Op 14 augustus 2024 werd namens de BV ARENA (RPR 0846.487.029), met maatschappelijke zetel aan de Bredastraat 112 bus 11 te 2060 Antwerpen, een aanvraag ingediend om een convenant af te sluiten voor de exploitatie van een kansspelinrichting klasse IV, genoemd ‘Arena', gelegen aan de Kapelstraat 14 te 2660 Hoboken.
De kansspelvergunning F2 van de BV ARENA voor de exploitatie van de kansspelinrichting klasse IV op dit adres was geldig tot en met 10 november 2024 (vergunning 142859). De BV ARENA wenst deze kansspelvergunning F2 te hernieuwen op de eerstvolgende zitting van de Kansspelcommissie.
De uitbating van een vaste kansspelinrichting klasse IV moet op grond van de artikelen 43/4, §1 en 43/5, 6° van de Wet van 7 mei 1999 op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers (verder: Kansspelwet) geschieden krachtens een convenant dat voorafgaandelijk wordt gesloten tussen de gemeente van vestiging en de uitbater. Deze bepalingen werden ingevoerd door de wet van 7 mei 2019 tot wijziging van de Kansspelwet van 7 mei 1999. Artikel 36 van de wijzigingswet bepaalde dat de houders van een kansspelvergunning F2, die op het tijdstip van de inwerkingtreding van deze wet over een vergunning beschikten, hun activiteiten onder dezelfde voorwaarden konden voortzetten. Pas ten vroegste twee jaar na de inwerkingtreding van de wet moesten ze voldoen aan deze voorwaarde. De wetswijziging trad in werking op 25 mei 2019. Dit betekent dat alle aanvragen voor een hernieuwing van een bestaande kansspelvergunning F2 vanaf 25 mei 2021 vergezeld dienden te zijn van een convenant.
Thans moet bij de aanvraag om hernieuwing dus rekening gehouden worden met voormelde voorwaarden. Dit betekent eveneens dat de aanvrager ervoor dient te zorgen dat de kansspelinrichting klasse IV niet gevestigd wordt in de nabijheid van onderwijsinstellingen, ziekenhuizen, plaatsen die vooral door jongeren bezocht worden, zulks behoudens met redenen omklede afwijking die door de gemeente wordt toegestaan.
Om de kansspelvergunning F2 te hernieuwen bij de Kansspelcommissie is een convenant nodig tussen de BV ARENA en de stad Antwerpen.
Kansspelinrichtingen klasse IV zijn, op basis van artikel 43/4, §1 van de Kansspelwet, plaatsen die uitsluitend bestemd zijn voor het aannemen van weddenschappen. Het aannemen van weddenschappen vereist een kansspelvergunning F2. Behoudens de uitzonderingen bepaald in §5 van voormeld artikel, is het verboden weddenschappen aan te nemen buiten een kansspelinrichting klasse IV. De uitbating van een vaste kansspelinrichting klasse IV moet geschieden krachtens een convenant dat voorafgaandelijk wordt gesloten tussen de gemeente van vestiging en de uitbater. Het convenant bepaalt waar de kansspelinrichting wordt gevestigd alsook de nadere voorwaarden. In het convenant worden de openings- en sluitingsuren én de openings- en sluitingsdagen bepaald van de kansspelinrichtingen klasse IV en wordt vastgelegd wie het gemeentelijk toezicht waarneemt.
Om een kansspelvergunning klasse F2 te kunnen verkrijgen moet de aanvrager volgens artikel 43/5 van de Kansspelwet:
Artikel 43/4 van de wet van 7 mei 1999 op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers (Belgisch Staatsblad 30 december 1999).
De gemeenteraad heeft een algemene regelgevende bevoegdheid voor zaken van gemeentelijk belang tenzij de bevoegdheid is toegewezen aan een ander orgaan van de gemeente (artikel 40 Decreet Lokaal Bestuur).
De BV ARENA baat de kansspelinrichting klasse IV gelegen aan de Kapelstraat 14 te 2660 Hoboken uit. De kansspelvergunning F2 dient thans hernieuwd te worden. De hernieuwing van de kansspelvergunning F2 gebeurt driejaarlijks. Voorafgaandelijk moet een convenant afgesloten worden met de gemeente zoals bepaald in de wijzigingswet van 7 mei 2019. Voor bestaande kansspelinrichtingen moet elke aanvraag vanaf 25 mei 2021 vergezeld zijn van een convenant.
De voorwaarden waar de aanvrager conform artikel 43/5 van de Kansspelwet aan moet voldoen om een kansspelvergunning F2 te kunnen verkrijgen, gelden eveneens voor het hernieuwen van dergelijke vergunning. Het gegeven dat er reeds een kansspelvergunning werd uitgereikt, doet geen afbreuk aan het feit dat er thans, na inwerkingtreding van de artikelen 43/4, §1 en 43/5, 6°, alsnog een convenant moet worden afgesloten. Aangezien deze wetswijziging pas in werking trad nadat de eerdere kansspelvergunning werd uitgereikt, behoudt de gemeente haar discretionaire bevoegdheid om te beslissen of, en onder welke voorwaarden, er thans een convenant wordt afgesloten. Het is immers pas na deze wetswijziging dat de gemeente door de convenantverplichting de bevoegdheid heeft gekregen daadwerkelijk een rol te spelen in de verkrijgingsprocedure voor een kansspelvergunning.
Artikel 43/5, 5° van de Kansspelwet bepaalt ondubbelzinnig dat "De aanvrager van het convenant ervoor moet zorgen dat een kansspelinrichting klasse IV niet gevestigd wordt in de nabijheid van onderwijsinstellingen, ziekenhuizen, plaatsen die vooral door jongeren worden bezocht, zulks behoudens met redenen omklede afwijking die door de gemeente wordt toegestaan."
De parlementaire voorbereiding stipuleert verder dat: "Het convenant bepaalt waar de kansspelinrichting wordt gevestigd, inzonderheid rekening houdend met onderwijsinstellingen, ziekenhuizen, plaatsen die vooral door jongeren worden bezocht, plaatsen waar erediensten worden gehouden of gevangenissen." De concrete omstandigheden die een weigering om een convenant te kunnen sluiten, kunnen verantwoorden zijn derhalve niet beperkt tot de inrichtingen die uitdrukkelijk vermeld staan in hoger geciteerd artikel uit de Kansspelwet. Dit werd bevestigd door een arrest van het Grondwettelijk Hof van 9 december 2021 (arrest nr. 177/2021).
Er moet bij de beoordeling om al dan niet over te gaan tot het afsluiten van een convenant nagegaan worden of de voorgestelde locatie al dan niet in de nabijheid van dergelijke inrichtingen gelegen is. De ingevoerde bepaling strekt ertoe om de risico’s in verband met de ligging van een vaste kansspelinrichting klasse IV te beperken en kwetsbare spelers te beschermen. Dergelijk nabijheidsonderzoek is een determinerend motief in de afweging van de gemeente om in een individueel dossier te beslissen om al dan niet het convenant af te sluiten.
De stad Antwerpen investeert in een coherent en geïntegreerd drugbeleid. Naast middelenverslavingen wordt binnen dit beleid ook aandacht geschonken aan gedragsverslavingen, zoals gamen en gokken. Het is daarbij belangrijk om preventief en voor aanvang van de problematiek in te grijpen. Bijgevolg zijn uiterst belangrijke doelgroepen voor verslavingspreventie jongeren en kwetsbare personen.
Onderzoek toont aan dat het in contact komen met middelen of verslavende gedragingen op jonge leeftijd, het risico op verslaving op latere leeftijd verhoogt. Dit heeft te maken met de ontwikkeling van de hersenen: "Hoe eerder iemand begint, hoe meer invloed dit heeft op de ontwikkeling van de hersenen, hoe impulsiever iemand wordt, wat dan weer de kans op verslaving verhoogt. Dit is voor gokken net zo: problematische gokkers bleken telkens vroeger te zijn gestart met gokken - vaak al rond de leeftijd van 10 jaar - dan leeftijdsgenoten die (niet problematisch) gokken." (Shead, Derevensky & Gupta, 2010, Geel en Fisher in Bowden-Jones & Georges, 2015).
Antwerpen is een bruisende studentenstad en heeft ook heel wat (middelbare) scholen op het grondgebied. Geld inzetten op sportwedstrijden is de gokvorm die het meest frequent wordt beoefend door de Vlaamse studenten, zo blijkt uit onderzoek van de VAD. (Van Damme et al., 2022). Nog problematischer, hoewel gokken onder de 21 jaar verboden is, is de vaststelling dat 0,9% van de middelbare schooljongeren een regelmatige speler is bij sportweddenschappen en 7,7% aangeeft ooit te hebben gespeeld. (Rossiers, VAD Webinar, 2021, 19:38). Er kan bijgevolg niet aan voorbijgegaan worden dat hier zeer strikt op moet toegezien worden.
Uit bronnenonderzoek (Google Maps en Stad in Kaart) blijkt dat het wedkantoor aan de Kapelstraat 14 te 2660 Hoboken niet voldoet aan de wettelijke nabijheidsregels.
De locatie is niet geschikt voor de implementatie van een wedkantoor, zoals blijkt uit de administratieve akte met het nummer 020793/24 van 29 augustus 2024. Het wedkantoor ligt in een gedeelte van de stad waar de leefbaarheid reeds onder druk staat door verschillende soorten van overlast en criminaliteit. Vanwege de aanwezigheid van verschillende sportinfrastructuren, sociale instellingen en hotspots die in trek zijn bij jongeren uit de directe omgeving van het wedkantoor is het belangrijk dat kwetsbare groepen zoals jongeren en sociaal kwetsbare families beschermd worden tegen de risico’s van het gokken.
In de administratieve akte met het nummer 020793/24 van 29 augustus 2024 maakt de politie melding van verschillende locaties die in de nabijheid van het wedkantoor zijn gevestigd en een probleem vormen voor de aanwezigheid van een wedkantoor op deze locatie. Tevens leert verder bronnenonderzoek, met name Google Maps en Stad in Kaart, dat er verschillende plaatsen de vestiging van het wedkantoor beletten.
In voormelde administratieve akte worden volgende locaties opgelijst:
De vzw Cockerillhof is een inclusieve co-housing faciliteit voor jongvolwassenen met een beperking.
Jeugdhuis Joh organiseert elke vrijdag- en zaterdagavond diverse activiteiten voor jongeren vanaf 20.00 uur, club Joh is regelmatig op woensdagavond open van 20.00 uur tot middernacht.
Het Sint-Agnesinstituut biedt middelbaar onderwijs aan voor leerlingen van de eerste tot en met de derde graad.
In de Academie Hoboken Beeld worden lessen aangeboden voor jongeren op maandagavond van 17.15 uur tot 22.15 uur (woord), op dinsdagavond van 18.30 uur tot 20.30 uur (theater), op woensdagnamiddag van 13.30 uur tot 17.00 uur en van 18.30 uur tot 22.00 uur (beeld) en op zaterdagvoormiddag van 9.30 uur tot 13.30 uur. Verder zijn er alle weekavonden en op woensdagnamiddag en -avond muzieklessen voor jongeren.
Het Gravenhof is een jeugd- en cultuurcentrum in Hoboken, en mikt in eerste instantie op kinderen en jongeren, en biedt een zeer gevarieerd aanbod van jeugd- en sportactiviteiten op maat aan.
Open bronnenonderzoek, met name Google Maps en Stad in Kaart, leert daarenboven het volgende:
Op 700 meter wandelafstand van het wedkantoor ligt klimzaal Blok, aan de Ijskelderstraat 12/1 te 2660 Hoboken. Er zijn trainingen voor jongeren op woensdag van 16.30 uur tot 20.30 uur, op vrijdag van 17.30 uur tot 20.30 uur en op zaterdag van 16.00 uur tot 20.00 uur.
Park Broydenborg en Park Sorghvliedt (met speeltuin) liggen op 450 meter wandelafstand van het wedkantoor. In deze parken zijn diverse sport- en ontspanningsfaciliteiten. De parken zijn de groene long van deze buurt, en vormen een aantrekkingskracht in deze buurt. Tijdens de zomermaanden vindt er ‘camping Louise’ plaats, met concerten en een zomerbar.
Het wedkantoor is aldus gelegen nabij een middelbare school en een jeugdhuis, hetgeen op zich volstaat om het convenant te weigeren op grond van artikel 43/5, 5° van de Kansspelwet.
Dit wordt tevens bevestigd door rechtspraak van de Raad van State: “Te dezen vermeldt de bestreden beslissing de afstanden van de onderwijsinstellingen tot de kansspelinrichting en aldus doet zij blijken van een in concreto onderzoek. Het nabijheidsverbod voor onderwijsinstellingen wil de scholieren behoeden voor de verleiding om een speelautomatenhal op te zoeken omdat zij de inrichting niet ver verwijderd weten of omdat het slechts een minimale inspanning vergt om ze te bereiken. De concrete beoordeling van de nabijheid betreft ipso facto de aantrekkingskracht van de kansspelinrichting en van de inspanning om er te geraken. De gedetailleerde opgave van de afstand tot de kansspelinrichting voor wat onder meer een aantal onderwijsinstellingen betreft, volstaat om te gewagen van een aantrekkingskracht die van de kansspelinrichting op die scholieren uitgaat.
(…)
De verzoekende partij maakt ook niet aannemelijk dat de vermelde afstanden voldoende ruim zijn opdat de scholieren een zekere inspanning moeten doen om de kansspelinrichting te bereiken.
Het motief betreffende de nabijheid van onderwijsinstellingen, dat de wettigheidstoetsing heeft doorstaan, volstaat op zich om de weigering van het gevraagde convenant te verantwoorden. (RvS, nr. 208.789 van 9 november 2010).”
Maar ook de verschillende plaatsen die voornamelijk door jongeren worden bezocht in de nabije omgeving van het wedkantoor doen zorgen baren. De nabijheid van elk van bovengenoemde plaatsen, waar tevens veel jongeren samenkomen, volstaat derhalve om het sluiten van het convenant te weigeren op grond van artikel 43/5, 5° van de Kansspelwet.
Vanwege de nagestreefde sociale bescherming van jongeren betreft de vestigingsplaats van het wedkantoor aldus een ongeschikte locatie gezien de wet uitdrukkelijk verbiedt dat kansspelinrichtingen gelegen zijn in de buurt van plaatsen die vooral door jongeren worden bezocht.
Dit wordt ook uitdrukkelijk door de Raad van State bevestigd: “Tevergeefs brengt verzoekster tegen die beoordeling in dat er dan blijkbaar geen enkele locatie in het centrum van Kortrijk aan de voorwaarden voor XII-3866-13/21 het sluiten van een convenant kan voldoen. Daargelaten de feitelijke juistheid hiervan, gaat verzoekster er blijkbaar van uit dat een kansspelinrichting in het centrum mogelijk moet zijn. De Raad van State is geen dergelijk voorschrift bekend. Daarentegen bestaat er wel een wetsvoorschrift dat kansspelinrichtingen in de buurt van plaatsen die vooral door jongeren worden bezocht, verbiedt.
(…)
Wanneer dan ook de weigering op dat motief berust volstaat het ten aanzien van de formele-motiveringseis dat de prohibitieve nabijheid afdoende met redenen wordt omkleed. Te dezen is daaraan voldaan. Immers preciseert de bestreden beslissing welke door het voorschrift bedoelde inrichtingen of plaatsen te dicht bij de vestigingsplaats van verzoekster gelegen zijn en waarom, namelijk op welke afstand ze zich ten opzichte van de kansspelinrichting (slechts) bevinden.” (RvS nr. 197.781 van 13 november 2009)."
Het is immers net deze groep van jongeren die de wetgever wil beschermen, en terecht. De fysieke nabijheid of makkelijke beschikbaarheid van gokgelegenheden verhoogt de participatie aan gokken bij de bewoners uit de buurt. Zij zullen ook meer geld uitgeven aan gokspelen. Alsook de prevalentie van problematisch gokgedrag neemt toe (Vasiliadis, Jackson, Christensen & Francis, 2013; St-Pierre, Walker, Derevensky & Gupta, 2014), zeker bij jongeren. Onderzoek toont immers aan dat het in contact komen met middelen of verslavende gedragingen op jonge leeftijd, het risico op verslaving op latere leeftijd verhoogt. Dit heeft te maken met de ontwikkeling van de hersenen: hoe eerder iemand begint, hoe meer invloed dit heeft op de ontwikkeling van de hersenen, hoe impulsiever iemand wordt, wat dan weer de kans op verslaving verhoogt. Het aantal uitsluitingen bij de Kansspelcommissie is al jaren in stijgende lijn aan het verlopen. (Kansspelcommissie, 2021). Dit duidt op een toenemend aantal mensen die aangeven (of door bewindvoerders, belanghebbenden, enzovoort) problemen te ervaren met hun gokgedrag. Als er bovendien geweten is dat het gros van de opbrengsten van sportweddenschappen offline wordt gegenereerd (Kansspelcommissie, 2021), is het noodzakelijk tegenwoordig extra alert te zijn voor de risico’s indien wedkantoren gesitueerd zijn in een buurt waarin veel kwetsbare personen, zoals jongeren, aanwezig zijn.
Met name de aanwezigheid in de onmiddellijke nabijheid, op slechts enkele minuten wandelen, van scholen, plaatsen of sportclubs waar veel jongeren en kwetsbare personen samenkomen is problematisch. Het gegeven dat het wedkantoor is gevestigd op een zeer drukke baan, met veel passage van kinderen en jongeren op weg naar school of werk, is eveneens problematisch.
Gelet op het geheel van deze omstandigheden is er geen enkele reden om af te wijken van de wettelijke nabijheidsregels.
Uit de administratieve akte met nummer 020793/24 van 29 augustus 2024 blijkt tevens dat het wedkantoor een voorgeschiedenis heeft van overlast.
Op 21 april 2024 werd de vestiging onderworpen aan een controle na een resem klachten van buurtbewoners.
In de administratieve akte wordt verwezen naar volgende processen-verbaal en melding:
De politiediensten stellen zich ernstige vragen bij de orde en netheid van het wedkantoor. De foto’s gemaakt tijdens verschillende controle-acties wekken de indruk dat de plaats een gevaar kan zijn voor de openbare gezondheid.
De instelling is ook gekend als overlastinstelling bij het wijkteam. Er komen regelmatig mensen samen die de rust van de omwonenden verstoren, er is sprake van geluidsoverlast, sluikstort, vandalisme, ... De omwonenden ondervinden hinder van het wedkantoor en van haar klanten.
De buurtregisseur bevestigt eveneens de overlast die de buurt ervaart van dit wedkantoor, de sigarettenpeuken die de klanten op straat achterlaten, zijn een doorn in het oog van de buurtbewoners. Bij het voorbijlopen van het wedkantoor, wordt er duidelijk een rookgeur waargenomen, waaruit blijkt dat er binnen in het wedkantoor gerookt wordt. Er zijn ook problemen met kinderen en jongeren, de ouderen raken zonder problemen binnen in het wedkantoor, de jongere kinderen moeten wel buitenblijven, maar zorgen voor overlast, soms ontlasten ze zich op de straat voor het wedkantoor.
Ten overvloede dient te worden opgemerkt dat de verplichting voor wedkantoren om te voorzien in toepassing van het ‘Excluded Persons Information System’ (EPIS), op zich geen voldoende remediërende factor is. Middels dit elektronisch identificatiesysteem zouden alle spelers die niet mogen deelnemen aan kansspelen en weddenschappen (vanwege beroepsredenen, maar ook kwetsbare groepen zoals minderjarigen, personen met een gokverslaving, spelers die op eigen aanvraag werden geschrapt, enzovoort) de toegang ontzegd worden. Daarenboven moet worden opgemerkt dat de gebeurlijke toegangsbeperking van de in nabijheid aanwezige kwetsbare personen niet verhindert dat zij worden geconfronteerd met de aanwezigheid van een wedkantoor met de voorziene reclame, wat op zich al kan aanzetten tot gokken. De loutere verplichting te voorzien in de toepassing van het EPIS-systeem volstaat derhalve niet om de risico’s die de kansspelwetgeving wil indijken, volledig in te dammen.
De aanwezigheid van tal van kwetsbare inrichtingen in de omgeving van het wedkantoor betreffen concrete lokale omstandigheden die de stad Antwerpen ertoe dwingen om het afsluiten van een convenant met de BV ARENA (RPR 0846.487.029), met maatschappelijke zetel aan de Bredastraat 112 bus 11 te 2060 Antwerpen, voor de exploitatie van een kansspelinrichting klasse IV, genoemd ‘Arena’, gelegen aan de Kapelstraat 14 te 2660 Hoboken, te weigeren.
De gemeenteraad weigert om met de BV ARENA (RPR 0846.487.029), met maatschappelijke zetel aan de Bredastraat 112 bus 11 te 2060 Antwerpen, een convenant af te sluiten voor de exploitatie van een kansspelinrichting klasse IV, genoemd ‘Arena’, gelegen aan de Kapelstraat 14 te 2660 Hoboken.