Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2024136695 |
Gegevens van de aanvrager: | Autonome Raad van het Gemeenschapsonderwijs - Administratieve Diensten met als adres Willebroekkaai 36 te 1000 Brussel |
Gegevens van de exploitant: | AV GO! SCHOLENGROEP ANTWERPEN (0267374857) met als adres Thonetlaan 106A te 2050 Antwerpen |
Ligging van het project: | Hendriklei 67-67A, Weerstandlaan 141 te 2660 Hoboken (Antwerpen) |
Kadastrale percelen: | afdeling 36 sectie B nrs. 21X en 21V |
waarvan: |
|
- 20240718-0037 | afdeling 36 sectie B nrs. 21V en 21X (Campus GO! Hendriklei Hoboken) |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen, exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten |
Voorwerp van de aanvraag: | het slopen van verschillende containerklassen en vrijstaande constructies, het bouwen van een nieuwbouwvleugel van een school en het exploiteren van de basisschool en het atheneum |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 15/07/2022: voorwaardelijke vergunning (OMV_2022058388) voor het plaatsen van een overkapping en aanbrengen van screens in 4 raamopeningen (overkapping lijkt niet uitgevoerd te zijn);
- 23/09/2019: voorwaardelijke vergunning (OMV_2019081222) voor het plaatsen van een tijdelijke schoolunit (2 jaar);
- 27/04/2018: voorwaardelijke vergunning (OMV_2018016807) voor het slopen en plaatsen van modulaire schoolunits;
- 28/01/2011: vergunning (20105511) voor het uitbreiden van de basisschool met een nieuwbouw;
- 05/08/2010: vergunning (20103369) voor de uitbreiding van een schoolgebouw met twee tijdelijke containerklassen met sanitair;
- 16/02/2006: vergunning (20053290) voor het plaatsen van een afdak op de speelplaats;
- 12/11/1998: vergunning (19983193) voor het aanleggen van een tuinpad met verharding voor containers (niet relevant);
- 24/07/1992: vergunning (199218001) voor het bouwen van 4 kleuterklassen (niet uitgevoerd of al afgebroken);
- 26/06/1989: vergunning (19898779) voor het bouwen van 2 voorlopige combi-paviljoenen;
- 25/08/1986: vergunning (19867387) voor het oprichten van 2 paviljoenen – artikel 48 – 03/06/1986;
- 19/08/1980: weigering (19796083) voor het bouwen van een internaat.
Vergunde toestand
- de aangeleverde bestaande toestand stemt niet geheel overeen met wat vast te stellen is op de boven vernoemde vergunningen.
- functie:
bouwvolume:
- gevelafwerking:
- inrichting:
Bestaande toestand
- functie: overeenkomstig vergunde toestand;
- bouwvolume: overeenkomstig vergunde toestand uitgezonderd:
- gevelafwerking: overeenkomstig vergunde toestand;
- inrichting:
Nieuwe toestand
- functie:
- bouwvolume:
- de meeste recente uitbreiding (20105511) met 3 bouwlagen en plat dak.
- een nieuwbouwvleugel voor en naast de recente uitbreiding, met 2 en 3 bouwlagen en platte daken;
- links van de nieuwbouwvleugel een vrijstaande fietsenstalling;
- rechts van de nieuwbouwvleugel een hoogspanningscabine;
- een luifel tegen het schoolgebouw achter de nieuwbouwvleugel;
- gevelafwerking:
- witte gevelsteen met groene raamdorpels en rollagen;
- lichtgeel aluminium buitenschrijnwerk in donkergroen aluminium omkadering.
- inrichting:
Inhoud van de aanvraag
- uitbreiden van het volume;
- wijzigen van de voorgevel;
- wijzigen van de scheimuren;
- plaatsen van publiciteit;
- plaatsen van enkele vrijstaande constructies.
Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Voorgeschiedenis
Op 22 september 1994 verleende de deputatie van de provincie Antwerpen aan Argo Buitendienst Antwerpen een milieuvergunning klasse 2 voor de exploitatie van een school (AN1994/363). Deze vergunning was geldig tot 22 september 2014.
Inhoud van de aanvraag
De aanvraag omvat het slopen van verschillende containerklassen en vrijstaande constructies, het bouwen van een nieuwbouwvleugel van een school en het exploiteren van de basisschool en het atheneum.
Aangevraagde rubriek(en)
Aangevraagde rubriek(en) Campus GO! Hendriklei Hoboken
Rubriek | Omschrijving | Gevraagd voor |
3.2.2°a) | het lozen van meer dan 600 m³/jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan; | 5.670,00 m³/jaar |
16.3.2°a) | koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW; | 29,30 kW |
17.4. | opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter; | 950,00 liter |
24.1. | laboratoria met een uitsluitend didactisch doel en waar afvalwater eigen aan de laboratoriumtechnieken gegenereerd wordt; | 3 labo's |
43.1.1°a) | stookinstallaties van 300 kW tot en met 2.000 kW wanneer de inrichting volledig gelegen is in een industriegebied en gestookt wordt met vloeibare brandstoffen, aardgas of vloeibaar gemaakt gas; | 882,30 kW |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Aquafin | 23 december 2024 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
|
Hulpverleningszone Brandweer zone Antwerpen | 23 december 2024 | 11 februari 2025 | Voorwaardelijk gunstig |
Politiezone Antwerpen/ Centrale Preventie | 23 december 2024 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
|
Politiezone Antwerpen/ Verkeerspolitie | 23 december 2024 | 7 januari 2025 | Geen bezwaar |
Departement Omgeving - Dienst VR | 23 december 2024 | 13 januari 2025 | Geen bezwaar |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Stadsbeheer/ Groen en Begraafplaatsen | 23 december 2024 | 10 januari 2025 |
Stadsontwikkeling/ Klimaat en Leefmilieu | 23 december 2024 | 21 januari 2025 |
Stadsontwikkeling/ Klimaat en Leefmilieu/ luchtkwaliteit en geluid | 23 december 2024 | 21 januari 2025 |
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit | 23 december 2024 | 24 december 2024 |
Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Water | 23 december 2024 | 26 januari 2025 |
Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Archeologie | 23 december 2024 | 23 januari 2025 |
Stadsontwikkeling/ Publieke Ruimte | 23 december 2024 | 28 januari 2025 |
Talentontwikkeling en Vrijetijdsbeleving/ Onderwijsbeleid/ Capaciteit | 23 december 2024 | 21 januari 2025 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Hemelwaterverordening 2023)
Het is voor bepaalde delen onduidelijk wat er verhard wordt en hoe dit exact afwatert. Hierdoor kan niet eenduidig gesteld worden dat de aanvraag voldoet aan de verordening hemelwater. In voorwaarde zal opgenomen worden om ook voor de verhardingen te voldoen aan de verordening.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid).
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgend(e) punt(en):
Bij handelingen aan publiek toegankelijke toiletten moet in elk sanitair blok minstens één toilet voldoen aan de bepalingen van artikelen 12, 30, eerste lid en artikel 31, inzonderheid 1° en 2°:
- Bij de verbouwing van de bestaande schoolvleugel op de gelijkvloerse verdieping is geen aangepast toilet meer aanwezig voor dit gedeelte van de school. Er wordt een nieuw sanitair blok zonder aangepast toilet voorzien tussen 2 klassen. De bestaande sanitaire blokken zijn niet voorzien van een aangepast toilet. Het is niet duidelijk of in praktijk altijd een permanente verbinding is tussen de bestaande verbouwde gelijkvloerse verdieping en de gelijkvloerse verdieping van de uitbreiding (waar 1 aangepast toilet voorzien wordt);
- Er is geen aangepast toilet voorzien voor het sanitaire blokken van de nieuwbouwvleugel tussen de klassen op de gelijkvloers verdieping.
- Er is geen aangepast toilet voorzien voor het sanitaire blokken van de nieuwbouwvleugel tussen de klassen op de eerste verdieping. Op de eerste verdieping is in het algemeen geen aangepast toilet aanwezig, zowel niet in de bestaande vleugel waartegen wordt uitgebreid, als in de uitbreiding zelf.
- Er is geen aangepast toilet voorzien op de 2de verdieping. Zowel niet in de bestaande vleugel waartegen wordt uitgebreid, als in de uitbreiding zelf, terwijl meerdere sanitaire blokken aanwezig zijn.
Bij handelingen aan publiek toegankelijke doucheruimtes, moet in elk sanitair blok minstens één douche voldoen aan de bepalingen van artikelen 12, 30, tweede en derde alinea, artikel 31, inzonderheid 1° en 3° en artikel 31/1.
- Bij de verbouwing van de bestaande schoolvleugel op de gelijkvloerse verdieping wordt op de plaats waar een aangepast toilet aanwezig was een sanitaire ruimte voorzien met 2 toiletpotten en een douche. Er wordt geen aangepaste doucheruimte voorzien.
- Publiciteit: het besluit van de Vlaamse regering van 12 mei 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening voor publiciteitsinrichtingen.
(De verordening publiciteit kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Gewestelijke publiciteitsverordening 2023)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de gewestelijke publiciteitsverordening op volgend(e) punt(en):
bij plaatsing in de eerste vier meter vanaf de grens met de openbare weg, als al de volgend voorwaarde is vervuld: de totale oppervlakte van de publiciteitsinrichtingen bedraagt maximaal vier vierkante meter per zaak en maximaal tien vierkante meter per gebouwencomplex.
Vooraan, op ongeveer een meter van de grens met het openbaar domein, wordt een 7,7 m² grote publiciteitswand voorzien met zaakgebonden publiciteit.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 25 maart 2024 en in werking getreden op 15 juli 2024.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):
§4. Functies anders dan wonen moeten een afgescheiden afvalberging hebben die voorzien wordt van verluchting, met een netto vloeroppervlakte van minimaal 4 vierkante meter per berging.
Er wordt geen afvalberging voorzien.
§2. Voor platte daken of delen ervan die niet als groendak of dakterras worden ingericht, is een lichtkleurige dakbedekking verplicht.
Het is op de plannen niet altijd even duidelijk welk type dakdekking voorzien wordt.
§1. Bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, volume-uitbreiding, wijziging van het aantal woongelegenheden, functiewijziging of wijziging tussen de gedefinieerde subfuncties in paragraaf 3, moeten de normen voorzien in paragraaf 3 nageleefd worden.
ADVIES MOB
§1. Bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, volume-uitbreiding, wijziging van het aantal woongelegenheden, functiewijziging of wijziging tussen de gedefinieerde subfuncties in paragraaf 2 moeten minimaal de normen voorzien in paragraaf 2 nageleefd worden.
- Stedenbouwkundige lasten: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening ‘Stedenbouwkundige lasten’ (verder genoemd verordening stedenbouwkundige lasten), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 29 april 2024.
(De verordening stedenbouwkundige lasten kan u raadplegen via https://www.antwerpen.be/nl/overzicht/vergunningen/regelgeving)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de verordening stedenbouwkundige lasten.
Sectorale regelgeving
- MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving werd geoordeeld tijdens het volledig- en ontvankelijkheidsonderzoek dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Programmatische Aanpak Stikstof: overeenkomstig het stikstofdecreet, het nieuwe beoordelingskader voor alle aanvragen die stikstofemissies veroorzaken, in werking getreden op 23 februari 2024.
Op basis van de toepassing van het stikstofdecreet kan redelijkerwijs geoordeeld worden dat voorliggende aanvraag een verkeersdragend of een verkeersgenererend project is. Het beoordelingskader uit het decreet is dus van toepassing. De berekende impactscore is kleiner dan of gelijk aan 1%. De opmaak van een passende beoordeling van de effecten van stikstofdepositie via de lucht ten aanzien van SBZ-H is niet vereist.
Op basis van de toepassing van het stikstofdecreet kan redelijkerwijs geoordeeld worden dat voorliggende aanvraag een project is voor de exploitatie van een IIOA met één of meer stationaire bronnen van stikstofoxiden. De berekende impactscore is kleiner dan of gelijk aan 1%. De opmaak van een passende beoordeling van de effecten van stikstofdepositie via de lucht ten aanzien van SBZ-H is niet vereist.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit). Het project is gelegen in een zone met een middelgrote pluviale overstromingskans (T100) onder huidig klimaat (score D).
Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).
Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).
Het project is niet gelegen in een signaalgebied.
Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.
(Kijk de score van uw project na op (https://www.waterinfo.be/informatieplicht)
Op volgende website worden oplossingen aangereikt om gebouwen te beschermen tegen waterindringing of in het geval van onvermijdbare waterindringing de kans op schade te verkleinen. https://www.vmm.be/water/overstromingen/hoe-je-woning-beschermen/
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Archeologienota: overeenkomstig artikel 5.4.1 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 moet aan bepaalde aanvragen een archeologienota worden toegevoegd waarvan akte werd genomen
Van de archeologienota werd akte genomen door het Agentschap Onroerend Erfgoed op 20 oktober 2024.
De nota bevat voorwaarden, die moeten opgelegd worden in de vergunning.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag is functioneel inpasbaar in de omgeving. De bestaande vergunde functie als gemeenschapsvoorziening – school blijft behouden en blijft daarmee verenigbaar met de bestemming woongebied volgens gewestplan.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Het voorwerp van de aanvraag betreft de afbraak van de containerklassen gelegen binnen het projectgebied. Ten zuidwesten van de basisschool ‘De Schakel’ wordt op de plek van de te-slopen containerklas een overdekte fietsenstalling voorzien. In het westen van het projectgebied wordt nieuwe verharding en een luifel voorzien aansluitend aan de gebouwen van het koninklijk atheneum. Tussen gebouw G05 en de gebouwen van het Koninklijk Atheneum wordt een droge verbinding voorzien die deel zal uitmaken van de speelplaats en dienstdoen als overdekte buitenruimte. De containers in het noordoosten van het projectgebied maken plaats voor onverharde open ruimte.
Daarnaast voorziet voorliggende aanvraag in het oprichten van een nieuw L-vormig gebouw van twee- en drie bouwlagen rondom de speelplaats langs de Weerstandlaan en de heraanleg van de bestaande speelplaats. Het nieuwe gebouw houdt een verschuiving van de voorgevelbouwlijn van de gebouwengroep dichter naar de openbare weg en een beperkte verhoging van de totale bouwhoogte op het perceel in.
Aan de achterzijde van het perceel wordt een nieuwe bergplaats voorzien. Aan de voorzijde van de Weerstandslaan, op de linker perceelgrens wordt een berghok met afdak voorzien. De bergplaatsen zijn aanvaardbaar met betrekking tot de inplanting en het volume.
Aan de voorzijde van het perceel, rechts van het nieuwe gebouw wordt een nieuwe hoogspanningscabine voorzien.
In functie van de aanvraag worden twee bomen geveld. Voor het optrekken van de hoogspanningscabine wordt een appelboom met een stamomtrek van 105 cm geveld. Voor de oprichting van het nieuwe schoolgebouw aan de voorzijde wordt een ‘gewone esdoorn’ met een stamomtrek van 105 cm geveld. Beide bomen zouden in de bouwzone staan en bijgevolg niet bewaard kunnen worden. Er wordt en nieuwe bomen ter compensatie van de te rooien bomen voorzien. In de voortuinstrook wordt een afwisseling van Sorbus aria 'Lutescens' en Acer platanoides 'Crimson King' geplant.
Ter hoogte van het voorplein krijgt een Acer campestre 'Elsrijk' de kans de ruimte van een groen bladerdek te voorzien.
Het advies van de stedelijke dienst voor Talentontwikkeling en Vrije Tijdsbeleving werd ingewonnen. De dienst adviseert gunstig. Het advies luidt als volgt:
De capaciteitstekorten in Antwerpen blijven structureel, de laatste jaren vooral in het secundair onderwijs en het buitengewoon onderwijs, maar ook in verschillende onderwijsgebieden in het basisonderwijs. Deze vergunning is niet alleen een ruimtelijke verbetering, maar verbetert ook de onderwijsmogelijkheden binnen project, waardoor meer Antwerpse kinderen toegang hebben tot beter onderwijs. Wij adviseren onvoorwaardelijk gunstig.
De aanvraag heeft een efficiënter ruimtegebruik tot gevolg door het slopen van de containerklassen en de oprichting van een gebouw waarin de te-verwijderden leslokalen en aanhorigheden ondergebracht zullen worden. Dit laat een betere organisatie van de ruimte op het perceel toe.
Visueel-vormelijke elementen
De nieuwe vleugel wordt voorzien van witte gevelsteen met groene raamdorpels en rollagen. Het buitenschrijnwerk wordt voorzien in lichtgeel aluminium met een donkergroene aluminium omkadering. Gelet op het materiaalgebruik en kleurstelling van de bestaande gevels kan in alle redelijkheid worden aangenomen dat de nieuwe vleugel inpasbaar is in de omgeving.
Centraal vooraan in de Weerstandslaan wordt een vrijstaande wand van 6,4 m (lengte) bij 1,2 m (hoogte) op ongeveer een meter van de rooilijn voorzien. Hierop wordt zaakgebonden publiciteit voorzien met het opschrift “De Schakel”. Dit is niet in overeenstemming met de bepalingen van artikel 10 van de gewestelijke publiciteitsverordening. Vrijstaande zaakgebonden publiciteitsinrichtingen bij plaatsing in de eerste vier meter vanaf de grens met de openbare weg, kunnen worden toegelaten als de volgend voorwaarde is vervuld: de totale oppervlakte van de publiciteitsinrichtingen bedraagt maximaal vier vierkante meter per zaak en maximaal tien vierkante meter per gebouwencomplex.
Artikel 10 van de publiciteitsverordening stelt dat op gemotiveerd verzoek van de aanvrager en na het houden van een openbaar onderzoek, in uitzonderlijke gevallen beperkte afwijkingen van de bepalingen, vermeld in dit artikel, kunnen worden toegelaten. De gevraagde afwijking mag de verkeersveiligheid niet meer in het gedrang brengen dan een plaatsing die aan de bepalingen van dit artikel voldoet. Als een advies van de wegbeheerder is vereist, dan behandelt dat advies de invloed van de gevraagde afwijking op de verkeersveiligheid. De publiciteitsinrichting blijft steeds in verhouding tot de aanwezige constructies, gebouwen en hun omgeving.
De publiciteitsvoorziening bevindt zich op het maaiveld en is in verhouding tot de aanwezige en voorziene constructies. De afwijking kan worden toegestaan.
Cultuurhistorische aspecten
Het advies van de stedelijke dienst Onroerend Erfgoed en Archeologie werd ingewonnen. De dienst adviseert voorwaardelijk gunstig. Het advies luidt als volgt:
Het projectgebied bevindt zich buiten een vastgestelde archeologische zone. Het projectgebied is gelegen binnen een woon- en recreatiegebied met een oppervlakte boven de 3.000 m² (31.453 m²) en een vergunningsplichtige ingreep boven de 1.000 m² (3.572 m²). Volgens het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, artikel 5.4.1 is hiervoor een archeologienota verplicht.
De archeologienota werd opgemaakt door ThriArch en waarvan akte door het Agentschap Onroerend Erfgoed op 20 oktober 2024 (https://loket.onroerenderfgoed.be/archeologie/notas/notas/31056). Er werd een programma van maatregelen opgesteld in de vorm van een uitgesteld vooronderzoek. Het uitgesteld vooronderzoek houdt in de eerste plaats een landschappelijk booronderzoek in, eventueel gevolgd door een archeologisch booronderzoek, een proefputtenonderzoek en een proefsleuvenonderzoek. Nadien maakt de erkende archeoloog een nieuwe programma van maatregelen op. Ook dit programma van maatregelen dient verplicht te worden uitgevoerd als voorwaarde bij deze vergunning.
De voorwaarden uit het advies worden opgelegd als voorwaarde voor vergunning en luiden alst volgt:
- De bouwheer voert het programma van maatregelen, namelijk een uitgesteld vooronderzoek in de vorm van een landschappelijke boringen, eventueel gevolgd door landschappelijke proefputten, verkennende en waarderende boringen en een proefsleuvenonderzoek (https://loket.onroerenderfgoed.be/archeologie/notas/notas/31056) verplicht uit. Nadien volgt een nota met eventueel nieuw programma van maatregelen, ook dit programma van maatregelen dient verplicht te worden uitgevoerd als voorwaarde bij deze vergunning.
- De bouwheer meldt 2 weken voor aanvang de start van de werken aan de stedelijke dienst Archeologie (archeologie@antwerpen.be).
- De bouwheer laat werfcontroles toe door stadsarcheologen.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De aangeleverde bestaande toestand stemt niet geheel overeen met de effectieve vergunde toestand. Daarnaast is voor bepaalde delen onduidelijk hoe ze exact worden uitgevoerd (wat speelplaats is en wat niet). Deze delen kunnen niet getoetst worden aan de verordening toegankelijkheid
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgend(e) punt(en):
Bij handelingen aan publiek toegankelijke toiletten moet in elk sanitair blok minstens één toilet voldoen aan de bepalingen van artikelen 12, 30, eerste lid en artikel 31, inzonderheid 1° en 2°:
- Bij de verbouwing van de bestaande schoolvleugel op de gelijkvloerse verdieping is geen aangepast toilet meer aanwezig voor dit gedeelte van de school. Er wordt een nieuw sanitair blok zonder aangepast toilet voorzien tussen 2 klassen. De bestaande sanitaire blokken zijn niet voorzien van een aangepast toilet. Het is niet duidelijk of in praktijk altijd een permanente verbinding is tussen de bestaande verbouwde gelijkvloerse verdieping en de gelijkvloerse verdieping van de uitbreiding (waar 1 aangepast toilet voorzien wordt);
- Er is geen aangepast toilet voorzien voor de sanitaire blokken van de nieuwbouwvleugel tussen de klassen op de gelijkvloers verdieping.
- Er is geen aangepast toilet voorzien voor de sanitaire blokken van de nieuwbouwvleugel tussen de klassen op de eerste verdieping. Op de eerste verdieping is in het algemeen geen aangepast toilet aanwezig, zowel in de bestaande vleugel waartegen wordt uitgebreid, noch in de uitbreiding zelf.
- Er is geen aangepast toilet voorzien op de 2de verdieping. Zowel in de bestaande vleugel waartegen wordt uitgebreid, noch in de uitbreiding zelf, terwijl meerdere sanitaire blokken aanwezig zijn.
Bij handelingen aan publiek toegankelijke doucheruimtes, moet in elk sanitair blok minstens één douche voldoen aan de bepalingen van artikelen 12, 30, tweede en derde alinea, artikel 31, inzonderheid 1° en 3° en artikel 31/1.
- Bij de verbouwing van de bestaande schoolvleugel op de gelijkvloerse verdieping wordt op de plaats waar een aangepast toilet aanwezig was een sanitaire ruimte voorzien met 2 toiletten en een douche. Er wordt geen aangepaste doucheruimte voorzien.
Het voldoen aan de verordening toegankelijkheid wordt als voorwaarde voor vergunning opgelegd.
Op basis van de aangeleverde plannen kan niet worden vastgesteld of voorliggende aanvraag voorziet in een afgescheiden afvalberging, die voorzien wordt van verluchting, met een netto vloeroppervlakte van minimaal 4 vierkante meter per berging. Dit is niet in overeenstemming met artikel 19 van de Bouwcode. Dit wordt opgelegd als voorwaarde.
Op basis van de aangeleverde plannen kan niet eenduidig worden vastgesteld of de nieuw aan te leggen daken die niet als groendak worden aangelegd van een lichtkleurige dakbedekking worden voorzien. Dit is niet in overeenstemming met artikel 20 van de Bouwcode. Dit wordt opgelegd als voorwaarde.
Het advies van de stedelijke Groendienst werd ingewonnen. Het advies luidt als volgt:
De Groendienst geeft een negatief advies. De bestaande bomenrij parallel met de perceelsgrens dient zoveel mogelijk gevrijwaard te worden. Dit is een beeldbepalende groenstrook voor deze buurt/straat. Er moet dan ook alles aan gedaan worden om deze zoveel mogelijk te behouden. In de huidige aanvraag wordt er te beperkt beargumenteerd waarom deze zou moeten verdwijnen. Dit is wel degelijk een waardevolle groenzone met bomen die bovendien al een zeer aanzienlijk groenvolume hebben. Dit valt moeilijk te compenseren door een nieuwe aanplant. Als deze toch verwijderd zouden moeten worden, moet dit zeer goed onderbouwd worden. In eerste instantie moet er zoveel mogelijk geprobeerd worden om deze te behouden (advies vragen aan een erkend European Tree Technician).
Ook de aanleg van de wadi wordt negatief geadviseerd. De wadi komt voor een groot deel in de kroonprojectie van de bestaande (monumentale) eik. Dit zal onvermijdelijk schade aan het wortelstel van deze eik met zich meebrengen met mogelijks het afsterven van de boom als gevolg. Er is bovendien voldoende ruimte om de wadi anders in te tekenen zodat er zo goed als niet in de kroonprojectie (wortelzone) van deze eik gewerkt moet worden. Hiervoor dient men ook advies te vragen aan een erkend ETT.
Ook de aanleg van de hoogspanningscabine vormt een conflict met de bestaande eik. Ofwel moet men een andere locatie zoeken voor de cabine ofwel dient men een plan van aanpak te laten opmaken door een erkend ETT zodat de schade aan de wortels minimaal zal zijn en de overlevingskansen van de eik dus gemaximaliseerd worden.
Het is ook aangeraden om meer bomen te voorzien in de nieuwe groenvakken op de speeltplaats van de kleuters om extra verkoeling te bieden in deze verharde omgeving. Hier kan er best gekozen worden voor bomen van 1ste grootte. Eventueel kunnen er ook nog ondersteuners bijgeplant worden.
Het verloren gegane groenvolume moet gecompenseerd worden door een winst van potentieel toekomstig groenvolume. Potentieel toekomstig groenvolume is een combinatie van de boomsoort(en) die worden aangeplant (kijkend naar grootteklasse) en hoeveel geschikt doorwortelbaar volume de nieuwe bomen krijgen. De plantmaat van de nieuwe bomen moet minstens 20/25 zijn.
Voor het definitieve plan dient er nogmaals bijstand en advies gevraagd te worden aan een European Tree Technician. Tijdens de werkzaamheden moet een erkend boomdeskundige aangesteld worden die de werf mee zal opvolgen.
Er wordt kennis genomen van het negatieve advies van de Groendienst, doch wordt niet bijgetreden. De opmerkingen van het advies worden omgezet in volgende voorwaarden:
- De hoogspanningscabine en wadi worden op voldoende afstand van de bestaande eik geplaatst, of er dient een plan van aanpak opgemaakt te worden door een erkend ETT zodat de schade aan de wortels minimaal zal zijn en de overlevingskansen van de eik dus gemaximaliseerd worden. Indien de eik alsnog beschadigd raakt, en ten gevolge van de aanvraag zou afsterven, dient deze op het perceel gecompenseerd te worden onder dezelfde voorwaarden als voor de te kappen bomen.
- Het verloren gegane groenvolume moet gecompenseerd worden door een winst van potentieel toekomstig groenvolume. Potentieel toekomstig groenvolume is een combinatie van de boomsoort(en) die worden aangeplant (kijkend naar grootteklasse) en hoeveel geschikt doorwortelbaar volume de nieuwe bomen krijgen. De plantmaat van de nieuwe bomen moet minstens 20/25 zijn.
- Voor het definitieve plan dient er nogmaals bijstand en advies gevraagd te worden aan een European Tree Technician. Tijdens de werkzaamheden moet een erkend boomdeskundige aangesteld worden die de werf mee zal opvolgen.
Voorliggende aanvraag voorziet in de aanleg en wijziging van verharding op het perceel. Op basis van de aangeleverde plannen kan het onderscheid tussen de bestaande (en vergunde) speelplaatsverharding niet eenduidig worden vastgesteld. Allicht is het gedeelte tussen de straathoek en het L-vormig gebouw voor ongeveer de helft verhard. Achter de nieuwbouwvleugel en het bestaande schoolgebouw wordt de speelplaatsverharding vernieuwd. Achteraan op het perceel wordt een verharding voor 2 kleine voetbalterreinen voorzien.
Het advies van de stedelijke dienst voor Water werd ingewonnen. Het advies is onvoorwaardelijk gunstig.
Het advies van de stedelijke dienst Klimaat en Leefmilieu/Luchtkwaliteit en Geluid werd ingewonnen en is voorwaardelijk gunstig:
Op basis van het beoordelingskader luchtkwaliteit en geluidshinder (2018_CBS_04164) wordt gunstig mits voorwaarden geadviseerd.
Volgende voorwaarden worden opgelegd:
Het advies van de stedelijke dienst Publieke Ruimte werd ingewonnen. De dienst adviseert voorwaardelijk gunstig. Het advies luidt als volgt:
SW/ Publieke Ruimte geeft een voorwaardelijk gunstig advies op de omgevingsaanvraag. Er zijn verschillende aanpassingen nodig aan het openbaar domein, waaronder wijzigingen aan de inkomzone en parkeerplaats schoolbus als ter hoogte van de nieuwe brandwegen. Het is noodzakelijk om het formulier ‘aanvraag werkzaamheden’ te vinden op https://www.antwerpen.be/product/schade-openbaar-domein-na-werken, in te vullen en naar herstellingopenbareruimte@antwerpen.be door te sturen. Doe dit zeker geruime tijd op voorhand, aangezien er intern nog een tekenopdracht moet worden opgestart voor de aanpassing aan het openbaar domein.
Dit wordt als aandachtspunt meegegeven.
Het advies van de Verkeerspolitie werd ingewonnen. De verkeerspolitie heeft geen bezwaar met betrekking tot de gevraagde handelingen.
Het advies van de Brandweer Zone Antwerpen werd ingewonnen. De Brandweer Zone Antwerpen adviseert voorwaardelijk gunstig met betrekking tot de gevraagde handelingen. Het strikt naleven van de voorwaarden en brandvoorzorgsmaatregelen wordt als voorwaarde voor vergunning opgelegd.
Het advies van het Departement Omgeving, Team Omgevingseffecten werd ingewonnen. Team Omgeving formuleert geen bezwaar met betrekking tot de gevraagde handelingen. Het advies luidt als volgt:
Gelet op het feit dat de ontwikkeling niet gelegen is binnen de maximale effectafstand van de naburige Seveso-inrichting heeft het Team Omgevingseffecten met betrekking tot de externe veiligheid geen bezwaar tegen deze aanvraag.
Extreme piekwaarden van lood in fijn stof werden begin 2024 gemeten in district Hoboken. Deze zijn met grote waarschijnlijkheid terug te brengen tot grondwerken in de directe omgeving waarbij metaalslakken betrokken waren die historisch gezien zorgden voor versteviging van de ondergrond van terreinen. Voornamelijk in district Hoboken werden deze metaalslakken gebruikt zonder dat echter geweten is waar de exacte locaties van deze metaalslakken zich bevinden. Om opwaaiend stof te voorkomen bij werken op werfzones, dringen er zich bijkomende maatregelen op met het oog op het monitoren en beheersen van stofverspreiding bij werkzaamheden. De aanvrager wordt hierbij gewezen op de politieverordening van 13 mei 2024 betreffende het invoeren van maatregelen ter beperking en monitoring van stofontwikkeling in Hoboken bij werkzaamheden op privaat en openbaar domein.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een omgevingsvergunningsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien. Dit is het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeer- en stallingsnormen uit de tabel van artikel 32 van de bouwcode van kracht sinds 15 juli 2024, dienen te worden nageleefd bij nieuwbouw, herbouw, verbouwing, functiewijziging, volume-uitbreiding, wijzigen van het aantal wooneenheden en wijziging tussen de gedefinieerde subfuncties in paragraaf 3. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 5 parkeerplaatsen. De aanvraag betreft de sloop van verschillende containerklassen en vrijstaande constructies, met bouwen van een nieuwbouwvleugel van een school
Het project ligt in centrumschil op meer dan 800 m van een interregionale knoop / regionale knoop / P&R. De bijhorende parkeernormen uit de bouwcode worden gehanteerd.
Werkelijke parkeerbehoefte [A]: De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding en of functiewijziging.
Op verschillende momenten zijn er verschillende containerklassen bijgekomen op de site van De Schakel in Hoboken. Onder meer in 2010 en 2011 en langer geleden. De laatste uitbreiding van containerklassen was in 2019 en toen zijn er 2 pp opgelegd.
In deze aanvraag worden al die containerklassen afgebroken en ondergebracht in een nieuwbouwvleugel aan de voorkant langs de Weerstandlaan. Er is geen uitbreiding van het aantal klassen, het is een vervanging.
Er worden 9 containerklassen vervangen door 9 nieuwbouwlokalen. De parkeerbehoefte daarvoor is 9 x 0,75 = 6,75 afgerond 7 plaatsen. Voor 2 plaatsen is er in het verleden al een behoefte opgelegd, dus de werkelijke parkeerbehoefte is 5 parkeerplaatsen
|
De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.
De inrichting van het perceel maakt bijkomende parkeerplaatsen niet mogelijk.
|
Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 5– 5 = 0.
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 5 – 0 = 5. Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.
De berekende parkeerbehoefte van het nieuwe project kan verminderd worden met het aantal parkeerplaatsen van de laatst vergunde toestand dat reeds afgewenteld werd op het openbaar domein. Dit op voorwaarde dat realisatie niet mogelijk is. Er is een afwikkeling van 5 plaatsen op het openbaar domein.
Realisatie is niet mogelijk.
Bijgevolg kan de parkeerbehoefte van de vergunde toestand in mindering gebracht worden voor 5 parkeerplaatsen.
Het bijgestelde aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 5– 5= 0
|
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus niet van toepassing.
|
Fietsvoorzieningen:
Het advies van de stedelijke dienst Mobiliteit werd ingewonnen. Het advies luidt als volgt:
Er is geen bijkomende fietsparkeerbehoefte, maar de bestaande fietsparkeerbehoefte zal in deze aanvraag opgelost worden in een nieuwe fietsenstalling.
In totaal zullen er 120 fietsenstallingen voorzien worden:
- 40 voor personeel (+ 5% ten opzichte van de huidige situatie)
- 10 voor kleuters (+20% ten opzichte van de huidige situatie)
- 70 voor lagere school (+20% ten opzichte van de huidige situatie)
De fietsenstallingen voor personeel zullen apart en afsluitbaar zijn. De stallingen voor het kleuter en lager zijn overdekt en op het schoolterrein achter de poort.
Er moet 10% van de fietsstalplaatsen bruikbaar zijn voor buitenmaatse fietsen (cargofiets, bakfiets, enzovoort)
De dienst Mobiliteit geeft advies met volgende voorwaarden:
Deze voorwaarden worden als voorwaarde voor vergunning opgenomen.
Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu
De campus GO! Hendriklei Hoboken is gelegen in de wijk Hoboken Noord en huisvest momenteel twee scholen: basisschool De Schakel en de secundaire school het Koninklijk Atheneum Hoboken. Beide scholen zijn momenteel erg met elkaar verweven. Een striktere opdeling van beide scholen dringt zich op. De aanvraag voorziet in een nieuwbouw die plaats biedt voor de leerlingen van de basisschool waardoor de oudste gebouwen op de site volledig door het secundair gebruikt kunnen worden.
De basisschool biedt plaats aan 630 leerlingen, het atheneum aan 585 leerlingen. In beide scholen samen werken 185 personeelsleden. Aangezien de vorige milieuvergunning ten einde liep op 22 september 2014, wordt dit project aanzien als een nieuwe inrichting.
In de vervallen vergunning waren de volgende rubrieken vergund:
· het lozen van huishoudelijk afvalwater in de openbare riolering;
· een transformator van 160 kVA;
· een stookinstallatie van 789 kW.
Het huidige dossier omvat de regularisatie van de volgende ingedeelde inrichtingen of activiteiten (IIOA’s):
· het lozen van huishoudelijk afvalwater in de openbare riolering;
· opslag van gevaarlijke producten in kleine verpakkingen (laboproducten, poetsproducten, producten technische dienst, enzovoort);
· warmtepompen;
· laboratoria;
· stookinstallaties.
Al deze activiteiten zijn in de derde klasse ingedeeld. De transformator heeft een vermogen van minder dan 1.000 kVA en is dus niet ingedeeld.
De kuisproducten worden opgeslagen op lekbakken. De labochemicaliën staan opgeslagen in hiervoor voorziene kasten. Voor de onderhoudsproducten van de technische dienst zal een nieuwe opslagcontainer met voldoende opvangvoorzieningen geplaatst worden.
De grondwaterstand varieert tussen 2,70 m en 4,20 m onder het maaiveld. Uit het onderzoek bleek dat de evenwichtstoestand van het grondwater in de geplaatste peilbuizen mogelijk nog niet was bereikt. Bijkomende metingen hebben aangetoond dat de grondwaterstand zich in een evenwichtssituatie bevindt tussen 90 tot 180 cm – mv. De uitgravingsdieptes van de fundering en de wadi bedragen respectievelijk 100 en 55 cm. Voor de plaatsing van de regenwaterputten en septische putten wordt geopteerd om minder diepe modellen te plaatsen zodat geen bemaling dient uitgevoerd te worden.
De warmtepomp voor de nieuwbouw wordt in een ommuurde technische koer geplaatst. Van de warmtepomp op het bestaande gebouw wordt, gezien de ligging op het dak en de grote afstand ten opzichte van de dichtstbijzijnde woning, geen hinder verwacht. Voor de warmtepomp van de nieuwbouw wordt een globale demping van minimaal 15 dB net voor het gevelrooster van de warmtepomp voorzien in de vorm van een performante coulissendemper. Eenzelfde structuur wordt geplaatst voor de afblaas naar boven toe. Om hinder naar de omliggende lokalen te beperken, wordt de structurele vloerplaat verzwaard tot minimaal 450 kg/m². De ruimte wordt voorzien van een performante zwevende dekvloer. Ook een performante deur naar binnen is nodig. De exploitant wordt erop gewezen dat er te allen tijde dient voldaan te worden aan de milieukwaliteitsnormen voor geluid in openlucht zoals opgenomen in Vlarem II. De warmtepompen zullen werken met het koelmiddel R410a. Dit product heeft een Global Warming Potential (GWP) van 2088. De exploitant dient een koelmiddel te selecteren met een voldoende laag global warming potential (GWP). Meer informatie over in de toekomst toegelaten koelmiddelen en hun eventuele uitfaseringstermijn kan teruggevonden worden op https://www.vlaanderen.be/veka/energie-en-klimaatbeleid/energie-en-klimaatbeleid-voor-ondernemingen/f-gassen/20-februari-2024-nieuwe-f-gassenverordening-gepubliceerd.
De vergunningverlenende overheid is verplicht om een advies in te winnen bij het Agentschap Onroerend Erfgoed als de vergunningsaanvraag betrekking heeft op ingedeelde inrichtingen of activiteiten in of aan een beschermde archeologische site, een beschermd monument, een beschermd cultuurhistorisch landschap of een beschermd stads- of dorpsgezicht (decreet van 12 juli 2013 betreffende het onroerend erfgoed artikel 6.4.4 §3). Dat is hier niet het geval.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. Volgende voorwaarden uit de bekrachtigde archeologienota zijn strikt na te leven:
- De bouwheer voert het programma van maatregelen, namelijk een uitgesteld vooronderzoek in de vorm van een landschappelijke boringen, eventueel gevolgd door landschappelijke proefputten, verkennende en waarderende boringen en een proefsleuvenonderzoek (https://loket.onroerenderfgoed.be/archeologie/notas/notas/31056) verplicht uit. Nadien volgt een nota met eventueel nieuw programma van maatregelen, ook dit programma van maatregelen dient verplicht te worden uitgevoerd als voorwaarde bij deze vergunning.
- De bouwheer meldt 2 weken voor aanvang de start van de werken aan de stedelijke dienst Archeologie (archeologie@antwerpen.be).
- De bouwheer laat werfcontroles toe door stadsarcheologen.
2. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.
3. De nieuw aan te leggen daken die niet als groendak worden aangelegd worden uitgevoerd met een lichtkleurige dakbedekking, conform artikel 20 van de Bouwcode.
4. De sanitaire blokken worden conform de toegankelijkheidsverordening ingericht.
5. Er wordt een afgescheiden afvalberging voorzien, die voorzien wordt van verluchting, met een nettovloeroppervlakte van minimaal 4 vierkante meter per berging conform artikel 19 van de Bouwcode.
6. De akoestische prestatie van de gevel langs de Weerstandlaan is voldoende hoog om bij een verkeersgeluidsbelasting van 65 dB(A) de streefwaarde van maximaal 35 dB(A) in de leslokalen te realiseren.
7. 10% van de fietsstalplaatsen dient bruikbaar te zijn voor buitenmaatse fietsen (cargofiets, bakfiets, enzovoort).
8. Het verloren gegane groenvolume moet gecompenseerd worden door een winst van potentieel toekomstig groenvolume. De plantmaat van de nieuwe bomen moet minstens 20/25 zijn. De heraanplanting moet geplant zijn voor het volgende groeiseizoen.
9.De hoogspanningscabine en wadi worden op voldoende afstand van de bestaande eik geplaatst, of er dient een plan van aanpak opgemaakt te worden door een erkend ETT zodat de schade aan de wortels minimaal zal zijn en de overlevingskansen van de eik dus gemaximaliseerd worden. Indien de eik alsnog beschadigd raakt, en ten gevolge van de aanvraag zou afsterven, dient deze op het perceel gecompenseerd te worden onder dezelfde voorwaarden als voor de te kappen bomen.
10.Voor het definitieve plan dient er nogmaals bijstand en advies gevraagd te worden aan een European Tree Technician. Tijdens de werkzaamheden moet een erkend boomdeskundige aangesteld worden die de werf mee zal opvolgen.
11. Alle te behouden bomen op het perceel moeten vóór de aanvang van de werkzaamheden worden afgeschermd met een hekwerk, waarbij binnen hun kroonprojectie geen werkzaamheden, opslag, parkeren, lozing van spoelwater of plaatsing van werftoiletten is toegestaan, het maaiveld rond de wortelzone niet mag worden afgegraven of opgehoogd, schade door transportbewegingen en graafwerkzaamheden moet worden vermeden, bodemverdichting te allen tijde moet worden voorkomen en onverharde bodem altijd beschermd moet worden met rijplaten.
Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Mits voldaan wordt aan de algemene en sectorale vergunningsvoorwaarden, is deze aanvraag in overeenstemming met de VLAREM-wetgeving. Vanuit milieutechnisch oogpunt wordt positief advies gegeven de vergunning te verlenen.
Geadviseerde rubriek(en)
Rubriek | Omschrijving | Geadviseerd voor |
3.2.2°a) | het lozen van meer dan 600 m³/jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan; (inrichting Campus GO! Hendriklei Hoboken) | 5.670,00 m³/jaar |
16.3.2°a) | koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW; (inrichting Campus GO! Hendriklei Hoboken) | 29,30 kW |
17.4. | opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter; (inrichting Campus GO! Hendriklei Hoboken) | 950,00 liter |
24.1. | laboratoria met een uitsluitend didactisch doel en waar afvalwater eigen aan de laboratoriumtechnieken gegenereerd wordt; (inrichting Campus GO! Hendriklei Hoboken) | 3 labo's |
43.1.1°a) | stookinstallaties van 300 kW tot en met 2.000 kW wanneer de inrichting volledig gelegen is in een industriegebied en gestookt wordt met vloeibare brandstoffen, aardgas of vloeibaar gemaakt gas; (inrichting Campus GO! Hendriklei Hoboken) | 882,30 kW |
Standpunt college:
Het college is als vergunningsverlenende overheid van oordeel dat er bijkomende voorwaarden bij de vergunning geformuleerd dienen te worden met oog op een versterking van de klimaatrobuustheid, biodiversiteit en de vergroening van de site. Vanuit de argumentatie in het ongunstig advies van de groendienst wordt de kap van de twee bomen in de bomenrij aan de Weerstandlaan uitgesloten uit de vergunning.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 22 oktober 2024 |
Volledig en ontvankelijk | 23 december 2024 |
Start 1e openbaar onderzoek | 2 januari 2025 |
Einde 1e openbaar onderzoek | 7 januari 2025 |
Start laatste openbaar onderzoek | 16 januari 2025 |
Einde laatste openbaar onderzoek | 14 februari 2025 |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 7 april 2025 |
Verslag GOA | 21 maart 2025 |
Naam GOA | Bieke Geypens en Gerd Cryns |
De aanvraag werd onderworpen aan 2 openbare onderzoeken. Er werden standpunten, opmerkingen en/of bezwaren ingediend tijdens de openbaarmaking.
Het openbaar onderzoek was korter dan de normale 30 dagen omdat het vroegtijdig is stopgezet.
Bespreking van de bezwaren
Bezwaren uit vorige openbare onderzoeken over de aanvraag, die nog relevant zijn, worden hier ook besproken.
Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werden bezwaarschriften ingediend, die zich als volgt laten samenvatten:
Beoordeling: De containerklassen werden vergund als tijdelijke huisvesting voor de verschillende klassen en bieden geen kwalitatieve oplossing op lange termijn. Bovendien berust dit bezwaar op subjectieve elementen die niet van stedenbouwkundige aard zijn en die bijgevolg niet mee in afweging kan worden genomen bij de stedenbouwkundige beoordeling van voorliggend project. Het bezwaar is ongegrond.
Het college sluit zich gedeeltelijk aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
De algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. Volgende voorwaarden uit de bekrachtigde archeologienota zijn strikt na te leven:
- De bouwheer voert het programma van maatregelen, namelijk een uitgesteld vooronderzoek in de vorm van een landschappelijke boringen, eventueel gevolgd door landschappelijke proefputten, verkennende en waarderende boringen en een proefsleuvenonderzoek (https://loket.onroerenderfgoed.be/archeologie/notas/notas/31056) verplicht uit. Nadien volgt een nota met eventueel nieuw programma van maatregelen, ook dit programma van maatregelen dient verplicht te worden uitgevoerd als voorwaarde bij deze vergunning.
- De bouwheer meldt 2 weken voor aanvang de start van de werken aan de stedelijke dienst Archeologie (archeologie@antwerpen.be).
- De bouwheer laat werfcontroles toe door stadsarcheologen.
2. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.
3. De nieuw aan te leggen daken die niet als groendak worden aangelegd worden uitgevoerd met een lichtkleurige dakbedekking, conform artikel 20 van de Bouwcode.
4. De sanitaire blokken worden conform de toegankelijkheidsverordening ingericht.
5. Er wordt een afgescheiden afvalberging voorzien, die voorzien wordt van verluchting, met een nettovloeroppervlakte van minimaal 4 vierkante meter per berging conform artikel 19 van de Bouwcode.
6. De akoestische prestatie van de gevel langs de Weerstandlaan is voldoende hoog om bij een verkeersgeluidsbelasting van 65 dB(A) de streefwaarde van maximaal 35 dB(A) in de leslokalen te realiseren.
7. 10% van de fietsstalplaatsen dient bruikbaar te zijn voor buitenmaatse fietsen (cargofiets, bakfiets, enzovoort).
8. Het verloren gegane groenvolume moet gecompenseerd worden door een winst van potentieel toekomstig groenvolume. De plantmaat van de nieuwe bomen moet minstens 20/25 zijn. De heraanplanting moet geplant zijn voor het volgende groeiseizoen.
9. De hoogspanningscabine en wadi dienen buiten de kroonprojectie (wortelzone) van de bestaande eik voorzien te worden.
10.Voor het definitieve plan dient er nogmaals bijstand en advies gevraagd te worden aan een European Tree Technician. Tijdens de werkzaamheden moet een erkend boomdeskundige aangesteld worden die de werf mee zal opvolgen.
11. Alle te behouden bomen op het perceel moeten vóór de aanvang van de werkzaamheden worden afgeschermd met een hekwerk, waarbij binnen hun kroonprojectie geen werkzaamheden, opslag, parkeren, lozing van spoelwater of plaatsing van werftoiletten is toegestaan, het maaiveld rond de wortelzone niet mag worden afgegraven of opgehoogd, schade door transportbewegingen en graafwerkzaamheden moet worden vermeden, bodemverdichting te allen tijde moet worden voorkomen en onverharde bodem altijd beschermd moet worden met rijplaten.
12. De wadi dient in een organische vorm aangelegd te worden met zachte hellingen en verdiepingen in de infiltratiekom met oog op een maximale biodiversiteit en een betere landschappelijke integratie.
13. De nieuwe plantvakken en groenzones dienen maximaal voorzien te worden van bijkomende bomen.
14. De kap van de twee bomen in de bomenrij aan de Weerstandlaan wordt uitgesloten uit de vergunning.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.
De vergunning omvat thans volgende rubriek(en):
Rubriek | Omschrijving | Gecoördineerd |
3.2.2°a) | het lozen van meer dan 600 m³/jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan; (inrichting Campus GO! Hendriklei Hoboken) | 5.670,00 m³/jaar |
16.3.2°a) | koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioningsinstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW; (inrichting Campus GO! Hendriklei Hoboken) | 29,30 kW |
17.4. | opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter; (inrichting Campus GO! Hendriklei Hoboken) | 950,00 liter |
24.1. | laboratoria met een uitsluitend didactisch doel en waar afvalwater eigen aan de laboratoriumtechnieken gegenereerd wordt; (inrichting Campus GO! Hendriklei Hoboken) | 3 labo's |
43.1.1°a) | stookinstallaties van 300 kW tot en met 2.000 kW wanneer de inrichting volledig gelegen is in een industriegebied en gestookt wordt met vloeibare brandstoffen, aardgas of vloeibaar gemaakt gas; (inrichting Campus GO! Hendriklei Hoboken) | 882,30 kW |