In 2019 keurde het Districtsbestuur (N-VA, CD&V, An Van Uffelen) de bijna verdrievoudiging van de presentiegelden voor Districtsraadsleden goed, tot het Vlaams maximum, mét indexatie.
Dit tot ongenoegen van de oppositie, die zulke verhoging overdreven vond en niet in verhouding, en die meende dat deze middelen toebehoren aan verenigingen, inwoners en ondernemers in onze Polderdorpen.
Daarop beslisten raadsleden van oppositiebeweging PRO2040 om een deel van hun zitpenningen weg te schenken aan o.a. talrijke verenigingen uit onze dorpen.
In 2022, in volle hyperinflatie, heeft de PRO2040-fractie eveneens een (helaas) eenmalige niet-indexering van de zitpenning kunnen bedingen dankzij een Amendement op de "Aanpassing 5 van het meerjarenplan 2020-2025", en hebben ze geopperd dat de vrijgekomen middelen geheroriënteerd moesten worden naar domeinen waarop bespaard werd.
Anno 2024 vindt onze PRO2040-fractie het bedrag nog steeds overdreven en niet in verhouding, en dat deze middelen beter geïnvesteerd kunnen worden in onze Poldergemeenschap.
Daarom stelt onze PRO2040-fractie voor om het bedrag van de zitpenning met ongeveer een kwart te verminderen, en dit bedrag vanaf 1 september 2024 steeds te ijken op 75% van het presentiegeld voor Gemeenteraadsleden.
De PRO2040-fractie
Annick, Bart, Karel & Zander.
Besluit:
De Districtsraad Berendrecht-Zandvliet-Lillo keurt de verlaging van de presentiegelden voor Districtsraadleden goed, met ingang van 1 september 2024, en reduceert dit bedrag vanaf die datum tot steeds 75% van het vigerende presentiegeld van Gemeenteraadsleden.