Terug
Gepubliceerd op 03/03/2025

2025_CBS_01420 - Omgevingsvergunning - OMV_2024112252. Madeliefjeslaan 42. District Ekeren - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 28/02/2025 - 09:00 Stadhuis
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Elisabeth van Doesburg, waarnemend burgemeester; Koen Kennis, schepen; Patrick Janssens, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Lien Van de Kelder, schepen; Johan Klaps, schepen; Ken Casier, schepen; Karim Bachar, schepen; Stijn De Rooster, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur; Nathalie Van Baren

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Elisabeth van Doesburg, waarnemend burgemeester
2025_CBS_01420 - Omgevingsvergunning - OMV_2024112252. Madeliefjeslaan 42. District Ekeren - Goedkeuring 2025_CBS_01420 - Omgevingsvergunning - OMV_2024112252. Madeliefjeslaan 42. District Ekeren - Goedkeuring

Motivering

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2024112252

Gegevens van de aanvrager:

mevrouw Sien Eestermans met als adres Madeliefjeslaan 42 te 2180 Antwerpen en de heer Tom Brosens met als adres Madeliefjeslaan 42 te 2180 Antwerpen

Ligging van het project:

Madeliefjeslaan 42 te 2180 Ekeren (Antwerpen)

Kadastrale percelen:

afdeling 35 sectie F nr. 207L3

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          02/02/2024: bevestigd vermoeden van vergunning (202352): opname van een constructie met de functie wonen en 1 woonentiteit:

-          25/06/1962: vergunning (803#664) voor het bouwen van woning.

 

Vergunde/geacht vergunde toestand

-          functie:

  • eengezinswoning;

-          bouwvolume:

  • hoofdbouw:
    • 2 bouwlagen onder hellend dak in rijbebouwing;
    • bouwdiepte van 7,50 m;
    • bouwhoogte van 9,75 m;
  • aanbouw:
    • 1 bouwlaag onder plat dak:
    • totale bouwdiepte variërend tussen 10,58 m (rechterzijde) en 12,42 m (linkerzijde);
    • bouwhoogte van 3,10 m;

-          gevelafwerking:

  • gevel afgewerkt in rode gevelsteen met detailleringen in witte kunststeen;
  • buitenschrijnwerk in wit aluminium;
  • plint uitgevoerd in breuksteen;
  • dak afgewerkt in rode pannen;

-          inrichting:

  • terrasverharding (± 14 m²) tegen achtergevel.

 

Bestaande toestand

Grotendeels in overeenstemming met de vergunde toestand, afgezien van:

-          grotendeels verharde voortuinzone;

-          tegen achtergevel aangebouwde houten tuinberging (4,77 m²) , op de perceelsgrens (tot een diepte van 14,54 m);

-          in voortuinstrook opgetrokken houten fietsberging.

 

Nieuwe toestand

-          conform bestaande toestand (dus mits onder andere regularisatie tuinberging achteraan en nagenoeg geheel verharden voortuinzone), uitgezonderd:

-          gevelafwerking:

  • door grijze gevelbeplating vervangen detaillering in kunststeen;
  • in witte kunststof uit te voeren kroonlijst en met grijze pannen af te werken hellen dak;

-          inrichting:

  • in voortuin verwijderde fietsenberging;
  • verruimd terras aan achterzijde, tot 23,37 m².

 

Inhoud van de aanvraag

-          regulariseren van het uitbreiden van het volume (met tuinberging achteraan) en verharden van nagenoeg gehele voortuin;

-          wijzigen van de voorgevel en van de scheidsmuren;

-          doorvoeren van interne constructieve werken;

-          aanleggen van bijkomende verharding in de achtertuin.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied dat op de kaart welke de bestemmingsgebieden omschrijven bruinomrand en met het Romeinse cijfer II overdrukt is.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het bijzonder plan van aanleg BPA NR 17 C, DE BIST op volgend(e) punt(en):

-          1: profiel, stroken gemerkt 1S: de aanbouw heeft een bouwdiepte van meer dan te toegelaten 4 m (achter de initiële achterbouwlijn).

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Hemelwaterverordening 2023.
De aanvraag stemt overeen met de bepalingen van de verordening hemelwater.

 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.

 

-         Publiciteit: het besluit van de Vlaamse regering van 12 mei 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening voor publiciteitsinrichtingen.
(De verordening publiciteit kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Gewestelijke publiciteitsverordening 2023).
De gewestelijke publiciteitsverordening is niet van toepassing op de aanvraag.

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be).
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 25 maart 2024 en in werking getreden op 15 juli 2024. 
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

  • artikel 18 – Stabiliteit en scheidingsmuren: de scheidingsmuren moeten, in geval van plat dak, een opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak. Deze opstand mag niet met brandbaar materiaal bekleed worden. Hieraan moet voldaan worden ter hoogte van de scheidsmuren van de aanbouw (heden niet het geval);

Bijkomend blijkt de toegevoegde tuinberging achteraan niet te voldoen aan de bepalingen inzake massiviteit en brandoverslag van scheidsmuren;

  • artikel 23 – Inrichting van de open ruimte: in voortuinen zijn enkel volgende verhardingen toegelaten:
    • paden palend aan de bebouwing en toegangspaden, met een maximumbreedte van 1,50 meter;
    • halfverharding onder fietsverankeringsystemen;
    • halfverharding voor het parkeren van wagens in de voortuin, op voorwaarde dat dit niet kan of mag in de zij- of achtertuin, het perceel breder is dan 8 meter en het groene karakter behouden kan blijven.

Een auto- of fietsparkeerplaats wordt voorzien van een kwalitatieve waterdoorlatende of waterpasserende verharding en fundering en is minimum voor 50 % groendoorgroeibaar. De noodzakelijke verharding in een voortuin wordt maximaal gecombineerd om zo een grotere oppervlakte in te kunnen zetten voor kwalitatief groen en infiltratie van hemelwater.

In voorkomend geval is de voortuin nagenoeg geheel verhard en ingericht als oprit/parkeerplaats (ondanks het feit dat er in de woning geen vergunde inpandige garage aanwezig is) maar beschikt deze hiervoor niet over de minimale breedte van 8 m.

Aanvullend dient volgens paragraaf 6 de voortuin te worden afgesloten door middel van een levende afsluiting, een muurtje of een hek, alle met een hoogte van maximum 1 meter. Tot de voortuinafsluiting behoren zowel afsluitingen langs de openbare ruimte als afsluitingen tussen voortuinen onderling. In deze werd geen afsluiting voorzien ter hoogte van het openbare domein.

 

-          Stedenbouwkundige lasten: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening ‘Stedenbouwkundige lasten’ (verder genoemd verordening stedenbouwkundige lasten), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 29 april 2024.

 

-          (De verordening stedenbouwkundige lasten kan u raadplegen via https://www.antwerpen.be/nl/overzicht/vergunningen/regelgeving).

De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de verordening stedenbouwkundige lasten.
 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening:

Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

 

-          Programmatische Aanpak Stikstof: overeenkomstig het stikstofdecreet, het nieuwe beoordelingskader voor alle aanvragen die stikstofemissies veroorzaken, in werking getreden op 23 februari 2024.

Op basis van de toepassing van het stikstofdecreet kan redelijkerwijs geoordeeld worden dat voorliggende aanvraag een verkeersdragend of een verkeersgenererend project is. Het beoordelingskader uit het decreet is dus van toepassing. De berekende impactscore is kleiner dan of gelijk aan 1%. De opmaak van een passende beoordeling van de effecten van stikstofdepositie via de lucht ten aanzien van SBZ-H is niet vereist.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).

Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).

Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).

Het project is niet gelegen in een signaalgebied.
 

Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.

(Kijk de score van uw project na op (https://www.waterinfo.be/informatieplicht)

 

-          Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.

 

-          Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.

 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

De aanvraag is strijdig met meerdere van de geldende voorschriften en voor een deel daarvan kunnen in de eindevaluatie eenduidig voorwaarden worden opgenomen, zodat het project in uitvoering alsnog zal voldoen aan de artikels in kwestie.

Aangaande echter de totale bouwdiepte van het project, dewelke niet in overeenstemming is met de opgelegde maximale maatvoering die is opgenomen in het ordeningsplan (namelijk 14,55 m in plaats van de bovengrens van 13 m) kan gefundeerd worden afgeweken, enerzijds omwille van het feit dat vermeld Bijzonder Plan van Aanleg zonder meer ouder is dan 15 jaar, anderzijds gelet op het feit dat de tuin meer dan voldoende ruim is om dergelijke maatvoering te verantwoorden en dat de leefkwaliteit daardoor eenduidig gegarandeerd blijft.

Er wordt dan ook geadviseerd betreffende afwijking als dusdanig te bekrachtigen.

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag betreft louter het beperkt verbouwen en uitbreiden van een vergunde/vergund geachte eengezinswoning en gelet op de verenigbaarheid van laatstgenoemde functie met de specifieke bestemmingsvoorschriften van het van kracht zijnde ordeningsplan, is er in deze dan ook effectief sprake van een correcte functionele inpasbaarheid.

 

Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid

De voorgestelde volumetrie is in se strijdig met de bepalingen van het geldende ordeningsplan maar zoals hierboven reeds beargumenteerd is hiervoor voldoende ruimtelijke draagkracht en is het advies inzake schaal en ruimtegebruik dan ook zonder meer gunstig.

 

Visueel-vormelijke elementen

De te hanteren materialen, grijze dakpannen, details in grijze gevelbeplating en een witte kroonlijst, zijn algemeen aanvaard voor dit type van bebouwing en bovendien reeds in ruime mate voorkomend in de onmiddellijke omgeving, waardoor er ontegenzeglijk sprake is van een correcte visuele inpassing in de gebouwde context.

Het advies voor dit deelaspect is bijgevolg voorwaardelijk gunstig.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).

2. De voortuinstrook dient inzake verharding en afsluitingen te voldoen aan de geldende bepalingen van artikel 23 van de Antwerpse bouwcode.

3. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Fasering

 

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

20 augustus 2024

Volledig en ontvankelijk

1 oktober 2024

Start 1e openbaar onderzoek

10 oktober 2024

Einde 1e openbaar onderzoek

8 november 2024

Beslissing toepassing administratieve lus

14 november 2024

Start laatste openbaar onderzoek

25 november 2024

Einde laatste openbaar onderzoek

24 december 2024

Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen

geen

Uiterste beslissingsdatum

15 maart 2025

Verslag GOA

20 februari 2025

Naam GOA

Gerd Cryns

 

Administratieve lus

Op de aanvraag werd een administratieve lus toegepast, omwille van de volgende reden(en):

 

Er werd geen (tijdige) melding geconstateerd van de verplichte ophanging van de affiches van het georganiseerde openbare onderzoek. Er kan, ook door het ontbreken van het vereiste fotomateriaal, niet eenduidig worden vastgesteld of het aanplakbiljet bijtijds en volgens de juiste vorm werd aangebracht.

 

Aanvullend werd op 30 oktober 2024 eenduidig vastgesteld dat de verplicht op te hangen en aangetekend verstuurde affiche nooit werd opgehaald door de aanvrager en dus nooit werd geafficheerd.

 

Er is bijgevolg zonder meer sprake van een procedurefout, hetgeen een administratieve lus met nieuw openbaar onderzoek noodzakelijk maakt.

 

De stappen in de procedure die verkeerd gelopen zijn werden opnieuw uitgevoerd om te voorkomen dat de eindbeslissing over de aanvraag vernietigd wordt omwille van de vastgestelde procedurefout(en).

 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 2 openbare onderzoeken. Er werden geen standpunten, opmerkingen of bezwaren ingediend tijdens de openbaarmaking.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1. Het gedeelte van het dak, gelegen naast de scheidingsmuren die geen opstand hebben van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, is te voorzien van dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.).

2. De voortuinstrook dient inzake verharding en afsluitingen te voldoen aan de geldende bepalingen van artikel 23 van de Antwerpse bouwcode.

3. Na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.