Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2024060418 |
Gegevens van de aanvrager: | zie exploitant |
Gegevens van de exploitant: | Stad Antwerpen (0207500123) met als contactadres Grote Markt 1 te 2018 Antwerpen |
Ligging van het project: | Noordersingel 3 te 2140 Borgerhout (Antwerpen) |
Kadastrale percelen: | afdeling 25 sectie A nrs. 56P12 en 56B12 |
waarvan: |
|
- 20210706-0051 | afdeling 25 sectie A nrs. 56B12 en 56P12 (Recyclagepark Borgerhout) |
Vergunningsplichten: | exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten |
Voorwerp van de aanvraag: | recyclagepark Borgerhout: het actualiseren van de verschillende afvalstromen, onder andere Klein Gevaarlijk Afval (KGA) |
Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Voorgeschiedenis
Stad Antwerpen beschikt sinds 16 maart 2017 over een omgevingsvergunning van onbepaalde duur (MLAV1/2016-0375) voor de exploitatie van het containerpark Borgerhout. De vergunning werd geactualiseerd en bijgesteld op 4 februari 2022 door het besluit met referentie OMV_2021115965.
Inhoud van de aanvraag
Voorliggende omgevingsvergunningsaanvraag betreft de actualisatie van de vergunning voor een bestaand recyclagepark.
Aangevraagde rubriek(en)
Aangevraagde rubriek(en) Recyclagepark Borgerhout
Rubriek | Omschrijving | Gevraagd voor |
2.2.1.b) | opslag en sortering van selectief ingezamelde huishoudelijke afvalstoffen en met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen, met inbegrip van gevaarlijk afval (recyclagepark); | recyclagepark: actualisatie van de ingezamelde fracties |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM) | 5 november 2024 | 4 december 2024 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Vergunningen Stedenbouw | 5 november 2024 | 6 november 2024 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Oosterweelverbinding-Wijziging, goedgekeurd op 20 maart 2015. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: gebied voor wegeninfrastructuur.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een gebied voor gemeenschapsuitrusting en openbare nutsvoorziening. Onder gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen dient te worden begrepen voorzieningen die gericht zijn op de bevordering van het algemeen belang en die ten dienste van de gemeenschap worden gesteld. De idee van dienstverlening (verzorgende sector) aan de gemeenschap is derhalve rechtstreeks aanwezig. Artikel 4.4.8.van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening schrijft voor dat in gebieden die op de gewestplannen zijn aangewezen als gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen, handelingen van algemeen belang en de daarmee verbonden activiteiten te allen tijde kunnen worden toegelaten, ongeacht het publiek of privaatrechtelijk statuut van de aanvrager of het al dan niet aanwezig zijn van enig winstoogmerk. Als gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen kunnen eveneens worden beschouwd een school, een voor het publiek toegankelijke toegangsweg tot een vergund gebouwencomplex in een gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen en neveninrichtingen naast een autosnelweg. Alhoewel in een gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen in principe geen gebouwen met een woonfunctie zijn toegelaten, heeft de Raad van State bovendien niettemin geoordeeld dat service-flats voor bejaarden kunnen worden vergund in dergelijk gebied. Ook een nomadenkamp werd door de Raad van State beschouwd als een gemeenschapsvoorziening en openbare nutsvoorziening, (Artikel 17 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het bijzonder plan van aanleg BPA nr. 43 Noordersingel, goedgekeurd bij ministerieel besluit van 3 augustus 1998. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: groenzone en bedrijvigheidszone.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Bijzondere plannen van aanleg (BPA's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
De aanvraag betreft een omgevingsvergunning voor de exploitatie van het bestaand recyclagepark gesitueerd aan de Noordersingel te Borgerhout.
De aanvraag is conform de afgeleverde omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen voor het herinrichten van het containerpark (OMV_2018041084).
Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu
De inwoners van stad Antwerpen mogen afvalstoffen op het recyclagepark aanvoeren met personenvoertuigen, bestelwagens en aanhangwagens. De selectief ingezamelde huishoudelijke afvalstoffen worden in specifiek aangepaste recipiënten gestockeerd. Er is geen opslag rechtstreeks op de grond. Alle containers en recipiënten staan op een verharde ondergrond.
Eventuele lekvloeistoffen en mogelijks verontreinigd hemelwater worden naar de olie-afscheider geleid. Volle recipiënten worden voor recyclage of eindverwerking afgevoerd naar een vergunde verwerker.
De actualisatie omvat de wijziging van het aantal of type aan recipiënten van enkele afvalfracties. Verder wordt de categorie klein gevaarlijk afval (kga) opgesplitst in de verschillende afvalstromen. Deze afvalstromen zijn geen nieuwe afvalfracties maar worden nu expliciet benoemd.
Activiteit | Maximale opslagcapaciteit | Rubriek |
Opslag en sortering van selectief ingezamelde huishoudelijke afvalstoffen en met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen, met inbegrip van gevaarlijk afval (recyclagepark) | - 6 rolcontainers voor verfblikken op waterbasis; - 4 ASP boxen van 600 liter voor frituurolie; - 4 ASP boxen van 600 liter voor andere soorten olie; - systeemcontainer van 1.000 liter voor motorolie; - 24 palletboxen van Recupel voor AEEA; - 1 Recupelbak voor rookmelders.
| 2.2.1.b) |
Tenslotte blijft de rubriek 2.2.2.f)1) voor de opslag en mechanische behandeling van 8 ton grofvuil met een pers van 11 kW ongewijzigd. Deze reeds vergunde afwijkingen van de sectorale voorwaarden, blijven behouden.
- Programmatische Aanpak Stikstof: overeenkomstig het stikstofdecreet, het nieuwe beoordelingskader voor alle aanvragen die stikstofemissies veroorzaken, in werking getreden op 23 februari 2024.
Op basis van de toepassing van het stikstofdecreet kan redelijkerwijs geoordeeld worden dat voorliggende aanvraag geen project is voor de exploitatie van een IIOA met één of meer stationaire bronnen van stikstofoxiden. Het beoordelingskader uit het decreet is dus niet van toepassing en de opmaak van een passende beoordeling (artikel 28 decreet) is niet vereist.
Op basis van de toepassing van het stikstofdecreet kan redelijkerwijs geoordeeld worden dat voorliggende aanvraag een verkeersdragend of een verkeersgenererend project is. Het beoordelingskader uit het decreet is dus van toepassing. De berekende impactscore is kleiner dan of gelijk aan 1%. De opmaak van een passende beoordeling van de effecten van stikstofdepositie via de lucht ten aanzien van SBZ-H is niet vereist.
MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving werd geoordeeld tijdens het volledig- en ontvankelijkheidsonderzoek dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
Advies aan het college
Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Aan het college wordt voorgesteld de omgevingsvergunning voor de exploitatie van het containerpark voorwaardelijk gunstig te adviseren.
Geadviseerde rubriek(en)
Rubriek | Omschrijving | Geadviseerd voor |
2.2.1.b) | opslag en sortering van selectief ingezamelde huishoudelijke afvalstoffen en met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen, met inbegrip van gevaarlijk afval (recyclagepark); (inrichting Recyclagepark Borgerhout) | recyclagepark: actualisatie van de ingezamelde fracties |
Gecoördineerde rubriek(en)
Rubriek | Omschrijving | Gecoördineerd |
2.2.1.b) | opslag en sortering van selectief ingezamelde huishoudelijke afvalstoffen en met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen, met inbegrip van gevaarlijk afval (recyclagepark); (inrichting Recyclagepark Borgerhout) | 1 recyclagepark |
2.2.2.f)1° | opslag en mechanische behandeling van niet-gevaarlijke afvalstoffen van maximaal 100 ton; (inrichting Recyclagepark Borgerhout) | 8 ton |
3.4.2° | het, zonder behandeling in een afvalwaterzuiveringsinstallatie, lozen van bedrijfsafvalwater dat al of niet een of meer van de gevaarlijke stoffen, vermeld in bijlage 2C, bevat in concentraties die hoger zijn dan de indelingscriteria van artikel 3 van bijlage 2.3.1 van Vlarem II, met een debiet van meer dan 2 m³/uur tot en met 100 m³/uur; (inrichting Recyclagepark Borgerhout) | 68 m³/uur |
Gecoördineerde bijzondere milieuvoorwaarden
1. In afwijking van artikel 4.2.5.1.1 §1 van Vlarem II dient geen meetgoot geplaatst te worden. De controle-inrichting bestaat uit een goed bereikbare controleput waar het geloosde bedrijfsafvalwater kan worden gecontroleerd.
2. De exploitant volgt de aanbevelingen van OVAM op en implementeert deze in de bedrijfsvoering.
3. In afwijking van artikel 5.2.1.2 §3 van Vlarem II mogen er op woensdagen (vanaf 1 maart tot 1 oktober) tot 20.00 uur (in plaats van tot 19.00 uur) afvalstoffen worden aangevoerd.
4. In afwijking van artikel 5.2.1.5 §2 van Vlarem II mag de bestaande gemeenschappelijke omheining met het RWZI Deurne (aan de noordzijde) een hoogte hebben van 180 cm (in plaats van ongeveer 200 cm).
5. Onverminderd te bepalingen in de stedenbouwkundige vergunning, dient er, in afwijking van artikel 5.2.1.5 §5 van Vlarem II, geen 5 meter breed groenscherm voorzien te worden. De omheining aan de oost-, zuid- en westzijde dient voorzien te zijn van klimop.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 15 oktober 2024 |
Volledig en ontvankelijk | 5 november 2024 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 4 januari 2025 |
Verslag GOA | 13 december 2024 |
Naam GOA | Bieke Geypens |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
De vergunning omvat thans volgende rubriek(en):
Rubriek | Omschrijving | Gecoördineerd |
2.2.1.b) | opslag en sortering van selectief ingezamelde huishoudelijke afvalstoffen en met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen, met inbegrip van gevaarlijk afval (recyclagepark); (inrichting Recyclagepark Borgerhout) | 1 recyclagepark |
2.2.2.f)1° | opslag en mechanische behandeling van niet-gevaarlijke afvalstoffen van maximaal 100 ton; (inrichting Recyclagepark Borgerhout) | 8 ton |
3.4.2° | het, zonder behandeling in een afvalwaterzuiveringsinstallatie, lozen van bedrijfsafvalwater dat al of niet een of meer van de gevaarlijke stoffen, vermeld in bijlage 2C, bevat in concentraties die hoger zijn dan de indelingscriteria van artikel 3 van bijlage 2.3.1 van Vlarem II, met een debiet van meer dan 2 m³/uur tot en met 100 m³/uur; (inrichting Recyclagepark Borgerhout) | 68 m³/uur |
De vergunning omvat thans volgende bijzondere milieuvoorwaarden:
1. In afwijking van artikel 4.2.5.1.1 §1 van Vlarem II dient geen meetgoot geplaatst te worden. De controle-inrichting bestaat uit een goed bereikbare controleput waar het geloosde bedrijfsafvalwater kan worden gecontroleerd.
2. De exploitant volgt de aanbevelingen van OVAM op en implementeert deze in de bedrijfsvoering.
3. In afwijking van artikel 5.2.1.2 §3 van Vlarem II mogen er op woensdagen (vanaf 1 maart tot 1 oktober) tot 20.00 uur (in plaats van tot 19.00 uur) afvalstoffen worden aangevoerd.
4. In afwijking van artikel 5.2.1.5 §2 van Vlarem II mag de bestaande gemeenschappelijke omheining met het RWZI Deurne (aan de noordzijde) een hoogte hebben van 180 cm (in plaats van ongeveer 200 cm).
5. Onverminderd te bepalingen in de stedenbouwkundige vergunning, dient er, in afwijking van artikel 5.2.1.5 §5 van Vlarem II, geen 5 meter breed groenscherm voorzien te worden. De omheining aan de oost-, zuid- en westzijde dient voorzien te zijn van klimop.