Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2024126528 |
Gegevens van de aanvrager: | de heer Peter Desart met als adres Groenstraat 52 te 2610 Antwerpen |
Ligging van het project: | Groenstraat 52 te 2610 Wilrijk (Antwerpen) |
Kadastrale percelen: | afdeling 43 sectie A nr. 528X2 |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | plaatsen van een omheining op de perceelsgrens |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 17/10/2008: vergunning (20084560) voor het verbouwen van een rijwoning.
Vergunde toestand
- functie: wonen – eengezinswoning;
- geen afsluiting aanwezig.
Bestaande toestand
- overeenkomstig de vergunde toestand wat betreft de afsluiting.
Nieuwe toestand
- functie: wonen – eengezinswoning;
- afsluiting met een hoogte van 2 m en een lengte van 40,8 m.
Inhoud van de aanvraag
- plaatsen van een omheining.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Er werden geen adviezen gevraagd.
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het bijzonder plan van aanleg BPA Schransvelden, goedgekeurd bij ministerieel besluit van 3 maart 2005. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: zone voor gesloten bebouwing, zone voor tuinen en parkzone.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Bijzondere plannen van aanleg (BPA's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
De aanvraag is niet in overeenstemming met de bepalingen van het BPA Schransvelden en wijkt af op volgend punt:
- 6.2. Parkzone: Afsluitingen moeten bestaan uit levende hagen of natuurlijke materialen en mogen niet hoger zijn dan 1 meter. De aanvraag voorziet een gesloten afsluiting, met een hoogte van 2 meter, uit aluminium palen, ingevuld met planken uit ‘composiet’.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Hemelwaterverordening 2023.
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
- Publiciteit: het besluit van de Vlaamse regering van 12 mei 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening voor publiciteitsinrichtingen.
(De verordening publiciteit kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Gewestelijke publiciteitsverordening 2023).
De gewestelijke publiciteitsverordening is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 25 maart 2024 en in werking getreden op 15 juli 2024.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.
- Stedenbouwkundige lasten: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening ‘Stedenbouwkundige lasten’ (verder genoemd verordening stedenbouwkundige lasten), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 29 april 2024. (De verordening stedenbouwkundige lasten kan u raadplegen via https://www.antwerpen.be/nl/overzicht/vergunningen/regelgeving).
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de verordening stedenbouwkundige lasten.
Sectorale regelgeving
- MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Programmatische Aanpak Stikstof: overeenkomstig het stikstofdecreet, het nieuwe beoordelingskader voor alle aanvragen die stikstofemissies veroorzaken, in werking getreden op 23 februari 2024.
Op basis van de toepassing van het stikstofdecreet kan redelijkerwijs geoordeeld worden dat voorliggende aanvraag een verkeersdragend of een verkeersgenererend project is. Het beoordelingskader uit het decreet is dus van toepassing. De berekende impactscore is kleiner dan of gelijk aan 1%. De opmaak van een passende beoordeling van de effecten van stikstofdepositie via de lucht ten aanzien van SBZ-H is niet vereist.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).
Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).
Het project is niet gelegen in een signaalgebied.
Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.
(Kijk de score van uw project na op (https://www.waterinfo.be/informatieplicht)
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid
Voorliggende aanvraag betreft het plaatsen van een gesloten tuinafsluiting met een hoogte van 2,00 meter op de rechter perceelsgrens. Deze afsluiting wordt voorzien over een lengte van 40,80 meter te beginnen vanaf het bijgebouw in de tuin.
De afsluiting bevindt zich deels in, volgens het BPA, de zone voor tuinen (circa 20,00 meter) en deels in de parkzone (circa 20,80 meter).
In de zone voor tuinen worden tuinafsluitingen niet uitgesloten of beperkt in hun materiaal of hoogte. Bijgevolg dient hier gekeken te worden naar artikel 23 van de bouwcode. De gewenste afsluiting voldoet aan dit artikel.
In de parkzone kunnen afsluitingen voorzien worden als deze bestaan uit levendige hagen of natuurlijke materialen en niet hoger zijn dan 1,00 meter.
Er is geen aanleiding om een afwijking op de voorschriften van het BPA toe te staan.
Het is wenselijk om de groene inrichting van de tuinzones te bewaren. De aansluiting op het Schoonselhof versterkt dit, een gesloten afsluiting zou in dit deel van de tuin een negatieve impact hebben op deze groene zone.
In voorwaarde zal daarom opgenomen worden om het deel van de afsluiting dat voorzien is in de parkzone van het BPA te voorzien conform de voorschriften van het BPA.
Visueel-vormelijke elementen
De afsluiting bestaat uit aluminium antracieten palen, ingevuld met composieten schermen in houtkleur.
De voorgestelde materialisatie is voor het deel dat gelegen is in de zone voor tuinen stedenbouwkundig aanvaardbaar.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Er worden wijzigingen tegenover de vergunde toestand vastgesteld die nu geen deel uitmaken van de aanvraag. Bijgevolg zullen alle handelingen, werken en wijzigingen buiten de handelingen, werken en wijzigingen in functie van het plaatsen van een tuinafsluiting, rekening houdend met de voorwaarden, worden uitgesloten.
Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de woning aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
2. Het deel van de afsluiting dat voorzien is in de parkzone van het BPA te voorzien conform de bepalingen van het BPA.
3. Alle handelingen, werken en wijzigingen buiten de handelingen, werken en wijzigingen in functie van het plaatsen van een tuinafsluiting, rekening houdend met de voorwaarden, worden uitgesloten.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 25 september 2024 |
Volledig en ontvankelijk | 5 november 2024 |
Start openbaar onderzoek | 15 november 2024 |
Einde openbaar onderzoek | 14 december 2024 |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 18 februari 2025 |
Verslag GOA | 27 januari 2025 |
Naam GOA | Wim Van Roosendael |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek. Er werden standpunten, opmerkingen en/of bezwaren ingediend tijdens de openbaarmaking.
Bespreking van de bezwaren
Evaluatie: Het klopt dat de ontwikkelingsvisie voor het plangebied van het BPA aandacht vraagt voor het feit dat het gebied deel uitmaakt van een groene vinger. Via een aantal corridors wordt aansluiting gezocht bij enkele andere groene ruimten, zoals de fortengordel en het Schoonselhof. De corridor gelegen in het BPA wordt voorzien ter hoogte van de aansluiting tussen de Groenstraat, de Moerelei en de Schoonselstraat. De tuinen van de rijwoningen in de Groenstraat maken geen deel uit van een gewenste verbinding. Er kan eveneens vastgesteld worden dat, in de ruime omgeving, deze tuinen reeds ingenomen zijn door constructies en afsluitingen.
Door het voorzien van een zone voor tuinen en een parkzone achter de zone voor gesloten bebouwing wenst het BPA echter wel om deze tuinen zo groen en open mogelijk te houden.
Het klopt ook dat er in de parkzone van het BPA enkel afsluitingen uit levende hagen of natuurlijke materialen en niet hoger dan 1 m zijn toegelaten. In de zone voor tuinen is deze beperking er niet.
Het bezwaar is bijgevolg deels ongegrond en deels gegrond.
Evaluatie: Voorliggende aanvraag wordt afgetoetst op de geldende regelgeving, waaronder het huidige BPA en de huidige bouwcode. Op deze manier wordt er een beoordelingskader gebruikt dat ook voor anderen van toepassing is. Er wordt op deze manier geen precedent geschept.
Het bezwaar is ongegrond.
Evaluatie: Het klopt dat de voorziene afsluiting een impact heeft op de mogelijke interactie tussen gebruikers. Voorliggende impact is echter niet van zulke aard dat voorliggende wijziging, onderdeel van voorliggende aanvraag, onaanvaardbaar is.
Het bezwaar is ongegrond.
Evaluatie: In beginsel mag de vergunningverlenende overheid geen rekening houden met burgerrechtelijke aspecten bij het beoordelen van aanvragen tot omgevingsvergunning. Anderzijds doet een omgevingsvergunning deze rechten niet teniet en ontslaat de titularis van de vergunning niet om het nodige bouwrecht te bekomen. Indien zou blijken dat de aanvraag strijdig is met een contractuele verbintenis, dan blijft de vergunning onwerkzaam.
Het bezwaar is ongegrond.
Evaluatie: Opgesomde elementen maken geen deel uit van voorliggende aanvraag.
Het bezwaar is ongegrond.
Het college sluit zich integraal aan bij:
- de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt;
- het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
2. Het deel van de afsluiting dat voorzien is in de parkzone van het BPA te voorzien conform de bepalingen van het BPA.
3. Alle handelingen, werken en wijzigingen buiten de handelingen, werken en wijzigingen in functie van het plaatsen van een tuinafsluiting, rekening houdend met de voorwaarden, worden uitgesloten.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.