Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2024140753 |
Gegevens van de aanvrager: | de heer Alexander Backx met als adres Emiel Banningstraat 28 te 2018 Antwerpen en BV STEV met als adres Emiel Banningstraat 28 te 2000 Antwerpen |
Ligging van het project: | Emiel Banningstraat 28 te 2000 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 11 sectie L nr. 3727R |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | verbouwen van een meergezinswoning, verminderen van het aantal wooneenheden van 4 naar 3 en bijkomend oprichten van een functie kantoor, dienstverlening en vrije beroepen |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 19/08//2024: statusrapport;
- 29/03/2019: vastgesteld bouwkundig erfgoed: https://inventaris.onroerenderfgoed.be/aanduidingsobjecten/99734;
- 04/12/1903: toelating (1903#1739) voor het bouwen van twee huizen.
Vergunde toestand
Er zijn geen vergunningen teruggevonden in de archieven;
Toestand bij inwerkingtreding gewestplan Antwerpen:
- functie wonen:
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
Bestaande toestand
- overeenkomstig vergunde toestand, uitgezonderd:
- gelijkvloerse kapperszaak;
- meergezinswoning met 3 wooneenheden op de verdiepingen;
Nieuwe toestand
- functie wonen & kantoorfunctie, dienstverlening en vrije beroepen:
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
Inhoud van de aanvraag
- verminderen van het aantal woongelegenheden van 4 naar 3;
- oprichten van de functie kantoor, dienstverlening en vrije beroepen;
- uitbreiden van het volume;
- oprichten van een dakterras;
- isoleren van het dak en de achterbouw;
- wijzigen van de voorgevel.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Hulpverleningszone Brandweer zone Antwerpen | 20 december 2024 | 17 januari 2025 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie | 20 december 2024 | 26 december 2024 |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Klantencontacten en Dienstverlening/ Loket Thema Wonen - huisnummering | 20 december 2024 | 23 december 2024 |
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit | 20 december 2024 | 23 december 2024 |
Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Monumentenzorg | 20 december 2024 | 22 januari 2025 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: afbakeningslijn grootstedelijk gebied antwerpen.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Binnenstad, goedgekeurd op 26 april 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: algemene voorschriften, culturele, historische en/of esthetische waarde en artikel 1: zone voor wonen - (wo1).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan Binnenstad.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Hemelwaterverordening 2023)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
- Publiciteit: het besluit van de Vlaamse regering van 12 mei 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening voor publiciteitsinrichtingen.
(De verordening publiciteit kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Gewestelijke publiciteitsverordening 2023)
De gewestelijke publiciteitsverordening is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 25 maart 2024 en in werking getreden op 15 juli 2024.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):
- Stedenbouwkundige lasten: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening ‘Stedenbouwkundige lasten’ (verder genoemd verordening stedenbouwkundige lasten), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 29 april 2024.
(De verordening stedenbouwkundige lasten kan u raadplegen via https://www.antwerpen.be/nl/overzicht/vergunningen/regelgeving)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de verordening stedenbouwkundige lasten.
Sectorale regelgeving
- MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving werd geoordeeld tijdens het volledig- en ontvankelijkheidsonderzoek dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Programmatische Aanpak Stikstof: overeenkomstig het stikstofdecreet, het nieuwe beoordelingskader voor alle aanvragen die stikstofemissies veroorzaken, in werking getreden op 23 februari 2024.
Mobiliteitsgerelateerde projecten:
Op basis van de toepassing van het stikstofdecreet kan redelijkerwijs geoordeeld worden dat voorliggende aanvraag een verkeersdragend of een verkeersgenererend project is. Het beoordelingskader uit het decreet is dus van toepassing. De berekende impactscore is kleiner dan of gelijk aan 1%. De opmaak van een passende beoordeling van de effecten van stikstofdepositie via de lucht ten aanzien van SBZ-H is niet vereist.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het voorliggende project is geheel gelegen in een zone waarvoor De Vlaamse Waterweg aangewezen is als adviesinstantie.
Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).
Het project is gelegen in een zone met een kleine fluviale overstromingskans (T1000) onder huidig klimaat (score C).
Het project is niet gelegen in een signaalgebied.
Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.
(Kijk de score van uw project na op https://www.waterinfo.be/informatieplicht)
- Rioleringstoets: overeenkomstig artikel 4.3.9 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 moet een omgevingsvergunningsaanvraag getoetst worden aan de zogenaamde rioleringstoets.
De rioleringstoets is (niet) van toepassing op de aanvraag.
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
De open ruimte is te klein. Hier kan een afwijking op worden toegestaan omdat voorliggende functiewijziging enkel betrekking heeft op het gelijkvloers waarbij de contour van de bovenliggende verdiepingen samen valt met deze van het gelijkvloers. Het voorzien van bijkomende open ruimte zou een impact hebben op alle bovenliggende verdiepingen. Deze ingreep staat niet in verhouding tot het resultaat. Om deze reden kan dan ook in alle redelijkheid een afwijking worden toegestaan.
Functionele inpasbaarheid
De functiewijziging naar dienstverlening stimuleert economische activiteit en verwevenheid in het stedelijk weefsel, in lijn met de beleidsnota Ruimtelijke Economie.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Vanuit stedenbouwkundig oogpunt kan ingestemd worden met het volume en het programma zoals voorgesteld. Het verkleinen van het woonprogramma komt de draagkracht van de site ten goede. Het voorgestelde project komt inzake het aantal bouwlagen en dakvorm overeen met de algemene configuratie van de aanwezige bebouwing in de omgeving.
Cultuurhistorische aspecten/ Visueel-vormelijke elementen
Gezien het pand in voorliggende aanvraag een inventarispand betreft en het pand gelegen is in CHE-gebied werd advies gevraagd aan de stedelijke dienst Monumentenzorg. Ze brachten een voorwaardelijk gunstig advies uit met volgende motivatie:
”Vanuit oogpunt monumentenzorg geen bezwaar voor de gewenste ingrepen (functiewijziging gelijkvloers, regularisatie dakterras + wc, isolatie achtergevel en dak). Deze ingrepen doen geen fundamentele afbreuk aan de erfgoedwaarde van het pand.
Voor inventarispanden wordt voldoende aandacht gevraagd voor de voorgevel. Het schrijnwerk vormt hierbij een erfgoedkenmerk bij uitstek. Het oorspronkelijk schrijnwerk bleef niet bewaard. Het bestaande schrijnwerk, in de legende geduid als hout maar aan de afdekkapjes te zien, is het mogelijk pvc?, werd wel voorzien van een gelijkaardige indeling maar de detaillering is niet historisch en de bovenlichten op de derde verdieping zijn gesloten.
Bij een volgende gevelverfraaiingscampagne dient er opnieuw geopteerd voor historisch geprofileerd geschilderd houten schrijnwerk met open bovenlichten. Dit zou de beeldwaarde van dit inventarispand opnieuw versterken.
De originele houten winkelpui bleef wel bewaard. Ook hier is het schrijnwerk deels ingevuld met houten panelen. Dit is geen meerwaarde. De gesloten bovenlichten dienen opnieuw opengemaakt cfr het bouwplan bewaard in het Felixarchief (1903 # 1739).”
Dit voorwaardelijk gunstig advies wordt bijgetreden en volgende voorwaarden uit het advies worden bij de vergunning opgenomen:
- De gesloten bovenlichten van de winkelpui worden opnieuw opengemaakt cfr. het bouwplan (1903 # 1739).
- Een historisch correct dakmateriaal (pannen of zink) wordt voorzien i.p.v. roofing na isolatie.
- Het schrijnwerk in de voorgevel bij een volgende gevelverfraaiingscampagne wordt vervangen door geschilderd houten schrijnwerk met historische profilering en open bovenlichten. Detailtekeningen voor te leggen aan onze dienst.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Het is onduidelijk bij welke woonentiteit het toilet in de uitbreiding op de 3de verdieping toebehoort. Deze is enkel bereikbaar vanuit de gemeenschappelijke hal en is bijgevolg enkel aanvaardbaar indien deze, als onderdeel van het gemeenschappelijke terras gemeenschappelijk gebruikt wordt.
Er is geen afvalberging aanwezig. Hier kan geen afwijking op worden toegestaan en wordt hierom in voorwaarde opgelegd. Hier kan geen afwijking op worden toegestaan en zal in voorwaarde worden opgelegd.
De aanvraag voldoet aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruikersgenot. De geplande werken zijn mits naleven van de voorwaarden niet storend voor de omgeving en in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 32 van de bouwcode van kracht sinds 15 juli 2024, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding, wijzigen van het aantal wooneenheden en wijziging tussen de gedefinieerde subfuncties in paragraaf 3. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 0 parkeerplaatsen.
De parkeerbehoefte wordt bepaald op de functiewijziging van wonen naar dienstverlening. Het appartement op het gelijkvloers wordt verbouwd naar een kapperszaak. De kapperszaak heeft een oppervlakte van +/- 71 m². Omdat het om een beperkte oppervlakte gaat (< 500 m²) wordt er geen parkeerbehoefte bepaald. De werkelijke parkeerbehoefte is 0,
|
De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 0 plaatsen. |
Fietsvoorzieningen:
Omdat het om een beperkte oppervlakte gaat moeten er geen fietsstalplaatsen voorzien worden (0.60/100 m²).
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven;
2. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
3. De in de beoordeling opgenomen voorwaarden van de dienst Monumentenzorg moeten nageleefd worden.
4. Er moet een afvalberging voorzien worden die voldoet aan de bepalingen van de bouwcode.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 14 december 2024 |
Volledig en ontvankelijk | 20 december 2024 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 18 februari 2025 |
Verslag GOA | 27 januari 2025 |
Naam GOA | Axel Devroe |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven;
2. Na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
3. De in de beoordeling opgenomen voorwaarden van de dienst Monumentenzorg moeten nageleefd worden.
4. Er moet een afvalberging voorzien worden die voldoet aan de bepalingen van de bouwcode
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.