Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2024161559 |
Gegevens van de aanvrager: | Robbe Michiels met als adres Van Peltstraat 23 te 2018 Antwerpen |
Ligging van het project: | Arbeidersstraat 3 te 2600 Berchem (Antwerpen) |
Kadastrale percelen: | afdeling 22 sectie A nr. 169Y6 |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | verbouwen en uitbreiden van een eengezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 07/09/1960: toelating (957#232) voor zuiveringsstelsel in beerput;
- 28/08/1933: toelating (1275#2317) voor wc bouwen, koepel plaatsen;
- 14/04/1931: toelating (1275#854) voor binnenveranderingen;
- 15/07/1930: toelating (1275#428) voor veranderingswerken;
- 29/03/2019: vastgesteld bouwkundig erfgoed: Tuinwijken Groenenhoek:
https://id.erfgoed.net/aanduidingsobjecten/97693.
Vergunde toestand
Toestand bij inwerkingtreding gewestplan Antwerpen:
- functie: wonen (eengezinswoning);
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
Bestaande toestand
- bouwvolume en gevelafwerking afwijkend.
Nieuwe toestand
- functie: wonen (eengezinswoning);
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
Inhoud van de aanvraag
- slopen van de bestaande aanbouw;
- oprichten van een nieuwe aanbouw;
- isoleren van de daken;
- wijzigen van de voorgevel;
- wijzigen van de scheimuren;
- doorvoeren van interne constructieve werken.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Er werden geen externe adviezen gevraagd.
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg | 17 december 2024 | 16 januari 2025 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: afbakeningslijn grootstedelijk gebied antwerpen.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Hemelwaterverordening 2023)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
- Publiciteit: het besluit van de Vlaamse regering van 12 mei 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening voor publiciteitsinrichtingen.
(De verordening publiciteit kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Gewestelijke publiciteitsverordening 2023)
De gewestelijke publiciteitsverordening is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 25 maart 2024 en in werking getreden op 15 juli 2024.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):
het vernieuwde buitenschrijnwerk in pvc met houtlook en de voorzetrolluiken in de voorgevel zijn niet in harmonie met de architecturale kwaliteit van het gevelbeeld;
de slaapkamers op de verdieping hebben een vrije hoogte van minder dan 2,60 m;
de scheidingsmuren hebben geen opstand van minstens 0,30 m ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak;
de kleur van de dakbedekking van het nieuwe dak van de aanbouw wordt niet vermeld, dit dient een lichtkleurige dakbedekking te zijn;
de septische put werd omgevormd tot hemelwaterput waardoor de woning niet langer is voorzien van een septische put.
- Stedenbouwkundige lasten: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening ‘Stedenbouwkundige lasten’ (verder genoemd verordening stedenbouwkundige lasten), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 29 april 2024.
(De verordening stedenbouwkundige lasten kan u raadplegen via https://www.antwerpen.be/nl/overzicht/vergunningen/regelgeving)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de verordening stedenbouwkundige lasten.
Sectorale regelgeving
- MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Programmatische Aanpak Stikstof: overeenkomstig het stikstofdecreet, het nieuwe beoordelingskader voor alle aanvragen die stikstofemissies veroorzaken, in werking getreden op 23 februari 2024.
Op basis van de toepassing van het stikstofdecreet kan redelijkerwijs geoordeeld worden dat voorliggende aanvraag een verkeersgenererend project is. Het beoordelingskader uit het decreet is dus van toepassing. De berekende impactscore is kleiner dan 1%. De opmaak van een passende beoordeling van de effecten van stikstofdepositie via de lucht ten aanzien van SBZ-H is niet vereist.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het project is gelegen in een zone met een kleine pluviale overstromingskans (T1000) onder huidig klimaat (score C).
Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).
Het project is niet gelegen in een signaalgebied.
Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.
(Kijk de score van uw project na op https://www.waterinfo.be/informatieplicht)
- Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en is daarmee in overeenstemming met de kenmerkende woonfuncties in de omgeving.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De aanvraag omvat de verbouwing van een eengezinswoning. De bestaande gelijkvloerse achterbouw wordt gesloopt en vervangen door een nieuwe gelijkvloerse achterbouw tot op een bouwdiepte van 13,80 m. Het perceel laat een dergelijke bouwdiepte toe. Er blijft nog een kwaliteitsvolle tuindiepte van circa 9 m over. Intern wordt in de nieuwe achterbouw een ruime leefkeuken geplaatst. Een nieuwe dakkoepel brengt daglicht tot in het centrale gedeelte van de woonkamer. Achter de inkomhal wordt een dienend blok met vestiaire en toilet geplaatst.
De aanvraag voldoet aan de goede ruimtelijke ordening op vlak van schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid.
Visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten
De aanvraag omvat enkele voorgevelwijzigingen. Het originele buitenschrijnwerk werd gewijzigd naar PVC met houtimitatie. Boven de ramen werden rolluikkasten met voorzetrolluiken geplaatst. Verder werd ook een plint in blauwe harsteen toegevoegd.
Gezien de aanvraag deel uitmaakt van de tuinwijk Groenenhoek, die opgenomen werd op de vastgestelde inventaris onroerend erfgoed, werd intern advies opgevraagd bij de stedelijke dienst Monumentenzorg. Hun advies is voorwaardelijk gunstig en kan als volgt samengevat worden:
“De tuinwijk vormt een speels en levendig opgezet geheel met afwisseling van lijstgevels van één of twee bouwlagen onder pannen mansarde- en zadeldaken, met verschillende varianten van klok- en puntgevels, vaak uitgewerkt als risalieten. Kleinschalige baksteenarchitectuur in typische cottagestijl, verlevendigd door uitgemetselde siermotieven en decoratieve schoorstenen. Het pand in kwestie behoort tot woningtype categorie C.
Men wenst een nieuwe aanbouw te voorzien en het dak te isoleren en te voorzien van nieuwe pannen in een roodbruine kleur. Vanuit oogpunt monumentenzorg geen bezwaar. De bestaande aanbouw is toegevoegd in 1930 en sindsdien nog verschillende malen aangepast en vergroot. Ook de binnenindeling van het hoofdvolume is reeds gewijzigd. De nieuwe aanbouw doet geen afbreuk aan de erfgoedwaarde van de tuinwijk voornamelijk gedefinieerd door het uniform uitzicht van de gevels.
De vormgeving, materialisatie en kleurstelling van de individuele gevelonderdelen zijn hierin bepalend. Omwille van die reden wordt gevraagd om gelijkaardige terracottakleurige dakpannen te voorzien zoals de buurpanden en de hoogte van het geïsoleerde dak maximaal te laten aansluiten bij de reeds geïsoleerde daken in de rij (hoekpand Spoorwegstraat + nrs 5 en 7) zodat er opnieuw een uniform beeld ontstaat.
Bij een toekomstige gevelverfraaiing wordt gevraagd om het schrijnwerk in de voorgevel opnieuw meer in lijn te brengen met het historisch schrijnwerk. Drieledig schrijnwerk in de bovengevel en drieledig schrijnwerk met bovenlicht voor het gelijkvloers.“
Dit advies leest voorwaardelijk gunstig met volgende voorwaarden:
- Gelijkaardige terracottakleurige dakpannen te voorzien zoals de buurpanden en de hoogte van het geïsoleerde dak maximaal te laten aansluiten bij de reeds geïsoleerde daken in de rij (hoekpand Spoorwegstraat + nrs 5 en 7).
- Bij een toekomstige schrijnwerkvervanging schrijnwerk te voorzien dat qua indeling meer aansluit bij het historisch beeld (drieledig schrijnwerk in de bovengevel en drieledig schrijnwerk met bovenlicht voor het gelijkvloers).
Het advies wordt vanuit stedenbouwkundig oogpunt bijgetreden.
De voorwaarden met betrekking tot het dak worden overgenomen als voorwaarden voor vergunning.
Daarnaast worden alle handelingen en wijzigingen aan het buitenschrijnwerk en het voorzien van voorzetrolluiken in de voorgevel van de vergunning uitgesloten.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De slaapkamers op de verdieping hebben een vrije hoogte van 2,51 m terwijl artikel 9 van de bouwcode voor verblijfsruimten een vrije hoogte van minstens 2,60 m oplegt. Gezien bij de oprichting van de tuinwijk Groenenhoek de bovenverdiepingen van dit woningtype reeds een dergelijke verdiepingshoogte hadden, kan de afwijking op artikel 9 in deze woningen toegestaan worden.
De scheimuren aan het nieuwe platte dak worden niet voorzien van een opstand van minstens 0,30 m ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak. (bouwcode, artikel 18). Dit wordt opgelegd als voorwaarde voor vergunning.
Daarnaast wordt de kleur van de dakbedekking niet vermeld op de plannen. Artikel 20 van de bouwcode legt voor platte daken een lichtkleurige dakbedekking op. Dit wordt eveneens als voorwaarde opgelegd.
De voormalige septische put werd omgevormd tot hemelwaterput, waardoor de woning niet langer voorzien is van een septische put. (bouwcode, artikel 21) Gezien de bestaande vloer in huidige aanvraag niet opengebroken wordt en er geen ingrijpende rioleringswerken uitgevoerd worden, wordt het voorzien van een nieuwe septische put niet opgelegd.
Mits het naleven van bovenstaande voorwaarden voldoet de aanvraag aan de gestelde eisen inzake gebruiksgenot en wooncomfort.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
2. Na isolatie dient het hellend dak voorzien te worden van terracottakleurige dakpannen gelijkaardig aan deze van de buurpanden. De hoogte van het geïsoleerde dak dient maximaal aan te sluiten bij de reeds geïsoleerde daken in de rij (Spoorwegstraat 31, Arbeidersstraat 5 en 7).
3. Alle handelingen en wijzigingen aan het buitenschrijnwerk en het voorzien van voorzetrolluiken in de voorgevel worden van de vergunning uitgesloten.
4. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).
5. Het platte dak dient voorzien te worden van een lichtkleurige dakbedekking.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 8 december 2024 |
Volledig en ontvankelijk | 17 december 2024 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 15 februari 2025 |
Verslag GOA | 28 januari 2025 |
Naam GOA | Axel Devroe |
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd. Er werden geen standpunten, opmerkingen of bezwaren ingediend tijdens de openbaarmaking.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
2. Na isolatie dient het hellend dak voorzien te worden van terracottakleurige dakpannen gelijkaardig aan deze van de buurpanden. De hoogte van het geïsoleerde dak dient maximaal aan te sluiten bij de reeds geïsoleerde daken in de rij (Spoorwegstraat 31, Arbeidersstraat 5 en 7).
3. Alle handelingen en wijzigingen aan het buitenschrijnwerk en het voorzien van voorzetrolluiken in de voorgevel worden van de vergunning uitgesloten.
4. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).
5. Het platte dak dient voorzien te worden van een lichtkleurige dakbedekking.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.