Er werd bij de deputatie een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend. De aanvraag wordt behandeld volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Op 10 december 2024 verzocht de deputatie het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om een openbaar onderzoek te houden en advies uit te brengen.
Op 7 februari 2025 verleende het college van burgemeester en schepenen een gedeeltelijk voorwaardelijk gunstig advies, zie bijlage.
Er werd een wijzigingsverzoek ingediend. De laatste projectinhoudversie (PIV4) werd aanvaard door de deputatie op 17 maart 2025. Op 6 maart 2025 verzocht de deputatie het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om opnieuw advies uit te brengen.
Voorliggend verslag behandelt het wijzigingsverzoek.
Projectnummer: | OMV_2024038681 |
Gegevens van de aanvrager: | NV DATS 24 met als adres Edingensesteenweg 196 te 1500 Halle |
Gegevens van de exploitant: | NV DATS 24 (0893096618) met als adres Edingensesteenweg 196 te 1500 Halle |
Ligging van het project: | Kastelweg 29 te 2030 Antwerpen |
Kadastrale percelen: | afdeling 14 sectie A nrs. 453N en 453P |
waarvan: |
|
- 20240314-0071 | afdeling 14 sectie A nrs. 453P en 453N (DATS 24 Antwerpen H2 - BEV) |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen, exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten, vegetatiewijzigingen |
Voorwerp van de aanvraag: | het bouwen en exploiteren van een onbemand tankstation voor waterstofgedreven en elektrische vrachtwagens |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Zie bijgevoegd collegebesluit van 7 februari 2025.
Met voorliggend wijzigingsverzoek worden volgende aanpassingen aan de inrichting van het terrein aangevraagd:
- de niet-functionele verharding, die voorzien was voor een eventuele toekomstige uitbreiding, zal nog niet aangelegd worden. Deze zone wordt aangelegd als groenzone. De totale oppervlakte van de verharding bedraagt hierdoor 4.751 m² (-290 m²);
- de wadi’s worden voorzien op meer dan 5 meter van de pijpleidingen van Fluxys. Hierdoor wordt wadi B opgeheven en worden wadi’s A en C aangepast (ligging, vormgeving en oppervlaktes).
Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Zie bijgevoegd collegebesluit van 7 februari 2025.
Omschrijving vegetatiewijzigingen
Zie bijgevoegd collegebesluit van 7 februari 2025.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 24 en 42 van het Omgevingsvergunningsdecreet heeft het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar de bevoegdheid advies uit te brengen voor de vergunningsaanvragen op haar grondgebied waarvoor de deputatie, de Vlaamse regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar de bevoegde overheid is, tenzij:
Het college heeft op 17 november 2017 (jaarnummer 2017_CBS_08858) beslist om de adviesbevoegdheid op te nemen.
Adviezen
Er werden geen nieuwe adviezen gevraagd.
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Zie bijgevoegd collegebesluit van 7 februari 2025.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
De gewestelijke hemelwaterverordening is niet van toepassing op de middenspanningscabine aangezien het hemelwater dat hierop valt, rechtstreeks afwatert naar de naastgelegen groenzone waar het kan infiltreren in de bodem.
De gewestelijke hemelwaterverordening is wel van toepassing op de overige nieuwe dakoppervlaktes en de verharding. De verharding werd verkleind met de nieuwe PIV, de aanvrager geeft echter aan dat de reeds voorziene hemelwatervoorzieningen behouden blijven zodoende een toekomstige uitbreiding van de verharding hier eveneens op aan te kunnen sluiten.
De aanvrager voorziet in één hemelwaterput van 10.000 liter en 6 bufferputten (1x 15.000 liter, 5x 20.000 liter) ondergronds, in cascade geschakeld. De huidige hergebruikmogelijkheden op de site zijn beperkt tot één buitenkraantje voor onderhoud van de site (schoonspuiten van de verharding en besproeiing van de beplanting). Conform de hemelwaterverordening dient rekening gehouden te worden met de redelijkerwijze te verwachten toekomstige hergebruikmogelijkheden. Het is aldus aangewezen om de bufferputten in de toekomst ook als hemelwaterputten te kunnen inschakelen bij een eventuele uitbreiding van de hergebruikmogelijkheden op de site (zoals bv. het voorzien van sanitair voor de chauffeurs of werknemers op de site).
Na de hemelwaterput en de bufferputten wordt het hemelwater richting de wadi’s verpompt via een vertraagde afvoer (5 liter/s/ha). In PIV4 werd de vormgeving van deze wadi’s gewijzigd om tegemoet te komen aan verschillende adviezen. De totale buffer- en infiltratiecapaciteit werd wel behouden. De aanvrager voorziet eveneens een knijpleiding tussen beide wadi’s om tegemoet te komen aan de eerdere voorwaarde van het college omtrent een gelijkmatige vulling van de wadi’s. De onderste wadi (C) wordt ook aangesloten op de lagergelegen ondergrondse infiltratiebuizen, waarmee deze laatste zich eveneens (volledig) zullen vullen wanneer het waterniveau in de wadi zich tussen 5.24 en 5.41 bevindt. Enkel als zowel de wadi als de buizen volledig gevuld zijn, zal de overloop naar de openbare riolering in werking treden. Het nieuwe ontwerp van de infiltratievoorzieningen kan gunstig geadviseerd worden.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Met het wijzigingsverzoek wordt onder andere gereageerd op enkele opmerkingen/voorwaarden uit het advies van het college. Hierin werden volgende aspecten opgemerkt:
- De motivatie voor het aanleggen van niet-functionele verharding is onvoldoende. De niet-functionele verharding dient uitgesloten te worden van vergunning.
De niet-functionele verharding is uit de vergunningsaanvraag gehaald. Deze zone zal aangelegd worden als groenzone in afwachting van eventuele toekomstige uitbreidingen.
- Er dient een plan van aanpak toegevoegd te worden over het beheer van het riet in de wadi. Als het riet niet beheerd wordt, zal de wadi verlanden en zijn primaire functie als waterbuffering verliezen. Dit moet vermeden worden. Een plan van aanpak met maaifrequentie en -tijdstip moet aan de aanvraag toegevoegd worden.
Dit werd toegevoegd aan de aanvraag en dient niet meer opgenomen te worden als voorwaarde.
- De verbindingsbuizen tussen de wadi’s onderling dienen voorzien te worden van een regeling om eerst een gelijkmatige en volledige vulling van de 3 wadi’s en daarna de ondergrondse infiltratievoorziening te bekomen, alvorens er wordt overgestort naar de openbare riolering.
Hieraan is eveneens tegemoet gekomen met het nieuwe ontwerp, zie bespreking bij de gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater.
De overige opgelegde stedenbouwkundige voorwaarden kunnen behouden blijven.
Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen en activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu
Er werd naar aanleiding van het advies van de POVC een nieuwe projectinhoudversie opgeladen, waarvoor het college om advies gevraagd wordt. Voor milieu houdt dit onder andere het toevoegen van een BBT-studie en de opgemaakte VIP’s en het aanpassen van de intekening van het dossier in. Verder werd er aan de exploitant gevraagd om te antwoorden op de bijzondere voorwaarde zoals opgelegd in het advies van 7 februari 2025 van het college inzake de maatregelen die nodig zijn om te voorkomen dat verontreinigd bluswater naar de omgeving zou kunnen lopen. Dit is nog steeds onduidelijk. Uit de plannen kan niet afgeleid worden of de rechtstreekse verbindingen met de wadi ook (automatisch) afgesloten kunnen worden. De voorwaarde blijft dus onverminderd gelden.
Toetsing van het aangevraagde aan de beoordelingsgronden van het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu
Zie bijgevoegd collegebesluit van 7 februari 2025.
Advies van het college
Gunstig advies te verlenen voor de aanvraag onder voorwaarden.
Dit advies werd opgemaakt op basis van PIV4.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. Op het eigen terrein dienen ter hoogte van de uitrit borden en haaientanden geplaatst te worden die de aandacht vestigen op het dubbelrichtingsfietspad.
2. Het uitvoeren van de werkzaamheden mag niet plaatsvinden in de schoontijd van 1 april tot en met 30 juni. Dit om de rust en ontwikkeling van eventuele aanwezige broedvogels niet te verstoren.
3. De voorwaarden uit het advies van Fluxys Belgium dienen strikt nageleefd te worden.
4. Een ontlastingsconstructie ter hoogte van de pijpleidingen, opdat de pijpleidingen met niet meer dan 2 ton/m² worden belast, dient voorzien te worden.
Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden
1. De exploitant dient ervoor te zorgen dat bij calamiteiten het (mogelijk verontreinigd) bluswater opgevangen kan worden zonder dat het in de omgeving terecht kan komen. |
Procedurestap | Datum |
Ontvangst eerste adviesvraag | 10 december 2024 |
Start 1e openbaar onderzoek | 19 december 2024 |
Einde 1e openbaar onderzoek | 17 januari 2025 |
Beslissing toepassing administratieve lus | 6 maart 2025 |
Ontvangst tweede adviesvraag | 6 maart 2025 |
Start laatste openbaar onderzoek | 26 maart 2025 |
Einde laatste openbaar onderzoek | 24 april 2025 |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste adviesdatum | 5 april 2025 |
De aanvraag werd onderworpen aan twee openbare onderzoeken. De resultaten van het eerste openbaar onderzoek werden reeds opgenomen in het advies van het college van burgemeester en schepenen van 7 februari 2025.
Wegens de adviestermijn van 30 kalenderdagen is het openbaar onderzoek nog niet volledig afgerond op het moment van opmaak van dit advies. Het hierbij geformuleerde advies is opgemaakt onder voorbehoud van nakomende relevante opmerkingen/bezwaren/standpunten tijdens de resterende tijd van het openbaar onderzoek. Er werden nog geen nieuwe standpunten, opmerkingen en/of bezwaren ingediend tijdens de openbaarmaking. De beoordeling van de eventuele bijkomende bezwaren wordt overgelaten aan de vergunningverlenende overheid.
Het college beslist een gunstig advies, zoals geformuleerd in de argumentatie, te geven op de aanvraag, onder volgende voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. Op het eigen terrein dienen ter hoogte van de uitrit borden en haaientanden geplaatst te worden die de aandacht vestigen op het dubbelrichtingsfietspad.
2. Het uitvoeren van de werkzaamheden mag niet plaatsvinden in de schoontijd van 1 april tot en met 30 juni. Dit om de rust en ontwikkeling van eventuele aanwezige broedvogels niet te verstoren.
3. De voorwaarden uit het advies van Fluxys Belgium dienen strikt nageleefd te worden.
4. Een ontlastingsconstructie ter hoogte van de pijpleidingen, opdat de pijpleidingen met niet meer dan 2 ton/m² worden belast, dient voorzien te worden.
Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden
1. De exploitant dient ervoor te zorgen dat bij calamiteiten het (mogelijk verontreinigd) bluswater opgevangen kan worden zonder dat het in de omgeving terecht kan komen. |