Terug
Gepubliceerd op 20/01/2025

2025_CBS_00148 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Voorwaardelijk gunstig advies - OMV_2024148358. Scheldelaan 460. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 17/01/2025 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Patrick Janssens, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Lien Van de Kelder, schepen; Johan Klaps, schepen; Ken Casier, schepen; Karim Bachar, schepen; Stijn De Rooster, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Verontschuldigd

Elisabeth van Doesburg, schepen

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2025_CBS_00148 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Voorwaardelijk gunstig advies - OMV_2024148358. Scheldelaan 460. District Antwerpen - Goedkeuring 2025_CBS_00148 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Voorwaardelijk gunstig advies - OMV_2024148358. Scheldelaan 460. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd bij de deputatie een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend. De aanvraag wordt behandeld volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

De deputatie verzoekt het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om advies uit te brengen.

 

Projectnummer:

OMV_2024148358

Gegevens van de aanvrager:

BV Bayer Agriculture met als adres Scheldelaan 460 te 2040 Antwerpen

Gegevens van de exploitant:

BV Bayer Agriculture met als adres Scheldelaan 460 te 2040 Antwerpen

Ligging van het project:

Scheldelaan 460 te 2040 Antwerpen

Kadastrale percelen:

afdeling 18 sectie A nr. 389A

waarvan:

 

-          20240912-0047

afdeling 18 sectie A nr. 389A (Bayer- afdeling Butvar Solvent)

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen, exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorwerp van de aanvraag:

de uitbreiding van het controlegebouw met een technisch lokaal en bijhorende verharding; het veranderen van een butvar solvent eenheid

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

Het controlegebouw kan deels als vergund geacht worden beschouwd daar op deze locatie een gebouw aanwezig is op de luchtfoto van 1971 (bron: Geopunt.be) en dit dus dateert van vóór de inwerkingtreding van het gewestplan Antwerpen. Tussen 1971 en 1989 nam het controlegebouw zijn huidige volume aan. Er werd geen relevante stedenbouwkundige voorgeschiedenis teruggevonden.
 

Bestaande toestand

-     functie:

  • industrie en bedrijvigheid; 
  • een controlegebouw; 

-     bouwvolume: 

  • grondoppervlakte: 484 m²; 
  • hoogte: 9,2 meter, met 2 bouwlagen; 
  • ingericht met technische ruimtes voor een nabijgelegen productie-unit;

-     gevelafwerking: 

  • betonnen structuur met daartussen rood gevelmetselwerk; 

-     inrichting: 

  • het controlegebouw bevindt zich op een grootschalig industrieterrein temidden van industriële installaties. Ten oosten van het gebouw bevinden zich, naast technische installaties en leidingbruggen, een betonnen sokkel, een overdekte fietsenstalling bestaande uit een stalen frame met golfplaten en een rokershok met gelijkaardige opbouw.

Nieuwe toestand

-     functie: 

  • industrie en bedrijvigheid; 
  • het controlegebouw wordt aan oostelijke zijde uitgebreid met een MCC-gebouw (één bouwlaag); 

-     bouwvolume: 

  • grondoppervlakte: 518 m² (+ 34,4 m²); 
  • hoogte: 9,2 meter (4,5 meter voor de uitbreiding); 
  • het nieuwe MCC-gebouw zal gebruikt worden voor het plaatsen van nieuwe frequentieregelaars voor de motoren van de productie-unit. Aan de oostgevel wordt een afdak met een overkraging van circa 2 meter over een lengte van 4,8 meter voorzien voor het stallen van fietsen;  

-     gevelafwerking: 

  • MCC-gebouw: rood gevelmetselwerk; 
  • afdak fietsenstalling: staalstructuur met beige geprofileerde staalplaten; 

-     inrichting:  

  • de betonnen sokkel en bestaande fietsenstalling worden verwijderd; 
  • ten zuiden van het gebouw wordt een voetpad in klinkers (15,5 m²) voorzien; 
  • een deel van de bestaande verharding wordt heraangelegd in klinkers (21 m²). 

 

Inhoud van de aanvraag 

-     uitbreiden van een controlegebouw met een MCC-gebouw; 

-     aanleggen van verhardingen. 

 

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

 

Voorgeschiedenis

Op 26 februari 2015 werd door de deputatie van de provincie Antwerpen een milieuvergunning verleend voor het verder exploiteren na verandering van een productie-eenheid voor polyvinylbutyralhars horende bij een chemisch bedrijf, voor een termijn verstrijkend op 26 februari 2035.

 

Inhoud van de aanvraag

Het voorwerp van de aanvraag betreft voornamelijk de CLP-omzetting en de actualisatie van de rubrieken.

 

Aangevraagde rubriek(en)
 

Rubriek

Omschrijving

Gevraagd voor

16.3.2°b)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van meer dan 200 kW;

+20 kW
samenvoegen rubrieken 16.3

17.3.2.1.2.3°

opslagplaatsen voor overige ontvlambare vloeistoffen van gevarencategorie 3 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 200 ton;

CLP-omzetting

17.3.2.2.3°b)

opslagplaatsen voor ontvlambare vloeistoffen van gevarencategorie 1 en 2 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 50 ton, als de inrichting volledig is gelegen in industriegebied voor de opslag in bovengrondse houders of een combinatie van bovengrondse en ondergrondse houders;

CLP-omzetting

17.3.2.3.3°

brandgevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen niet vermeld in rubriek 17.3.2.1. en 17.3.2.2. met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 50 ton;

CLP-omzetting

17.3.4.3°

bijtende vloeistoffen en vaste stoffen - opslagplaatsen voor vloeistoffen en vaste stoffen op basis van etikettering gekenmerkt door het gevarenpictogram GHS05 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 100 ton;

CLP-omzetting

17.3.5.1°a)

opslagplaatsen voor giftige vloeistoffen en vaste stoffen (gevarenpictogram GHS06) met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 10 kg tot en met 2 ton, wanneer volledig gelegen in industriegebied;

CLP-omzetting

17.3.7.3°

opslagplaatsen voor vloeistoffen en vaste stoffen die op lange termijn gezondheidsgevaarlijk zijn (gevarenpictogram GHS08) met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 50 ton;

109,50 ton

17.3.8.2°

opslagplaatsen voor het aquatisch milieugevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen (gevarenpictogram GHS09) met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 2 ton tot en met 200 ton;

CLP-omzetting

23.1.1°c)

inrichtingen voor het vervaardigen van kunststoffen en van kunstmatige vezels met een geïnstalleerde totale drijfkracht van meer dan 200 kW;

+171 kW

23.3.1°c)

opslag in industriegebied van meer dan 200 ton kunststoffen of voorwerpen uit kunststof in een lokaal.

-30 ton

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 24 en 42 van het Omgevingsvergunningsdecreet heeft het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar de bevoegdheid advies uit te brengen voor de vergunningsaanvragen op haar grondgebied waarvoor de deputatie, de Vlaamse regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar de bevoegde overheid is, tenzij:

 

  1. de aanvraag ingediend is door het betrokken college;
  2. de aanvraag louter betrekking heeft op mobiele of verplaatsbare ingedeelde inrichtingen of activiteiten.

 

Het college heeft op 17 november 2017 (jaarnummer 2017_CBS_08858) beslist om de adviesbevoegdheid op te nemen.

Argumentatie

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Haven van Antwerpen-Brugge, subadvies milieu

20 december 2024

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

 

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het goed is gelegen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (GRUP) Afbakening zeehavengebied Antwerpen (Besluit van de Vlaamse regering van 30 april 2013), binnen de afbakeningslijn.

De gebieden binnen de afbakeningslijn behoren tot het zeehavengebied Antwerpen.

Met uitzondering van de deelgebieden waarvoor in dit plan voorschriften werden vastgelegd, blijven de op het ogenblik van de vaststelling van dit plan bestaande bestemmings- en inrichtingsvoorschriften onverminderd van toepassing.

 

Het goed is volgens voornoemd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan bestemd als Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven.

Zulk gebied is bestemd om te functioneren als Vlaams havengebied als onderdeel van de haven van Antwerpen. Het is bestemd voor zeehavengebonden en zeehavengerelateerde industriële en logistieke activiteiten en distributie-, opslag- en overslagactiviteiten die gebruikmaken van en aangewezen zijn op de zeehaveninfrastructuur.

Alle handelingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming en voor de exploitatie van de haven en de bedrijven zijn toegelaten.

Daartoe worden ook de volgende werken, handelingen, voorzieningen, en wijzigingen gerekend:

- de aanleg en het onderhoud van infrastructuur die nodig is voor de toegankelijkheid of voor verbindingen langs de waterzijde en langs de landszijde;

- het laguneren of op een andere wijze bergen of verwerken van baggerspecie.

Daarnaast is de ontwikkeling, het herstel en de instandhouding van tijdelijke ecologische infrastructuur toegelaten.

In het gebied zijn eveneens gebouwen of lokalen voor bewakingspersoneel toegelaten.

In het gebied zijn kantoorgebouwen niet toegelaten, tenzij ze noodzakelijk zijn voor en een inherent onderdeel zijn van de exploitatie van haven- en industriële activiteiten. De bestaande kantoorgebouwen kunnen behouden blijven binnen het bestaande bouwvolume op het moment van definitieve vaststelling van dit gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. Uitbreidingen zijn niet toegelaten.

 

De aanvraag dient beoordeeld te worden aan de hand van de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan.

De aanvraag is in overeenstemming met de bestemming en de voorschriften van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Voor een straal van 500 meter rond de aanvraag is het voormelde GRUP tevens van toepassing. Hier gelden volgende bestemmingsvoorschriften: 

-     Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven; 

-     Gebied voor verkeers- en vervoersinfrastructuur voor de Scheldelaan; 

-     Zone voor permanente ecologische infrastructuur ‘met medegebruik’ voor de Scheldedijk; 

-     Overdrukken Hoogspanningsleiding en Leidingstraat ten westen van en parallel met de Scheldelaan.


Buiten de afbakeningslijn zeehavengebied is het gewestplan Antwerpen nog van toepassing met als bestemmingen Bijzondere natuurgebieden en Natuurgebieden met wetenschappelijke waarde of natuurreservaten. 

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

Hemelwater: Het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.

De gewestelijke hemelwaterverordening is niet van toepassing op de nieuwe verhardingen aangezien het hemelwater dat hierop valt, in de naastgelegen grind-/groenzone kan infiltreren.

 

De gewestelijke hemelwaterverordening is wel van toepassing op de uitbreiding van het controlegebouw. Het voorzien van een hemelwaterput is niet vereist aangezien er geen hergebruiksmogelijkheden zijn in het gebouw. Er wordt wel een afwijking op de gewestelijke hemelwaterverordening aangevraagd op het aspect infiltratie. Volgens artikel 12 van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater kan het vergunningverlenende bestuursorgaan bij de beoordeling van de aanvraag in uitzonderlijke gevallen afwijkingen toestaan van de verplichtingen van dit besluit als dat om specifieke redenen met betrekking tot de mogelijkheden van gebruik, wettelijke voorschriften of plaatselijke terreinkenmerken verantwoord of noodzakelijk is. Volgens de aanvrager is de grondwaterstand op het terrein zeer hoog ten opzichte van het maaiveld waardoor er geen mogelijkheid is tot infiltratie. Het hemelwater dat op de uitbreiding van het gebouw valt, wordt afgeleid naar de bestaande hemelwaterriolering. Er zijn echter geen infiltratieproeven noch grondwaterpeilmetingen toegevoegd om de gevraagde afwijking te staven waardoor dit op zich geen afdoende motivatie betreft om niet te voldoen aan de hemelwaterverordening. De afwijking op de gewestelijke hemelwaterverordening kan niet gunstig geadviseerd worden.

 

Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid.

De gewestelijke verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag betreft de uitbreiding van een controlegebouw en het aanleggen van bijhorende verharding. De uitbreiding zal dienst doen als MCC-gebouw waarin nieuwe frequentieregelaars voor de motoren van de productie-unit geplaatst worden. Aan de oostgevel wordt een afdak voorzien voor het stallen van fietsen.

 

Voor de bereikbaarheid van het nieuwe MCC-gebouw wordt een beperkte klinkerverharding aangelegd.

 

Het gebouw en de verhardingen maken de verdere exploitatie van het bestaand industrieel bedrijf mogelijk waardoor de  aanvraag zich functioneel inpast binnen het industrieveld.

 

Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid

Het controlegebouw bevindt zich te midden van een grootschalig industrieterrein en wordt uitgebreid van 484 m² naar 518 m² (+ 34,4 m²). De uitbreiding heeft slechts een hoogte van 4,3 meter (ten opzichte van de hoogte van het bestaande controlegebouw: 9,2 meter). Tevens worden klinkerverhardingen aangelegd met een totale oppervlakte van 36,5 m². De ruimtelijke impact is beperkt. De aanvraag is in overeenstemming en verenigbaar met de ruimtelijke context van het havengebied waarbinnen deze aanvraag is gesitueerd.

 

Visueel – vormelijke elementen

De uitbreiding van het gebouw wordt opgetrokken in beton en afgewerkt met rood metselwerk. Het materiaal- en kleurgebruik sluit aan op het bestaande gebouw en is aanvaardbaar binnen deze industriële context.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De vergunningverlenende overheid heeft het advies ingewonnen van de Brandweer zone Antwerpen. Dit advies is voorwaardelijk gunstig. Ook de lokale overheid hecht belang aan het brandweeradvies.

 

Mobiliteitsimpact (o.a. toetsing parkeerbehoefte)

De aanvraag genereert geen bijkomende parkeerbehoefte en geen significante toename van het aantal verkeersbewegingen. Er wordt wel een bestaande overdekte fietsenstalling verwijderd aangezien deze verouderd is. In de plaats wordt een afdak tegen het nieuwe MCC-gebouw voorzien voor het stallen van fietsen. Opgemerkt wordt dat de bestaande fietsenstalling driezijdig afgeschermd werd, terwijl de nieuwe situatie enkel een afdak omvat. Qua gebruikerscomfort lijkt dit een stap terug. Het is aangewezen de nieuwe fietsenstalling eveneens zijdelings af te schermen tegen de weersinvloeden. Verder is het onduidelijk hoeveel fietsen hier gestald zullen worden. Op de foto’s zijn meerdere fietsenrekken op deze locatie te zien, zowel in de bestaande fietsenstalling als ernaast. Aangeraden wordt de fietsenstalling zo te dimensioneren dat alle fietsen er in passen.

 

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen en activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

 

Butvar Solvent is een chemisch bedrijf dat polyvinylbutyralhars en ethylacetaat produceert. Dit hars wordt verder gebruikt ter productie van veiligheidsglas. Dit bedrijf bevindt zich op het terrein van Bayer. De maximale productiecapaciteit van de Butvar Solvent-fabriek voor wat betreft polyvinylbutyralhars is 15.000 ton/jaar. De productiecapaciteit van ethylacetaat is 19.500 ton/jaar.

 

Voorliggende aanvraag betreft een aanpassing in kader van het ‘LH rework capability project’. In dit project wordt een nieuwe procestank geplaatst met 2 roerders, condensor en pomp. Ook wordt het bestaande controlegebouw uitgebreid, zodat de frequentiesturingen voor de motoren van de productie-eenheid daar geplaatst kunnen worden.

 

Rubriek 23.1.1°c) voor inrichtingen voor het vervaardigen van kunststoffen wordt uitgebreid met 171 kW. Daarnaast wordt rubriek 23.3.1°c) verminderd met 30 ton door het verwijderen van de opslag in open lucht.

 

Verder worden er ook actualisaties doorgevoerd aan de airconditioningsinstallaties, zodat de nieuwe rubriek 16.3.2.b aangevraagd dient te worden voor een totale hoeveelheid van 373,5 kW. Er wordt vastgesteld dat sommige koelinstallaties een hoog GWP (global warming potential) hebben (bijvoorbeeld door het gebruik van R507). In het kader van duurzaamheid en het minimaliseren van de impact bij accidentele vrijstelling van gefluoreerde gassen voerde de Europese Unie verstrengde regels in rond het gebruik van koelmiddelen om zodoende de invloed ervan op de opwarming van de aarde te beperken. Voor een aantal toepassingen wordt een maximum toelaatbaar aardopwarmingsvermogen (GWP) opgelegd, voor een aantal toepassingen wordt op termijn een totaalverbod op F-gassen vooropgesteld (met uitzonderingen in geval van veiligheidseisen). De exploitant dient daarom nieuwe warmtepompen/airco’s te selecteren met een voldoende laag GWP en bestaande installaties waar mogelijk te refitten. Meer informatie over in de toekomst toegelaten koelmiddelen en hun eventuele uitfaseringstermijn kan teruggevonden worden op https://www.vlaanderen.be/veka/energie-en-klimaatbeleid/energie-en-klimaatbeleid-voor-ondernemingen/f-gassen/20-februari-2024-nieuwe-f-gassenverordening-gepubliceerd

 

Omwille van de meest recente VLAREM-wijzigingen zijn de rubrieken 12.3.1 en 12.3.2 niet meer van toepassing. Ten opzichte van de laatste vergunning in 2014 is er een CLP-transitie doorgevoerd. De vergunde opslaghoeveelheden zijn sindsdien niet gewijzigd.

 

De aanvraag kan omwille van de beperkte verandering en de bijhorende minimale impact op de omgeving gunstig geadviseerd worden.

 

Het is aan de vergunningverlenende overheid om, op basis van alle onafhankelijk uitgebrachte deskundige adviezen, tot een gemotiveerde en integrale beslissing te komen.

 

Advies van het college

Gunstig advies te verlenen voor de aanvraag tot omgevingsvergunning onder voorwaarden.

 

Dit advies werd opgemaakt op basis van PIV3.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De aanvraag dient te voldoen aan de hemelwaterverordening.

Geadviseerde rubriek(en)

 

Rubriek

Omschrijving

Geadviseerd voor

16.3.2°b)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van meer dan 200 kW; 

+20 kW
samenvoegen rubrieken 16.3

17.3.2.1.2.3°

opslagplaatsen voor overige ontvlambare vloeistoffen van gevarencategorie 3 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 200 ton; 

CLP-omzetting

17.3.2.2.3°b)

opslagplaatsen voor ontvlambare vloeistoffen van gevarencategorie 1 en 2 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 50 ton, als de inrichting volledig is gelegen in industriegebied voor de opslag in bovengrondse houders of een combinatie van bovengrondse en ondergrondse houders; 

CLP-omzetting

17.3.2.3.3°

brandgevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen niet vermeld in rubriek 17.3.2.1. en 17.3.2.2. met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 50 ton; 

CLP-omzetting

17.3.4.3°

bijtende vloeistoffen en vaste stoffen - opslagplaatsen voor vloeistoffen en vaste stoffen op basis van etikettering gekenmerkt door het gevarenpictogram GHS05 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 100 ton; 

CLP-omzetting

17.3.5.1°a)

opslagplaatsen voor giftige vloeistoffen en vaste stoffen (gevarenpictogram GHS06) met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 10 kg tot en met 2 ton, wanneer volledig gelegen in industriegebied;

CLP-omzetting

17.3.7.3°

opslagplaatsen voor vloeistoffen en vaste stoffen die op lange termijn gezondheidsgevaarlijk zijn (gevarenpictogram GHS08) met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 50 ton; 

109,50 ton

17.3.8.2°

opslagplaatsen voor het aquatisch milieugevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen (gevarenpictogram GHS09) met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 2 ton tot en met 200 ton; 

CLP-omzetting

23.1.1°c)

inrichtingen voor het vervaardigen van kunststoffen en van kunstmatige vezels met een geïnstalleerde totale drijfkracht van meer dan 200 kW;

+171 kW

23.3.1°c)

opslag in industriegebied van meer dan 200 ton kunststoffen of voorwerpen uit kunststof in een lokaal.

-30 ton

Fasering

Procedurestap

Datum

Ontvangst adviesvraag

19 december 2024

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste adviesdatum

18 januari 2025

Onderzoek

De aanvraag moet niet onderworpen worden aan een openbaar onderzoek.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college beslist een gunstig advies, zoals geformuleerd in de argumentatie, te geven op de aanvraag, onder volgende voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. De aanvraag dient te voldoen aan de hemelwaterverordening.

Artikel 2

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.