Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2024162085 |
Gegevens van de aanvrager: | CV Fluvius System Operator met als contactadres Merksemheidelaan 233 te 2100 Deurne (Antwerpen) |
Ligging van het project: | Oudebaan 20 2610 Wilrijk (Antwerpen) |
Kadastrale percelen: | afdeling 44 sectie D nr. 245A |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | oprichten van een hoogspanningscabine |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 01/09/1975: weigering (222#13408) voor het oprichten van een overdekte wip.
Geacht vergunde toestand
- functie: dagrecreatie – sportlokaal;
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- inrichting:
Bestaande toestand
- bestaande functie, bouwvolume en gevelafwerking maken geen deel uit van de aanvraag.
Nieuwe toestand
- functie: openbare nutsvoorziening – hoogspanningscabine;
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- inrichting:
Inhoud van de aanvraag
- oprichten van een hoogspanningscabine;
- aanleggen van waterdoorlatende verharding.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Hulpverleningszone Brandweer zone Antwerpen | 13 januari 2025 | 27 januari 2025 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Autonoom gemeentebedrijf voor vastgoed en stadsprojecten in Antwerpen (VESPA) | 13 januari 2025 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
Stadsbeheer/ Groen en Begraafplaatsen | 13 januari 2025 | 13 januari 2025 |
Stadsbeheer/ Vastgoed/ Ontwikkeling/ Bouwprojecten | 13 januari 2025 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Vergunningen Milieu | 13 januari 2025 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: Afbakeningslijn grootstedelijk gebied Antwerpen.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP recreatiecluster Moerelei, goedgekeurd op 24 april 2017. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: RUP contour - Algemene voorschriften, Artikel 4: Zone voor Recreatie - openluchtrecreatie (Re2) en Artikel 2: Zone voor Groen - buffer (Gr2).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is niet in overeenstemming met de bepalingen van het RUP Recreatiecluster Moerelei en wijkt af op volgende punten:
- Artikel 2: Zone voor groen _ Buffer (Gr2)
- Artikel 4: Zone voor recreatie _ Openluchtrecreatie (Re2)
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Hemelwaterverordening 2023)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
- Publiciteit: het besluit van de Vlaamse regering van 12 mei 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening voor publiciteitsinrichtingen.
(De verordening publiciteit kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Gewestelijke publiciteitsverordening 2023)
De gewestelijke publiciteitsverordening is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 25 maart 2024 en in werking getreden op 15 juli 2024.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.
- Stedenbouwkundige lasten: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening ‘Stedenbouwkundige lasten’ (verder genoemd verordening stedenbouwkundige lasten), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 29 april 2024.
(De verordening stedenbouwkundige lasten kan u raadplegen via https://www.antwerpen.be/nl/overzicht/vergunningen/regelgeving)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de verordening stedenbouwkundige lasten.
Sectorale regelgeving
- MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Programmatische Aanpak Stikstof: overeenkomstig het stikstofdecreet, het nieuwe beoordelingskader voor alle aanvragen die stikstofemissies veroorzaken, in werking getreden op 23 februari 2024.
Op basis van de toepassing van het stikstofdecreet kan redelijkerwijs geoordeeld worden dat voorliggende aanvraag een verkeersgenererend project is. Het beoordelingskader uit het decreet is dus van toepassing. De berekende impactscore is kleiner dan 1%. De opmaak van een passende beoordeling van de effecten van stikstofdepositie via de lucht ten aanzien van SBZ-H is niet vereist.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Het project is gelegen in een zone met een kleine pluviale overstromingskans (T1000) onder toekomstig (2050) klimaat (score B).
Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).
Het project is niet gelegen in een signaalgebied.
Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.
(Kijk de score van uw project na op https://www.waterinfo.be/informatieplicht).
- Vlaamse codex Wonen 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex Wonen van 2021)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid en Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De algemene voorschriften van het RUP laten werken van algemeen belang toe, constructies van openbaar nut wordt overal binnen het plangebied toegestaan. De noodzaak moet om technische of maatschappelijke redenen kunnen worden aangetoond en moet verantwoord worden bij de vergunningsaanvraag.
Dit wordt besproken in de aangeleverde beschrijvende nota.
De inplanting, het uitzicht en het volume moet afgestemd zijn op de inrichtingsvoorschriften van de betreffende zone. De realisatie van werken van algemeen belang mag de bestemming van de betreffende zone niet hinderen. Om deze reden dient er gekeken te worden naar enerzijds de zone voor groen (Gr2) en de zone voor openluchtrecreatie (Re2).
In de zone voor groen voorziet de aanvraag in een bijkomend pad. De zone onder het pad zal gebruikt worden voor ondergrondse leidingen.
Het RUP vraagt om deze zone in te richten als een groenzone, waarin waterelementen op een landschappelijke wijze ingepast worden. Delen die niet in functie van waterhuishouding worden ingericht worden maximaal vergroend.
Door het aanleggen van een bijkomend pad ( het 4de op circa 50m) kunnen de inrichtingsdoelstellingen niet maximaal behaald worden.
Het is de aanvraag ook onduidelijk waarom er een bijkomende verharding voorzien wordt, vlak naast de open buffer, en waarom er niet gezocht wordt naar een locatie waar bestaande verharding gebruikt kan worden.
In voorwaarde zal daarom opgenomen worden om de aanwezige verharding bij het pand met huisnummer 20 te gebruiken om zo van het openbaar in de zone voor opluchtrecreatie te komen.
In de zone voor openluchtrecreatie voorziet de aanvraag een cabine met een oppervlakte van 9,3 m² en een hoogte van 2,4 m. De betonnen cabine wordt afgewerkt met een olijfgroene structuurverf. Hier vraagt het RUP om maximaal 15% van de bestemmingszone in te nemen door bebouwing en verharding. Ook constructies die buiten de delen in de overdruk ‘bouwzone’ worden voorzien moeten binnen deze 15% vallen.
In de aanvraag is niet meegegeven of er aan deze voorschriften is voldaan. In voorwaarde zal daarom opgenomen worden om met alle gebruikers van deze zone af te stemmen en niet meer dan 15% in te nemen door bebouwing en verharding.
Verder vraagt het RUP om in de zone voor opluchtrecreatie afsluitingen tot een minimum te beperken en deze zoveel mogelijk landschappelijk te integreren. Gelet op de aanwezige draadafsluitingen achter de open buffer en rondom het pand met huisnummer 20 kan de voorgestelde draadafsluiting aanvaard worden, op voorwaarde dat deze niet hoger is dan 2 meter.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.
2. Geen vergunning wordt verleend voor de verharding in de ‘Zone voor Groen – buffer (Gr2)’.
3. Met alle gebruikers van de ‘Zone voor Recreatie – openluchtrecreatie (Re2)’ af te stemmen en niet meer dan 15% in te nemen door bebouwing en verharding.
4. De draadafsluiting niet hoger dan 2 meter te voorzien.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 9 december 2024 |
Volledig en ontvankelijk | 13 januari 2025 |
Start openbaar onderzoek | 21 januari 2025 |
Einde openbaar onderzoek | 19 februari 2025 |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 28 april 2025 |
Verslag GOA | 2 april 2025 |
Naam GOA | Wim Van Roosendael |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek. Er werden geen standpunten, opmerkingen of bezwaren ingediend tijdens de openbaarmaking.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.
2. Geen vergunning wordt verleend voor de verharding in de ‘Zone voor Groen – buffer (Gr2)’.
3. Met alle gebruikers van de ‘Zone voor Recreatie – openluchtrecreatie (Re2)’ af te stemmen en niet meer dan 15% in te nemen door bebouwing en verharding.
4. De draadafsluiting niet hoger dan 2 meter te voorzien.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.