2024_CBS_09820 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Voorwaardelijk gunstig advies - OMV_2024094592. Vosseschijnstraat 59. District Antwerpen - Goedkeuring

Er werd bij de deputatie een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend. De aanvraag wordt behandeld volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet. Op 13 augustus 2024 verzocht de deputatie het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om een openbaar onderzoek te houden en advies uit te brengen.

Op 4 oktober 2024 verleende het college van burgemeester en schepenen een voorwaardelijk gunstig advies, zie bijlage.

Op 22 november 2024 paste de deputatie een administratieve lus toe waarbij opnieuw advies gevraagd werd aan het college.

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

Zie advies college van 4 oktober 2024.

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Conform artikel 24 en 42 van het Omgevingsvergunningsdecreet heeft het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar de bevoegdheid advies uit te brengen voor de vergunningsaanvragen op haar grondgebied waarvoor de deputatie, de Vlaamse regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar de bevoegde overheid is, tenzij:

1. de aanvraag ingediend is door het betrokken college;
2. de aanvraag louter betrekking heeft op mobiele of verplaatsbare ingedeelde inrichtingen of activiteiten.

Het college heeft op 17 november 2017 (jaarnummer 2017_CBS_08858) beslist om de adviesbevoegdheid op te nemen.

Adviezen

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Zie ook advies college van 4 oktober 2024.

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen 

Hemelwater: Het besluit van de Vlaamse regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke verordening inzake hemelwater.

De gewestelijke verordening hemelwater is van toepassing op de aanvraag. De aanvrager komt in projectinhoudversie 5 tegemoet aan het advies van het college door het plaatsen van een hemelwaterput met een inhoud van 25.000 liter. Samen met de bestaande hemelwaterput wordt er een volume van 33.000 liter voorzien waarbij het hemelwater zal worden hergebruikt als sanitair spoelwater en als kuiswater. De afwijking om geen infiltratievoorziening voor de uitbreiding van het dak aan te leggen, wordt gunstig geadviseerd daar een infiltratievoorziening (aangesloten op de overloop van de hemelwatertank) in feite ongebruikt zal blijven.

Voor de opvang van het hemelwater dat op de fietsenstalling valt, zal een infiltratievoorziening worden ingericht in de nabijgelegen groenzone, zoals gesuggereerd in het advies van het college van 4 oktober 2024. Er werden echter geen plannen noch detailtekeningen of snedes van deze infiltratievoorziening bijgevoegd, waardoor niet geverifieerd kan worden of deze voldoet aan de hemelwaterverordening en de code van goede praktijk voor wat het ontwerp hiervan betreft. Volgens de ingevulde gegevens in het hemelwaterformulier zal de maximale diepte 50 cm onder het maaiveld bedragen, met een buffervolume van 1.750 liter en een infiltratieoppervlakte van 5 m².

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

Naar aanleiding van het voorwaardelijk gunstig advies van het college, heeft de provincie met toepassing van een administratieve lus bijkomende informatie gevraagd aan de aanvrager. Naast de opmerkingen omtrent de afwijkingsvraag op de verordening hemelwater (zie Toetsing aan de regelgeving en beleidslijnen), diende de aanvrager aan te tonen dat het uit te breiden en te renoveren kantoorgebouw ter ondersteuning stond van de bedrijfsactiviteiten op de site en dat het als nevenfunctie kon beschouwd worden van een groter geheel. 

-      De aanvrager geeft aan dat de kantooroppervlakte geschat wordt op circa 2.550 m² tegenover circa 57.530 m² aan logistieke activiteiten. Deze logistieke activiteiten betreffen een ander bedrijf (moederbedrijf Euroports), en lijken niet noodzakelijk samen te hangen met de specifieke kantooractiviteiten van Manuport, zijnde een dienstverlenend bedrijf. Gezien kantoorontwikkeling niet toegelaten is volgens het geldende GRUP, dienen de activiteiten zich te beperken tot het bestaande bouwvolume. Gelet op de ‘inbreiding’ door het inpandig maken van reeds overdekte buitenruimtes, blijft het project hoofdzakelijk binnen het reeds bestaande volume.

Tevens werd door het college opgemerkt dat in een vorige aanvraag (OMV_202404179) de containerunits op de parking tijdelijk vergund werden (tot 31 december 2025) om plaatsgebrek in dit gebouw op te vangen in afwachting van een permanente oplossing. Het was niet duidelijk of voorliggende aanvraag de permanente oplossing bevat. 

-      De aanvrager geeft aan dat tegen het einde van de vergunningstermijn vermoedelijk een nieuwe oplossing zal zijn uitgedacht. Hieruit kan worden afgeleid dat voorliggende aanvraag geen oplossing biedt voor het plaatsgebrek in het kantoorgebouw. Een verdere uitbreiding van het kantoorgebouw is aldus nog te verwachten, tenzij er werkplekken geschrapt zullen worden. Gelet op de voorwaarden van het geldende GRUP, zal deze permanente oplossing binnen het bestaande bouwvolume gezocht moeten worden.

Het college stelde zich eveneens vragen bij de twee parkeerzones voor bezoekers, met in totaal 39 parkeerplaatsen (15 + 24), daar de site een logistieke site betreft. 

-      De aanvrager geeft aan dat de formulering van “bezoekersparking” ongelukkig gekozen is daar er voor de bedrijfsactiviteiten inderdaad niet zo veel bezoekersparkeerplaatsen nodig zijn. De “bezoekerparking” wordt in de praktijk ingenomen door werknemers. Op de gewijzigde plannen werd de “bezoekersparking” verminderd tot 15 parkeerplaatsen, maar wel behouden.

-      De aanvrager benadrukt dat er geen stijging van het aantal werknemers verwacht wordt en dat het aantal parkeerplaatsen voldoende is. Volgens de nota zullen er 147 personen aanwezig zijn in het gebouw (maximale bezetting). Het aantal parkeerplaatsen voor personenwagens van werknemers is 87 volgens het nieuwste inplantingsplan, rekening houdend met de 3 inpandige plaatsen. Gelet op de 40 nieuwe fietsstalplaatsen, zijn er voor 127 personen parkeermogelijkheden op het eigen terrein.

Als (vierde) voorwaarde werd in het advies van het college tevens opgenomen dat afvalwater gescheiden dient te blijven van het hemelwater en dient gezuiverd te worden alvorens te lozen in de openbare (hemelwater)riolering conform de geldende wetgeving. 

-      De aanvrager geeft aan dat er enkel wordt aangesloten op de interne afvoeren en dat er geen grote werken gepland zijn aan de riolering buiten het gebouw. Dit is evenwel geen afdoende reden om het afvalwater niet gezuiverd te lozen daar de verplichting om het huishoudelijk afvalwater te zuiveren alvorens te lozen op de openbare riolering reeds van kracht is.

Het inplantingsplan bestaande toestand werd toegevoegd aan projectinhoudversie 5. Hierop zijn de 2 gestapelde zeecontainers met de bedrijfsnaam erop, die als publiciteitsvoorziening bij de inrit geplaatst leken te zijn en een drietal parkeerplaatsen innamen, niet opgenomen. Het is onduidelijk of deze containers reeds weggenomen zijn.

Tot slot wordt opgemerkt dat op de bestaande dakrand, dewelke gewijzigd wordt in voorliggende aanvraag, zaakgebonden publiciteit was aangebracht, maar dat de huidige aanvraag geen (nieuwe) publiciteit bevat.

Advies van het college

Gunstig advies te verlenen voor de aanvraag tot omgevingsvergunning onder volgende voorwaarde:

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. Parkeren dient steeds op eigen terrein te gebeuren.

2. Afvalwater dient gescheiden te blijven van het hemelwater en dient gezuiverd te worden alvorens te lozen in de openbare (hemelwater)riolering conform de geldende wetgeving.

Administratieve lus

Op de aanvraag werd een administratieve lus toegepast, omwille van wijzigingen in het dossier om tegemoet te komen aan opmerkingen uit ingewonnen adviezen.