Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2024111559 |
Gegevens van de aanvrager: | NV ROYAL ANTWERP FOOTBALL CLUB met als adres Oude Bosuilbaan 54A te 2100 Deurne (Antwerpen) |
Ligging van het project: | Oude Bosuilbaan 54 te 2100 Deurne (Antwerpen) |
Kadastrale percelen: | afdeling 28 sectie A nrs. 255S3, 255W3, 255A3 en 255F4 |
Vergunningsplichten: | stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | bouwen van een tijdelijke tribune T2 en interne herinrichting van een bestaand gebouw onder tribune T4 |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 18/10/2019: voorwaardelijke vergunning (20192552) heropbouwen van Tribune 4 van het Bosuil stadion;
- 10/07/2019: voorwaardelijke vergunning (20191563) het slopen van tribune 4 en parking 5 in het kader van de heropbouw van tribune 4 en de bouw van een jeugdtrainingscentrum;
- 10/08/2018: gedeeltelijk voorwaardelijke vergunning (20181602) voor het verhogen van de capaciteit van tribune 1 en specifieke gevelverlichting;
- 06/04/2018: voorwaardelijke vergunning (2018232) voor het aanbrengen van wijzigingen aan tribune 1 van het Bosuil stadion;
- 16/02/2018: voorwaardelijke vergunning (20172869) voor het vellen van 31 bomen + aanplanten van 36 bomen rondom de vijver aan het inkomplein;
- 01/01/2018: stilzwijgende weigering (20172370) voor het aanbrengen van wijzigingen aan tribune 1;
- 22/09/2017: voorwaardelijke vergunning (20171968) voor het heraanleggen van de buiteninfrastructuur rond het Bosuil stadion;
- 15/09/2017: milieuvergunning (2017413) voor een voetbalstadion (klasse2);
- 01/09/2017: voorwaardelijke vergunning (2017/1803) voor het slopen van een administratief gebouw ter voorbereiding van de heraanleg van de buiteninfrastructuur;
- 02/06/2017: voorwaardelijke vergunning (2017851) voor het heropbouwen van tribune 1 van het Bosuil stadion;
- 24/05/2017: voorwaardelijke vergunning (20171211) voor het slopen van tribune 1 van het Bosuil stadion;
- 14/11/2014: voorwaardelijke vergunning (20142109) voor het verbouwen van tribune 1 van het Bosuil stadion.
Vergunde toestand
- voetbalstadion met vier tribunes;
- rondom de stadion zijn parkingzones, fietsenstallingen en oefenterreinen voorzien.
Bestaande toestand
- idem laatst vergunde toestand, uitgezonderd van:
de voorwaarden opgelegd bij de vergunningsaanvraag van 2019.
Nieuwe toestand
- voetbalstadion met vier tribunes en een totale capaciteit van 24.587plaatsen;
- rondom de stadion worden parkingzones, fietsenstallingen en oefenterreinen behouden;
- tribune 2:
- tribune 4: voorzien van interne wijzigen.
Inhoud van de aanvraag
- slopen van de bestaande tribune 2;
- bouwen van een tijdelijke tribune 2;
- interne herinrichting van tribune 4;
- publiciteit tussen de staanplaatsen en zitplaatsen van tribune T2.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
Agentschap voor Natuur en Bos - Adviezen en Vergunningen Antwerpen | 20 december 2024 | 23 december 2024 | Geen advies |
Agentschap Wegen en Verkeer - District Antwerpen | 20 december 2024 | 14 januari 2025 | Voorwaardelijk gunstig |
Aquafin | 20 december 2024 | 23 januari 2025 | Voorwaardelijk gunstig |
Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken - ASTRID | 20 december 2024 | 14 januari 2025 | Gunstig |
Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer - DGLV - Airfields | 20 december 2024 | 10 januari 2025 | Voorwaardelijk gunstig |
Fluvius System Operator | 20 december 2024 | 23 december 2024 | Geen advies |
Hulpverleningszone Brandweer zone Antwerpen | 20 december 2024 | 17 januari 2025 | Voorwaardelijk gunstig |
Politiezone Antwerpen/ Centrale Preventie | 20 december 2024 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
|
Politiezone Antwerpen/ BurOps, Openbare Orde | 28 januari 2025 | 14 februari 2025 | Voorwaardelijk gunstig |
Politiezone Antwerpen/ Verkeerspolitie | 20 december 2024 | 31 december 2024 | Geen bezwaar |
Proximus | 20 december 2024 | 7 januari 2025 | Geen advies |
Water-link | 20 december 2024 | 23 januari 2025 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie | 20 december 2024 | 3 januari 2025 |
Ondernemen en Stadsmarketing/ Visit Antwerpen | 20 december 2024 | 6 januari 2025 |
Stadsbeheer/ Groen en Begraafplaatsen | 20 december 2024 | 6 januari 2025 |
Stadsontwikkeling/ Mobiliteit | 20 december 2024 | 30 januari 2025 |
Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Vergunningen Milieu | 20 december 2024 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
Stadsontwikkeling/ Omgeving/ Water | 16 januari 2025 | 23 januari 2025 |
Stadsontwikkeling/ Onroerend Erfgoed/ Archeologie | 20 december 2024 | 23 januari 2025 |
Stadsontwikkeling/ Publieke Ruimte | 20 december 2024 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
Stadsontwikkeling/ Team Stadsbouwmeester/ Integrale Kwaliteitskamer | 20 december 2024 | Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: afbakeningslijn grootstedelijk gebied antwerpen.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een gebied voor dagrecreatie. De gebieden voor dagrecreatie bevatten enkel de recreatieve en toeristische accommodatie, bij uitsluiting van alle verblijfsaccommodatie, (Artikel 16 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving, (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het bijzonder plan van aanleg BPA nr. 32 Antwerp-stadion en omgeving, goedgekeurd bij ministerieel besluit van 2 september 1982. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: binnenplaatsen en tuinen 1, gebied voor dagrecreatie en openbare weg.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Bijzondere plannen van aanleg (BPA's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan en het bijzonder plan van aanleg.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Hemelwaterverordening 2023)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening hemelwater op volgend(e) punt(en):
De infiltratievoorziening wordt bovengronds voorzien.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgend(e) punt(en):
Er werd geen gunstig advies van Inter bekomen. De aanvraag dient te voldoen aan de bepalingen van de verordening inzake toegankelijkheid. Dit wordt opgelegd in de voorwaarden.
- Publiciteit: het besluit van de Vlaamse regering van 12 mei 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening voor publiciteitsinrichtingen.
(De verordening publiciteit kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > Gewestelijke publiciteitsverordening 2023)
De gewestelijke publiciteitsverordening is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 25 maart 2024 en in werking getreden op 15 juli 2024.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):
- Stedenbouwkundige lasten: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening ‘Stedenbouwkundige lasten’ (verder genoemd verordening stedenbouwkundige lasten), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 29 april 2024.
(De verordening stedenbouwkundige lasten kan u raadplegen via https://www.antwerpen.be/nl/overzicht/vergunningen/regelgeving)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de verordening stedenbouwkundige lasten.
Sectorale regelgeving
- MER-screening:
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving werd geoordeeld tijdens het volledig- en ontvankelijkheidsonderzoek dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Programmatische Aanpak Stikstof: overeenkomstig het stikstofdecreet, het nieuwe beoordelingskader voor alle aanvragen die stikstofemissies veroorzaken, in werking getreden op 23 februari 2024.
Mobiliteitsgerelateerde projecten:
Op basis van de toepassing van het stikstofdecreet kan redelijkerwijs geoordeeld worden dat voorliggende aanvraag een verkeersdragend of een verkeersgenererend project is. Het beoordelingskader uit het decreet is dus van toepassing. De berekende impactscore is kleiner dan of gelijk aan 1%. De opmaak van een passende beoordeling van de effecten van stikstofdepositie via de lucht ten aanzien van SBZ-H is niet vereist.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Waterwetboek), dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets. Deze wordt uitgevoerd overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018 (verder genoemd Watertoetsbesluit).
Voor het project is geen fluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).
Voor het project is geen pluviale overstromingskans gemodelleerd (score A).
Het project is niet gelegen in een signaalgebied.
Na onderzoek blijkt dat het project waarschijnlijk geen schadelijke effecten op het watersysteem veroorzaakt.
(Kijk de score van uw project na op https://www.waterinfo.be/informatieplicht)
Op volgende website worden oplossingen aangereikt om gebouwen te beschermen tegen waterindringing of in het geval van onvermijdbare waterindringing de kans op schade te verkleinen. https://www.vmm.be/water/overstomingen/hoe-je-woning-beschermen/
- Rioleringstoets: overeenkomstig artikel 4.3.9 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 moet een omgevingsvergunningsaanvraag getoetst worden aan de zogenaamde rioleringstoets.
De rioleringstoets is niet van toepassing op de aanvraag.
- Vlaamse codex Wonen van 2021: Gecodificeerde decreten over het Vlaamse woonbeleid, gecodificeerd op 17 juli 2020.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse codex Wonen van 2021 zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op “besluit Vlaamse codex van 2021”)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse codex Wonen van 2021.
- Rooilijn: artikel 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
(De VCRO kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO))
Artikel 4.3.8 is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijking van de voorschriften
Artikel 19 van de bouwcode (Afvalverzameling) bepaalt dat functies anders dan wonen een afgescheiden afvalberging moeten hebben die voorzien wordt van verluchting, met een netto vloeroppervlakte van minimaal 4 m² per berging. Er wordt voor tribune 2 geen afvalberging voorzien. De aanvraag kadert in het groter geheel van het Bosuil stadion, en de afvalverzameling moet dus ook in dit groter geheel worden bekeken. Op de Bosuil site zijn verschillende afvalbergingen aanwezig met voldoende capaciteit.
Artikel 20 van de bouwcode (Daken) bepaalt dat nieuwe daken van meldings- en vergunningsplichtige constructies moeten aangelegd worden als groendak indien deze daken een helling hebben van minder dan 15° en een oppervlakte hebben van ten minste 20 m². Er wordt een afwijking gevraagd bij toepassing van artikel 3 van de bouwcode omwille van het type en de omvang van het project. De extra belasting van het groendak en de zeer grote overkragingen van de daken van de tribunes brengen dermate grote stabiliteitsuitdagingen met zich mee, die niet overeenkomen met het gebruik en de tijdelijkheid van de tribune. Deze afwijking is aanvaardbaar, maar datzelfde artikel bepaalt dat voor platte daken die niet als groendak of dakterras worden ingericht een lichtkleurige dakbedekking verplicht is. Dit wordt opgelegd in de voorwaarden bij de vergunning.
Artikel 21 van de bouwcode (Rioleringselementen) bepaalt dat horeca-inrichtingen en andere bedrijven en instellingen waar voedsel wordt verwerkt en/of waar warme maaltijden ter plekke worden geconsumeerd, verplicht zijn hun afvalwater via vetafscheiders te lozen. Er worden in tribune 4 extra keukens voorzien op de 4e verdieping. Hier is reeds een vetafscheider geplaatst.
Verder is de aanleg van een septische put verplicht voor het centrale gebied en het collectief geoptimaliseerd buitengebied zoals opgenomen in de zoneringsplannen van de Vlaamse Milieumaatschappij. Hiervoor wordt een afwijking gevraagd bij toepassing van artikel 3 van de bouwcode omwille van het type en de omvang van het project. De nieuwe tribune 2 zal in de plaats van de gevraagde septische putten worden voorzien van buffertanks met een pompinrichting en een vermaler. Deze keuze werd gemaakt omdat door de aard van het gebruik van de sanitaire installatie een zeer grote gebruiksintensiteit bestaat van de sanitaire cellen tijdens de pauzes in de voetbalwedstrijden. De buffertanks kunnen op deze manier de piekdebieten aan. De grootte van de septische tanks werd via de verplichte volumes van de stad Antwerpen bepaald.
Er worden geen nieuwe aansluitingen voorzien. De RWA en DWA worden aangesloten op de al bestaande afwatering.
Het besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening betreffende toegankelijkheid is van toepassing.
Het wettelijk te voorziene aantal bedraagt 2 % van de supporters zitplaatsen. Voor de berekening van de nodige plaatsen, in deze aanvraag, wordt uitgegaan van een ratio van 1 %. Dit is de ratio die INTER, via een afwijking, kan toestaan als de plaatsen kwalitatief zijn. Op de plannen zijn voldoende afmetingen beschikbaar om de kwaliteit te kunnen evalueren.
Een positief advies is op dit moment niet bekomen van INTER. INTER aanvaardt momenteel niet dat RAFC een afwijking zou kunnen bekomen (1 %) enkel voor tribune T4 en T2.
Er wordt opgelegd in de voorwaarden bij de vergunning dat er toegankelijke plaatsen moeten voorzien worden in overeenstemming met de verordening toegankelijkheid. Op basis van voorgelegde tekeningen blijkt immers dat dit zonder vergunningsplichtige werken uit te voeren, mogelijk is.
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag betreft voornamelijk de sloop van tribune 2 en de bouw van een tijdelijke tribune als onderdeel van het Bosuil stadion. Er wordt voorzien in een staalopbouw binnen de footprint van de bestaande tribune 2, met staanplaatsen en het nodige sanitair, dat ondergebracht wordt onder de tribune. Verder zijn er geen aanvullende voorzieningen. De tribune heeft een totale beschikbare capaciteit van 8712 zit- en staanplaatsen (8704 zonder de plaatsen achter de LED-boarding).
Daarnaast betreft de aanvraag ook de interne herinrichting van tribune 4, die een invulling krijgt met business light formules en eventueel ook kan ingezet worden als familietribune.
De totale capaciteit, functie, vormgeving enz. van tribune 4 maakt geen voorwerp uit van de aanvraag. Het uiterlijk van tribune 4 wijzigt niet.
De site is gelegen binnen een BPA en meer bepaald “BPA nr. 32 Antwerp-Stadion en omgeving” goedgekeurd op 2 september 1982 door de Gemeenschapsminister van Ruimtelijke Ordening, Landinrichting en Natuurbehoud van de Vlaamse Gemeenschap. Het projectgebied ligt grotendeels binnen de oranje zone, en valt onder de voorschriften bepaald in Artikel 18 “Gebied voor dagrecreatie”. De functie van stadion is in overeenstemming met de bestemmingsvoorschriften van dit BPA en dus functioneel inpasbaar in de omgeving.
De aanvrager vraagt in de beschrijvende nota om de voorwaarde bij de vergunning uit 2019 (OMV_2019100145) waarin wordt bepaald dat enkel wedstrijden van de thuisploeg RAFC kunnen doorgaan in het stadion, te laten vallen.
Aangezien de impact van het opdrijven van de frequentie van activiteiten en evenementen niet of niet voldoende bestudeerd werd en omdat er geen duidelijke target aangegeven werd, blijft deze voorwaarde behouden.
Dit standpunt wordt ook in het advies van Politiezone Antwerpen, BurOps, Openbare Orde ingenomen. Eventuele Europese wedstrijden, ook op het ogenblik waarbij er geen intentie is om de volledige capaciteit van 24.587 plaatsen te gebruiken vallen buiten de dagdagelijkse werking en dienen deel uit te maken van een specifieke evenementenaanvraag, net als alle andere activiteiten en evenementen (niet limitatief: wedstrijden van andere ploegen, anders sportcompetities, toernooien, concerten etc.) Er wordt enkel vergunning verleend voor de thuiswedstrijden van RAFC in de reguliere fase alsook in de eventuele playoffs van de nationale competitie, alsook alle wedstrijden in het kader van de beker van België, omdat deze wel deel uitmaken van de dagdagelijkse werking van RAFC.
Er werd advies gevraagd aan de stedelijke dienst Ondernemen en Stadsmarketing/ Business en Innovatie. Het advies is voorwaardelijk gunstig, de geformuleerde opmerkingen rond onder andere de mobiliteit worden verder in dit verslag besproken.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De aanvraag betreft het bouwen van een tijdelijke tribune ter vervanging van tribune T2 en de (interne) wijzigingen aan de bestaande tribune T4. De lengte en de breedte van de nieuwe tijdelijke tribune overstijgen de afmetingen van de bestaande tribune T2 niet. Het gebouw wordt uitgebreid in de hoogte van 18,41 m in de bestaande toestand naar 26,49 m in de nieuwe toestand, wat niet hoger is dan de naastliggende tribune T4. Tribune T2 wordt maximaal zijdelings en langs de achterzijde afgesloten, wat bijdraagt aan de beperking van overlast van licht en geluid.
Het project is aanvaardbaar op het vlak van schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid.
Visueel-vormelijke elementen
De nieuwe tijdelijke tribune wordt opgetrokken met een staalstructuur en betonnen tribune-elementen. Om de supporters te beschermen tegen de weerselementen wordt de tribune afgeschermd via een stalen gevelbekleding.
Tribune T4 blijft ongewijzigd langs de buitenzijde waardoor er geen impact is op het vlak van visueel-vormelijke elementen.
De aanvraag omvat de plaatsing van publiciteit, met name LED borden tussen de staanplaatsen en zitplaatsen op tribune T2. Deze publiciteit richt zich naar het voetbalveld en niet naar de openbare weg.
De buitengevel van tribune 2 zal niet verlicht worden en geen lichtreclame bevatten. Enkel de toegangsweg naar de tribune zal plaatselijk verlicht worden met lichtarmaturen die ongewenste lichtverstrooiing naar omwonenden of de
Bremweide vermijden. De vernieuwde tribune 2 die nu ook overkapt zal zijn, zal de lichtuitstraling vanuit tribune 1 naar de omgeving verminderen.
De vormgeving en materialisatie zijn aanvaardbaar en inpasbaar in de omgeving.
Cultuurhistorische aspecten
Het projectgebied bevindt zich buiten een vastgestelde archeologische zone. Het projectgebied is gelegen binnen een woon- en recreatiegebied met een oppervlakte boven de 3000 m² (22 360 m²) en een vergunningsplichtige ingreep boven de 1000 m² (3 698 m²). Volgens het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, artikel 5.4.1 is hiervoor een archeologienota verplicht.
De archeologienota werd opgemaakt door Ruben Willaert en waarvan akte door het agentschap Onroerend Erfgoed op 04/10/2024 (https://loket.onroerenderfgoed.be/archeologie/notas/notas/30876). Er werd geen programma van maatregelen opgesteld.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot
Het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer is als voorwaardelijk gunstig opgeladen in het Omgevingsloket, maar het is een gunstig advies zonder voorwaarden. Om die reden kunnen geen voorwaarden uit dit advies overgenomen worden.
Bij de vorige vergunning werd opgelegd dat bij een volgende aanvraag voor een uitbreiding/capaciteitsverhoging waarbij de totale capaciteit boven de 16.144 toeschouwers uitkomt, een project-MER(-ontheffingsdossier) opgemaakt moet worden. Dit gebeurde niet bij de aanvraag die nu loopt. We stellen in dat kader vast dat er historisch een vergunde capaciteit van 20.000 toeschouwers in rekening gebracht kan worden. Die capaciteit werd met de vergunning van 2017 herleid tot 12.975 omwille van veiligheid. In alle redelijkheid kan er geoordeeld worden dat het voldoen aan de project-MER-plicht enkel afgetoetst moet worden aan de capaciteitsverhoging t.o.v. de historisch vergunde capaciteit, herleid tot 12.975, in casu 8.025 toeschouwers. En aangezien de mobiliteitsimpact van de uitbreiding die door de aanvrager begroot wordt de 1.000 PAE/2u benadert, maar niet overschrijdt, kan besloten worden dat de (som van de) uitbreidingen ten opzichte van 12.975 toeschouwers de MER-drempel niet voor het eerst overschrijdt en het project niet valt onder de principiële project-MER plicht met mogelijkheid tot ontheffing.
Om die reden kan ook aan het college geadviseerd worden om af te zien van voorwaarde 6 uit de vergunning van 2019 (OMV_2019100145).
Aangezien de mobiliteitstoets uitgaat van een aantal standaard kengetallen is het echter belangrijk dat de reële situatie geëvalueerd wordt. Nu gaat men immers uit van een theoretische berekening. Daarom zal in voorwaarden opgenomen worden dat een evenementenvervoersplan opgemaakt moet worden aan de hand waarvan opgevolgd kan worden wat de werkelijke mobiliteitsimpact is, zoals verder toegelicht wordt onder het hoofdstuk verkeersgeneratie en mobiliteitsimpact.
Met betrekking tot de gewestelijke stedenbouwkundige verordening regenwater werd er advies gevraagd aan Aquafin. Het advies is voorwaardelijk gunstig en kan als volgt worden samengevat:
“Er dient voldaan te zijn aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater versie 2 oktober 2023.
Volgens de bouwcode van de stad Antwerpen geldt er een verplichting op het voorzien van nieuwe daken met een groendak indien deze daken een helling hebben van minder dan 15°. Er wordt een afwijking gevraagd op artikel 20 van de bouwcode van de stad Antwerpen met volgende motivatie:
“De vereisten omtrent daken (groendaken) en riolering hebben de insteek van de wateropvang en beeldkwaliteit. Aan beide elementen wordt echter volwaardig gedacht. Het dak van het stadion is niet zichtbaar vanop de bestaande bebouwing in de omgeving of vanop de straat. Daarenboven zou het voorzien van een groendak, extra stabiliteitsuitdagingen met zich meebrengen in functie van de overspanning voor het dak van de tribune, wat ook niet overeenkomt met het gebruik en de tijdelijkheid van de tribune. Er wordt maximaal ingezet op hergebruik van regenwater zodat ook recuperatie en vertraagde afvoer van regenwater gedacht werd.”
De gevraagde afwijking kan aanvaard worden.
De totale aangesloten dakoppervlakte bedraagt 3634 m². Het volume van de hemelwaterput moet minimaal 363 400 liter bedragen.
Het dossier voorziet 18 hemelwaterputten met elk een volume van 20 000 liter en één hemelwaterput met een volume van 5000 liter, goed voor een totaal hemelwaterputvolume van 365 000 liter. De hemelwaterputten zijn correct gedimensioneerd. Er wordt hergebruik voorzien voor toiletspoeling en besproeiing van de oefenvelden. Hiermee wordt akkoord gegaan.
De totale afwaterende oppervlakte van het perceel is gelijk aan 3604 m². Er dient een infiltratievoorziening te worden geplaatst met een minimale infiltratievolume van 118 932 liter en een minimale infiltratieoppervlakte van 288,32 m². Er wordt een afwijking gevraagd op de plaatsing van een infiltratievoorziening. Er werd een motivatienota toegevoegd. Een SIRIO-berekening toont aan dat het voorziene volume aan hemelwaterputten, conform de GSVH, de vraag naar hergebruik niet kan dekken, zelfs als de volledige dakoppervlakte wordt aangesloten. De jaarlijkse neerslag die kan worden opgevangen, kan nooit voldoen aan de vraag. Op basis van de rekentool hemelwaterhergebruik mag de volledige dakoppervlakte in mindering worden gebracht. Er kan akkoord worden gegaan met de gevraagde afwijking.
Er dient geen buffervoorziening aangelegd te worden.
De overloop van de hemelwaterafvoer dient te worden aangesloten op de bestaande gemengde leiding, ter hoogte van het perceel. De voorziene diameter van de regenwateraansluiting bedraagt 300 mm. De diameter van de regenwateraansluiting moet minimaal 125 mm en maximaal 200 mm bedragen. De aansluiting dient ook van een externe toezicht mogelijkheid te worden voorzien.”
De voorwaarden bij het advies van Aquafin worden opgenomen in de vergunning.
De aanvraag, in zoverre deze betrekking heeft op tribune 2, wordt als tijdelijke vergunning aangevraagd wat specifiek gemotiveerd wordt zoals vereist in het omgevingsvergunningsdecreet. Conform artikel 68, lid 2, 1° Omgevingsvergunningsdecreet kan er een tijdelijke vergunning verleend wordt op specifieke vraag van de vergunningsaanvrager.
“Er wordt een tijdelijke vergunning gevraagd voor de infrastructuur en het gebruik van de tribune voor 10 jaar. De club moet immers, ook in functie van een gezond verder bestaan van de club op zichzelf, zelf bedruipend worden en binnen 10 jaar is de tribune terugbetaald en kan er desgevallend ook ondertussen werk gemaakt worden van de globale visie.
De tijdelijkheid wordt gemotiveerd vanuit de betrokken drijfveren, maar deze tijdelijkheid blijkt ook uit de inrichting van de tribune die verder enkel sanitair omvat maar geen aanvullende voorzieningen. In het kader van de aanvraag wordt ook een evenementenvervoersplan naar voor gebracht, net zoals in de vorige vergunningen. Dit evenementenvervoersplan wordt constant geëvalueerd, in samenwerking met de stakeholders maar wordt elke 5 jaar herzien. Het voorzien van een tijdelijke tribune voor 10 jaar maakt ook dat we 2 cycli van evenementenvervoersplannen kunnen meenemen in de tijdelijkheid, zodat op dat moment ook naar mobiliteitsoptimalisaties de nodige periode is gebruikt kunnen worden.”
De tijdelijkheid van de vergunning voor een periode van 10 jaar wordt opgenomen in de voorwaarden. De modaliteiten van het evenementenvervoerplan worden verder in het verslag besproken.
Veiligheid in het algemeen
In het belang van de openbare orde en de veiligheid wordt een buitenomheining voorzien die het Bosuil stadioncomplex omsluit en via een beperkt aantal openingen toegangen voorziet.
De nieuwe tribune 2 vervat in deze aanvraag voldoet aan het Koninklijk Besluit van 6 juli 2013 betreffende de in voetbalstadions na te leven veiligheidsnormen, gewijzigd door het Koninklijk Besluit van 26 december 2015.
Aangezien T2 enkel een tribune betreft is het Koninklijk Besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 juli 1994 tot vaststelling van de basisnormen voor de preventie van brand en ontploffing waaraan de nieuwe gebouwen moeten voldoen, niet van toepassing. Inzake tribune 4 zijn er 2 afwijkingsprocedures lopende met betrekking tot een afwijking op de LED-boarding en een afwijking op de trappen van de tribune. Deze afwijkingen maken geen deel uit van deze aanvraag.
Uit het voorwaardelijk gunstig brandweeradvies kan geconcludeerd worden dat er voldaan werd aan de voorwaarden uit de vergunning van 2019 (OMV_2019100145) en dat er wordt uitgegaan van een capaciteit van 21.000 toeschouwers.
Zoals hoger reeds aangehaald werd er ook advies verleend door Politiezone Antwerpen, BurOps, Openbare Orde. Hun advies is voorwaardelijk gunstig. Dit advies baseert zich op de verduidelijkingen die verschaft werden door de aanvrager en het plannen A2256_51_T2_A1_AA_000_RU_002_0000_04 VOORSTEL.pdf en A2256c_24_2_A1_AA_000_RU_133_0002_8 die daaromtrent werden toegevoegd. Zowel het advies als de plannen maken onlosmakelijk deel uit van deze vergunning en de voorwaarden die in het advies opgenomen zijn, zijn ook strikt na te leven vanaf eerste ingebruikname en voor wat dat deel betreft, tijdens de uitvoering van de werken.
Uit het samenlezen van beide adviezen blijkt er nood aan organisatorische afstemming en crowd management in exploitatie. De vraag van politie om de in- en uitstroom van T2 50/50 te verdelen over Oude Bosuilbaan en de Bremweide in reguliere werking, en voor 100 % te laten lopen langs de Bremweide bij risicowedstrijden (zoals opgenomen in hun advies) is af te stemmen met de evacuatie eisen van de brandweer.
We stellen op basis van de voorliggende plannen vast dat de beschikbare ruimte rond de tribunes onder normale omstandigheden en met correcte sturing, voldoende groot is om dit zonder vergunningsplichtige werken mogelijk te maken.
Bovendien bieden niet enkel de Bremweide, maar ook de aanpalende sportvelden, voldoende ruimte om evacuatie in geval van calamiteiten mogelijk te maken.
Echter, om die afstemming in exploitatie mogelijk te maken moet er, op basis van een simulatie, een circulatie- en evacuatieplan opgemaakt en goedgekeurd worden door politie en brandweer voor ingebruikname van tribune 2.
Dit zal, in aanvulling op de adviezen van brandweer en politie, in voorwaarden opgenomen worden.
Verkeersgeneratie en mobiliteitsimpact
Het advies van de stedelijke dienst Mobiliteit luidt als volgt:
Voorliggende aanvraag omvat naast het bouwen van een tijdelijke tribune ook een aanpassing van de omgevingsaanleg rondom het stadion en een ontwerp evenementenvervoerplan (EVP) met voorstel tot doorgedreven aanpak naar monitoring, evaluatie en bijsturing van de verschillende vervoersmodi. Dit alles met het doel de verkeersimpact op de omgeving te beperken en via het instrument van een evenementenvervoerplan de mobiliteitssituatie op te volgen, te monitoren en te sturen naar een betere modal split.
Dit evenementenvervoerplan heeft effect op de volledige site. Het betreft een verderzetting maar ook verstrenging van de huidige werking. Er worden heldere doelen en ambities vooropgesteld, gekoppeld aan evaluatie en overleg/goedkeuring met/door de lokale overheid. Dergelijke aanpak over meerdere jaren verzekert een stapsgewijze verduurzaming van de bereikbaarheid van het stadion.
Volgens de geldende regelgeving dient de mobiliteitsimpact van het stadiongebeuren en de uitbreiding, met name. het aantal vervoersbewegingen dat de omgeving belast, te worden beperkt. De verkeersgeneratie van de nieuwe uitbreiding moet onder de 1.000 personenauto-eenheden (pae) per 2u blijven. Uit de mobiliteitstoets en kencijfers blijkt dat de 2u na een evenement de drukste zijn. Deze worden als maatgevend richtcijfer meegenomen in onderstaande berekeningen. Er dient op korte termijn gewerkt te worden op het aan- en afrijden naar/van de verschillende parkings om in de directe omgeving extra overlast op het openbaar domein te vermijden. Binnen het EVP zijn hiertoe verschillende maatregelen opgenomen. Het uitvoeren in de eerste werkingsjaren van deze voorgestelde maatregelen spreekt voor zich.
Via een structurele aanpak met de opmaak, input en periodieke bijsturing van het evenementenvervoerplan wordt de mobiliteitsdruk die ontstaat naar aanleiding van wedstrijden en evenementen opgevolgd, gestuurd, gemilderd en verbeterd.
Voetgangersstromen
Met de bouw van de nieuwe tribune worden ook de voetgangersstromen aangepast op de site. Vooral de toegang kant Oude Bosuilbaan zal grondig wijzigen.
Aangezien het stadion vanuit verschillende kanten bereikt kan worden en er ook verschillende toegangen zijn tot de tribunes, is het van belang dat er heldere en zichtbare voetgangersgeleiding komt op de site. In het evenementenvervoerplan staat dit opgenomen. Er wordt zowel gesproken over signalisatie op het eigen terrein als in de omgeving. De basis signalisatie op het eigen terrein kan de club reeds versneld zelf voorzien. De verdere uitbouw van signalisatie, die ook stimulerend en sensibiliserend kan werken naar het duurzaam verplaatsen (tram, collectief vervoer, fiets…) dienen zowel op het eigen terrein als daarbuiten uitgewerkt te worden en besproken met de stad binnen het kader van het EVP.
Gemotoriseerd verkeer
Voor mensen met een handicap dienen er voldoende parkeerplaatsen te zijn voor wagens en/of aangepaste voertuigen/camionettes. Deze ruimte moet voorzien worden op de parkings op het eigen terrein dicht bij de bestemming. De route tussen eindbestemming in het stadion en de voorziene parking dient integraal toegankelijk te zijn.
Voor bussen van de uit supporters is reeds in vorige aanvragen de nodige infrastructuur voorzien. Op de nieuwe tribune worden geen uit supporters toegelaten aangezien dit extra infrastructuur en toeleidingspaden zou vragen. De tribune is te gebruiken door de eigen supporters.
In de eerste evaluatie van het EVP, waaruit data, tellingen en metingen ook concrete gegevens over de modal split beschikbaar komen (een representatieve nulmeting), zal bekeken worden welke ambitieuze streefdoelen naar modal shift vooropgesteld worden, alsook waar de club nu al staat. Als blijkt uit de concrete eerste meting dat er een ambitieuzer pad kan uitgezet worden, zal dit gevolgd dienen te worden.
De MER drempel van 999 pae/2 uur geldt als maximale bovengrens voor een uitbreiding bovenop de referentie van 12.975 plaatsen. Door in te zetten op een betere modal split, met meer bezoekers en werknemers via openbaar vervoer, collectief vervoer, fiets en te voet, kunnen er meer bezoekers in het stadion worden toegelaten boven de door de verkeersgeneratie via kencijfers berekende begrenzing van 21.000 zitplaatsen. Het is dus een stimulans om in te zetten op modal shift om een hogere stadioncapaciteit in te zetten, zonder dat dit leidt tot extra verkeers- en parkeerdruk en overlast in de directe en ruime omgeving.
Fiets
Een belangrijke modus voor de bereikbaarheid van het stadion is de fiets. In het EVP worden verschillende inspanningen en investeringen opgenomen om de komende jaren de modal split te verbeteren. Betere infrastructuur is een cruciale maatregel om dit te bereiken. Uit het EVP blijkt dat 55% van de abonnees binnen de 10km van het stadion wonen. Er is dus een groot potentieel om bezoekers met de elektrische fiets aan te trekken. Het EVP mikt op een uitbreiding van de fietsstallingen die voldoen aan volgend ambitieniveau: “toegankelijk, veilig, diefstalbestendig, kwaliteitsvol en servicegericht (p17. EVP)”. Er zal dus overaanbod gecreëerd worden i.p.v. louter “volgend” om zo stap voor stap bij elke tussentijdse evaluatie van het EVP de stalfaciliteiten te versterken i.f.v. een toename van het aandeel fiets in de modal split. Men stelt voorop om in seizoen 3 na de bouw van de tribune (een) definitiev(e) fietsstalling(en) te realiseren op de site.
Belangrijk in de transitie naar meer fietsaandeel in de modal split is ook het kunnen plaats bieden voor de verschillende fietstypes. Gelet op het potentieel van lange afstandsfietsers valt het aan te bevelen dat bij de uitwerking van de fietsstalcapaciteit ook aandacht gaat naar de elektrische fietsen, die meestal ook prijziger zijn. Een aandeel afgesloten en bewaakte (camera en/of steward) fietsstallingen zijn hier cruciaal in.
Naar personeel (eigen en van derden) wordt vastgesteld dat in de huidige site geen aparte afgesloten fietsstallingen voorzien zijn. Ook op dit grote aandeel kan er gewerkt worden. Tevens komt ook een groot deel van het ondersteunend personeel uit de nabije omgeving waardoor zij zeker kunnen verleid worden om met de fiets te komen. Om deze reden wordt de ambitie van het kencijfer (12,5% fietsaandeel) bijgesteld naar 30% bij opstart van de nieuwe tribune. Uit de documenten blijkt dat er rond de 1.000 personeelsleden aanwezig zijn bij volle bezetting. Aangezien er bij een voetbalclub ook veel wedstrijden zijn waar geen maximale capaciteit gehaald wordt, kan voor de opstart (na realisatie tribune) voor de berekening uitgegaan worden van 80% van het personeel = 800. Als blijkt in de werkingsjaren nadien dat het fietsaandeel van het personeel een hogere behoefte heeft, dient hierop binnen het EVP ingespeeld te worden door een verdere uitbreiding van het aanbod naar afgesloten fietsstallingen.
De hondenweide wordt momenteel ook ingezet als tijdelijke evenementfietsstalling. Tijdens de eerste 2 jaar dient in het EVP onderzocht te worden hoe het gebruik en de bezetting hiervan is. Een geheel of gedeeltelijke verplaatsing naar het eigen terrein (naar eigen toekomstige (overdekte) stallingen) is te bekijken binnen 3 jaar.
Volgens kencijfers komen 12,5% van de bezoekers met fiets. Datzelfde percentage wordt in de mobiliteitsstudie gebruikt voor de modal split van het personeel:
Dit brengt de totale fietsparkeerbehoefte van het stadion op basis van 12,5% fietsverplaatsingen op 2.623 fietsenstallingen.
Dit aantal herrekenen we conform bovenstaande argumentatie voor personeel:
De totale fietsparkeerbehoefte is dus 2.734 fietsenstallingen voor bezoekers en personeel.
Er zijn reeds 2158 fietsstalplaatsen beschikbaar waarvan:
Er worden 607 nieuwe fietsstalplaatsen voorzien op P werf aan de kant van de Oude Bosuilbaan. Dit brengt het totaal op 2765 fietsstalplaatsen. Er zijn bijgevolg voldoende fietsparkeerplaatsen.
Het advies van Politiezone Antwerpen, BurOps, Openbare Orde vraagt rekening te houden met de mogelijkheid dat de combiregeling, waarbij bezoekende supporters enkel per bus naar het stadion komen, niet meer bekrachtigd zou worden.
De aanvrager dient, in geval de bestuurlijke overheid de combiregeling niet meer zou bekrachtigen, de nodige maatregelen te treffen om via privaatrechtelijke weg de bezoekende supporters alsnog met georganiseerd busvervoer te laten afreizen naar het Bosuilstadion, dan wel de nodige maatregelen te treffen in het evenementenvervoersplan om voor de bezoekende supporters een parkeerlocatie aan te duiden en dit in overleg met de betrokken (veiligheids)partners.
Vanuit stedenbouwkundig oogpunt worden deze adviezen bijgetreden en zullen er voorwaarden bij de vergunning opgelegd worden.
De opmerking van Politiezone Antwerpen, BurOps, Openbare Orde is als prognose mee te nemen in het op te maken evenementenvervoersplan en zij zijn in de opmaak ervan te betrekken.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.
2. De voorwaarden van Aquafin zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.
3. De voorwaarden van de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer – DGLV - Airfields zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.
4. De voorwaarden uit het advies verleend door Politiezone Antwerpen, BurOps, Openbare Orde zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie van tribune T2 na te leven en voor wat dat deel van het advies betreft, tijdens de uitvoering van de werken.
5. Er wordt enkel vergunning verleend voor de thuiswedstrijden van RAFC in de reguliere fase alsook in de eventuele playoffs van de nationale competitie, alsook alle wedstrijden in het kader van de beker van België en dit altijd met een maximale capaciteit van 21.000 toeschouwers. Voor alle andere activiteiten zal vooraf een evenementenvergunning bekomen moeten worden.
6. Het dak van tribune T2 moet uitgevoerd worden met een lichtkleurige dakbedekking.
7. Er moeten toegankelijke plaatsen voor toeschouwers voorzien worden in overeenstemming met de verordening toegankelijkheid.
8. In het kader van de mobiliteit worden volgende voorwaarden opgelegd:
a) De uitbreiding van het stadion met 8.025 extra plaatsen mag niet meer dan 999 extra personenauto-equivalenten (pae) per 2u voor of na een wedstrijd van RAFC of ander event binnen een straal van 1.500 m van het stadion genereren.
b) Door de wedstrijd van RAFC of het ander event en binnen een straal van 1.500 m van het stadion mogen:
c) Er moet een evenementenvervoerplan opgemaakt worden waarin door een structurele aanpak met de opmaak, input en bijsturing de mobiliteitsdruk die ontstaat naar aanleiding van wedstrijden en evenementen opgevolgd, gestuurd en gemilderd wordt. Hierdoor moet de modal split overheen de jaren van de vergunning verbeteren.
d) De parkeercapaciteit (op eigen of privaat domein, om parkeerdruk en -overlast op straat te vermijden) wordt afgestemd op de verkeersgeneratie: de parkeercapaciteit is gelijk aan het maximaal aantal vervoersbewegingen.
e) Om de verschillende bezoekersstromen in goede banen te leiden, dient er een heldere geleidingssignalisatie geplaats te worden op het eigen terrein die minstens de verschillende fietsstalplaatsen aanduidt en die de gehandicaptenparkeerplaatsen en de toegangen tot de verschillende supporterszones in het stadion weergeeft.
f) Er moeten in totaal 2.734 fietsstalplaatsen worden voorzien:
g) Uiterlijk in het 3de jaar na de ingebruikname van de nieuwe tribune zal er een verduurzaming van het fietsstallingsaanbod gerealiseerd worden, maximaal op eigen terrein, conform de tussentijdse goedkeuringsmomenten van het evenementenvervoerplan, met specifieke aandacht voor de behoeftes van elektrische fietsers.
h) Aangepaste parkeerplaatsen voor wagens en/of aangepaste voertuigen/camionettes moeten voorzien worden op de parkings op het eigen terrein dicht bij de bestemming. De route tussen eindbestemming in het stadion en de voorziene parking dient integraal toegankelijk te zijn.
9. Er moet, op basis van een simulatie, een circulatie- en evacuatieplan opgemaakt worden door RAFC en goedgekeurd worden door politie en brandweer, waarbij de in- en uitstroom van tribune 2 50/50 verdeeld wordt over Oude Bosuilbaan en de Bremweide bij reguliere wedstrijden, en voor 100 % langs de Bremweide verloopt bij risicowedstrijden. En dit alles voor ingebruikname van tribune 2.
10. Alle vergunningsplichtige handelingen, werken en wijzigingen buiten de bouw van de tijdelijke tribune T2, de herinrichting van tribune T4 en de publiciteitsinrichtingen worden uitgesloten van de vergunning.
11. De handelingen waarvoor vergunning is verleend, mogen niet langer dan 10 jaar in stand blijven vanaf het verkrijgen van de vergunning.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 7 oktober 2024 |
Volledig en ontvankelijk | 20 december 2024 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van gemeentewegen | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 18 februari 2025 |
Verslag GOA | 17 februari 2025 |
Naam GOA | Gerd Cryns |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. De bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.
2. De voorwaarden van Aquafin zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.
3. De voorwaarden van de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer – DGLV - Airfields zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie na te leven.
4. De voorwaarden uit het advies verleend door Politiezone Antwerpen, BurOps, Openbare Orde zijn op het moment van eerste ingebruikname/exploitatie van tribune T2 na te leven en voor wat dat deel van het advies betreft, tijdens de uitvoering van de werken.
5. Er wordt enkel vergunning verleend voor de thuiswedstrijden van RAFC in de reguliere fase alsook in de eventuele playoffs van de nationale competitie, alsook alle wedstrijden in het kader van de beker van België en dit altijd met een maximale capaciteit van 21.000 toeschouwers. Voor alle andere activiteiten zal vooraf een evenementenvergunning bekomen moeten worden.
6. Het dak van tribune T2 moet uitgevoerd worden met een lichtkleurige dakbedekking.
7. Er moeten toegankelijke plaatsen voor toeschouwers voorzien worden in overeenstemming met de verordening toegankelijkheid.
8. In het kader van de mobiliteit worden volgende voorwaarden opgelegd:
a) De uitbreiding van het stadion met 8.025 extra plaatsen mag niet meer dan 999 extra personenauto-equivalenten (pae) per 2u voor of na een wedstrijd van RAFC of ander event binnen een straal van 1.500 m van het stadion genereren.
b) Door de wedstrijd van RAFC of het ander event en binnen een straal van 1.500 m van het stadion mogen:
c) Er moet een evenementenvervoerplan opgemaakt worden waarin door een structurele aanpak met de opmaak, input en bijsturing de mobiliteitsdruk die ontstaat naar aanleiding van wedstrijden en evenementen opgevolgd, gestuurd en gemilderd wordt. Hierdoor moet de modal split overheen de jaren van de vergunning verbeteren.
d) De parkeercapaciteit (op eigen of privaat domein, om parkeerdruk en -overlast op straat te vermijden) wordt afgestemd op de verkeersgeneratie: de parkeercapaciteit is gelijk aan het maximaal aantal vervoersbewegingen.
e) Om de verschillende bezoekersstromen in goede banen te leiden, dient er een heldere geleidingssignalisatie geplaats te worden op het eigen terrein die minstens de verschillende fietsstalplaatsen aanduidt en die de gehandicaptenparkeerplaatsen en de toegangen tot de verschillende supporterszones in het stadion weergeeft.
f) Er moeten in totaal 2.734 fietsstalplaatsen worden voorzien:
g) Uiterlijk in het 3de jaar na de ingebruikname van de nieuwe tribune zal er een verduurzaming van het fietsstallingsaanbod gerealiseerd worden, maximaal op eigen terrein, conform de tussentijdse goedkeuringsmomenten van het evenementenvervoerplan, met specifieke aandacht voor de behoeftes van elektrische fietsers.
h) Aangepaste parkeerplaatsen voor wagens en/of aangepaste voertuigen/camionettes moeten voorzien worden op de parkings op het eigen terrein dicht bij de bestemming. De route tussen eindbestemming in het stadion en de voorziene parking dient integraal toegankelijk te zijn.
9. Er moet, op basis van een simulatie, een circulatie- en evacuatieplan opgemaakt worden door RAFC en goedgekeurd worden door politie en brandweer, waarbij de in- en uitstroom van tribune 2 50/50 verdeeld wordt over Oude Bosuilbaan en de Bremweide bij reguliere wedstrijden, en voor 100 % langs de Bremweide verloopt bij risicowedstrijden. En dit alles voor ingebruikname van tribune 2.
10. Alle vergunningsplichtige handelingen, werken en wijzigingen buiten de bouw van de tijdelijke tribune T2, de herinrichting van tribune T4 en de publiciteitsinrichtingen worden uitgesloten van de vergunning.
11. De handelingen waarvoor vergunning is verleend, mogen niet langer dan 10 jaar in stand blijven vanaf het verkrijgen van de vergunning.
Het college beslist de plannen waarvan een overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, goed te keuren.