden van uitzicht. Deze opening moet minimaal 10 % van de nettovloeroppervlakte zijn, met een minimum van 1 m² voorzien van doorzichtig materiaal. Het raam aan de slaapkamer op de tweede verdieping is kleiner dan 1 m². Er wordt in voorwaarden bij de vergunning opgelegd dat het raam voldoende groot moet zijn.

 

Artikel 18 van de bouwcode bepaalt dat scheimuren een opstand moeten hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak, of een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed tussen het groendak en de scheidingswand.

 

Artikel 20 van de bouwcode bepaalt dat nieuwe daken aangelegd moeten worden als groendak. Dit werd ook opgelegd als voorwaarde bij de vergunning in 2018, maar werd niet opgetekend op de plannen van de bestaande, vergunde of nieuwe toestand. Daarom wordt dit opnieuw opgenomen in de voorwaarden bij de vergunning.

 

Visueel-vormelijke elementen

De materialiteit van de voorgevel blijft grotendeels behouden. De kroonlijst boven de eerste verdieping werd doorgetrokken over de volledige gevelbreedte, de gevel van de tweede verdieping werd uitgevoerd in lichtgrijs pleisterwerk.

Het materiaalgebruik en de nieuwe opening zijn inpasbaar binnen de stedelijke context van het perceel.

 

Mobiliteitsimpact

Toetsing parkeerbehoefte

Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 30 van de bouwcode, herzien op 1 maart 2018, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding en wijzigen van het aantal wooneenheden. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaats.

 

De aanvraag betreft het omvormen van de functie op de gelijkvloerse verdieping van handel naar wonen en herinrichten van de bovenliggende wooneenheden.

Het project ligt in centrumschil op minder dan 800 m van een P&R. De bijhorende parkeernormen uit de bouwcode worden gehanteerd.

 

De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding en/of functiewijziging.  De handelsruimte op het gelijkvloers wordt omgevormd tot een woning.

Bij projecten tot 5 en met wooneenheden is de parkeernorm 1.

De werkelijke parkeerbehoefte is 1.

 

De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Er is een bestaande inpandige garage die blijft behouden. Er wordt geen extra parkeerplaats voorzien voor de bijkomende wooneenheid.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1.

 

Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1.

 

De berekende parkeerbehoefte van het nieuwe project kan verminderd worden met het aantal parkeerplaatsen van de laatst vergunde toestand dat reeds afgewenteld werd op het openbaar domein. Dit op voorwaarde dat realisatie niet mogelijk is. Vermits het handelsgelijkvloers van beperkte oppervlakte was, is er geen parkeerbehoefte.

 

Het aantal parkeerplaatsen van de laatst vergunde toestand dat reeds afgewenteld werd op het openbaar domein is 0.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 1 plaats.

 

 

Fietsvoorzieningen

Er is een fietsenberging voorzien in de kelder voor de bijkomende wooneenheid.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

  1. Alle scheimuren moeten uitgevoerd worden in massief en ongeperforeerd materiaal en moeten een dikte hebben van minimaal 18 cm, conform artikel 18 van de bouwcode.
  1. Maximaal 20 % van de tuinzone mag aangelegd worden met verhardingen, conform artikel 23 van de bouwcode. Het overige deel dient onverhard aangelegd te worden en ingevuld met groen in volle grond.
  1. Het doorzichtige deel van het raam van de slaapkamer op de tweede verdieping moet een minimale oppervlakte hebben van 1 m², conform artikel 10 van de bouwcode.
  1. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand;
  1. Het dak is uit te voeren als groendak, conform de voorwaarden bij de vergunning uit 2018.
  1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.
  1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

25 augustus 2024

Volledig en ontvankelijk

31 oktober 2024

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum

30 december 2024

Verslag GOA

11 december 2024

Naam GOA

Cynthia Steurs

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd. Er werden geen standpunten, opmerkingen of bezwaren ingediend tijdens de openbaarmaking.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

  1. Alle scheimuren moeten uitgevoerd worden in massief en ongeperforeerd materiaal en moeten een dikte hebben van minimaal 18 cm, conform artikel 18 van de bouwcode.
  1. Maximaal 20 % van de tuinzone mag aangelegd worden met verhardingen, conform artikel 23 van de bouwcode. Het overige deel dient onverhard aangelegd te worden en ingevuld met groen in volle grond.
  1. Het doorzichtige deel van het raam van de slaapkamer op de tweede verdieping moet een minimale oppervlakte hebben van 1 m², conform artikel 10 van de bouwcode.
  1. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand;
  1. Het dak is uit te voeren als groendak, conform de voorwaarden bij de vergunning uit 2018.
  1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.
  1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.