2025_DCBE_00051 - Presentiegelden districtsraadsleden - Uitbetaling eerste kwartaal 2025 - Goedkeuring

Het besluit van de Vlaamse Regering van 6 juli 2018 betreffende het statuut van de lokale mandataris bepaalt de grenzen waarbinnen het bedrag van het presentiegeld zich moet bevinden. Deze grenzen werden vastgelegd op minimaal 28,57 EUR en maximaal 124,98 EUR, niet-geïndexeerd. Gekoppeld aan de spilindex komen deze bedragen sinds 1 oktober 2018 neer op minimaal 48,77 EUR en maximaal 213,33 EUR. 

Aangezien het bedrag van het presentiegeld niet meer gewijzigd of geïndexeerd werd sinds februari 2001, keurde de gemeenteraad op 21 oktober 2019, met ingang van 1 januari 2020, een verhoging goed van het presentiegeld voor gemeenteraadsleden en de leden van de raad voor maatschappelijk welzijn, tot aan het wettelijk toegestane maximum en nadien automatisch geïndexeerd.

Een verhoging van het presentiegeld voor districtsraadsleden moet door ieder district afzonderlijk worden beslist.

In de zitting van 19 november 2019 (jaarnummer 84) keurde de districtsraad de verhoging van de presentiegelden voor districtsraadsleden van 75,16 EUR naar 213,33 EUR goed, met ingang van 1 januari 2020.

De zitpenningen worden vanaf de aanpassing in de nieuwe legislatuur automatisch geïndexeerd. 

Op 1 juni 2024  is de index gewijzigd. Daardoor bedraagt een bruto zitpenning sinds die datum 260,05 EUR.

Op 1 maart 2025 is de index gewijzigd. Daardoor bedraagt een bruto zitpenning sinds die datum 265,25 EUR.

Artikel 17 §1 en artikel 119 van het Decreet Lokaal Bestuur stellen dat districtsraadsleden presentiegeld ontvangen voor hun aanwezigheid op de vergaderingen van de  districtsraad.

Artikel 15 van het  besluit van de Vlaamse Regering van 6 juli 2018 betreffende het statuut van de lokale mandataris bevat een lijst van vergaderingen die voortvloeien uit de mandaatverplichting van  districtsraadsleden, waarvoor de districtsraad bij reglement kan bepalen dat er presentiegeld wordt verleend.

Het huishoudelijk reglement van het district Berchem, goedgekeurd door de districtsraad op 25 maart 2025 (jaarnummer 34), regelt deze bepalingen onder hoofdstuk 7.1 ‘Presentiegelden’.

Voor het eerste kwartaal 2025 werden 100 aanwezigheden genoteerd voor een installatievergadering, twee raadscommissiezittingen en drie districtsraadszittingen.

De presentiegelden voor het eerste kwartaal 2025 bedragen 26.176,60 EUR  (260,05 x 67 aanwezigheden en 265,25 x 33). De zitpenningen voor de districtsraadsleden vallen ten laste van het district.