Terug
Gepubliceerd op 01/04/2025

2025_GR_00248 - Dagelijks bestuur - Definitie. Opheffing en nieuwe versie - Goedkeuring

gemeenteraad
ma 31/03/2025 - 19:30 Stadhuis
Goedgekeurd
Dit besluit handelt over een Andere.

Samenstelling

Aanwezig

Elisabeth van Doesburg, waarnemend burgemeester-voorzitter; Koen Kennis, schepen; Patrick Janssens, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Lien Van de Kelder, schepen; Johan Klaps, schepen; Ken Casier, schepen; Karim Bachar, schepen; Stijn De Rooster, schepen; Nathalie van Baren, schepen; Filip Dewinter, raadslid; Kathleen Van Brempt, raadslid; Bart De Wever, titelvoerend burgemeester; Anke Van dermeersch, raadslid; Peter Mertens, raadslid; Liesbeth Homans, raadslid; Koen Laenens, raadslid; Danielle Meirsman, raadslid; Kevin Vereecken, raadslid; Annick De Ridder, raadslid; Ilse van Dienderen, raadslid; Peter Wouters, raadslid; Sam Van Rooy, raadslid; Sevilay Altintas, raadslid; Tatjana Scheck, raadslid; Lise Vandecasteele, raadslid; Goedele Toen, raadslid; Jos D'Haese, raadslid; Bogdan Vanden Berghe, raadslid; Manal Toumi, raadslid; Michael Freilich, raadslid; Ben Van Duppen, raadslid; Céline Gümüs, raadslid; Mohssine Ben Messaoud, raadslid; Anne Delespaul, raadslid; Ivan Heyligen, raadslid; Joke Laukens, raadslid; Pieter De Cock, raadslid; Maartje De Vries, raadslid; Laura Delmas, raadslid; Joël Gemeiner, raadslid; Sven Lievens, raadslid; Lieselot Keymis, raadslid; Sophie Van de Velde, raadslid; Farid Darmach, raadslid; Ben Segers, raadslid; Oskar Seuntjens, raadslid; Vincent Hellemans, raadslid; Kinga Pajak, raadslid; Tim Tubbax, raadslid; Marij Preneel, raadslid; Karin De Craecker, waarnemend algemeen directeur

Afwezig

Gerolf Annemans, raadslid; Kenneth Asseloos, raadslid

Verontschuldigd

Meyrem Almaci, raadslid; Ariane Giraneza Birekeraho, raadslid; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Secretaris

Karin De Craecker, waarnemend algemeen directeur

Voorzitter

Elisabeth van Doesburg, waarnemend burgemeester-voorzitter
2025_GR_00248 - Dagelijks bestuur - Definitie. Opheffing en nieuwe versie - Goedkeuring 2025_GR_00248 - Dagelijks bestuur - Definitie. Opheffing en nieuwe versie - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Op 24 juni 2019 (jaarnummer 458) keurde de gemeenteraad de thans geldende definitie van het begrip dagelijks bestuur goed. Daaronder werd verstaan:

  • alle beslissingen inzake het vaststellen van de plaatsingsprocedure en het vaststellen van de voorwaarden van overheidsopdrachten die betrekking hebben op het exploitatiebudget, op het liquiditeitenbudget en op het investeringsbudget voor zover het geraamde bedrag lager is dan de drempel voor Europese bekendmaking van opdrachten voor werken;
  • voor beslissingen over raamcontracten werd bepaald dat voor het beoordelen van de laatstgenoemde drempel wordt gekeken naar het jaarlijks geraamde bedrag;
  • specifiek voor de districten werd voor het investeringsbudget de drempel voor het gebruik van de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking van opdrachten voor werken gehanteerd.

Juridische grond

Ingevolge de artikelen 41 en 56 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 komt het de lokale besturen zelf toe om invulling te geven aan de delegaties inzake overheidsopdrachten, door de reikwijdte van het begrip dagelijks bestuur bij reglement te bepalen. 

In toepassing van artikel 351 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 blijven in de samengevoegde gemeenten de reglementen van toepassing op het grondgebied waarvoor ze zijn uitgevaardigd, tot op de dag dat ze door de bevoegde overheid worden opgeheven.

Regelgeving: bevoegdheid

Overeenkomstig artikel 41, tweede lid, 8° van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 is de gemeenteraad exclusief bevoegd voor het vaststellen van wat onder het begrip dagelijks bestuur moet worden verstaan.

Argumentatie

Door de inwerkingtreding per 1 januari 2020 van het besluit van de Vlaamse Regering over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen van 30 maart 2018, werden de bepalingen betreffende het liquiditeitenbudget opgeheven. Een verwijzing naar dit budget onder de omschrijving van het begrip dagelijks bestuur is dan ook overtollig geworden. Inhoudelijk worden verder geen begripswijzigingen aangebracht. De definitie werd in 2019 immers vastgesteld op maat van de organisatie, rekening houdend met de omvang van de stedelijke activiteiten en met het oog op een vlotte werking en continuïteit van de stedelijke diensten.

Ingevolge de samenvoeging van de gemeenten Antwerpen en Borsbeek, dient de gemeenteraad het begrip dagelijks bestuur terug vast te stellen opdat de delegaties inzake overheidsopdrachten van toepassing zouden zijn op het ganse grondgebied.

Besluit

De gemeenteraad keurt bij monde van de fractievoorzitters volgend besluit goed.
Stemden ja: N-VA, Vooruit, en cd&v.
Stemden nee: PVDA en VLAAMS BELANG. 
Hebben zich onthouden: GROEN.

De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

De gemeenteraad keurt goed dat het gemeenteraadsbesluit van de stad Antwerpen van 24 juni 2019 (jaarnummer 458) en het gemeenteraadsbesluit van de gemeente Borsbeek van 17 december 2018 (jaarnummer 3) worden opgeheven.

Artikel 2

De gemeenteraad keurt de volgende definitie van het begrip 'dagelijks bestuur' goed: 

Alle beslissingen over het vaststellen van de plaatsingsprocedure en de voorwaarden van overheidsopdrachten: 

  • die betrekking hebben op het exploitatiebudget;
  • die betrekking hebben op het investeringsbudget, voor zover het geraamde bedrag lager is dan de drempel voor Europese bekendmaking van opdrachten voor werken;
  • voor beslissingen van de districten die betrekking hebben op het investeringsbudget, voor zover het geraamde bedrag lager is dan de drempel voor het gebruik van de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking van opdrachten voor werken;
  • voor beslissingen over raamcontracten wordt voor het beoordelen van de genoemde drempels gekeken naar het jaarlijks geraamde bedrag.

Artikel 3

De gemeenteraad beslist om de bevoegdheden voor het vaststellen van de plaatsingsprocedure en de voorwaarden van overheidsopdrachten te delegeren aan de districtsraden in het kader van de uitoefening van de aan de districten overgedragen bevoegdheden. 

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.